Aan de orde is het debat over de Najaarsnota 2007 (31290).

De heer Irrgang (SP):

Voorzitter. Aan de temperatuur is het niet af te leiden, maar morgen pas begint de winter officieel. Vandaag behandelen wij de Najaarsnota. Het budgettaire kerstpakket van de minister bevat op het eerste gezicht goed nieuws. De belastinginkomsten zijn hoger dan verwacht en de uitgaven zijn lager dan verwacht. Het begrotingstekort valt daardoor de helft lager uit dan in september werd verwacht. Het gaat om het saldo van de uitgavenmeevallers onder het uitgavenkader, de uitgaven en inkomsten die niet onder dat kader vallen en de belastinginkomsten. In totaal is het zo'n 1,5 mld., 0,25% van het bbp.

Op het tweede gezicht gaat het echter minder goed. Opvallend in de Najaarsnota is dat de totale onderuitputting tot en met deze nota zo hoog uitvalt. Onderuitputting is een mooi scrabblewoord voor geld dat niet wordt uitgegeven hoewel dat wel de bedoeling is. Ook in de afgelopen jaren bleef er steeds een paar honderd miljoen over. Zelfs vergeleken met de afgelopen jaren is het dit jaar hoger. Volgens de Najaarsnota blijft er in 2007 zo'n 900 mln. op de planken liggen. Soms is dat mooi, bijvoorbeeld als je minder hoeft te betalen aan de Europese Unie. Soms is dat niet mooi, bijvoorbeeld omdat infrastructurele projecten vertraging oplopen en het geld pas later besteed kan worden. Begrotingstechnisch gezien is er dan sprake van een meevaller. Feitelijk is echter sprake van een tegenvaller, omdat het project later gereed is.

Nu er financiële ruimte ontstaat, soms om goede redenen en soms om minder goede redenen, is de vraag aan de minister waarom hij er in de Najaarsnota en suppletoire begrotingen niet voor kiest om die ruimte te gebruiken voor wat extra's. Een ding is immers zeker, na deze Najaarsnota zullen er nog meer uitgavenmeevallers optreden. Die zullen in de voorlopige rekening en de slotwet aan de Kamer gepresenteerd worden. In de afgelopen vijf jaar lag dat bedrag op minimaal 300 mln. tot ruim 770 mln. Als de Tweede Kamer deze meevallers gepresenteerd krijgt, is het al februari of mei volgend jaar. Het begrotingsjaar 2007 is dan voorbij. Daarom zullen deze meevallers per definitie gebruikt worden voor aflossing van de staatsschuld. De minister laat het echter allemaal op zijn beloop in de Najaarsnota. Hij vindt aflossing van de staatsschuld blijkbaar een betere bestemming dan andere uitgaven. Vindt de minister dat inderdaad? Of heeft hij nog goede voornemens voor het nieuwe jaar?

De SP-fractie heeft in ieder geval goede voornemens. Ik heb een amendement ingediend om 25 mln. extra uit te trekken voor de bestrijding van de wachtlijsten in de WSW. Die zijn in de afgelopen jaren gestegen van 15.000 naar ongeveer 20.000 mensen. Deze extra 25 mln. is niet voldoende om dit probleem op te lossen. Alle beetjes helpen echter. Met 25 mln. extra voor het WSW-budget kunnen maximaal 1000 mensen van de wachtlijst geholpen worden. Mijn fractie stelt voor om dit te dekken uit de nog te realiseren onderuitputting tussen de Najaarsnota en de slotwet. De ervaring van de afgelopen vijf jaar leert dat tussen de Najaarsnota en de slotwet een forse onderuitputting optreedt van minimaal 300 mln.

De begrotingssystematiek voor onderuitputting bevreemdt ons. Elk jaar wordt dat geld tot maximaal 1% van het begrotingstotaal weer uitgekeerd via de zgn. eindejaarsmarge. Daarmee voorkomen wij de zgn. decemberkoorts, dat departementen als een gek geld gaan uitgeven om het jaarlijkse budget maar kwijt te zijn. Op zichzelf is dat goed, is daar niets mis mee, maar wel is het vreemd dat dit leidt tot het fenomeen van de taakstellende onderuitputting, een nog mooier scrabblewoord: met opzet geld overhouden dat was bedoeld om uit te geven. Dat is toch wel heel erg gek. Dat doet men om te voorkomen dat departementen in het volgende jaar anders het uitgavenkader overschrijden. Volgens de begrotingsregels zouden ze dan moeten bezuinigen, terwijl ze die eindejaarsmarge toch eigenlijk hebben gekregen om geld uit te geven dat in het voorgaande jaar is overgebleven. Ligt het dan niet meer voor de hand om de uitkering van de eindejaarsmarge buiten het uitgavenkader te houden? Dat zou toch de meest logische oplossing zijn? Waarom gebeurt dat dan niet? Graag een serieuze reactie daarop.

Voorzitter. Ik heb begrepen dat de Eerste Kamer de Najaarsnota en de daarmee samenhangende suppletoire begrotingen pas op zijn vroegst half januari 2008 zal behandelen, terwijl de Najaarsnota toch toeziet op de begroting 2007. Ik hoor graag van de minister of dat consequenties heeft en, zo ja, welke.

De heer Weekers (VVD):

Voorzitter. De hoogtijdagen zijn voorbij. Was de economische groei dit jaar ongekend hoog, het einde van de hoogconjunctuur is in zicht. De economische groei loopt terug, want de binnenlands geproduceerde uitvoer vertraagt, de particuliere consumptie zwakt af en de koopkracht van modale gezinnen komt als gevolg van alle lastenverzwaringen verder onder druk te staan. Wij zien ook dat de spanning op de arbeidsmarkt behoorlijk oploopt en dat de krapte samen met het slechte kabinetsbeleid resulteert in extra hoge loonstijgingen met alle gevolgen van dien voor onze concurrentiepositie. De inflatie neemt sterk toe, de gevolgen van de kredietcrisis lijken voor de eurozone veel grotere gevolgen te hebben dan eerder werd verwacht. Blijkens persberichten van gisteren blust de ECB de kredietcrisis nu met 350 mld., een recordbedrag! Dat, maar ook alle andere signalen die op ons af komen, moeten ons aan het denken zetten. De economische groei loopt terug, de inflatie neemt toe en de begrotingsrisico's stapelen zich op. Dat moet ook vooral het kabinet aan het denken zetten. Waren het niet premier Balkenende en minister Bos die zeiden: als de zon schijnt, moet je het dak repareren? En dan toch komt in het jubeljaar 2007 de overheidsbegroting uit op een klein tekort. De Rabobank schrijft in haar visie op 2008 dan ook: Dit is opmerkelijk, want het is economisch gezien toch een heel goed jaar.

Het is inderdaad opmerkelijk, want had dit kabinet de Zalmnorm gerespecteerd in 2007 door uit te gaan van een uitgavenplafond en strikte scheiding van inkomsten- en uitgavenkaders, dan had het nu een overschot kunnen laten zien. Maar nee, 2007 moest het jaar van sinterklaas worden met tal van extra uitgaven waarin bij Voorjaarsnota werd voorzien. Tegelijkertijd werd de hand niet op de knip gehouden door deze minister van Financiën als het ging om lopend beleid. De mooie erfenis van de kabinetten Balkenende I, II en III, robuuste economische groei, laagblijvende inflatie en stijgende koopkracht, wordt door Balkenende IV in minder dan geen tijd verkwanseld.

De heer Tang (PvdA):

Om het geheugen van de heer Weekers op te frissen: wij hebben deze discussie al eerder gevoerd. Toen werd ook gesproken over lijken in de kast. Hij spreekt over de mooie erfenis van Balkenende III, maar dit kabinet heeft toch ook een aantal lijken in de kast achtergelaten. Een van de oorzaken van de tekorten in 2007 was de feestbegroting voor 2006. Verder was er een tegenvaller in de zorg van 1 mld. aan het begin van dit jaar. Dan was er nog de boedelproblematiek die dit kabinet heeft moeten opruimen. Die erfenis was dus niet zo mooi. Dat weet de heer Weekers toch ook wel? Waarom houdt hij dat zo stug vol dat dit wel zo is?

De heer Weekers (VVD):

De erfenis was zonder meer mooi. Natuurlijk word je in de loop van een jaar met mee- en tegenvallers geconfronteerd. Tegenvallers moeten worden opgevangen door andere uitgaven te beteugelen. Het is inderdaad niet de eerste keer dat wij hierover spreken. Ik heb hier bij de behandeling van de Voorjaarsnota al voor gewaarschuwd en ook tijdens de algemene financiële beschouwingen. Daarom zeg ik dat minister Bos de hand op de knip had moeten houden voor het lopend beleid. Dit is niet gebeurd. Hij heeft gezegd: laat de tegenvallers in 2007 maar lopen, maar ik beloof dat ik vanaf 2008 de hand op de knip zal houden en dat de zorg dan onder de kaders moet blijven.

Daar bovenop is bij de behandeling van de Voorjaarsnota allerlei nieuw beleid geïntroduceerd dat handenvol geld heeft gekost zoals het verhogen van de uitkeringen en de verandering van de keuringssystematiek voor WAO'ers. Voor al die wensen was behoorlijk veel extra geld nodig. Ik kom daar nog op terug, want dit extra geld dat bij de behandeling van de Voorjaarsnota voor deze doelen is geclaimd bovenop de tegenvallers waar het kabinet al mee kampte, valt vandaag bij de behandeling van de Najaarsnota nog eens extra tegen. Er is dit jaar dus geen verstandig beleid gevoerd.

Wij zien dat het EMU-saldo naar de huidige inzichten uitkomt op een tekort van 0,2% bbp en dat is beter dan eerder dit jaar werd voorzien. Dit is het gevolg van incidentele meevallers. De grootste meevaller is de onderuitputting van het Infrastructuurfonds. Gelet op het verkeersinfarct waar Nederland mee kampt, kunnen wij daar maar beter niet over juichen. Het kabinet zal met name voor dit verkeersinfarct met een oplossing moeten komen, want vertraging in de aanleg van infrastructuur strooit ook zand in de raderen van de economische ontwikkeling. Ook om die reden moet dit een zorg zijn voor de minister van Financiën.

Ik heb in de Najaarsnota geen actuele informatie kunnen vinden over de zorguitgaven. Overigens was dit in eerdere jaren ook het geval dus dat verwijt ik deze minister niet. Gelet op de ervaringen van de afgelopen jaren sluit ik verdere tegenvallers echter niet uit. Ik nodig de minister uit om ons in ieder geval bij te lichten over die mee- of tegenvallers in de zorg waarover hij al enige informatie heeft.

Wat opvalt zijn de tegenvallers in de sociale zekerheid tot een bedrag van 200 mln. Hoe zal de minister die compenseren? Is hij van plan om volgend jaar wel de uitgavendiscipline te bewaken? Zal hij in 2008 en verder de uitgaven voor sociale zekerheid terugbrengen onder het budgettaire kader? Welke maatregelen neemt hij daartoe? Stopt hij dan ook werkelijk met zijn relaxte eerste jaar en met zijn dito coulante houding?

De tegenvallers in de sociale zekerheid zijn des te opvallender nu het aantal vacatures in het afgelopen kwartaal tot recordhoogte is gestegen en de economische groei op zijn hoogtepunt was. Dan zou je toch eigenlijk alleen maar meevallers verwachten in de sfeer van de sociale zekerheid. Als mensen ooit kansen hadden op een betaalde baan, dan was dat wel in de afgelopen periode met veel vacatures en een grote economische groei.

Dit kabinet heeft de mensen tussen de 45 en 50 jaar die onder de oude WAO-regeling vielen, onnodig afgeschreven voor de arbeidsmarkt en de uitkering voor een te grote groep verhoogd. Ik vraag het kabinet deze maatregel in heroverweging te nemen.

Een belangrijke tegenvaller voor de economische ontwikkeling in het komende jaar is de steeds krapper wordende arbeidsmarkt. Wij worden daar op gewezen door diverse economische instituten en ook de president van De Nederlandsche Bank heeft daar vorige week op gewezen. Zoals gezegd bereikte het aantal openstaande vacatures tijdens het derde kwartaal van 2007 een record, maar de spanning loopt steeds verder op. Tegelijkertijd voert dit kabinet een beleid om meer mensen af te schrijven voor de arbeidsmarkt en neemt het prikkels weg om te werken of meer te werken. Dure kunstbanen lossen dit probleem niet op. Daarentegen blijven noodzakelijke maatregelen om de arbeidsmarkt verder te flexibiliseren uit.

ChistenUnieleider Slob zei vanochtend ook al in de Volkskrant dat het niet goed is dat het kabinet vraagstukken als het ontslagrecht zo voor zich uitschuift en blijft doormodderen. Voor één keer ben ik het met hem eens. Mijn vraag aan het kabinet is wat het hier nu concreet aan gaat doen.

Ook vraagt de VVD-fractie het kabinet alle aangekondigde extra uitgaven voor 2009 en verder te heroverwegen, want ik voorspel grote budgettaire problemen. Om te voorkomen dat het de komende jaren helemaal uit de klauwen loopt met de overheidsfinanciën in een fors tegenvallende economie, moet er een streep gezet worden door grote geplande uitgaven. Als volgende jaar voor de helft voorbij is, moeten wij daar echt rekening mee houden. Het Centraal Planbureau en de CDA-huisbank, de Rabobank, spreken duidelijke taal. Ik citeer maar even de Rabobank. De extra ruimte die het kabinet zichzelf en zijn meerjarenplannen heeft gegeven door een behoedzaamheidsmarge in de begroting los te laten, zal bij een afkoelende conjunctuur al snel tot budgettaire problemen leiden. Ik citeer het CPB. De onzekerheid rond de ramingen is door de onrust op de internationale financiële markten echter groter dan gebruikelijk. Ik citeer de Rabobank. De geschiedenis leert ons dat effecten van voorgenomen bezuinigingen, met name die op het ambtenarenapparaat, doorgaans gedurende de rit noodgedwongen neerwaarts worden bijgesteld en bezuinigingen leiden in ieder geval in 2008 nauwelijks tot besparingen. Ik vraag de minister daarop te reageren.

De heer Tang (PvdA):

Ik vraag mij af of u in het bezit bent van een rijbewijs. Ik heb echt de indruk dat u gas wilt geven op het moment dat het licht rood is en remt op het moment dat het licht groen is. Het is de bedoeling van budgettair beleid dat het anticyclisch is. Op het moment dat het nu goed gaat, moet het overschot oplopen. Dat betekent ook dat het overschot op het moment dat het slechter gaat iets omlaag kan. Het gaat ooit een keer slechter, maar wij weten nooit wanneer omdat het nu eenmaal op en neer gaat. Zo moet het werken en daarom moeten wij niet nu al pleiten voor bezuinigingen in een laagconjunctuur. U doet dan precies het verkeerde, want dan stimuleert u de economie op het moment dat het goed gaat en remt u de economie als het slecht gaat. Zo hoort het dus niet.

De voorzitter:

De gedachte achter een interruptie is dat u een vraag stelt.

De heer Weekers (VVD):

Ik begrijp het niet helemaal goed. Ik ben het met de heer Tang eens dat je moet zorgen voor een overschot op het moment dat het goed gaat. Ik heb nu juist omstandig betoogd dat u dat in 2007 niet hebt gedaan. U hebt de hele budgetdiscipline losgelaten in 2007. Ik waarschuw ervoor dat u zich in de jaren 2008 en verder rijk rekent. U rekent zich namelijk rijk met een gemiddelde economische groei over 2008, 2009, 2010 en 2011 van 2%. Wij mogen blij zijn als wij dat in 2008 halen en alle voorspellingen wijzen erop dat dit in latere jaren minder wordt. Ik zeg u dat er economisch zwaar weer komt. Toch rekent u zich rijk en spendeert u enorm. Dat is typisch PvdA-beleid en ik snap overigens niet dat het CDA hierin meegaat.

De heer Tang (PvdA):

Mijn indruk is inderdaad dat u het niet begrijpt. Aan de manier waarop de raming tot stand komt, kunt u niet aflezen wat de ambitie voor het kabinet is. Dan moet u kijken naar het overschot dat gepland staat voor 2011. Dat zegt iets over de ambitie van het kabinet en die is groter dan ooit.

De heer Weekers (VVD):

Ik kan ook dergelijke prachtige ambities hebben. Met die ambitie ben ik het eens, namelijk een overschot van 1% in 2011. Ik waarschuw echter dat u die ambitie waarschijnlijk niet gaat halen. Als de economie inderdaad de komende jaren tegenzit, doet zich een probleem voor. De eerste tekenen dienen zich al aan. Ik moet u naïviteit verwijten, mijnheer Tang, dat u dat niet ziet. U rekent zich rijk en denkt dat er de komende jaren een enorme economische groei is. Ik zeg dat u nu beter kunt redden wat er nog te redden valt. Houd de hand op de knip en stop met extra uitgeven.

Een deel van de maatregelen waarmee een deel van de uitgaven wordt gefinancierd, namelijk de enorme belastingverhoging, is enorm slecht voor werkend Nederland. De belastingen voor 2008 worden enorm opgeschroefd. Dat is slecht voor de economie en de arbeidsmoraal, want werken loont kennelijk niet bij dit kabinet.

Ik laat hier een grafiek zien die gisteren in de Volkskrant stond, met dank aan de Volkskrant en Logica CMG. Daarin is duidelijk te zien dat de onderkant er volgend jaar enorm op vooruitgaat. De hardwerkende mensen gaan er behoorlijk op achteruit en zitten allemaal in de rode cijfers, een kleur die de minister misschien aanspreekt. De echt hoge inkomens hebben verder niets te vrezen, maar daarover maakt de VVD zich niet zo druk. Het gaat juist om de hardwerkende groep. Hier zou een heroverweging op zijn plaats zijn. Mensen zullen vanaf januari en vanaf juni, omdat bepaalde belastingmaatregelen dan zullen worden doorgevoerd, de wrange vruchten plukken van Balkenende IV, de belastingkampioen.

De heer Tang (PvdA):

Het grafiekje dat u hier laat zien bevat niets nieuws, want dit was al aangekondigd in de Miljoenennota. Zo zien de koopkrachtplaatjes eruit voor de komende jaren, dat wisten wij al. Is het voorstel van de VVD voor de successierechten een maatregel die niet ook nog eens een gat in de begroting slaat? Is dat een maatregel die het aanmoedigt om maar aan de kant te gaan zitten? U geeft rijke kinderen nog meer geld. Dat is wat u voorstelt. Ik denk niet dat dat innovatie en ondernemerschap vergroot, of een prikkel betekent om te werken.

De heer Weekers (VVD):

Ik geloof niet dat ik hier voorstellen heb gedaan om volgend jaar de successierechten te verlagen. Mark Rutte heeft onlangs gezegd dat de VVD daartoe bij de financiële beschouwingen in 2009 voorstellen zal doen. Die voorstellen zullen wij deugdelijk dekken door een aantal uitgaven van dit kabinet te schrappen.

De heer Tang (PvdA):

Kunt u ook antwoord geven op mijn vraag? Draagt dit nu bij tot ondernemerschap? Geeft dit een prikkel om te werken? Is rijke kinderen meer geld geven de oplossing van de VVD om de economie aan te jagen en vacatures vervuld te krijgen?

De heer Weekers (VVD):

Wij moeten dit maar bespreken bij de financiële beschouwingen volgend jaar. Wij spreken vandaag over de Najaarsnota 2007 met een korte vooruitblik op het komende begrotingsjaar. Ik heb een aantal waarschuwingen gegeven en ik heb gezegd dat wat mij betreft het roer om moet. Beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald. Kennelijk wilt u dat niet horen en wilt u deze discussie op een dwaalspoor brengen.

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Het is prachtig dat de heer Weekers met deze grafiek komt. Daarin zien wij dat wij voor de onderkant iets doen en dat de middeninkomens inderdaad niet voldoende mee stijgen. Dat hebben wij geprobeerd maar dat lukt niet. Hij zegt dat hij zich geen zorgen maakt over de hoge inkomens. In de tegenbegroting van de VVD staat dat het belastingtarief met 3% omlaag moet. Wie moeten dat betalen? Juist die mensen die erop vooruitgaan. Wie profiteren ervan? Juist de hogere inkomens. Ik begrijp niet dat de heer Weekers zich daar geen zorgen over maakt. De mooie stijging aan de onderkant wil hij weg hebben. De vlakke stijging bij de hogere inkomens wil hij omhoog hebben door een belastingverlaging, als ik dat goed heb begrepen uit de tegenbegroting van de VVD en uit andere voorstellen van die partij.

Over 2007 maakt het CDA zich ook zorgen, maar niet om datgene wat de heer Weekers zei, dat 2007 een mooi jaar moest worden. Daarvoor is 1 mld. uit het FES-fonds gehaald door het vorige kabinet. Dat geld komt uit Brussel terug in 2009. Het CDA heeft ervoor gezorgd dat dat weer teruggaat in het FES-fonds. Wat dat betreft zijn wij solide. De heer Weekers moet niet alles schuiven op wat er nu gebeurt.

De heer Weekers (VVD):

De tweede vraag begrijp ik niet goed. Ik constateer slechts dat in 2007 tegenvallers niet zijn gecompenseerd en dat nog eens extra wensen van de nieuwe coalitie zijn gefinancierd bij de Voorjaarsnota. Ik wees net al op het verhogen van uitkeringen in de sfeer van de sociale zekerheid en op het terugdraaien van een maatregel van de vorige minister De Geus van Sociale Zaken. Dat heb ik bekritiseerd. Ik vind het heel jammer dat het CDA niet de poot stijf heeft gehouden in het afgelopen jaar en dat die partij niet het deugdelijke beleid dat wij voorheen gezamenlijk hadden uitgezet heeft verdedigd. Ik begrijp dat het CDA concessies moet doen aan de PvdA, maar nu verandert het CDA wel heel erg van kleur.

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Het beeld van 2007 komt voort uit het besluit in 2006 omtrent de Miljoenennota. Toen zijn extra gelden ter beschikking gesteld. Het gedeelte waaraan meer geld wordt uitgegeven, is ook op het conto van het oude kabinet te schuiven. De heer Weekers doet net of er allerlei tegenvallers zijn gekomen. Wij zijn wat socialer worden, absoluut en er zijn tegenvallers in de gezondheidszorg. Wij wisten dat die eraan zouden komen en wij proberen daaraan wat te doen. Dit zijn allemaal zeer vervelende zaken, maar de heer Weekers wil toch niet zeggen dat wij de zaak bij de gezondheidszorg helemaal terug moeten draaien? Mensen krijgen dan namelijk geen zorg meer. Zo zegt de heer Weekers ook dat aan de onderkant van de markt moet worden ingegrepen. Dat kost 1,5 mld. volgens de doorberekening door het CPB van de tegenbegroting. Ook moet worden ingegrepen bij de hoogste inkomens, 3% van de belastingtarieven. Dat wil de VVD.

De heer Weekers (VVD):

De heer De Nerée tot Babberich werpt veel zaken op en ik wil heel graag op al die punten reageren. Hij zegt dat het CDA wat socialer is geworden. Daarmee zet hij zijn eigen minister De Geus als niet sociaal weg. In mijn optiek heeft het CDA geen concessies gedaan aan de PvdA omdat het zelf opeens socialer wilde worden. Een deel van de tegenvallers heeft het CDA zelf gecreëerd door de dag na de verkiezingen voor een generaal pardon te zijn en daarvoor niet. Wij hebben deze week gelezen dat dat 270 mln. extra kost, alleen al in de sfeer van de bijstand. De kosten voor de zorg laat ik daarbij maar even buiten beschouwing.

Ik ga nog heel even terug naar de opmerkingen die de heer De Nereé tot Babberich heeft gemaakt in het kader van onze tegenbegroting. Ik heb gezegd – kijkend naar deze grafiek en naar het beleid van dit kabinet, waarvoor het CDA ook heeft getekend – dat je aan de onderkant ziet dat mensen er 10% tot 21% op vooruit gaan en dat in deze groep met name de middeninkomens – hard werkend Nederland – erop achteruit gaan. In onze tegenbegroting maken wij andere keuzes. Wij draaien eerst alle belastingen terug die dit kabinet voorstaat en wij doen er voor iedereen 0,5% af. Voor iedereen gaat die met hetzelfde percentage omlaag.

De voorzitter:

Als de heer Weekers alles één keer zegt en niet twee keer, scheelt dat de helft van de tijd.

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Mag ik dan de doorrekening van de VVD-tegenbegroting laten zien? Daarin kan men zien waar de pijn terechtkomt. Dat zijn juist de zwakkeren in de samenleving. Het CDA staat voor de zwakkeren in de samenleving.

De heer Weekers (VVD):

Ik weet niet met welk stuk de heer De Nereé tot Babberich schermt. Dat is onze tegenbegroting niet. Ik heb onze tegenbegroting verdedigd bij de financiële beschouwingen. Hij is ingediend door de heer Rutte tijdens de algemene politieke beschouwingen. De heer De Nereé tot Babberich schermt met de doorrekening van alle verkiezingsprogramma's, met de plannen dat wij zouden willen realiseren in een hele kabinetsperiode. Daarover praten wij vandaag niet. Hij haalt zaken door elkaar.

De voorzitter:

Dat is dan opgehelderd.

De heer Cramer (ChristenUnie):

De heer Weekers heeft de heer Slob in zijn betoog een compliment gegeven voor het artikel dat vanochtend in de krant staat. Daarin zegt de heer Slob dat het kabinet wat meer vooruit moet. Dank voor het compliment, ik zal het aan de heer Slob doorgeven. De bijdrage van de heer Weekers van vanmorgen bestaat alleen maar weer uit dezelfde bak met modder gooien en dezelfde bak met problemen oproepen. De VVD is toch bekend als een partij die ook bereid is bestuursverantwoordelijkheid te dragen. Wanneer laat de heer Weekers dit pad achter zich en komt hij met een constructieve bijdrage aan het debat, in plaats van telkens dezelfde lp af te draaien?

De heer Weekers (VVD):

De tijd van lp's is voorbij. Maar los daarvan, ik gooi niet met een bak met modder. Ik houd het kabinet een spiegel voor en ik geef een alternatief aan. Dat is een zeer constructieve houding. Als de toon de heer Cramer niet bevalt, is dat een andere kwestie. Wij zijn met een tegenbegroting gekomen en wij zijn daarnaast met zeer veel concrete tegenvoorstellen, moties en amendementen gekomen. Wij komen er bij de coalitie niet doorheen. Ik begrijp dat best in zo'n eerste jaar. Je moet zaken wellicht wat harder zeggen om ervoor te zorgen dat ze ook overkomen bij de coalitie.

De heer Tony van Dijck (PVV):

Ik ben het in grote lijnen helemaal met de heer Weekers eens. Ik vind het beleid ook levensgevaarlijk. Ik heb de heer Weekers echter nog niet gehoord over de armoedeval, die alleen maar groter wordt. Welke oplossing heeft de heer Weekers om de mensen met een uitkering te prikkelen om te gaan werken? Dat is een belastingverlaging van 0,5% niet. Die prikkel is niet groot genoeg.

De heer Weekers (VVD):

Wij kunnen nu een hele discussie houden over de armoedeval. Ik wil dat heel graag doen.

De voorzitter:

Maar ik wil niet dat u dat doet.

De heer Weekers (VVD):

Dan kan ik slechts een enkele opmerking maken. Wij vinden dat werken moet lonen. Wanneer mensen vanuit een uitkering gaan werken, moet dat lonen. Wanneer mensen werken en meer gaan werken, moet dat lonen. De structuur van de fiscaliteit en van de subsidies die de overheid verleent moet daar goed op worden afgestemd. Een van de maatregelen in de tegenbegroting is dat uitkeringen voor mensen die kunnen werken bij de VVD niet met de welvaart meegroeien. Die zijn wel waardevast, dus de mensen kunnen dezelfde producten blijven kopen, maar zij groeien niet met de welvaart mee. Willen zij van de welvaart profiteren, dan zullen zij echt aan de slag moeten. Daarmee vergroot je het verschil tussen een uitkering en loon. Wij voeren dat verschil niet door voor mensen die niet meer kunnen werken of hoeven te werken. Iemand van 65 jaar of ouder groeit wat ons betreft wel met de welvaart mee. Zo kan ik nog een hele waslijst van maatregelen opsommen, maar het debat over de armoedeval moeten wij op een andere plek en een ander moment voeren.

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Mag ik de heer Weekers vragen, de grafiek nog eens te laten zien?

De heer Weekers (VVD):

Dat doe ik heel graag, mijnheer De Nerée.

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Dat groene gebeuren, de onderkant, gaat er in procenten op vooruit, zo zei de heer Weekers.

Minister Bos:

In euro's!

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Dat is het punt. Het zijn euro's, mijnheer Weekers. Als u zo onzorgvuldig bent met de interpretatie van grafieken is dat buitengewoon jammer. Het haalt een heleboel uit uw betoog.

De heer Weekers (VVD):

Je moet natuurlijk geen appels met peren vergelijken, maar ik verzoek de minister van Financiën dan toch om in januari 2008 met een actuele koopkrachtberekening te komen. Dan zullen wij zien dat het groen en het rood in de plaatjes er uitzien zoals in mijn grafiek.

De voorzitter:

Ik neem aan dat er geen bezwaar tegen bestaat dat dit stuk ter inzage wordt gelegd bij het Centraal Informatiepunt van de Kamer.

(Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.)

De heer Irrgang (SP):

Kan deze interessante grafiek ook worden verspreid?

De voorzitter:

Dat heb ik net al gezegd. Ik hoop dat er een klein formaat kan worden gemaakt.

De heer Weekers (VVD):

Ik kan wel zorgen voor een kleiner formaat.

De voorzitter:

Dan zorg ik voor de verspreiding.

De heer Cramer (ChristenUnie):

Voorzitter. U kent mij als een man die overal wel snel een mening over heeft, maar vandaag sta ik toch enigszins in tweestrijd. Staan wij er aan het eind van 2007 nu goed voor of lijkt het alleen maar zo?

Laat ik vooropstellen dat ik het heb over het halen van de geraamde financiële doelstellingen. Het zegt niets over de staat van het land of de persoonlijke financiële omstandigheden van mensen. Deze week kwam de armoedemonitor van het SCP uit. Daaruit bleek dat 240.000 huishoudens, 3,7%, echt arm te noemen is. Een groot deel van deze mensen is zelfs arm terwijl zij meer dan 24 uur per week werken.

Daar schrik ik van. Gisteren is al gesproken over armoede en schulden, ook door de minister. Ik ga hier verder niet op in, maar wij moeten beseffen dat geld een middel is om het land te dienen. Herverdeling vraagt verantwoorde keuzes van het parlement. Daar is veel wijsheid voor nodig.

Ik had het over mijn tweestrijd. Bij het lezen van de Najaarsnota viel mijn oog meteen op het EMU-saldo in 2007. Het kan bijna niet anders, want het staat heel triomfantelijk op de eerste pagina. Het tekort komt uit op 0,2% bbp in plaats van de verwachte 0,4% bbp. Dat is mooi. Kijken wij echter naar de hardheid van de resultaten en naar de oorzaken, dan wordt het verhaal wat minder triomfantelijk.

Zo is er geen nieuwe uitvoeringsinformatie beschikbaar voor de zorg. Wij weten dat de laatste jaren zich bij het zorgkader de grootste tegenvallers hebben voorgedaan. Is het dan niet een illusie, te veronderstellen dat er nu geen wijzigingen in het resultaat zullen optreden? Heeft de minister al meer informatie over de zorguitgaven? Graag krijg ik een reactie.

Verder is er voor in totaal 1 mld. onderuitputting bij het FES en het Infrastructuurfonds. Het gaat hierbij echter om uitstel van projecten, waardoor deze kosten volgend jaar waarschijnlijk wel worden gemaakt. Je moet jezelf dan niet rijk rekenen. Ik krijg het gevoel dat dit nu wel gebeurt. Immers, het is geld dat je niet over hebt, maar dat je volgend jaar gaat besteden. Kan de minister aangeven wat deze schuif zal betekenen voor het verwachte EMU-saldo van 2008 en voor de gewenste verbetering die wij hebben afgesproken in het coalitieakkoord?

Het resultaat van de uitgavenkaders is dus wat geflatteerd. Daar komt bij dat de verbetering van het tekort voor een groot deel komt door de gasbaten, een post die nauwelijks door het kabinet te beïnvloeden is. Kortom, de vraag die bij mij opkomt is op zijn Gronings "het kon minder" of op zijn Hollands "kon het soms beter?". Bij gebrek aan een oordeel vraag ik dat maar aan de minister.

Een ander punt dat opvalt in de Najaarsnota betreft de tegenvaller in het SZA-kader. Voor 100 mln. wordt dit veroorzaakt doordat de werkloosheid minder snel is gedaald dan verwacht en dat terwijl de werkloosheid historisch laag is op dit moment. Moeten wij hieruit concluderen dat de werkgelegenheidsambities van dit kabinet niet reëel zijn? Wat gaat dat betekenen voor de komende jaren, waarin het kabinet nog een forse groei voorstaat van de werkgelegenheid?

Nu wij het toch over groei hebben: de groeiramingen van het CPB voor 2008 zijn nog onverminderd positief, maar wij moeten wel alert blijven. Met name de inflatie kan tot een spook worden. De Europese Centrale Bank heeft ook hiervoor gewaarschuwd. Wat zijn de verwachtingen van de minister over het inflatieniveau in Nederland? Moeten wij ons zorgen maken of loopt dat nog wel los volgens de minister?

Over de gevolgen van de kredietcrisis zijn de meningen verdeeld, maar toch zou ik mij zeker wat aantrekken van de president van de Nederlandsche Bank. Hij voorziet een impact van de kredietcrisis op onze economie, een niet mis te verstaan signaal. Heeft de minister dit signaal ook opgepikt en zo ja, wat gaat hij er dan mee doen?

Voorzitter. Ik rond af. Zo voor het einde van het jaar ben je altijd geneigd de balans op te maken. Dat heb ik hier vandaag ook willen doen. Hoe ging het in 2007 en hoe staan wij, op basis van onze kennis van vandaag, ervoor in 2008, uiteraard vanuit een financieel perspectief? Dan is de ChristenUnie best tevreden. De financiën over 2007 leveren op dit moment nog geen echte stress op – dat kan natuurlijk nog komen bij de jaarrekening – en voor 2008 staat er een stevig kader.

Maar ik wil niet alleen naar de zaak kijken, maar ook naar de mens. Ik dank de minister voor de debatten die wij het afgelopen jaar mochten voeren. Voor het komend jaar wens ik ons veel leuke debatten toe en de minister daarbij veel wijsheid en inzicht en vooral een gezegend 2008.

De heer Tang (PvdA):

Voorzitter. Het gaat goed met de economie. Dit jaar bedraagt de groei maar liefst 3% en voor het volgend jaar is de voorspelling 2,25% procent, iets boven trendmatig en iets boven het eurogemiddelde. De groei in het eurogebied wordt wel aangetast door een combinatie van de uit Amerika overgekomen kredietcrisis, de sterke euro – waarmee overigens een harde landing van de dollar minder waarschijnlijk is geworden – en een hoge olieprijs. Het kabinet weet met een gedegen begrotingsbeleid de goede tijden goed te benutten. Dat is af te lezen aan het verwachte tekort op de begroting in dit lopende jaar. In mei 2007 bij de Voorjaarsnota was de voorspelling van het tekort min 0,7%, in september min 0,4%, nu min 0,2% en in december, zo kunnen wij lezen op de website van het CPB, 0,0%. Natuurlijk, de ene meevaller is de andere niet; de heer Cramer heeft daar terecht op gewezen. Ik vraag de minister waarom niet standaard een onderscheid wordt gemaakt tussen tijdelijke en blijvende meevallers.

Maar toch, ik hoor nog de woorden van de financieel woordvoerder van de VVD bij de financiële beschouwingen: het kabinet is een ramp voor het land vanwege een gat in de hand. Feit is juist dat dit jaar de lijken in de kast van de voorganger van deze minister van Financiën zijn opgeruimd en begraven. Het verwachte tekort in mei is een gevolg geweest van de verkiezingsbegroting uit 2006 en de hogere zorguitgaven aan het begin van dit jaar.

Dit alles betekent niet dat de PvdA op alle punten tevreden is. Met name in het geding is de betrouwbaarheid van de overheid. Het vertrouwen in sommige publieke voorzieningen en diensten is tanend. Cynisme kan overheersen. Mede daarom is een betrouwbare overheid belangrijker dan ooit.

De gang van zaken bij de toeslagen is nog altijd verontrustend. Hiervoor heeft de PvdA steeds gewaarschuwd. Veel mensen moeten vaak tot hun verrassing vele honderden euro's terugbetalen, veel mensen weten nog niet waar zij aan toe zijn qua betalen of terugkrijgen. De Tweede Kamer weet dat evenmin. De PvdA vreest een moving target. In september werd de terugbetaling van de inkomensafhankelijke bijdragen Zvw eind december verwacht. Het is echter het eerste kwartaal van 2008 geworden. Hoe zit dat? Er zijn bij werkgevers opnieuw loongegevens opgevraagd. In de brief van 18 december blijkt dat niet alle loongegevens binnen of bruikbaar zijn. Hoe kan dat? Wat betekent dat voor hoeveel belastingplichtigen? Op 7 november is aangegeven dat ongeveer één miljoen huurtoeslagen zouden worden gecontroleerd, maar op 30 november zijn het er twee miljoen. Hoe kan dat? Kan het kabinet in het algemeen meer duidelijkheid verschaffen over de data waarop het zich bij de toeslagen richt?

De subsidieregelingen Vamil, EIA en MIA zijn plotseling gesloten. Het gaat om drie financiële regelingen voor het bevorderen van duurzame investeringen. Je kunt niet eerst roepen dat het milieuvriendelijker moet worden en vervolgens zeggen: maar nu even niet. Het loket is dicht, komt u volgend jaar maar terug. De onzekerheid, de onbetrouwbaarheid frustreert investeringen van bedrijven in duurzaamheid. Met name kleine bedrijven, waaronder boeren, hebben te lijden onder de onbetrouwbaarheid van de overheid. Bovendien hoort de rijksoverheid budgettaire risico's niet af te wentelen, maar juist zelf te dragen. De rijksoverheid moet alleen risico's bij andere partijen leggen als deze partijen daarop invloed hebben. De rijksoverheid kan als geen andere partij niet-beïnvloedbare risico's dragen. Het budgettaire plafond in de genoemde regelingen legt het risico van een meer dan verwachte hoeveelheid aanvragen bij de aanvragers, die daar individueel geen invloed op hebben. Dat kan niet. Om deze redenen ziet de PvdA graag een herziening van de regelingen, zonder dat het geraamde budgettaire beslag verandert. Wat ons betreft gaat het plafond eruit, maar waar het om gaat is de garantie van het kabinet dat niet jaar in jaar uit deze regelingen dichtgaan. Ik krijg graag een toezegging van de minister.

Wij zijn erg blij met de regeling Stimulering duurzame energie (STE). Het eerste jaar is hiervoor 14 mln. geraamd, oplopend tot 188 mln. in 2011. De rijksoverheid heeft dus hoge verwachtingen, en dat is goed. Het is van groot belang dat het kabinet duurzaamheid bevordert. Laat ik hierbij direct zeggen wat ik per se niet wil. De minister raadt het misschien al. De regeling mag bij succes niet ineens in de loop van het kalenderjaar worden gesloten. Ook een subsidieregeling moet duurzaam zijn. Bedrijven moeten erop kunnen rekenen dat realistische plannen die aan de voorwaarden voldoen, steun krijgen. Na Bali mag de overheid de STE-balie niet plotseling sluiten.

In de toelichting bij artikel 6 van de suppletoire begroting van VROM las ik dat voor het clean development mechanism dit jaar 20 mln. niet wordt benut en dat het geld wordt doorgeschoven naar maar liefst 2012. Mag ik de minister de suggestie doen om dit geld in te zetten voor de STE-regeling in de mate waarin de voor 2008 geraamde 14 mln. niet toereikend is? Deelt de minister meer in het algemeen mijn opvatting over een betrouwbare overheid en de betekenis daarvan in het financiële en fiscale beleid?

Tot slot roer ik een punt aan dat de PvdA zeer aan het hart gaat. In september presenteerde mijn collega Spekman een plan om kinderen die in armoede leven, meer te laten meedoen in de samenleving, bijvoorbeeld door te sporten of muziekles te volgen. Tijdens de algemene beschouwingen hebben wij hiervoor twee maal 40 mln. uitgetrokken. Wij zijn zeer blij dat staatssecretaris Aboutaleb samen met minister Rouvoet hiermee voortvarend aan de gang is gegaan. Wij moeten die kinderen laten meedoen, zo zei Aboutaleb daarbij. Inderdaad, want als wij kinderen aan de kant laten staan, als wij hun talenten niet de kans geven, weten wij zeker dat armoede zich voortplant.

De Armoedemonitor bevat naast zorgwekkende onderdelen toch ook wel wat lichtpunten; het beleid helpt. Het heeft effect als de zwaarste lasten verschoven worden naar de sterkste schouders. Daar moeten wij dus aan vasthouden. Wij moeten realistisch blijven. Er is geen enkele reden om de aandacht te laten verslappen. Veel mensen hebben elke dag grote moeite om de eindjes aan elkaar te knopen. In talloze huishoudens ontstaan steeds weer schulden. Dan heb ik het nog niet over de mensen met een gat in de hand of met een kostbare verslaving. Ik heb het over gezinnen die ondanks alle inzet niet rondkomen en waar schulden zich opstapelen. Ik vraag via deze minister het kabinet daar zeer alert op te blijven en ons in het voorjaar te berichten of de capaciteit van de schuldhulpverlening voldoende is.

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Voorzitter. Wij debatteren vandaag met de minister van Financiën over de Najaarsnota en de daarbij horende suppletoire begrotingen. Het is een interessante Najaarsnota, zeker voor mij als katholiek, omdat deze kenmerken vertoont van het kerkelijk recht. Je begint met een dogma dat onomstreden is en bouwt daarop verder. Ik zal namens de CDA-fractie wat concreter worden, zeker voor de niet-katholieke vrienden in mijn fractie en daarbuiten.

In de Najaarsnota zien wij dat er een aanzienlijke onderuitputting plaatsvindt. En nu komt het: onderuitputting ten opzichte van de uitgavenkaders die in de Miljoenennota 2008 voor 2007 simpelweg op nul sluitend zijn gemaakt. Daarop wordt voortgebouwd. Vandaar de verwijzing naar de dogma's en het kerkelijk recht. Uit de beantwoording van de schriftelijke vragen blijkt dat als uitgegaan zou zijn van het oude uitgavenkader, er een overschrijding geweest zou zijn van 3,6 mld.

De heer Pechtold (D66):

Ik kan mij nog een bank van het Vaticaan herinneren, maar daar ging het toch niet zo goed mee.

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Dat zegt niets over de dogma's. Een bank is iets anders dan een dogma die ex cathedra verkondigd wordt.

De heer Pechtold (D66):

Ik doelde op de combinatie van katholiek en geld.

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Dat gaat uitstekend, zoals u in dit kabinet ziet en overigens ook in de vorige kabinetten.

Op basis van de Najaarsnota is genoemde overschrijding van 3,6 mld. teruggelopen naar 3.1 mld. Ziet mijn fractie dat juist? Het gaat mij alleen om de feiten. Zijn de onderliggende oorzaken van de overschrijding nog hetzelfde als ten tijde van de Voorjaarsnota?

Voor 2008 tot 2011 hebben wij heldere solide kaders afgesproken, maar de CDA-fractie maakt zich zorgen over de aard en de omvang van de onderuitputting dit jaar. Het betekent dat projecten die voor 2007 worden voorzien niet worden uitgevoerd. Dat brengt mij tot een opmerking en een vraag. Ofschoon allerlei, veelal ook terechte argumenten aangevoerd kunnen worden die aangeven waarom projecten niet uitgevoerd zijn, roept mijn fractie via de minister van Financiën de verantwoordelijke bewindslieden op, de vinger beter aan de pols te houden. Wij als Kamer stellen immers een begroting vast, zodat het voorgenomen beleid ook uitgevoerd kan worden. Ik geef toe dat het voor een minister van Financiën moeilijk is om zijn collegae te vragen om geld uit te geven, maar het kabinetsbeleid moet uitgevoerd worden. Zorgelijk in dit verband is dat uit de beantwoording van de schriftelijke vragen blijkt dat de onderuitputting in het infrafonds steeds verder toeneemt. De vraag betreft de invloed van de onderuitputting en de meevallers in 2007 op het EMU-saldo in 2008 en op de begrotingen voor 2008. Onderuitputting in het infrafonds en het FES leiden tot een meevaller in het EMU-saldo in 2007 maar tot een tegenvaller in het EMU-saldo in 2008. Ziet mijn fractie het goed dat wat het Infrafonds betreft, de onderuitputting in 2007 meegenomen kan worden naar 2008, omdat er geen maximale eindejaarsmarge is voor het Infrafonds? Of moeten deze middelen in 2008 elders gevonden worden? Met andere woorden, valt het Infrafonds onder de kaders?

Wat de belasting- en aardgasmeevallers betreft, wil mijn fractie graag weten of en in welke mate deze structureel zijn en wat de invloed is op de cijfers voor de komende jaren. Door de onderuitputting en de meevallers bij de belastingen, premies en aardgasbaten is de zogenaamde in=uittaakstelling voor de rijksbegroting in enge zin, voor 2007 al vervuld. Historisch gezien treedt er, als je de statistieken ziet, een verdere onderuitputting op. Vandaar dat in het verleden veelal slechts een gedeelte van de in=uittaakstelling werd ingevuld. Bestaat er al meer inzicht in de onderuitputting en de meevallers over 2007? Mijn fractie vraagt zich verder af wat de invloed is op de departementen die geen overschrijdingen kenden, van het op nul vaststellen van de uitgavenkaders bij de Miljoenennota voor 2008 en de rekening voor 2007.

Het CPB gaat voor 2007 uit van een EMU-saldo van 0%. Dat wil zeggen dat volgens het CPB in ieder geval nog meevallers optreden tot een bedrag van 1 mld. Ik krijg hierop graag een reactie van de minister.

Uit de beantwoording van schriftelijke vraag 19 blijkt dat de onderuitputting structureel groter is dan de in=uittaakstelling. Wat is daarvan de oorzaak? Welke invloed heeft een onderuitputting groter dan de eindejaarsmarge, voor de begroting voor 2008? Het surplus van de onderuitputting boven de 1% loopt, als mijn fractie dat goed ziet, immers in het saldo en komt niet terug. Dat is ook de reden dat ik namens mijn fractie de uitgavenkaders over 2007 heb opgebracht. Is het zo dat naarmate het plafond hoger ligt, een substantiële onderuitputting kan leiden tot verlies aan middelen voor volgend jaar? Kan de minister hierop ingaan?

De heer Irrgang (SP):

U stelt deze vraag, maar volgens mij blijkt uit de schriftelijke antwoorden al wat er gebeurt. Er blijft ieder jaar veel over, meer dan de eindejaarsmarge en dat gaat naar de aflossing van de staatsschuld, terwijl dat geld bedoeld was om uit te geven. Vindt u dat een wenselijk situatie? Zo niet, wat ziet u dan voor mogelijkheden om daar iets aan te doen?

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Ik roep de minister van Financiën op zijn collegae uit te dagen om het geld dat ter beschikking is gesteld voor projecten, ook uit te geven. Dat is wat de Kamer wil. De consequentie van het feit dat het niet uitgegeven wordt, kan zijn dat het geld naar de Schatkist gaat. Als wij echter prioriteiten stellen en daar geld voor beschikbaar stellen, vinden wij dat die gelden daar ook voor aangewend moeten worden.

De heer Irrgang (SP):

Ik wil de kracht van de oproep van de CDA-fractie niet bagatelliseren, maar ik denk toch dat het een historisch feit is dat er altijd substantieel middelen blijven liggen, soms overigens om goede redenen. Accepteert de CDA-fractie dat of vindt zij, met mij, dat wij moeten kijken of die middelen misschien op een andere, betere wijze kunnen worden besteed, nu er extra ruimte is ontstaan in de uitgavenkaders?

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Ik wilde daar juist antwoord op geven. Het structureel onnauwkeurig schatten bemoeilijkt het budgetrecht van de Kamer. Wij hebben aangegeven dat wij dat geld aan bepaalde projecten willen uitgeven, maar als het niet uitgegeven wordt, kunnen wij niets doen. Mijn fractie vraagt het kabinet te onderzoeken hoe de schattingen verbeterd kunnen worden, zodat wordt uitgegaan van reële cijfers.

De heer Irrgang (SP):

Wij kunnen natuurlijk altijd proberen betere schattingen te maken, maar ik denk dat de heer De Nerée ook wel moet onderkennen dat er altijd wel redenen zijn waarom er structureel geld over blijft. Een deel daarvan wordt gebruikt voor aflossing van de staatsschuld. Dat is niet volgens het begrotingsrecht gebeurd, maar dat is gebeurd omdat er geld is blijven liggen. Vindt de CDA-fractie niet dat er meer mogelijkheden moeten komen om hier iets aan te doen?

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Ik zeg elk jaar al dat de Kamer nauwelijks iets kan doen bij de Najaarsnota. Aan het einde van het jaar kunnen er immers nauwelijks middelen overgeheveld worden. Dat heeft geen effect meer voor het lopende jaar. Vandaar dat ik de minister nogmaals oproep om beter te schatten en om de Kamer eerder inzicht te verschaffen in onderuitputting over het lopende jaar. Dan kan de Kamer nog wat doen met de niet uitgegeven middelen.

De heer Cramer (ChristenUnie):

De heer De Nerée spreekt behartigenswaardige woorden over de begrotingssystematiek. Daarover moeten wij het nog eens hebben bij de VBTB. Dan spreken wij immers over wat voor de begrotingen geleerd kan worden uit de jaarrekeningen. Hoe ziet de heer De Nerée dat de Kamer zijn positie kan bestendigen? Er is immers sprake van een voortdurende worsteling met onderuitputting en het niet uitvoeren van zaken. Hoe kan de Kamer daarop meer grip krijgen?

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

De CDA-fractie roept op de oorzaken van de onderuitputting te onderzoeken. Ik raad de heer Cramer aan, de antwoorden op de schriftelijke vragen over het FES door te lezen. Daar is te zien hoe geneuzel allerlei vertraging veroorzaakt. Men kan het niet over formulieren, octrooien en rechtsvormen eens worden. Als dat de oorzaak ervan is dat innovatief Nederland stilligt, heeft het kabinet daar een taak liggen.

De heer Cramer (ChristenUnie):

De heer De Nerée verwijst terecht naar het FES. Daarbij is echter wel duidelijk wat de reden is van de onderuitputting. Bij andere begrotingshoofdstukken is dat onduidelijker. Het lijkt dan of het ambtelijk apparaat niet toegekomen is aan besteding van de budgetten.

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Ik ben het daarmee geheel eens. Vandaar mijn oproep aan de minister van Financiën om zijn collega's te vragen het door de Kamer ter beschikking gestelde geld te besteden aan de prioriteiten. Als dat niet gebeurt, moet daarvoor een heel goede reden zijn. Ik wil die dan graag horen. De middelen moeten besteed worden. Zo niet, dan wil ik weten waarom. Dan kan de Kamer de zaken aanpakken.

De heer Weekers (VVD):

Dat probleem doet zich voor bij het Infrafonds, met een onderschrijding van 700 mln. Die is er al gedurende enkele jaren. Het bedrag is enorm geworden door de uitspraken van de Raad van State over de fijnstofnormen. Die heeft Nederland aanmerkelijk hoger gesteld dan de Europese Unie voorschrijft. Nederland heeft bovendien een koppeling gelegd met bouw- en infrastructuurprojecten. Is de heer De Nerée met mij van mening dat die koppeling losgelaten moet worden en dat onorthodoxe maatregelen getroffen moeten worden om de bouw van noodzakelijke infrastructuur mogelijk te maken?

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Dit probleem is uitvoerig aan de orde gekomen bij de behandeling van de begroting van Verkeer en Waterstaat en het MIRT. Wij moeten maatregelen nemen die erop zien dat alleen de mensen die erdoor getroffen worden bezwaar kunnen aantekenen. Dat is een van de maatregelen. Ik heb al eens opgeroepen te kijken naar de fijnstofrichtlijn. Die is al wat verruimd, zodat rekening gehouden kan worden met besparingen elders. Dat zijn ook dingen waar het kabinet naar moet kijken. De bedoeling is om de door de Kamer ter beschikking gestelde gelden uit te geven. Als er redenen zijn waarom dat niet kan, moet er een oplossing gevonden worden.

De heer Weekers (VVD):

Desnoods door verandering van de wet waarin die koppeling wordt gelegd?

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

De samenhang met de Europese regelgeving moet worden bezien. De heer Weekers weet dat de CDA-fractie geen kop wil op richtlijnen van Brussel. Er zijn echter vele andere zaken die de voortgang ophouden. Ik noem mensen die bezwaar maken of niet-direct belanghebbenden die barrières opwerpen of procedurefouten zodat de zaak helemaal over moet. Er moet wetgeving komen zodat procedurefouten gedurende het proces verbeterd kunnen worden.

Is er al zicht op de ontwikkelingen binnen het Kader Zorg? In de Najaarsnota en de beantwoording van de schriftelijke vragen wordt alleen gemeld dat er geen gegevens zijn. Dat stemt niet echt vrolijk, tenzij het allemaal meevalt.

Het stelsel van federale banken in de VS, de FED, heeft vorige week het voornaamste rentetarief verlaagd met een kwart procentpunt, tot 4,25%. Het gaat minder met de economie in de VS. Een van de oorzaken is nog steeds het probleem op de Amerikaanse huizenmarkt. In Europa, met name in het eurogebied, vinden ook discussies plaats over de hoogte van de door de Europese Centrale Bank te bepalen rente. De inflatie neemt toe, hetgeen een hogere rente nodig maakt. De economische groei in Europa en ook in Nederland neemt volgens recente voorspellingen evenwel af, met name door de kredietcrisis en de sterke euro. In het eurogebied neemt de groei af tot 2% en in Nederland tot 2,25%. Dit zou moeten leiden tot een renteverlaging. De OESO heeft zich recentelijk uitgesproken tegen een renteverlaging en vindt een renteverlaging zelfs niet verantwoord. Graag verneem ik de visie van de minister hierop.

Het goede nieuws is overigens dat Nederland het naar verwachting beter zal doen dan het eurogebied in zijn geheel, maar de inflatie neemt toe en de werkgelegenheid neemt nog altijd sneller toe dan het arbeidsaanbod. De arbeidsmarkt wordt dus krapper. Dit kan leiden tot een hogere loonstijging, hetgeen de prijzen opdrijft. Wij stevenen dus rechtstreeks af op een niet te doorbreken loon/prijsspiraal. Degenen die zich afvragen wat hiervan de gevolgen zijn, moeten denken aan het eind van de jaren negentig. Hoe denkt de minister te laveren tussen deze Scylla en Charybdis? Zijn er maatregelen te treffen en welke maatregelen heeft het kabinet concreet voor ogen?

Mijn fractie maakt zich ernstig zorgen over de ontwikkeling van de economische situatie wereldwijd, met name in de VS. Het feit dat de Amerikaanse regering meent te moeten ingrijpen in bestaande hypotheekcontracten, belooft niet veel goeds. Ook solide hypothecaire leningen worden hiervan de dupe, hetgeen een nieuw sneeuwbaleffect kan veroorzaken. Ontwikkelt het kabinet scenario's die hierop inspelen? Daarop krijg ik graag een reactie van de minister. Het verheugt mijn fractie overigens dat over dit onderwerp op 30 januari aanstaande een hoorzitting plaatsvindt.

Ik had het al over de decemberbrief. Die is in veel opzichten interessant en leidt op sommige punten tot verdere zorgen binnen de CDA-fractie. De groei van de investeringen in woningen neemt volgens het CPB in 2008 af. In 2005 bedroeg die groei nog 5,7%. Voor 2008 raamt het CPB de groei slechts op 2,5%. Wat betekent deze geringe groei voor de woningmarkt? Wat gaat het kabinet doen om het tij te keren?

Tot slot de hedgefunds. Ik dacht dat het op dit punt rustiger zou worden, omdat de kosten van kredieten aanzienlijk toegenomen zijn door de situatie op de financiële markten, maar niets blijkt minder waar. Twee hedgefunds uit de VS hebben zich inmiddels bij Philips gemeld en kijken meer dan begerig naar de liquide middelen bij Philips. De twee partijen staan te boek als agressief en zullen niet aarzelen om druk te zetten op de directie indien zij dat nodig achten. Ik heb al eerder gezegd – denk aan de debatten over de Voorjaarsnota 2006 en de Voorjaarsnota 2007 – dat de CDA-fractie zich grote zorgen maakt over de activiteiten van activistische aandeelhouders. Collega Omtzigt heeft dit vorige week ook naar voren gebracht in het AO over corporate governance. Voor de CDA-fractie is de grens zo langzamerhand wel bereikt. In zijn brief van 31 oktober 2007 heeft de minister een aantal maatregelen opgesomd die in de pijplijn zitten of daarin gestopt zullen worden. Haast is echter geboden. Voor de CDA-fractie is het vijf voor twaalf. De minister verwijst ook naar een preadvies van de Koninklijke Vereniging voor Staatshuishoudkunde. Dat is inderdaad een goed preadvies. Het is moeilijk voor economen om buiten hun vakgebied te kijken, maar namens mijn fractie breng ik graag ook de preadviezen van de Vereniging Handelsrecht onder zijn aandacht, met name de suggesties van professor Raaijmakers. Verder wijs ik de minister graag op een artikel van De Boer in nummer 15 uit 2007 van het blad Ondernemingsrecht. Dat artikel is gebaseerd op artikel 32, lid 2 van de Wet op de ondernemingsraden. Mijn fractie roept de minister ertoe op om de druk op de maatregelen die in de pijplijn zitten, zo op te voeren dat zij er binnenkort in de vorm van wetsvoorstellen uit komen. Daarop krijg ik graag een reactie van de minister.

De heer Irrgang (SP):

Voorzitter. De heer De Nerée en ik hebben een gedeelde weerzin tegen die sprinkhanen, die hedgefondsen. Hij heeft dit al eerder in deze Kamer aan de orde gesteld. Hij noemde net Philips. Wij weten dat de leiding van ABN AMRO op de deur van de premier heeft geklopt, waarschijnlijk ook wel op die van de minister van Financiën. Denkt de heer De Nerée niet dat het verstandig is als deze minister van Financiën of dit kabinet met Philips gaat praten om de situatie te inventariseren en te laten weten dat de Nederlandse politiek niet wil dat Philips wordt verscheurd door hedgefondsen, zodat het straks niet te laat is als wij er hier weer over moeten praten?

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Voorzitter. Het kabinet moet zelf weten of het met individuele bedrijven gaat praten. Ik heb geprobeerd de algemene problematiek te schetsen, namelijk dat fondsen die liquide middelen hebben om strategische acquisities te doen erop uit zijn om bedrijven zo snel mogelijk leeg te halen. Ik heb ze inderdaad wel eens sprinkhanen genoemd en vind dat nog steeds. Ik vind dat een enorm probleem, omdat dat een goede bedrijfsvoering verhindert. Ik ben blij dat in het Belastingplan de mogelijkheden tot inkoop van eigen aandelen voor bedrijven verruimd zijn, zodat ze in ieder geval enige maatregelen kunnen nemen om zich teweer te stellen tegen die activistische hedge funds.

De heer Irrgang (SP):

De heer De Nerée dringt aan op haast bij deze minister, maar dat zal voor Philips op dit moment weinig uitmaken, want die wordt, althans naar verluidt, nu al belaagd. Is het dan niet goed dat er van dit kabinet een politiek signaal uitgaat in de richting van Philips, namelijk dat de Nederlandse politiek zich hier grote zorgen over maakt? Is het niet goed om eens te bezien wat wij op dat punt kunnen betekenen?

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Voorzitter. Ik heb net gezegd dat het voor de CDA-fractie 5 voor 12 is. Dat slaat niet op een individueel bedrijf, maar op de algemene problematiek. Ik vind dat het kabinet haast moet maken met een set van maatregelen om deze algemene problematiek op te lossen. Er liggen voldoende gedachten. De vraag is of je dat in een code of in een wet moet vastleggen. Ik denk dat een aantal zaken toch wettelijk moet worden vastgelegd en wij niet moeten wachten totdat een code tot stand is gebracht.

De heer Tang (PvdA):

Voorzitter. Ik heb aangegeven dat het voor de PvdA-fractie niet aanvaardbaar is dat regelingen om duurzame investeringen te stimuleren steeds maar worden gesloten. Ik heb het niet alleen over bestaande, maar ook over nieuwe regelingen. Deelt de CDA-fractie die mening?

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Voorzitter. Toen de EIA en de MIA de vorige keer werden gestopt omdat het plafond bereikt was, hebben ook wij luid protest aangetekend en gezegd dat er een zodanige regeling moest worden gemaakt dat mensen niet voortdurend met een plafond worden geconfronteerd. Het heeft ons verbaasd en geërgerd dat de regeling nu weer is stopgezet omdat het plafond bereikt is. Met de heer Tang roep ik de minister op om te zoeken naar een regeling die niet halverwege of aan het eind van het jaar ineens stopt, dat de kraan ineens wordt dichtgedraaid. Er komt nog een wetsvoorstel waarmee moet worden goedgekeurd dat de regeling eind dit jaar is beëindigd. Ik denk dat het dan een goed moment is om nog eens deze bezwaren en punten naar voren te brengen en de minister te vragen om voor het volgend jaar met een goede regeling te komen.

Als het gaat om duurzame energie heeft ook mijn fractie met verbazing geconstateerd dat een bepaald bedrag is doorgeschoven naar 2012. Wij willen graag weten waarom, want wij willen dat er voldoende middelen zijn om die duurzame energie te blijven nastreven. Met gelden voor ontwikkelingssamenwerking propageert Nederland in sommige ontwikkelingslanden met grote kracht duurzame energie. Ik denk dat hetzelfde zou moeten gebeuren in Nederland.

De heer Pechtold (D66):

Voorzitter. Ik heb een vraag naar aanleiding van de actualiteit. Gisteren hebben wij vernomen dat het kabinet het advies van de commissie-Frijns interessant vindt, maar het toch niet zal volgen. Vanmorgen hebben wij gelezen dat de fractievoorzitter van de ChristenUnie zegt: kabinet, ga eens regeren. Ik denk dat de oppositie hiermee na maanden toch wel gelijk krijgt. En er is ons opnieuw een commissie in het vooruitzicht gesteld, de commissie-Bakker, die over de arbeidsmarkt gaat praten. Hoe kijkt de CDA-fractie, indachtig deze drie feiten, aan tegen die ontwikkelingen die zo hard nodig zijn om te voorkomen dat wij hier eind 2008 weer met eenzelfde beeld staan en het gevoel dat de heer De Nerée ook omschrijft: wat gebeurt er nu.

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Wat de heer Slob heeft gezegd, moet de heer Pechtold aan de heer Slob vragen. Hij kan zeggen hoe hij dit verder duidt.

Minister Pechtold:

Ik vraag naar de mening van de heer De Nerée.

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Ik heb geen mening over hetgeen de heer Slob zegt; wij hebben onze eigen mening.

Wat de commissie-Frijns betreft, mijn fractie vindt die maatregelen ook redelijk vrijblijvend. Ik verwacht niet dat wij het redden met die vrijblijvendheid, dingen vastleggen in codes, et cetera. Dat heb ik al eerder gezegd. Een aantal van deze maatregelen moet naar onze mening leiden tot wettelijke regels.

De voorzitter:

En het derde punt?

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Dat is mij even ontschoten.

Minister Pechtold:

Het derde punt hangt natuurlijk heel duidelijk aan het eerste. Dit kabinet is kampioen "commissie instellen". De inkt van een rapport is nog niet droog, er is nog geen 24 uur verstreken, of wordt niets meer gedaan. Ik vraag mij daarom af: wie regeert hier nu eigenlijk. Er steekt nu iemand zijn hand op, maar dat is ook niet echt overtuigend. Daarom zeg ik: dus geen commissie, kom op met die ingrepen. Hoe kijkt de heer De Nerée hier nu tegenaan?Het moet voor de CDA-fractie toch ook ramp zijn om te zien dat er niets gebeurt, wat er ook wordt geadviseerd?

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Dat er commissies zijn die zaken uitzoeken en aanbevelingen doen, kan op zichzelf erg goed zijn. Alleen als er aanbevelingen komen die naar de mening van mijn fractie te zacht zijn en die niet leiden tot het doel dat ons voor ogen staat, dan moeten er wettelijke maatregelen komen. Ik heb zojuist in mijn betoog gezegd dat alle maatregelen die in de pijplijn zitten onder druk moeten worden gezet opdat ze uitmonden in wetsvoorstellen en dat de maatregelen die nog niet in de pijplijn zitten, daar zo snel mogelijk in gestopt moeten worden en dat de druk moet worden opgevoerd. Wat de sprinkhanen aangaat, zou ik bijna zeggen: als wij niets meer kunnen doen, zijn er altijd nog bestrijdingsmiddelen.

Minister Pechtold:

Gods water over Gods akker. Dit is een heel katholiek standpunt van het CDA.

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Ik ben er ook mee begonnen dat ik katholiek ben. Ik ben mezelf trouw gebleven.

De heer Weekers (VVD):

Heb ik goed gehoord dat de heer De Nerée zich toch wel wat zorgen maakt over het economisch klimaat in de komende jaren in verband met de hypotheekcrisis, de krapte op de arbeidsmarkt, de oplopende inflatie, et cetera?

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Ja, daar maakt mijn fractie zich zorgen over. Dat heeft de heer Weekers goed gehoord.

De heer Weekers (VVD):

Hoe kijkt de heer De Nerée dan aan tegen de opmerking van de Rabobank in de visie op 2008 dat de extra ruimte die het kabinet zichzelf in zijn meerjarenplannen heeft gegeven door het behoedzaamheidmarge in de begroting los te laten, bij een afkoelende conjunctuur al snel tot budgettaire problemen kan leiden?

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Wij hebben tijdens de politieke beschouwingen en de financiële beschouwingen uitgebreid gediscussieerd over het groeipercentage waar wij vanuit zijn gegaan in de schattingen tot 2011. Wij hebben nog geen reden om te veronderstellen dat wij daaronder zullen zakken. Dit neemt echter niet weg dat het nooit kwaad kan voor een kabinet om te kijken wat er zou moeten gebeuren als het groeipercentage niet wordt gehaald. Ook daarvoor zijn in de begrotingsregels voorzieningen vastgelegd. Als het EMU-saldo tot een bepaalde grens toeneemt als gevolg van een lager groeipercentage, moet er automatisch worden ingegrepen. De vraag is dan op welke gebieden en op welke wijze er zal worden ingegrepen.

De heer Weekers (VVD):

De afspraken in het regeerakkoord zijn helder. Er staat dat eerst er een tekort van 2,5% moet zijn voordat er wordt ingegrepen. Als volgend jaar blijkt dat het niet meer reëel is te veronderstellen dat de economische groei in de periode 2008-2011 2% zal zijn, is de heer De Nerée dan bereid om de zaak tussentijds nog eens ter discussie te stellen en weer terug te gaan naar een realistische economische schatting en een behoedzame raming?

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

De inschatting is nog steeds realistisch. In de begrotingsregels ligt vast wat er gebeurt als wij in een tekortsituatie terechtkomen. Overigens zei de heer Weekers dat de consumentenbestedingen teruglopen. Ik verwijs hem naar de gegevens van het CBS waaruit blijkt dat de consumentenbestedingen in het derde en vierde kwartaal zijn toegenomen. Dat is goed voor de economische groei. Ik ben blij dat in Nederland een groei is van 2,25%. Die groei houdt misschien aan, mede dankzij de ontwikkelingen in India en China waar Rotterdam in grote mate van profiteert.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Ik kom graag nog even terug op de topinkomens en op het rapport van de commissie-Frijns. Het klinkt mij als muziek in de oren dat u dat rapport veel te zacht vindt en wilt dat er wettelijke maatregelen worden genomen. Daarop vooruitlopend vraag ik of u met mij blij bent dat de beperking van de fiscale aftrek van de pensioenpremies gewoon in het Belastingplan 2008 al is vastgelegd, in weerwil van het protest van de CDA-fractie in de Eerste Kamer.

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Ik heb de indruk dat u het de laatste tijd erg druk hebt gehad en de ontwikkelingen niet helemaal hebt gevolgd. Over beperking van de aftrek van de pensioenpremies is een motie ingediend tijdens de behandeling van het Belastingplan 2008. In die motie staat dat de maatregel eruit wordt gehaald. Het kabinet heeft die motie omarmd. De staatssecretaris heeft naar aanleiding van de behandeling van het Belastingplan in de Eerste Kamer een brief geschreven waar alle antwoorden op uw vragen in staan.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Ik heb het inderdaad druk maar ik ben toch uitstekend op de hoogte. Ik ben natuurlijk op de hoogte van de brief van staatssecretaris De Jager. Die is echter van geen enkele juridische betekenis. De beperking van de fiscale aftrek pensioenpremies staat wel degelijk nog in het Belastingplan. De Kamer heeft daarmee een veiligheidspal op het moment dat zij concreet maatregelen wil treffen om de topinkomens te beperken.

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Als mijn fractie een brief krijgt van het kabinet waarin staat dat de maatregel eruit wordt gehaald, dan vertrouwt mijn fractie erop dat dat gebeurt. Uw fractie vertrouwt daar schijnbaar niet op. Dat is een verschil van opvatting. Ik ga ervan uit dat wat afgesproken wordt, wordt uitgevoerd.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Het gaat niet om vertrouwen, maar om de juridische betekenis van een stuk. De maatregel staat nog in het Belastingplan 2008. Ik wilde u daar even aan herinneren omdat u het van zo'n groot belang vindt dat wettelijke maatregelen worden genomen.

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

De maatregel staat inderdaad nog in het Belastingplan, maar er is een motie aangenomen en er is een brief door de staatssecretaris gestuurd. Als deze maatregel gehandhaafd zou worden, zou deze bovendien pas ingaan op 1 januari 2009. Mijn fractie vertrouwt op hetgeen het kabinet gezegd heeft. Ik ga ervan uit dat dat vertrouwen niet beschaamd wordt.

De heer Pechtold (D66):

Voorzitter. Met de Najaarsnota wordt op het eerste gezicht een positief beeld geschetst. Het gaat goed met de economie. De kredietcrisis en de daling van het consumentenvertrouwen in het afgelopen jaar hebben nog niet tot al te nadelige effecten geleid. De minister van Financiën heeft een uitgavenkader voor 2007 en weet het totaal aan uitgaven daar zelfs onder te houden. Ook dat is positief, hoewel het kader zo ruim is gesteld dat het kabinet het wel heel bont had moeten maken om het te overschrijden. Ik ben vandaag echter vooral geïnteresseerd in de visie van deze minister op de toekomst.

Ik neem als voorbeeld de zorguitgaven. In de Najaarsnota wordt geen inzicht geboden in de actuele ontwikkeling van de zorgkosten. Ik maak uit de antwoorden op de feitelijke vragen op dat dat inzicht in vorige jaren ook niet bestond. Ik wil de minister geen verwijt maken, maar ik constateer tevens dat er nog een aanzienlijk risico bestaat dat de zorguitgaven in 2007 uiteindelijk, als de definitieve cijfers bekend zijn, kunnen tegenvallen. Gelet op de zorgtegenvallers waarmee de Kamer eerder dit jaar, bij de behandeling van de Voorjaarsnota, werden geconfronteerd, kan dat fors in de papieren lopen. Dat lijkt mij zeker van belang voor de ontwikkeling van de zorgpremies. Nu al verschijnen berichten in de pers over de tegenvallende koopkracht in 2008. De heer Weekers heeft daar een mooie grafiek van getoond. Die koopkracht hangt voor een belangrijk deel samen met zorgpremies. Hoe schat de minister de ontwikkelingen in de zorguitgaven, de zorgpremies en hiermee samenhangend de koopkrachtperspectieven in? Ziet hij een mogelijkheid om dat soort zaken in deze Najaarsnota te rapporteren en inzichtelijk te maken?

Deze maand kwamen ook De Nederlandsche Bank en het Centraal Planbureau met nieuwe macro-economische prognoses. De teneur is "nu gaat het goed, in 2008 gaat een klein beetje minder goed, maar er is een aanzienlijk risico dat het veel minder goed gaat". De internationale kredietcrisis en de olieprijs brengen aanzienlijke neerwaartse risico's met zich mee. Hoe beoordeelt deze minister trouwens de constatering van De Nederlandsche Bank dat de hypothecaire kredietgroei van de Nederlandse banken eind oktober was teruggelopen naar het laagste groeipercentage sinds het begin van de jaren tachtig in het licht van de Amerikaanse huizencrisis? Ik ga hier niet betogen dat de overheid zijn groeiraming om de haverklap zou moeten aanpassen. Integendeel. Maar ik blijf erbij dat voor de hele kabinetsperiode gewerkt zou moeten worden met een voorzichtige in plaats van een trendmatige groeiraming. Ons standpunt is echter bekend.

De internationale economische onzekerheden vallen samen met een grote krapte op de Nederlandse arbeidsmarkt. Ook dat vindt mijn fractie een risico. In september was er een recordaantal van 236.000 onvervulde vacatures en de contractlonen stijgen in 2008 naar verwachting met 3,25% en de arbeidsinkomensquote komt weer boven de 80%. De inflatie stijgt tot boven de 3% in 2009, wanneer het kabinet onder andere de btw verhoogt. Wij zitten dus met een onzekere internationaal-economische situatie met groot risico op de financiële markten en tegelijkertijd met krapte op de binnenlandse arbeidsmarkten en een dreigende loon-prijsspiraal. De groei van het arbeidsaanbod wordt vertraagd door de vergrijzing en ook het kabinetsbeleid is weinig activerend op dit gebied.

In de Najaarsnota zien wij een tegenvaller van 100 mln. in de WW-uitgaven omdat de uitstroom uit de WW tegenvalt. Het is te hopen dat de commissie die komend voorjaar, naar ik begrijp onder voorzitterschap van de heer Bakker, gaat adviseren over het arbeidsmarktbeleid, het beleid nog enigszins ten goede kan keren. Meer nadruk op vergroting van het arbeidsaanbod in plaats van op Melkertbanen, zou ik zeggen. Meer nadruk op flexibilisering in het algemeen, dan op een dichtgetimmerd ontslagrecht voor insiders, zou ik zeggen. Lagere lasten in plaats van maakbaarheid, zou ik zeggen. Wat verwacht de minister van Financiën van de commissie-Bakker?

Tot slot nog enkele vragen. Indachtig het laatste nieuws, is de belangrijkste misschien of deze begroting Bokitoproof is. De andere vragen zouden als volgt kunnen luiden. Wij hebben de afgelopen dagen gedebatteerd over de missie in Uruzgan. Zoals bekend, is er stevig toegezegd – en daar ben ik verheugd over – dat het defensieapparaat op peil zal worden gehouden. Er werd zelfs letterlijk gezegd: niveau 2006 is niveau 2010. De artikel 100-brief geeft al globaal aan waar de dekking gezocht wordt, maar kondigt meteen een actualisatie bij de Voorjaarsnota van 2008 aan. Nu al is te zien dat er in de jaren 2008-2010 nog een financieel gat van enkele tientallen miljoenen zit. Ik vraag de minister van Financiën of er naar zijn oordeel nog veel budgettaire inspanningen nodig zijn om de financiering van de missie rond te krijgen, inclusief eventuele bijkomende kosten. Dat zijn er nogal wat, onder andere nazorg is hier met name genoemd. Waar zoekt de minister eventuele aanvullingen?

De heer Cramer (ChristenUnie):

De heer Pechtold spreekt van Bokitoproof. Dan kunnen er natuurlijk twee dingen gebeuren. Hij kan de minister ten eerste strak aan kijken en dan komt deze over zijn bankje heen springen. Dat is natuurlijk het grootste gevaar, want dat gebeurde bij Bokito.

De heer Pechtold (D66):

Als je heel lang blijft kijken wel.

De heer Cramer (ChristenUnie):

Lang en strak in de ogen kijken, maakt Bokito gevaarlijk.

De voorzitter:

Dat gaan wij in ieder geval niet doen.

De heer Cramer (ChristenUnie):

Voorzitter, mijn angst was dat de heer Pechtold dat van plan was.

De voorzitter:

Oh.

De heer Cramer (ChristenUnie):

Het was ook een beetje een ordevoorstel.

De voorzitter:

Zo is de heer Pechtold niet.

De heer Cramer (ChristenUnie):

De heer Pechtold koppelt dat aan de begroting. Bokitoproof heeft ermee te maken of iets vandalismebestendig is. Hij is normaal een woordkunstenaar, maar deze combinatie begrijp ik niet. Kan hij dat nog eens toelichten?

De heer Pechtold (D66):

Sommige minister gaan met het oog op mijn politieke filosofie – misdadig wil ik het niet noemen – op een manier met geld om waar ik niet tevreden mee ben. Dat betekent dat je moet voorkomen dat zij grepen uit de kas doen. Ook mijn collega Wilders heeft gezegd dat wij soms van PvdA-ministers gewend zijn dat zij de boel wat berooid achter laten. De minister kijkt mij nu heel strak aan, maar ik denk dat ik die blik wel kan weerstaan.

De heer Cramer (ChristenUnie):

Voorzitter, dat wordt ingrijpen voordat er iemand springt! De heer Pechtold verwijst naar het verleden maar moet nu vooral spreken over het heden. Ik heb dit kabinet nog niet kunnen betrappen op het buiten de kaders treden die het zichzelf gesteld heeft. De heer Pechtold kan het daarmee oneens zijn, maar hij kan dit zeker niet in dat kader plaatsen, met een glimlach en de ontkenning dat hij het woord "misdadig" heeft gebruikt. Dat hoort niet.

De heer Pechtold (D66):

Nu loopt de heer Cramer vast. De kaders zijn zelf gesteld. Daarover heb ik zojuist nogal wat opmerkingen gemaakt. Ik ben het niet met die kaders eens. Wanneer wij de economische groei zien afnemen, moeten wij niet maar uitgeven en uitgeven, zoals het kabinet nu doet, want dan is bijsturing straks niet mogelijk. De heer Cramer gaat mijn betoog nu ondersteunen. Vanochtend deed de heer Slob dat overigens ook met zijn uitspraak "stilzitten is achteruitgang". Dat was de opening van de krant en een mooie onderbouwing door de heer Slob, zo aan het eind van het jaar.

De heer Cramer (ChristenUnie):

Ik val mijn fractievoorzitter uiteraard niet af. Integendeel, ik vind het een heel sterk interview. U rukt dat volledig uit zijn verband. Wij spraken echter over de kaders. Er zijn inderdaad geen kaders gesteld zoals die nu bij de begroting 2008-2011 wel zijn gesteld, maar het is wel binnen de kaders die deze Kamer aan de regering heeft meegegeven. Er is niets buitenwettelijks aan, terwijl u dat wel suggereerde. Dat vind ik vervelend.

De heer Pechtold (D66):

Ook een meerderheid kan dwalen. Ook een meerderheid kan kaders stellen waarvan een minderheid zegt dat zij niet kloppen. Soms krijg je na verloop van tijd gelijk. Wij geven als oppositie breed aan dat de afgelopen maanden te weinig gebeurd is op belangrijke thema's, zoals de aanpak van de woningmarkt en van de vergrijzing, die net als andere zaken blijven liggen. Wij geven aan dat de AOW-belasting van Bos in 2011, dus na deze regeerperiode, iets naar voren is gehaald, naar 2010. Dat zal een enorme uitvoeringslast met zich meebrengen. Wij hebben al gesproken over de commissie-Bakker die de vergrijzing zou moeten aanpakken. Ik word steeds blijer met wat ik zojuist heb gezegd, maar dit zal ons voor de komende tijd verdelen.

De Najaarsnota meldt dat het wetsvoorstel voor de interimwet betaalbaarheidsheffing huurwoningen zal worden ingetrokken zodra de leden van Aedes hebben ingestemd met het onderhandelaarsakkoord. De leden van Aedes zijn vooralsnog niet bijster enthousiast, zo is mij gebleken, mede gelet op de invoering van een vennootschapsbelastingplicht. Wat is de verdere procedure rond de betaalbaarheidsheffing van het onderhandelaarsakkoord? Voor zover ik heb begrepen, heeft in november driekwart van de corporaties ingestemd met de financiële garantstelling van 2,5 mld. in de komende tien jaar voor de Vogelaarwijken. Wat gebeurt er als niet alle Aedesleden akkoord gaan? Komt er dan naast de vennootschapsbelasting ook een betaalbaarheidsheffing?

De heer Van der Vlies (SGP):

Voorzitter. Het is veruit gemakkelijker om over meevallers te spreken dan over tegenvallers. Dat hebben wij in de achterliggende jaren vaak moeten meemaken. Die meevallers kunnen plezierig tegemoet worden gezien en worden verwerkt, maar het is vooral de uitdaging om die positieve trend – voor het deel dat die er is – vast te houden. De risicofactoren zijn al benoemd door mijn collega's; de kredietcrisis en de effecten daarvan, ook voor deze regio. Het is toch niet uit te sluiten dat wij wat tegenwind zullen krijgen. Dat is een andere omgeving dan waarin wij het achterliggende jaar konden opereren, waarin het allemaal nog wat meezat.

Het is volstrekt terecht dat deze minister zegt dat een meevaller niet automatisch kan neerslaan in extra overheidsuitgaven. Dat is ook de lijn van de SGP-fractie. Dat zou inderdaad onverstandig zijn. Dat er vooral gelet wordt op het verminderen van de staatsschuld heeft onze instemming, want ook daar ligt een behoorlijke ambitie, die wij maar zo snel mogelijk moeten binnenhalen.

Dat neemt niet weg dat ook de SGP-fractie nog wel een wensenlijstje heeft. Dat is een heel lang lijstje en niet alles kan tegelijk, dus ik pak er vijf punten uit, bescheiden als ik toch altijd probeer te blijven.

Bij onderwijs hebben wij nog een paar punten. Dinsdag jongstleden is gestemd over de begroting, maar dat neemt niet weg dat wij met enig leedwezen kennis hebben genomen van het feit dat nog niet kan worden voorzien in een conciërge op elke basisschool. Daarvoor zou 100 mln. nodig zijn. Voor een deel is daarin overigens voorzien door beslissingen die wij dinsdag jongstleden hebben genomen, maar er kan een aanvullend deel worden overwogen. Ook de steen des aanstoots in het actieplan LeerKracht, de afslanking van de bapo-regeling, kan op dit punt nog eens genoemd worden.

Over de gezondheidszorg zijn enkele collega's mij al voorgegaan. Ook die heb ik hier opgevoerd. Hier en daar moeten de uiteindelijke cijfers voor 2007 hoogstwaarschijnlijk nog komen, maar er kan een tandje bij, zeker als het gaat om de aantrekkelijkheid van het beroep in de zorgsector.

Jongstleden dinsdag zijn twee amendementen aanvaard die totaal 11 mln. beslaan. Dat bedrag wordt weggehaald bij kennisontwikkelingen en innovatie op de begroting van LNV. Praktijkonderzoek, innovatieve projecten en kennisnetwerken zijn belangrijk om op weg te zijn en te blijven naar een duurzame landbouw. Op dat punt moeten wij volgens mij de vooruitstrevende positie op de Europese markt blijven onderbouwen. Reparatie op dat punt is zeer welkom.

Collega Pechtold heeft al over defensie gesproken. Wij hebben het debat over de verlenging van de missie in Uruzgan, waarover vandaag zal worden gestemd, natuurlijk met intense belangstelling gevolgd. Er zijn heldere uitspraken gedaan over de financiering van die missie en alle risico's daaromheen. De nadere uitwerking zou nog naar ons toekomen. Er ligt nog een taakstelling die wij niet als een inspanningsverplichting maar als een taakstelling zien. Daarover moet nog helderheid komen. De gaatjes moeten namelijk niet worden gedicht door door te gaan met het verkopen van belangrijk defensiematerieel.

Mijn volgende punt gaat over de kerkgebouwen en de achterstand op het terrein van de restauratie. Maandag jongstleden is daarover met minister Pechtold gesproken, uw collega voor onderwijs en cultuur, waar dit onderwerp onder valt.

De voorzitter:

Dat is misschien wishful thinking.

De heer Van der Vlies (SGP):

Dit is een zeer merkwaardige verspreking. Ik ben de heer Pechtold de afgelopen dagen zeer vaak tegengekomen in allerlei verbanden. Hij heeft met mij een pleit gevoerd voor een tandje erbij op onderwijs, vandaar die verspreking. Wishful thinking gaat mij te ver, hoewel, als ik de heer Plaskerk hoor over de SGP, dan is dat ook niet het meest gelukkige wat je kunt horen. Dat vind ik dus ook. Ik heb mij inderdaad versproken en biedt beide heren mijn excuses aan.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

De heer Pechtold was nu juist zo blij gemaakt.

De heer Van der Vlies (SGP):

Ik heb het teruggenomen. Dat vindt hij waarschijnlijk niet zo leuk.

De voorzitter:

Wilt u doorgaan, uw tijd is eigenlijk al voorbij.

De heer Van der Vlies (SGP):

Ik rond af, mevrouw de voorzitter.

Minister Plasterk is maandag jongstleden geconfronteerd met het feit dat er eigenlijk op dat programma van het coalitieakkoord nog 60 mln. moet worden bijgeplust over deze regeerperiode. Hij heeft expliciet verwezen naar de achtereenvolgende Najaarsnota's. Ik heb toen gezegd: waarom zouden wij daar nu niet mee beginnen? Ik heb van de voorganger van minister Bos, de heer Vermeend, geleerd, dat € 1 investeren in de sfeer van monumentrestauraties, een inverdieneffect heeft van € 1,05. Over inverdieneffecten mag je hier nooit praten.

Minister Bos:

De heer Vermeend is nooit minister van Financiën geweest.

De heer Van der Vlies (SGP):

Dit onderwerp zat wel in zijn portefeuille.

Ik wil eigenlijk dat de minister over de brug komt met een eerste aanzet voor die 60 mln. Als hij daar niet over wenst te denken, zal ik hem een handje bij helpen.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Voorzitter. Ik vervang vandaag de heer Kees Vendrik, die ziek is. Aangezien hij dit onderwerp altijd met grote passie monopoliseert, ben ik helaas gedwongen tot enige bescheidenheid, volledig tegen mijn natuur in. Daarbij komt nog dat de heer Pechtold mij zo-even meldde dat dit een echt mannendebat is. Ik vind dat dit tot nu toe best meevalt, maar ik zal enigszins bescheiden zijn in mijn bijdrage.

Om te beginnen: het tekort is 0,2%, lager dan verwacht. Dat is natuurlijk goed nieuws. Dat gaat wel gepaard met een onderuitputting van 400 mln. Ik heb mij laten vertellen dat dit een historisch hoog bedrag is. Ik doe een appel op de minister om in het licht van de maatschappelijke noden die er wel degelijk nog zijn iets van dat bedrag af te halen. Mijn fractie zou een incidentele verschuiving op zijn plaats vinden. Ik verwijs naar de behartigenswaardige woorden van de heer Cramer, die nog eens wees op het verschijnen van de armoedemonitor en de voortdurende armoede die een groot deel van de Nederlandse bevolking treft.

Ik zou de aandacht willen vestigen op een bijzondere groep, de mensen die in Nederland in AWBZ-instellingen verblijven. Wij hebben het dan bijvoorbeeld over ouderen en over jonggehandicapten. 200.000 mensen daar leven op bijstandsniveau. Dat wil zeggen dat zij maandelijks € 270 zak- en kleedgeld krijgen. Gisteren heeft de meerderheid van de Kamer in een overleg met de staatssecretaris van VWS laten merken dat zij die bijstandsnorm van € 270 te laag vindt. Dat waren SP, PvdA, CDA, VVD en GroenLinks. De Kamer laat onderzoeken of de norm verhoogd kan worden.

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Ik denk dat dit een verspreking is van mevrouw Halsema. Niet de Kamer laat onderzoeken maar het kabinet laat onderzoeken.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Het is inderdaad een verspreking. De Kamer heeft het verzoek gedaan om onderzoek te doen naar de hoogte van de norm, omdat de meerderheid het bedrag te laag vindt. Dat is inmiddels door de staatssecretaris gehonoreerd.

Daar komt bij dat 66.000 mensen vanaf januari worden geconfronteerd met de invoering van een eigen bijdrage, hetgeen voor hen leidt tot een verdubbeling en soms een verdrievoudiging van de kosten. Vele van hen zakken onder het bijstandsniveau. Bovendien blijkt dat grote fouten zijn gemaakt bij de invoering, zoals de verrekening van de ziektekosten op dat bedrag van € 270. Over de invoering van de eigen bijdrage hebben wij vanmiddag een VAO met de staatssecretaris. Ik heb een amendement voorbereid dat ziet op de hele groep die op bijstandsniveau verblijft, om vooruitlopend op aanpassing van het bedrag een eenmalige dertiende maand uit te keren van € 270 aan deze mensen, zodat zij buiten de noodzakelijke kosten die zij nog net kunnen behappen eenmalig in staat zijn om wat extra kleding te kopen of wat extra uitgaven te doen.

De heer Pechtold (D66):

Omdat mevrouw Halsema zojuist met een stereotiep begon, wil ik haar voordat ik de echte vraag stel iets anders vragen.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

De heer Pechtold kwam met het stereotiep en ik verwees er naar.

De voorzitter:

Wil hij er een persoonlijk feit van maken?

De heer Pechtold (D66):

Dat kan nog komen, maar tot nu toe niet. De eerste vraag is of nu er een vrouwelijke woordvoerder is het echte uitgeven is begonnen.

Het is een serieus onderwerp. Mevrouw Halsema spreekt over een kwetsbare groep. De echte vraag is hoe verantwoord GroenLinks het vindt om eenmalig iets te doen, gedekt uit een min of meer toevallig overschot. Wij staan heel sympathiek tegenover de groep die zij noemt, maar ik vind het zo gevaarlijk om vlak voor de kerst, met de kerstgedachte, iets te doen dat min of meer tot een toevalligheid en niet tot een structurele aanpassing van de inkomens van de groep leidt.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Op zichzelf ben ik het met de heer Pechtold eens. In vervolg op de uitwisseling van stereotiepen wil ik eerst nog even zeggen dat over het algemeen vrouwen veel beter zijn in het uitgeven van geld dan mannen. Dit is volgens mij een goede zaak om het aan uit te geven. Ik ben het met u eens dat het niet goed zou zijn om met een eenmalige gratificatie verwachtingen te wekken bij mensen die op een structureel te laag niveau moeten leven. Ik heb het er ook niet voor niets aan verbonden dat een meerderheid van de Kamer gisteren heeft laten weten dit bedrag te laag te vinden. Er vindt onderzoek plaats. Dat leidt er wellicht toe dat het normbedrag van€ 270 in de loop van het jaar wordt verhoogd in de volgende begroting. Dan vind ik het gerechtvaardigd om nu eenmalig een dertiende maand uit te keren.

De heer Pechtold (D66):

Mijn eerste vraag is naar de inhoud; die is helder beantwoord. Mijn tweede vraag is naar de systematiek. In de Najaarsnota heb je mee- en tegenvallers. Juist om te voorkomen dat wij ad-hocbeleid gaan voeren, zeggen wij: stop deze meevaller in het tekort. Hoe kijkt u daartegenaan? Er zijn tal van sympathieke dingen te bedenken. Dit onderwerp heeft mijn grote voorkeur, maar er is van alles te verzinnen, van kerkgebouwen tot weet ik wat, waaraan wij geld kunnen uitgeven. Hoe kijkt u aan tegen het doorbreken van deze systematiek?

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Zoals u weet, heeft mijn fractie altijd commentaar gehad op de begrotingssystematiek die leidde tot incidentele grote mee- en tegenvallers. Dat neemt niet weg dat ook mijn fractie vindt dat deze meevaller overwegend ten goede moet komen aan vermindering van het tekort en dat gebeurt ook. Dat blijft intact met mijn amendement, dat bij mijn weten tot dusver het enige amendement is. Het lijkt mij dat de urgentie van de omstandigheden waarin de groep verkeert rechtvaardigt dat je de meevaller vermindert tot 320 mln., wat nog altijd fors is.

De voorzitter:

Er is ook nog een amendement van de heer Irrgang.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Excuus.

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Ik vraag mij af of mevrouw Halsema geen vertrouwen heeft in het overleg dat vanmiddag zal worden voortgezet over deze problematiek. Ik vind het wat voorbarig om, voordat de zaak goed in kaart is gebracht en de problemen goed zijn bekeken, nu al met een amendement te komen om iedereen generiek een eindejaarsuitkering te geven.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Het zijn twee verschillende zaken. Het debat van vanmiddag gaat over iets anders. Dat gaat over de invoering van de eigen bijdrage voor een beperktere groep die in de AWBZ-instellingen verblijft. De mensen die al voor 2003 in een AWBZ-instelling verbleven, worden nu vertraagd geconfronteerd met de invoering van een eigen bijdrage. Het debat van vanmiddag gaat over de grote problemen bij de invoering van die eigen bijdrage. In het debat van gisteren was zijdelings aan de orde dat een meerderheid van de Tweede Kamer vindt dat voor de mensen die in de zorginstellingen verblijven het niveau van zak- en kleedgeld te laag is. Ik heb in het overleg van gisteren aangekondigd dat ik bij de Najaarsnota een beroep zou doen op de minister voor een incidentele extra uitkering van het zak- en kleedgeld voor de mensen in de zorginstellingen die op bijstandsniveau zitten. Dat staat los van het debat van vanmiddag. Dat zal gaan over een overgangsregeling of eventueel uitstel van invoering van de eigen bijdrage, waarvan ik een groot voorstander ben, maar dat raakt niet aan al deze mensen.

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

U hebt het eerder zijdelings aan de orde gesteld. Misschien kan dit probleem vanmiddag ook zijdelings aan de orde worden gesteld.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Het is een beetje gek, maar de Najaarsnota is de enige plek waar ik dit kan agenderen. De staatssecretaris heeft er gisteren mee ingestemd. Zij heeft laten merken dat zij het met de Kamer eens is dat het normbedrag van € 270 veel te laag is. Dit is de enige plek waar ik dit kan agenderen, maar vanzelfsprekend zal ik het vanmiddag bij het VAO laten terugkeren.

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Prima, dan horen wij van daaruit wel weer terug wat de echte problemen zijn. Ik vind het heel moeilijk om bij de Najaarsnota zomaar ineens een extra eindejaarsuitkering te geven uit de onderuitputting.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Zomaar? Er spelen twee grote problemen in de AWBZ-instellingen. Voor een deel van de populatie geldt dat zij worden geconfronteerd met de invoering van een eigen bijdrage, wat hen in grote problemen brengt. Voor alle mensen die daar op bijstandsniveau leven, geldt dat zij niet rond kunnen komen. Ook de heer De Vries heeft gisteren opgemerkt dat hij grote zorgen heeft over dat normbedrag.

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Ik ben blij dat dit vanmiddag aan de orde komt.

De heer Irrgang (SP):

Ik zou de heer Halsema willen vragen ...

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Mevrouw Halsema! U zit zo vaak in een broedergezelschap, dat het even wennen is.

De heer Irrgang (SP):

Excuses. Als het kardinale bezwaar van de CDA-fractie is dat het debat nog niet heeft plaatsgevonden, dan geef ik mevrouw Halsema in overweging om de stemming over dit amendement in ieder geval na het debat te laten plaatsvinden.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Daar ga ik vanuit. Ik ben blij dat u mij eraan herinnert dat dit een argument is aan het adres van de CDA-fractie. Vanzelfsprekend zal dit amendement pas in stemming komen nadat het debat met staatssecretaris Bussemaker heeft plaatsgevonden.

GroenLinks heeft eind november protest aangetekend tegen het stopzetten van de milieusubsidies omdat er te veel zou worden uitgegeven. Ik sluit mij aan bij de behartigenswaardige opmerkingen van zowel de heer Tang als de heer De Nerée. Ik neem aan dat dit leidt tot een correctie voor volgend jaar.

Tot slot permitteer ik mij een opmerking over de topinkomens. De commissie-Frijns heeft een slap rapport gepresenteerd, dat wat ons betreft thuishoort in de papierversnipperaar. Opnieuw wordt zelfregulering aangekondigd. Dat is de heilige koe voor het bedrijfsleven. De commissie toont tegelijkertijd aan dat 15% van de bedrijven zich niet aan de code-Tabaksblat houdt. Het is dus meer van hetzelfde. Minister Bos heeft terecht gezegd dat er wettelijke maatregelen nodig zijn. GroenLinks is daar, zoals bekend, groot voorstander van. Wij zijn enigszins sceptisch over de zwaarte van de wettelijke maatregelen. Voor ons is van groot belang dat tot die wettelijke maatregelen behoort de beperking van de fiscale aftrek van de pensioenpremies. Ik zag minister Bos daarnet grijnzen toen ter sprake kwam dat de beperking van de fiscale aftrek van de pensioenpremies nog wel degelijk in het Belastingplan 2008 is opgenomen. Is dat een stok achter de deur voor de Kamer zolang de wet er niet is? Zal de aftrek niet uit het Belastingplan verdwijnen zolang de wet niet in de Tweede Kamer behandeld is?

De heer Tony van Dijck (PVV):

Voorzitter. De Nederlandse economie groeit in 2007 met 3%. In het derde kwartaal groeide zij zelfs met 4,1%, het hoogste kwartaalcijfers in meer dan zeven jaar. Dat is goed nieuws. 2007 is dan ook gelijk het einde van de hoogconjunctuur, zo voorspelt De Nederlandsche Bank. Vanaf 2008 zal de economische groei stagneren als gevolg van de Amerikaanse kredietcrisis, de lage dollarkoers, de spanning op de arbeidsmarkt en vooral de stijgende inflatie. Die inflatie laat een duidelijk stijgende trend zien van 1,3% in 2006 naar 2,25% in 2008. Europa had in november zelfs een inflatie van 3%. Voor 2008 wordt een economische groei van 2,25% verwacht, maar voor 2009 wordt reeds gesproken van een groei van 1,3% als de kredietcrisis zich voortzet. Behoedzaamheid is dus geboden.

In zijn meerjarenbegroting heeft de minister rekening gehouden met tegenvallers op het gebied van economische groei en inflatie. Na 2008 zal de koopkracht dan ook toenemen, zo heeft de minister beloofd. Kan de minister hier klip-en-klaar toezeggen dat wij geen verdere lastenverzwaringen hoeven te verwachten na 2008? Terwijl het geld tegen de plinten klotst, presenteert dit kabinet toch weer een begrotingstekort van 0,2% bbp. Het kondigt daarnaast aan dat wij allemaal nog meer moeten inleveren. Het linkse feest kan beginnen: het loslaten van de Zalmnorm, een pakket van sociale intensiveringen, de nivelleringsagenda, de vergroening van het belastingstelsel en een pakket aan lastenverzwaringen.

In de Najaarsnota worden twee grote onderuitputtingen gepresenteerd die doorgeschoven worden naar 2008: het FES en de vertraging infrastructuurprojecten. Dit is misschien goed voor het EMU-saldo 2007 van maar liefst 0,2%, maar zeer slecht voor de burgers in het land. Terwijl er vanochtend weer 212 kilometer file in Nederland stond, ligt het geld op de plank weg te rotten voor wegen, geld dat wij echter niet mogen uitgeven van Europa.

Gelukkig is er ook een aantal meevallers gepresenteerd. De gasbaten vormen een meevaller maar eigenlijk is het een meevaller op een grote tegenvaller, zoals reeds aangekondigd in de Voorjaarsnota. Deze tegenvaller was 2,5 mld. en wordt nu 2 mld. als gevolg van een bijstelling en een herberekening. Verder is er een meevaller op het gebied van de EU-afdracht als gevolg van een herberekening. Maar de echte meevaller is die van 1 mld. die is gerealiseerd bij de belastingen- en premieontvangsten. Het zijn weer de burgers en bedrijven die in dit land hun nek uitsteken en die elke dag de files trotseren om naar hun werk te gaan om zo een bijdrage te leveren aan de schatkist. En wat doet het kabinet voor deze mensen? In totaal bedroeg de belastingmeevaller in 2007 4 mld., en nog is het niet genoeg. Het kabinet wil volgend jaar de belastinginkomsten met 15 mld. laten toenemen tot 222 mld. Dit is 41% van het bbp. En dat terwijl 40% tot 50% van de Nederlanders aangeeft nauwelijks te kunnen rondkomen van hun inkomen. Dit zijn ook veel middeninkomens. Dit is een verdubbeling ten opzichte van 2001, zo stelt het CBS in de Armoedemonitor. Gisteren bevestigde de Volkskrant dat de koopkracht daalt in 2008. Eerst maken wij de werknemers blij met een loonstijging van 3,25% die vervolgens gelijk nog voor het begin van het jaar wordt afgepakt van de burgers. Werkend Nederland blijft achter met een dode mus. Het zijn weer degenen met een salaris van tussen de € 2000 en de € 4500 die het hardst in hun portemonnee worden getroffen.

Tijdens de behandeling van de Voorjaarsnota begon de minister over lijken in de kast, een erfenisje van ex-minister Zalm, en presenteerde hij grote tegenvallers bij aardgasbaten en gezondheidszorg. Hierdoor zou het begrotingstekort in 2007 uitkomen op min 0,7% in plaats van de voorspelde plus 0,2%. In de Najaarsnota pronkt de minister dat hij het tij heeft weten te keren en presenteert hij een tekort van slechts min 0,2%. Het tij heeft zichzelf echter gekeerd. Sinds de Miljoenennota hebben wij met z'n allen 1 mld. extra aan de schatkist bijgedragen. De minister is echter wel verantwoordelijk voor een aantal tegenvallers die ertoe hebben bijgedragen dat het begrotingstekort niet verder is verminderd. Er is sprake van een overschrijding bij de WW; de daling van de werkloosheid gaat minder snel dan verwacht. Daardoor zijn de uitgaven 100 mln. hoger dan geraamd. Hoe is dat mogelijk met een recordaantal vacatures en een groeiende economie? Zou het te maken hebben met een eventuele verdringing op de arbeidsmarkt door de Polen?

Wij hebben ook tegenvallers op het gebied van ontwikkelingshulp en armoedebestrijding, typisch linkse onderwerpen. Voor armoedebestrijding was in 2007 aanvankelijk 222 mln. geraamd. Uiteindelijk wordt dit 510 mln., meer dan een verdubbeling. De reden is onduidelijk, maar de cijfers liegen er niet om. Sinds de Miljoenennota is er ook 110 mln. aan het budget voor ontwikkelingshulp toegevoegd. Voor 2007 was het budget nog begroot op 5,3 mld., maar het kabinet heeft het dit jaar stiekem laten toenemen met 0,5 mld. Dit kabinet zorgt beter voor de derde wereld dan voor zijn eigen burgers. Dit kabinet is voornemens om de ontwikkelingshulp te laten doorstijgen naar 6,4 mld. Dit betekent voor elk huishouden in Nederland een offer van maar liefst € 1000 per jaar.

Ook de verwachte stroom asielzoekers is sinds de raming van de Miljoenennota weer toegenomen, waardoor een bedrag van 24 mln. aan het ODA-budget is toegevoegd. Zou het generaal pardon dan toch een aanzuigende werking hebben?

In 2006 werd reeds een grove overschrijding van de huurtoeslagen geconstateerd. Nu wordt voor 2007 weer een overschrijding verwacht van bijna 300 mln. De minister vermoedt dat de hogere huurtoeslagen worden uitgekeerd. Dit is niet de manier om met publiek geld om te gaan. Het systeem van toeslagen had nooit geïntroduceerd mogen worden, zolang een adequate uitvoering niet kan worden gewaarborgd.

In 2007 constateerden wij nog een tegenvaller in eigen gelederen van maar liefst 5 mln. Na de verkiezingen is het aantal Kamerleden met wachtgeld toegenomen, maar ook de fractievergoeding is toegenomen doordat de omvang van een aantal fracties is toegenomen. Saillant detail is dat de fracties waarvan de omvang is afgenomen, pas in 2008 gekort worden op hun vergoeding. Kan de minister dit verklaren? Als wij offers vragen van de burgers van dit land, past een hand in eigen boezem.

De beraadslaging wordt geschorst.

De vergadering wordt van 12.45 uur tot 13.30 uur geschorst.

De voorzitter:

Op de tafel van de griffier ligt een lijst van ingekomen stukken. Op die lijst staan voorstellen voor de behandeling van deze stukken. Als voor het einde van de vergadering daartegen geen bezwaar is gemaakt, neem ik aan dat daarmee wordt ingestemd.

Naar boven