28 Voorhang ontwerpregeling financiële verantwoording regionale publieke media-instellingen en de RPO 2024

Voorhang ontwerpregeling financiële verantwoording regionale publieke media-instellingen en de RPO 2024

Aan de orde is het tweeminutendebat Voorhang ontwerpregeling financiële verantwoording regionale publieke media-instellingen en de RPO 2024 (32827, nr. 300).

De voorzitter:

Aan de orde is het tweeminutendebat Voorhang ontwerpregeling financiële verantwoording regionale publieke media-instellingen en de RPO 2024. Ik heet de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van harte welkom. Ook welkom aan de leden. Er zijn drie inschrijvingen van leden, van wie twee spreektijd hebben gevraagd. Als eerste is mevrouw Martens-America. Zij voert het woord namens de VVD. Gaat uw gang.

Mevrouw Martens-America (VVD):

Voorzitter, dank u wel. Ik begin gelijk bij de motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de staatssecretaris voornemens is het stelsel van lokale omroepen te hervormen en zo het lokale medialandschap te versterken;

overwegende dat lokale en regionale kranten en nieuwswebsites met geschreven nieuws een onmisbaar onderdeel zijn van het lokale medialandschap;

constaterende dat lokale omroepen rechtstreeks met deze private media concurreren wanneer zij in de transitie naar online ook geschreven nieuws gaan publiceren;

overwegende dat een investering in en hervorming van lokale omroepen er nooit toe mogen leiden dat het totale lokale medialandschap verschraalt;

van mening dat voor zowel omroepen, kranten en nieuwswebsites een toekomstbestendige plek nodig is in het lokale medialandschap;

verzoekt de regering bij hervorming van de lokale omroepen het totale medialandschap te versterken en het online takenpakket van lokale omroepen af te bakenen tot audiovisueel aanbod,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Martens-America.

Zij krijgt nr. 301 (32827).

Hartelijk dank. Dan is nu het woord aan mevrouw Tseggai. Zij spreekt namens de fractie-GroenLinks-Partij van de Arbeid. Gaat uw gang.

Mevrouw Tseggai (GroenLinks-PvdA):

Dank u wel, voorzitter. Lokale en regionale omroepen zijn van cruciaal belang voor de democratie, sociale cohesie en nieuwsvoorziening op lokaal en regionaal niveau. Hoewel wij de zorgen van de commerciële media, en ook van de VVD begrijp ik, over de investeringen in lokale en regionale media heus wel zien, moet het niet zo zijn dat de extra investeringen in omroepen worden uitgesteld of dat we zelfs gaan investeren in commerciële media. Dat lijkt mij de omgekeerde wereld. De investeringen zullen sowieso gedaan moeten worden. Het lijkt mij goed dat de staatssecretaris in de tussentijd verdergaat met de samenwerking tussen commerciële en publieke media op lokaal en regionaal niveau. Wat GroenLinks-PvdA betreft sluiten die twee zaken elkaar niet uit. Daarom is het belangrijk dat we doorgaan met de geplande investeringen.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank voor uw inbreng. Dit was de termijn van de zijde van Kamer. We gaan heel even schorsen. Dan krijgt de staatssecretaris de motie en dan ... Ik zie de heer Van Houwelingen bij de interruptiemicrofoon. U staat niet ingeschreven. Ik denk dat dat het geval is bij het volgende debat, over media. Dit gaat nog over iets anders.

We schorsen even en daarna krijgen we een appreciatie van de ene motie die is ingediend.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

De voorzitter:

Aan de orde is de voortzetting van het tweeminutendebat Voorhang ontwerpregeling financiële verantwoording regionale publieke media-instellingen. Ik geef de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap het woord.

Staatssecretaris Gräper-van Koolwijk:

Voorzitter. Ik denk dat de VVD-fractie terecht stelt dat een gezond medialandschap meer is dan alleen maar de publieke omroep, of dat nou de lokale, de regionale of de landelijke publieke omroep is, en dat het om die reden van belang is dat er, misschien juist op het lokale niveau, gekeken wordt naar het totale medialandschap. In die zin denk ik dat we elkaar vrij snel zullen vinden. In het totale medialandschap — dat stelt de VVD-fractie terecht, denk ik — spelen zowel publieke als private partijen een hele belangrijke rol. Dat is, denk ik, goed om in het achterhoofd te houden op het moment dat we met de lokale omroepen aan de slag gaan.

De motie-Van Strien die eerder in de Kamer is aangenomen, vraagt om die reden in mijn ogen terecht dat we in kaart moeten brengen wat nodig is om het lokale medialandschap in zijn totaliteit te versterken. Ik heb uw Kamer toegezegd om daar voor de zomer uitgebreider op terug te komen. Ik ben daarover in gesprek met zowel publieke als private partijen. Ik denk dat het een goede plek is om er daarna met elkaar over door te kunnen praten.

Als ik vervolgens naar de motie kijk die voorligt, zie ik dat we die in grote lijnen kunnen steunen, ware het niet dat de regering in het dictum wordt verzocht wordt om, vooruitlopend op de discussie, de inventarisatie en de gesprekken, het online takenpakket van de omroepen zodanig af te bakenen dat enkel en alleen audiovisueel aanbod daarbij een onderdeel is. Dat betekent het volgende. Op het moment dat een lokale omroep op zijn site een toelichting zou schrijven bij een video, wordt er al niet meer voldaan aan dit verzoek. De vraag is dan waar de grens ligt en wat daar precies de bedoeling van is. Als ik de motie letterlijk lees, loopt het wat mij betreft vooruit op die discussie. Dan ontraad ik de motie. Tegelijkertijd kan ik mij voorstellen dat we de afbakening mee moeten wegen in de gesprekken die we nu voeren. Op het moment dat ik de motie zo mag lezen dat ik het niet bij voorbaat moet afbakenen maar als aandachtspunt mee moet nemen in het gesprek, kan ik de motie meenemen in de aangekondigde brief. Maar zoals de motie nu letterlijk is, moet ik die helaas ontraden.

De voorzitter:

Ik zie mevrouw Martens-America instemmend knikken als het gaat om een alternatieve uitleg waarbij het wat minder dwingend is. Krijgt deze motie dan oordeel Kamer?

Staatssecretaris Gräper-van Koolwijk:

De motie bevat nu een dwingende tekst. Als ik de motie niet-dwingend mag lezen maar als aandachtspunt om mee te nemen in onze reactie op de motie-Van Strien, dan kan ik het oordeel aan de Kamer laten. Maar dan is het ook niet meer dan het aandachtspunt dat we meenemen. Ik vind het wel van belang om daar helderheid over te geven.

Mevrouw Martens-America (VVD):

Dank aan de staatssecretaris voor het antwoord. Ik dacht: ik doe het even via de microfoon, zodat voor de mensen die meekijken, duidelijk is dat ik knikte. De reden waarom we dit nu indienen, is dat we aan de slag gaan met een hervorming van het medialandschap. Dit is wat ons betreft een belangrijk onderdeel. De lezing van de staatssecretaris is voor ons juist. Wij hopen dat zij dit mee wil nemen in haar visie op de toekomst van de omroepen en de media.

De voorzitter:

Heel goed. Dan krijgt de motie oordeel Kamer. Dan zijn we aan het einde gekomen van dit debat.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

We gaan dinsdag 28 mei stemmen over deze motie.

Naar boven