10 Dieren in de veehouderij

Aan de orde is het tweeminutendebat Dieren in de veehouderij (CD d.d. 10/11).

De voorzitter:

Ik zie de eerste spreker van de zijde van de Kamer al naar voren komen. Dat is de heer De Groot namens D66. We wachten even tot de vergaderbel geluid heeft. De heer De Groot.

De heer Tjeerd de Groot (D66):

Voorzitter.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat 64 miljoen uit het transitiefonds wordt vrijgemaakt om advies te geven aan individuele boerenbedrijven zodat zij kringloopwaardig kunnen boeren;

van mening dat boeren geholpen moeten worden met een zo diervriendelijk mogelijke bedrijfsvoering;

overwegende dat in het convenant dierwaardige veehouderij nu de basis wordt gelegd voor een toekomstbestendige dierwaardige veehouderij en de adviezen van de adviseurs moeten aansluiten bij de gemaakte afspraken;

verzoekt de regering ook de dierwaardige veehouderij mee te nemen in de adviesverlening aan boeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Tjeerd de Groot.

Zij krijgt nr. 1273 (28286).

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de convenantsgesprekken voor een dierwaardige veehouderij de weg vrij moet maken voor een transitie naar een toekomstbestendige dierwaardige veehouderij;

overwegende dat de veehouders van de toekomst worden opgeleid aan agrarische opleidingen en het belangrijk is dat zij de juiste praktijken aangeleerd krijgen om in deze dierwaardige veehouderij te opereren;

verzoekt de regering ook agrarische opleidingen aan tafel te brengen bij het convenant dierwaardige veehouderij,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Tjeerd de Groot.

Zij krijgt nr. 1274 (28286).

De heer Tjeerd de Groot (D66):

Dat was het, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer De Groot namens D66. De volgende spreker van de zijde van de Kamer is mevrouw Vestering namens de Partij voor de Dieren.

Mevrouw Vestering (PvdD):

Voorzitter. Mijn bijdrage bij het commissiedebat stond in het teken van de wijzigingen van de Wet dieren, waarmee beide Kamers hebben ingestemd. De minister heeft nog steeds geen handtekening onder deze wijzigingen gezet. We gaan het debat vandaag niet opnieuw voeren, maar laat het duidelijk zijn dat mijn fractie de gang van zaken buitengewoon ondemocratisch vindt en bovendien harteloos naar de dieren. Vorige week zagen we weer een voorbeeld van waarom het niet zal werken om de wet te laten herschrijven door sectorpartijen uit de agro-industrie. Toen wilde de minister een overbodige en pijnlijke ingreep bij koeien, vriesbranden, nog 21 jaar extra toestaan, omdat dit nu eenmaal is afgesproken met de sector. De Kamer zette hier direct een streep door. Dit was dus niet de afspraak. Laat dit geen voorbode zijn voor het komende jaar.

Voorzitter. Ik heb de volgende twee moties.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de Kamer opriep om niet langer toe te staan dat vleeskuikens en vleeskuikenouderdieren geen permanente toegang hebben tot drinkwater (motie Vestering/Boswijk, 35925-XIV, nr. 52);

constaterende dat er nu een sectorplan watervoorziening ouderdieren ligt waarin de sector aankondigt slechts acht uur per dag water aan te bieden aan ouderdieren;

verzoekt de regering, conform de aangenomen motie, niet akkoord te gaan met dit sectorplan,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Vestering, Graus, Bromet, Thijssen en Koekkoek.

Zij krijgt nr. 1275 (28286).

Mevrouw Vestering (PvdD):

De laatste motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

spreekt uit dat de wijziging van artikel 2.1 van de Wet dieren, die door beide Kamers is aangenomen, het uitgangspunt dient te zijn van de gesprekken over het convenant dierwaardige veehouderij, waarbij de gesprekken en afspraken kunnen dienen als uitwerking of implementatie van deze wijziging in de praktijk,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Vestering.

Zij krijgt nr. 1276 (28286).

Dank u wel, mevrouw Vestering namens de Partij voor de Dieren. Het woord is nu aan mevrouw Bromet namens GroenLinks.

Mevrouw Bromet (GroenLinks):

Voorzitter, ik heb twee moties.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de landbouw voor een grote transitie staat en in het coalitieakkoord is afgesproken die boeren te helpen die willen verduurzamen;

overwegende dat het merendeel van alle subsidies, kortingen en andere ondersteuningsprogramma's nu nog steeds naar de reguliere landbouw gaat en daarmee de verduurzaming in de weg staat, of er niet aan bijdraagt;

verzoekt de regering om te inventariseren en inzichtelijk te maken welke subsidies, kortingen en andere financiële regelingen van het Rijk, de EU of provincies bijdragen aan de verduurzaming van de landbouw en welke dat niet doen, en de Kamer hierover voor de zomer te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Bromet.

Zij krijgt nr. 1277 (28286).

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de voedselproductie door onze boeren voorziet in een onmisbare eerste levensbehoefte;

overwegende dat de intensieve exportgerichte agro-industrie een grote belasting is voor natuur, klimaat, water, volksgezondheid en via de stikstofcrisis direct bijdraagt aan de stagnatie van de woningbouw, energietransitie en andere noodzakelijke investeringen;

overwegende dat Nederland een dichtbevolkt land is met zeer schaarse ruimte en een hoge levensstandaard, waarin de landbouw ondanks hoge grondprijzen moet concurreren op de wereldmarkt;

verzoekt de regering om op basis van het breed maatschappelijk welzijnsbegrip een MKBA op te stellen van de intensieve veehouderij, zodat alle maatschappelijke kosten en baten inzichtelijk worden,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Bromet.

Zij krijgt nr. 1278 (28286).

Dank u wel, mevrouw Bromet namens GroenLinks. De volgende spreker aan de zijde van de Kamer is mevrouw Van der Plas namens BBB.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Dank u wel.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat op de huis- en hobbydierenlijst van 6 juli 2022 de dromedaris, de eenbultige kameel, niet is opgenomen;

constaterende dat op deze lijst de kameel, de tweebultige kameel, wel is opgenomen;

constaterende dat er met de huidige inzichten voldoende wetenschappelijk onderbouwd kan worden dat beide diersoorten gedomesticeerd zijn en eenzelfde beoordeling horen te krijgen;

verzoekt het kabinet voor het in werking treden van deze lijst een objectieve wetenschappelijke herbeoordeling van de dromedaris voor de huis- en hobbydierenlijst te laten uitvoeren door de meest toonaangevende wetenschappers wereldwijd op het gebied van domesticatie van de dromedaris en, in het geval dat deze als gedomesticeerd wordt beschouwd, deze voor het in werking treden van de lijst toe te voegen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van der Plas.

Zij krijgt nr. 1279 (28286).

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat op de huis- en hobbydierenlijst van 6 juli 2022 slechts 30 zoogdiersoorten zijn opgenomen;

constaterende dat deze lijst de diversiteit en kansen op innovatieve en dierwaardige veehouderijsystemen in Nederland onevenredig beperkt;

constaterende dat in de huidige professionele dierhouderij voldoende kansen zijn om dierwelzijn verder te vergroten en risico's te beperken en dat te borgen;

verzoekt het kabinet de huis- en hobbydierenlijst uit te breiden met een aanvullende lijst met zoogdiersoorten die onder houderijvoorschriften gehouden kunnen worden en deze samen met de desbetreffende sectoren op te stellen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van der Plas.

Zij krijgt nr. 1280 (28286).

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat onze voedselproducenten concurreren in een wereldmarkt waarbij door handelsverdragen het ongelijke speelveld drukt op het verdienvermogen en er producten worden geïmporteerd die hier niet mogen worden geproduceerd;

overwegende dat een gelijk speelveld binnen Europa zou moeten worden nagestreefd;

verzoekt de regering te streven naar eenduidige regels voor dierenwelzijn en ervoor te pleiten dat er geen producten worden geïmporteerd van buiten de EU die niet aan deze regels voldoen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van der Plas.

Zij krijgt nr. 1281 (28286).

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Van der Plas. Daarmee zijn we gekomen bij de laatste spreker van de zijde van de Kamer. Ik zag de heer Van Campen al kijken. Het is inderdaad de heer Van Campen namens de VVD.

De heer Van Campen (VVD):

Voorzitter, dank u wel. Misstanden in de veehouderij moeten worden aangepakt. Gisteren hebben we weer een voorbeeld gezien in het geval van het vervoer van varkens. Wanstaltige beelden! Het is goed dat de NVWA ook strafrechtelijk onderzoek gaat doen naar wat daar precies gebeurd is, want we willen dat er op een fatsoenlijke, dierwaardige wijze wordt omgegaan met dieren.

Voorzitter. We willen ook dat er fatsoenlijk wordt omgegaan met boeren die zich wel houden aan de wet- en regelgeving. Vaak, te vaak nog, horen we ook dat er sprake is van stalbezettingen, van activisten die met een geheel eigen agenda rücksichtslos het erf van individuele ondernemers betreden. Dat kan gewoon niet. Dat is onacceptabel. Als mensen in je eigen huis binnenkomen, is dat ook strafbaar. Als ik spreek met boeren die dit is overkomen, dan geven ze vaak het volgende voorbeeld. Er zijn camera's opgehangen in hun bedrijf en ze zijn wekenlang gevolgd. Vervolgens komen ze erachter dat de beelden zijn onthuld zonder de context en dat de camera's weer zijn weggehaald. Uiteindelijk worden bijvoorbeeld de Beter Leven keurmerken van de betreffende veehouders ingenomen of on hold gezet. Dat is een grote inkomstenderving. Later blijkt dan na onderzoek dat er niks aan de hand was, maar die ondernemer zit nog steeds met de gebakken peren. Ik heb tijdens het commissiedebat gevraagd of de minister er in het contact met JenV voor wil zorgen dat er harder kan worden opgetreden tegen ongeoorloofde stalbezettingen. De minister heeft toegezegd dat hij dat gaat doen en dat er een leidraad zou komen die boeren zou kunnen helpen. Ik zou de minister willen vragen wanneer die leidraad er komt. Wil hij daarbij ook meenemen — ik heb daar eerder Kamervragen over gesteld — of er voldoende juridische grond is om dit ook te vervolgen? Als het namelijk gaat om een stalbezetting, is het niet alleen inbraak en het ongeoorloofd betreden van iemands eigendom; het gaat ook vaak om gevaar voor dieren als het gaat om hygiënemaatregelen en besmettingen. Ik zou de minister dus willen vragen of hij ook op die punten contact zou willen zoeken met zijn collega van JenV en wanneer hij de Kamer daarover kan informeren.

De voorzitter:

Dank u wel. U heeft een interruptie van mevrouw Bromet, GroenLinks.

Mevrouw Bromet (GroenLinks):

We hebben dit ook in het debat besproken. Toen heb ik aan de minister gevraagd over hoeveel stalbezettingen in 2022 we het nou hebben. De minister had daar geen antwoord op. Ik hoop dat hij daar zo meteen wel antwoord op heeft. We moeten wel eerst weten waar we het over hebben, want de heer Van Campen brengt hier een heel verhaal over allemaal leidraden die er moeten komen. Is dat nou op basis van een incident twee jaar geleden of is dit nou iets dat structureel elke week gebeurt? Dat zou ik weleens willen weten voordat ik een oordeel over deze motie kan hebben.

De heer Van Campen (VVD):

Het is nog erger gesteld. Mevrouw Bromet heeft deze vraag namelijk inderdaad gesteld tijdens het commissiedebat en ik heb de beantwoording van onze Kamervragen er nog eens op nagelezen en het wordt gewoon niet bijgehouden. De politie houdt de aard van deze strafrechtelijke overtredingen niet bij. Ik ben het dus met mevrouw Bromet eens. Ik hoor het in de praktijk nog te vaak en ik hoor het nog vaak genoeg om er op dit moment aandacht voor te vragen bij de minister. Maar ik vind ook dat we moeten weten waar we het over hebben. Dus laten mevrouw Bromet en ik er dan nog een vraag voor de minister aan toevoegen. Is hij ook bereid om met zijn collega van JenV bij te houden hoe vaak het gebeurt en wat de aard van de bezetting is? Dit is namelijk onacceptabel, maar we moeten wel weten waar we het over hebben.

De voorzitter:

Dank u wel. Tot slot, mevrouw Bromet.

Mevrouw Bromet (GroenLinks):

Laten we dan eerst gaan kijken of er een probleem is en het bij gaan houden. Als er namelijk geen cijfers zijn, zou het ook nul kunnen betekenen en dan gaan we een heel circus opzetten, terwijl er helemaal niks aan de hand is. We hebben genoeg te doen hier.

De voorzitter:

Dank u wel. Meneer Van Campen, graag kort.

De heer Van Campen (VVD):

Ieder geval is er één te veel. Het is onacceptabel dat mensen die daar helemaal niks te zoeken hebben, het erf van boeren betreden. Boeren zijn daar gewoon iedere dag aan het werk om hun geld te verdienen en voedsel te produceren. En als zij dat doen binnen de kaders van de wet, heeft niemand wat te zoeken op hun bedrijf. Ieder geval is er één te veel en ik wil van de minister weten of er voldoende grond is om hierop te oordelen.

Mevrouw Vestering (PvdD):

Nou, nou, dat zijn harde woorden voor cijfers die er, volgens de heer Van Campen, niet zijn, maar goed. Ik ben wel benieuwd naar de reactie van de heer Van Campen op een persbericht van Farmers Defence Force deze week. Het onderwerp van het persbericht was: vuil spel door dierenactivisten. In dat artikel staat: "Farmers Defence Force vreest dat het slechts een kwestie van tijd is voor er slachtoffers in de menselijke sfeer gaan vallen. De eerste ecoterrorist die een staaf ijzer in de nek krijgt, lijkt op deze wijze onvermijdelijk."

De heer Van Campen (VVD):

Zo gaan we niet met elkaar om dit land. Zo hebben we het niet met elkaar afgesproken. We hebben diensten. We hebben een overheid die er is om de wet te handhaven. In dit land gaan mensen niet zelf voor rechter spelen. Je gaat er niet zelf op uit als je het ergens niet mee eens bent. Dan stap je naar de NVWA. Dan stap je naar je de politie. Of je nou iemand bent die iets aan de kaak wil stellen in de veehouderij of iemand die zich daar wil tegen wil keren, we doen dit gewoon via de democratische weg en organisaties. Daar hebben we de politie voor. Daar hebben we inspecties voor. We spelen niet voor eigen rechter in dit land.

De voorzitter:

Dank u wel. Tot slot, mevrouw Vestering.

Mevrouw Vestering (PvdD):

Misschien was mijn vraag dan veel te vroeg en was Van Campen wel bereid of zelfs van plan om in dit tweeminutendebat daarover nog vragen te stellen aan de minister.

De voorzitter:

De heer Van Campen, wilt u daar nog op reageren?

De heer Van Campen (VVD):

Ik heb gezegd wat ik er zelf van vind. Dat lijkt me voor nu voldoende.

De voorzitter:

U heeft ook nog maar twee seconden.

De heer Van Campen (VVD):

Mevrouw Vestering had dat natuurlijk zelf ook kunnen inbrengen in haar bijdrage. Daar had zij ook haar twee minuten voor.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Ik ben blij dat de heer Van Campen dit aan de orde stelt. Inderdaad, elke is er een te veel. De vraag van mevrouw Bromet ging over stalbezettingen. Maar het gaat niet alleen over bezettingen. Het gaat om insluipingen en inbraken in stallen. Dus die vraag zou ik graag eraan willen toevoegen. Want het is niet alleen een bezetting. Ze komen ook gewoon binnen. Er is een handelingskader naar de lokale autoriteiten gegaan, zodat lokale autoriteiten weten wat ze moeten doen. Maar misschien is het wel goed dat de ministeries van LNV — misschien is de heer Van Campen het daar ook mee eens — en van Justitie en Veiligheid boeren nog eens oproepen om het te melden. Want het voornaamste probleem van dat het niet geregistreerd wordt …

De voorzitter:

En uw vraag aan de heer Van Campen is?

Mevrouw Van der Plas (BBB):

… is dat het niet gemeld wordt. Als het niet gemeld wordt, bestaat het niet. Mijn vraag aan de heer Van Campen is: wil hij die vraag in de twee seconden die hij nog heeft nog even meenemen voor de minister? Anders heb ik het bij dezen gedaan.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Van der Plas. Ik kijk tot slot nog heel even naar de heer Van Campen.

De heer Van Campen (VVD):

Ik had de vraag niet beter kunnen stellen dan mevrouw Van der Plas. Dus ik zie uit naar het antwoord van de minister hierop.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan zijn we hiermee gekomen aan het einde van de termijn van de Kamer. De minister heeft aangegeven dat hij een kwartier nodig heeft voor de beantwoording van de vragen en de appreciatie van de moties. Ik rond het dan wel een beetje naar beneden af.

De vergadering wordt van 14.11 uur tot 14.22 uur geschorst.

De voorzitter:

Aan de orde is de voortzetting van het tweeminutendebat Dieren in de veehouderij. Ik doe een beroep op de leden en ook op de minister om echt in de beantwoording kort te zijn, want er moet nog geschorst worden voor een lunchpauze en daarna hebben we nog twee tweeminutendebatten en stemmingen. Bovendien zit de minister van Buitenlandse Zaken met een tijdsklem. Verder wijs ik erop dat dit onderwerp ook gisteren al is behandeld, Dus als er echt vragen zijn over de moties, kan dat, maar een heel nieuw debat ga ik niet toestaan voor deze keer. Dat gezegd hebbende, geef ik de minister het woord voor de appreciatie van de moties en de beantwoording van de vragen.

Adema:

Dank u wel, mevrouw de voorzitter. Ik pak de vragen van mevrouw Van der Plas en de heer Van Campen even bij elkaar. De vragen gingen over de stalbezettingen. Wij begrijpen de oproep om niet te doen aan die stalbezettingen. Alle geweld kan niet, alle buitenwettelijke acties kunnen niet, dus dat geldt hier ook voor. De heer Van Campen vroeg om een leidraad. In het commissiedebat hebben we het daarover ook gehad. In 2019 is al een leidraad uitgebracht waarin ook een handelingsperspectief voor de boeren staat. Dat gaat over wat ze kunnen doen op het moment dat er een bezetting is. Dat is ook bekend bij de verschillende vertegenwoordigende organisaties. Er is ook een meldpunt voor boeren. Als er sprake is van een bezetting kan men dat melden om ondersteuning te krijgen. Er wordt dus al heel veel aan gedaan. Het is al geregeld en het is ook bekend bij de organisaties. Mocht u signalen krijgen dat het nog onvoldoende bekend is, dan kunnen we kijken hoe we het beter onder de aandacht kunnen brengen. We hebben natuurlijk ook regelmatig contact met de collega van Justitie en Veiligheid. Zelfs vanmorgen is er nog overleg geweest om indringend met elkaar te spreken over hoe we hiermee aan de slag kunnen, want het is gewoon strafbaar en er moet ook op gehandhaafd worden.

Dan de cijfers. Zoals u weet, hebben we ze nu niet. Het is overigens ook moeilijk om bij de registratie van de politie alles in beeld te krijgen maar ik ga er wel op aandringen bij mijn collega van Justitie en Veiligheid om die cijfers boven tafel te krijgen zodat we ook weten waar het om gaat. Ik kom daar in het eerste kwartaal van 2023 bij u op terug.

De voorzitter:

Echt heel kort, de heer Van Campen, VVD.

De heer Van Campen (VVD):

Hier verenigen mevrouw Bromet en ik onze inzet, want we hebben die cijfers natuurlijk gewoon nodig. Dus ik ben blij met de toezegging van de minister. Mijn vraag is nog wel wanneer hij de Kamer hierover kan informeren.

Adema:

Toen u naar de microfoon liep, heb ik daar al iets over gezegd. Het eerste kwartaal van 2023 ga ik u daarover informeren.

Dan ga ik naar de moties. De motie op stuk nr. 1273 gaat over de dierwaardige veehouderij. We hebben de SABE-regeling. Ik wil graag binnen die regeling kijken of het mogelijk is om de dierwaardige veehouderij in de individuele advisering aan boeren mee te nemen. Dus dat wordt op die manier geregeld. Met die interpretatie is het oordeel Kamer.

De voorzitter:

Ik zie de heer De Groot knikken. De motie op stuk nr. 1273 krijgt oordeel Kamer.

Adema:

Dan de motie op stuk nr. 1274 over de agrarische opleidingen in het convenant dierwaardige veehouderij. Ik begrijp de vraag. Het is echter de voorzitter zelf die bepaalt welke partijen aan tafel komen voor het convenant, Ik zal deze vraag bij de voorzitter indringend onder de aandacht brengen.

De voorzitter:

En daarmee krijgt de motie?

Adema:

Met deze interpretatie oordeel Kamer.

De voorzitter:

Ik zie de indiener knikken. De motie op stuk nr. 1274 krijgt oordeel Kamer.

Adema:

Dan de motie op stuk nr. 1275 over het sectorplan. Er is een wetenschappelijk onderzoek gedaan. De sector heeft daarin samengewerkt met de wetenschap en er is gezocht naar een balans tussen het welzijn van dieren en de gezondheid van dieren, omdat ook het zaagselmateriaal nat wordt op het moment dat er te veel waterverspilling is bij de moederdieren. Vandaar dat wij kiezen voor die acht uur. Het is uitgezocht dat dit de beste basis is voor het welzijn van de dieren. Ik ontraad dus de motie.

De voorzitter:

De motie op stuk nr. 1275 wordt ontraden.

Adema:

De motie op stuk nr. 1276 geef ik oordeel Kamer.

De voorzitter:

Dat is een spreekt-uitmotie. Dus formeel hoeft u die niet te beoordelen.

Adema:

Nee, dat is waar, maar ik krijg hier wel het advies: oordeel Kamer. Overigens …

De voorzitter:

Ik zou zelf doorgaan naar de volgende motie, de motie op stuk nr. 1277.

Adema:

Ik ga naar de motie op stuk nr. 1277. Deze wil ik ontraden omdat alle subsidies die wij verstrekken ook als voorwaarde verduurzaming hebben. Alle subsidies bevatten het criterium van verduurzaming. Ze zijn dus al gericht op verduurzaming. Dat betekent dat ze daaraan bijdragen. We hebben dus geen behoefte om dat nu in kaart te brengen, want dat geldt voor alle subsidies. Dus ik ontraad de motie.

De voorzitter:

De motie op stuk 1277: ontraden. Dan de motie op stuk nr. 1278.

Adema:

De motie op stuk nr. 1278 gaat over de maatschappelijke baten van landbouw en de MKBA voor de intensieve veehouderij. U weet dat we in het landbouwakkoord aan de slag gaan met alle typen veehouderij. Daar hoort ook de intensieve veehouderij bij. Daar praten we ook over de toekomst van intensieve veehouderij. Ik raad deze motie dus af. We gaan daar op dit moment geen MKBA op maken.

De voorzitter:

De motie op stuk nr. 1278: ontraden. Dan de motie op stuk nr. 1279.

Adema:

De motie op stuk nr. 1279 gaat over de dromedaris. Er is wetenschappelijk onderzoek waaruit blijkt dat de dromedaris … U zegt: er is alternatief wetenschappelijk onderzoek. Dat hebben we niet. We hebben geen alternatief wetenschappelijk onderzoek. Is dat er, en komt dat tot een ander oordeel, dan kan de Commissie daarnaar kijken voor de toelating. Dat is op dit moment niet het geval. Ik heb het ook tegen de familie gezegd. Ik heb een gesprek met hen gehad. We gaan overigens ook morgen weer op bezoek bij de familie. We besteden er aandacht aan. We vinden ook dat de overgang op een nette manier moet plaatsvinden. Er is echter geen nieuw wetenschappelijk onderzoek, dus ik moet deze motie ontraden.

De voorzitter:

De motie op stuk nr. 1279: ontraden. Dan de motie op stuk nr. 1280.

Adema:

Dan de motie op stuk nr. 1280 over de huis- en hobbydierenlijst. Ik realiseer me heel goed dat de invoering van de lijst pijnlijk kan zijn voor mensen die dieren houden van soorten die straks niet meer gehouden mogen worden. Bij de lijst staan dierenwelzijn en veiligheid van de mens voorop. Het moet ook wetenschappelijk onafhankelijk zijn opgesteld. Dat is een eis van de Europese Commissie. Het feit dat er mensen zijn die zich volop inzetten om goed voor dieren te zorgen die niet op de lijst staan, weegt niet op tegen de risico's voor welzijn en gezondheid. Ik vind het opstellen van houderijvoorschriften niet voldoende om het dierenwelzijn en de veiligheid van de mensen te beschermen. Daarom ontraad ik deze motie.

De voorzitter:

De motie op stuk nr. 1280: ontraden. Dan de motie op stuk nr. 1281.

Adema:

Dan de motie op stuk nr. 1281. Dat is dezelfde motie waarin u streeft om regels voor dierenwelzijn mee te nemen in handelsverdragen. Deze motie kunnen wij oordeel Kamer geven.

De voorzitter:

De motie op stuk nr. 1281: oordeel Kamer.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Ik wilde een vraag stellen, maar die laat ik zitten vanwege de tijd.

De voorzitter:

Heel goed. Dank u wel. Dan zijn we daarmee aan het einde gekomen van deze beraadslaging, van het tweeminutendebat Dieren in de veehouderij.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Deze stemmingen zijn wel dinsdag. Over stemmingen gesproken: ik schors de vergadering nu voor een halfuur en dan gaan we daarna door met de stemmingen. Uiteraard bedank ik nog de minister en de leden voor hun aanwezigheid.

De vergadering wordt van 14.30 uur tot 15.09 uur geschorst.

Voorzitter: Bergkamp

Naar boven