17 Wadden

Aan de orde is het VAO Wadden (AO d.d. 26/06).

De voorzitter:

Aan de orde is het VAO Wadden. Ik zou graag het woord willen geven aan de heer Gijs van Dijk van de PvdA.

De heer Gijs van Dijk (PvdA):

Voorzitter. Ik zal gezien de tijd kort zijn, maar heel even: morgen is het Ouwe Sunderklaas op Texel. Dat is een eigen traditie van het eiland, zoals ieder eiland een traditie heeft van een eigen feest. Ik zal gewoon hier zijn morgen. Het is heel mooi. Iedereen gaat verkleed. Het is een beetje carnaval, maar dan op een andere manier. Als het een keer in het weekend valt, nodig ik u allen uit.

Maar er zijn ook minder mooie dingen — ja, je moet een overgang maken — als het gaat over het Waddengebied, zoals de ramp met de MSC Zoe. Daar is de minister ook druk mee. Daarom de volgende motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat er nog dagelijks veel afval van de MSC Zoe aanspoelt op de Waddeneilanden;

overwegende dat bij de Waddenbewoners het beeld ontstaat dat MSC haar verantwoordelijkheid probeert te ontlopen;

constaterende dat er geen duidelijkheid is dat MSC blijvend verantwoordelijk blijft voor de kosten van het opruimen van afval van de MSC Zoe;

verzoekt de regering alles op alles te zetten om MSC nu en in de toekomst verantwoordelijk te houden voor de opruimkosten van het afval van de MSC Zoe,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Gijs van Dijk. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 192 (29684).

De heer Gijs van Dijk (PvdA):

En wij staan onder een motie van de VVD.

Dank u wel.

De voorzitter:

Die zien we tegemoet. Dan is nu het woord aan mevrouw Kröger van GroenLinks.

Mevrouw Kröger (GroenLinks):

Excuus, voorzitter. Ik wist niet dat het VAO hiervoor zo snel ging. Ik heb twee moties en die gaan allebei over de MSC Zoe. Daarna heb ik bij het VAO Maritiem ook nog moties over de MSC Zoe.

De voorzitter:

Nou, we kunnen ons geluk niet op!

Mevrouw Kröger (GroenLinks):

Jullie kunnen je geluk niet op.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat voor een olieramp op basis van ervaringen uit het verleden er uitgewerkte protocollen zijn die meteen in werking treden om de milieuschade te beperken;

constaterende dat de ramp met de MSC Zoe heeft laten zien dat een ramp met veel plasticvervuiling grote en langdurige gevolgen met zich meebrengt, maar dat hier nog geen draaiboek voor klaarligt;

verzoekt de regering om lessen te trekken uit de ramp met de MSC Zoe en deze te borgen in het incidentbestrijdingsplan om bij een toekomstige ramp met plastic milieuschade te minimaliseren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Kröger. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 193 (29684).

Mevrouw Kröger (GroenLinks):

De minister heeft aangegeven dat er nog 25% van de lading vermist is en dat het project Fishing for Litter een rol kan spelen om deze lading toch op te duiken, op te vissen. Maar dat programma kost daardoor meer geld. Over het afgelopen jaar gaat de minister met de organisatie in gesprek. Ons gaat het vooruitkijkend erom om te zorgen dat Fishing for Litter ook in 2020 zijn werk kan doen. Vandaar de volgende motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat vissers in de Noordzee en Waddenzee nog steeds afval tegenkomen in hun netten, dat deels afkomstig is uit de MSC Zoe;

overwegende dat het project Fishing for Litter hiermee een bijdrage kan blijven leveren aan het herstelwerk na de ramp;

verzoekt de regering om voor het komende jaar te garanderen dat Fishing for Litter de middelen heeft om bij te kunnen dragen aan het opruimen van de lading van de MSC Zoe en deze kosten op de reder te verhalen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Kröger. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 194 (29684).

Mevrouw Kröger (GroenLinks):

Dan heb ik nog één vraag over de Gebiedsagenda Wadden. De natuurorganisaties hebben een brief geschreven, omdat zij zich zorgen maken over het gebrek aan ambitie voor de Waddennatuur en vinden dat het hoofddoel, de Waddenzee, leidend moet blijven. Zou de minister in willen gaan op de zorgen van de natuurorganisaties?

Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel. Het woord is aan de heer Wassenberg van de Partij voor de Dieren.

De heer Wassenberg (PvdD):

Voorzitter. We staan voor een heldere, ondubbelzinnige keuze voor het Waddengebied. Willen we de unieke natuur behouden, dan moeten we kiezen vóór bescherming en tegen schadelijke activiteiten als gaswinning, zoutwinning, visserij en bulkscheepvaart. Het uitstellen van die keuze heeft er de afgelopen jaren voor gezorgd dat de natuur in het Waddengebied steeds verder achteruitgaat. De beheerautoriteit Waddenzee loopt door het ontbreken van die heldere doelstelling nu het risico een tandeloos overlegorgaan te worden. Bovendien ontbreekt Defensie aan tafel, terwijl zij wel met straaljagers boven het Wad vliegt. Daarom de volgende twee moties.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de natuur in het Waddengebied ernstig is aangetast door onder meer gaswinning, zoutwinning, visserij en bulkscheepvaart;

constaterende dat de uitdagingen voor het Waddengebied in de toekomst alleen maar groter worden, onder meer door de klimaatcrisis;

overwegende dat bescherming van het unieke Waddengebied prioriteit nummer één moet zijn;

verzoekt de regering de beheerautoriteit Wadden mee te geven dat activiteiten die het Waddenecosysteem schaden vanaf nu verleden tijd zijn,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Wassenberg en Van Esch. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 195 (29684).

De heer Wassenberg (PvdD):

Voorzitter. Dan een korte en eenvoudige motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het ministerie van Defensie actief is in het Waddengebied, onder meer met militaire vliegoefeningen boven kwetsbare natuurgebieden als de Engelsmanplaat;

verzoekt de regering te zorgen dat het ministerie van Defensie vertegenwoordigd is in het bestuurlijk overleg Waddengebied,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Wassenberg en Van Esch. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 196 (29684).

De heer Wassenberg (PvdD):

Voorzitter. Dan nog één opmerking. De antwoorden van de minister op mijn vragen over het Waddenfonds stellen teleur. Het kabinet verwart doel met middel. Honderden miljoenen worden uitgegeven aan projecten zonder dat duidelijk is wat het effect op natuurherstel is. Dat zijn geen goed bestede euro's. Ondertussen zijn er wel golfbanen gebouwd en bruggen opgehoogd, allemaal van dat geld voor de natuur. De regie moet bij het Rijk liggen en het overgebleven geld moet geoormerkt worden voor natuurprojecten. Dat kan alleen gepaard gaan met het opzetten van een onafhankelijk evaluatie- en monitoringsysteem én het opbouwen van noodzakelijke wetenschappelijke kennis. De moties die ik hierover bij het WGO Water heb ingediend, zal ik dinsdag in stemming laten brengen.

Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan is nu het woord aan mevrouw Aukje de Vries van de VVD.

Mevrouw Aukje de Vries (VVD):

Dank u wel, voorzitter. Ook van mij een motie over de MSC Zoe.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de MSC Zoe in de nacht van 1 op 2 januari 2019 342 containers verloor en dat dit dus bijna een jaar geleden is;

constaterende dat de Nederlandse Staat rederij MSC op 4 januari 2019 aansprakelijk heeft gesteld;

constaterende dat MSC tot nu toe niet alle kosten van 1,93 miljoen euro heeft betaald;

van mening dat het niet zo kan zijn dat MSC de kosten van de veroorzaakte schade niet snel en volledig betaalt;

verzoekt de regering, indien er in het eerste kwartaal 2020 geen zicht is op het volledig betalen van de kosten van de veroorzaakte schade door rederij MSC, de beschikbare wettelijke en juridische mogelijkheden in te zetten,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Aukje de Vries en Van der Graaf. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 197 (29684).

Mevrouw Aukje de Vries (VVD):

Dan nog een tweede motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat er op dit moment onder meer druk gewerkt wordt aan de Waddenagenda 2050 en de Nationale Omgevingsvisie (NOVI);

van mening dat de bereikbaarheid van de Waddeneilanden en de Waddenhavens van groot belang is voor de bewoners, toeristen en ondernemers en daarmee de leefbaarheid van het Waddengebied;

van mening dat de bereikbaarheid soms problemen ondervindt, zoals naar Ameland en Lauwersoog;

verzoekt de regering de bereikbaarheid van de Waddeneilanden en Waddenhavens in beleidsstukken aan te merken als van maatschappelijk en economisch belang,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Aukje de Vries, Gijs van Dijk en Van der Graaf. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 198 (29684).

Dank u wel. Daarmee zijn we aan het einde gekomen van de inbreng van de kant van de Kamer. Ik kijk naar de minister. Ze heeft nog niet alle moties.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

De voorzitter:

Ik geef het woord aan de minister.

Minister Van Nieuwenhuizen-Wijbenga:

Dank u wel, voorzitter. Een zevental moties en nog een enkele vraag. Mevrouw Kröger had nog een vraag over de gebiedsagenda en de zorgen van de natuurorganisaties. We hadden afgelopen week ook het eerste overleg van het Bestuurlijk Overleg Waddengebied, als voorloper van de Waddenautoriteit. Daar is dit ook aan de orde geweest. Daar hebben we ook afgesproken dat in gezamenlijkheid die zorgen daar geadresseerd zullen worden. Daar hoort u dan nog nader van. Ik kan dit hier niet nu even in een paar minuten schetsen. Maar we komen er zeker nog bij u op terug hoe daar met alle partijen in het Waddenoverleg over gedacht wordt.

Mevrouw Kröger (GroenLinks):

En wanneer horen wij daar nader over? Als de partijen eruit zijn? Kan de minister misschien ook ingaan op de zorgen en op de vraag hoe zij daarmee omgaat?

Minister Van Nieuwenhuizen-Wijbenga:

Nogmaals, ik kan nu denk ik niet heel specifiek op de zorgen ingaan. Ik denk ook niet dat dit het moment is, gezien het tijdstip, om daar al te lang bij stil te staan. We gaan het er met elkaar over hebben. We hebben bijvoorbeeld besproken om het in een gebiedsagenda te gaan vormgeven, een beetje zoals bij de IJsselmeeragenda. Laat ik zeggen dat ik u in ieder geval daarover informeer zodra we daar gesprekken over hebben gehad. Ik kan alleen niet precies zeggen wanneer dat zal zijn.

De voorzitter:

Ik denk dat u het daar op dit moment mee moet doen, mevrouw Kröger.

Minister Van Nieuwenhuizen-Wijbenga:

Ja, ik vrees het ook. Dan kom ik bij de motie op stuk nr. 192 van de hand van de heer Van Dijk, die verzoekt om alles op alles te zetten om de MSC Zoe verantwoordelijk te houden voor de opruimkosten. Ik ben tot op het bot gemotiveerd om dat te doen, maar ik geef de motie oordeel Kamer, omdat ik het belangrijk vind dat u dit als Kamer ook uitspreekt. Ik denk dat het ook een teken is richting de reder dat u mij daar zo over achter de broek zit, ook al is dat niet nodig.

De voorzitter:

De motie op stuk nr. 192 krijgt oordeel Kamer.

Minister Van Nieuwenhuizen-Wijbenga:

Ja. Hetzelfde geldt voor de motie op stuk nr. 193 van de hand van mevrouw Kröger, die ons verzoekt om lessen te trekken uit de ramp en die ook te borgen in het incidentbestrijdingsplan. Wanneer dat herijkt wordt, zullen we dat ook zeker doen, dus deze motie krijgt oordeel Kamer.

De voorzitter:

De motie op stuk nr. 193 krijgt oordeel Kamer.

Minister Van Nieuwenhuizen-Wijbenga:

De motie op stuk nr. 194 is ook van mevrouw Kröger en krijgt ook oordeel Kamer. De motie ziet op Fishing for Litter. In het debat heb ik al aangegeven dat ik daar zelf ook enthousiast over ben. Ik kan nog melden dat ik van de week in Madrid met een Zweedse collega heb gesproken. Zij sprak mij aan op wat wij allemaal doen en vroeg mij of wij meedoen met hun Plastic Pact. Ik zei dat wij dat allang hebben en dat wij zelfs ook een project Fishing for Litter hebben. Dat vond zij weer interessant, dus ik denk dat het daarmee ook goed komt.

De voorzitter:

De motie op stuk nr. 194 krijgt dus oordeel Kamer.

Minister Van Nieuwenhuizen-Wijbenga:

Ja.

De voorzitter:

Dan de motie op stuk nr. 195.

Minister Van Nieuwenhuizen-Wijbenga:

De motie op stuk nr. 195 is van de heer Wassenberg en verzoekt de regering om de beheerautoriteit mee te geven dat activiteiten die het waddenecosysteem schaden vanaf nu verleden tijd zijn. Die motie moet ik ontraden, want de beheerautoriteit gaat niet over het beleid, maar alleen over het beheer van de Waddenzee. Dus om die reden ontraad ik die.

Dat geldt ook voor de motie op stuk nr. 196 van de hand van de heer Wassenberg, die ons verzoekt om ervoor te zorgen dat het ministerie van Defensie vertegenwoordigd is in het bestuurlijk overleg. Als hij bedoelt dat de militaire aspecten daarin geborgd moeten zijn, ben ik het direct met hem eens. Als minister van IenW ben ik coördinerend en moet ik zorgen voor een integrale, goede afstemming, ook met Defensie, dus dat doe ik ook graag.

De voorzitter:

De moties op de stukken nrs. 195 en 196 worden ontraden.

De heer Wassenberg (PvdD):

Hoe kan de minister nou garanderen dat die aspecten worden meegenomen als het ministerie zelf niet aan tafel zit?

Minister Van Nieuwenhuizen-Wijbenga:

Nou ja, het gebeurt wel vaker dat je als coördinerend minister ook rekening houdt met wat er vanuit er andere ministeries aan belangen zijn of wat er wordt meegegeven. Zeker bij het luchtvaartdossier heb ik dat heel regelmatig, omdat ik met collega Barbara Visser natuurlijk over hetzelfde luchtruim spreek. Dan hoef je niet altijd per se allebei zelf in dat bestuurlijk overleg vertegenwoordigd te zijn.

De voorzitter:

Dan hebben wij nog twee moties.

Minister Van Nieuwenhuizen-Wijbenga:

Ja. De motie op stuk nr. 197 van mevrouw De Vries is ook zo'n motie om de druk erop te houden als er geen zicht is op het volledig betalen. Als ik dit als inspanningsverplichting mag opvatten, mevrouw De Vries, dan kan ik deze motie oordeel Kamer geven. Ik probeer natuurlijk tot een minnelijke regeling te komen met MSC, maar ik begrijp uw bedoeling. U wilt de druk erop houden, zodat ze ook voelen dat het niet eindeloos gerekt kan worden en we op een gegeven moment overgaan tot juridische stappen. Daarom kan ik de motie oordeel Kamer geven.

De voorzitter:

De motie op stuk nr. 197 krijgt oordeel Kamer.

Minister Van Nieuwenhuizen-Wijbenga:

Dat geldt ook voor de motie op stuk nr. 198 van de hand van mevrouw De Vries. Die verzoekt de regering de bereikbaarheid van de Waddeneilanden en de Waddenhavens in beleidsstukken aan te merken als van maatschappelijk en economisch belang. Dat geef ik ook oordeel Kamer.

De voorzitter:

De motie op stuk nr. 198 krijgt ook oordeel Kamer. Daarmee zijn we aan het einde gekomen van dit VAO.

De beraadslaging wordt gesloten.

Naar boven