8 Regeling van werkzaamheden

Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, dinsdag aanstaande ook te stemmen over de brief van de vaste commissie voor Europese Zaken inzake de beëindiging van het parlementair behandelvoorbehoud bij de EU-voorstellen: Slimme Grenzen (33614, nr. 2), over de brief van de vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu over het aanwijzen van het Spoorbeveiligingssysteem ERTMS als groot project (33652, nr. 1) en over de moties ingediend bij het wetgevingsoverleg over Wijziging van de Elektriciteitswet 1998, de Gaswet en de Warmtewet (33493).

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda van volgende week het burgerinitiatief "Sloop de Muur: sancties tegen Israël". Ik stel voor om spreektijden te hanteren van vier minuten per fractie en de woordvoerders namens het burgerinitiatief in de gelegenheid te stellen vijf minuten het woord te voeren.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Op verzoek van de PvdA-fractie benoem ik in de vaste commissie voor Economische Zaken het lid Oosenbrug tot plaatsvervangend lid in plaats van het lid Nijboer.

Op verzoek van de SP-fractie benoem ik:

  • - in de vaste commissie voor Economische Zaken het lid Smaling tot plaatsvervangend lid in plaats van het lid Bashir;

  • - in de vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu het lid Smaling tot plaatsvervangend lid in plaats van het lid Ulenbelt;

  • - in de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap het lid Smaling tot lid in de bestaande vacature;

  • - in de vaste commissies voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Volksgezondheid, Welzijn en Sport het lid Van Raak tot plaatsvervangend lid in de bestaande vacatures.

Op verzoek van de CDA-fractie benoem ik in de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie het lid Van Hijum tot plaatsvervangend lid in plaats van het lid Bruins Slot.

Ik deel mee dat de volgende aangehouden moties zijn vervallen: 33400-XVI, nr. 58; 33400-XVI, nr. 79; 32463, nr. 18; 33436, nr. 26; 33400-X, nr. 44; 32201, nr. 57; 19637, nr. 1627.

Op verzoek van een aantal leden stel ik voor, de motie-Ouwehand/Van Dekken (31389, nr. 107), de moties-Thieme (31389, nrs. 104 tot en met 106) en de motie-Thieme/Ouwehand (31389, nr. 99) opnieuw aan te houden. Dit betekent dat de in artikel 69, tweede lid, van het Reglement van Orde genoemde termijn van twee maanden voor deze moties opnieuw gaat lopen.

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda:

  • - het VAO WWB-onderwerpen, naar aanleiding van een algemeen overleg gehouden op 5 juni, met als eerste spreker de heer Van Weyenberg van D66;

  • - het VAO Leegstand woningen en kantoren, naar aanleiding van een algemeen overleg gehouden op 5 juni, met als eerste spreker de heer Albert de Vries van de Partij van de Arbeid;

  • - het VAO Popmuziek, naar aanleiding van een algemeen overleg gehouden op 5 juni, met als eerste spreker de heer Jasper van Dijk van de SP;

  • - het VAO Totaalbeeld jaarwisseling 2012–2013, naar aanleiding van een algemeen overleg gehouden op 5 juni, met als eerste spreker mevrouw Ouwehand van de Partij voor de Dieren;

  • - het VSO over de vaste boekenprijs, met als eerste spreker mevrouw Venrooy-van Ark van de VVD.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Leijten.

Mevrouw Leijten (SP):

Voorzitter. Uit onderzoek blijkt dat 90% van de huisartsen merkt dat patiënten om financiële redenen afzien van zorg die zij nodig hebben. Dit komt bij de helft van de huisartsen dagelijks in de praktijk voor. Ik zou hierover graag het debat voeren met de minister van Volksgezondheid.

De voorzitter:

Er is een verzoek om steun voor het houden van een debat.

Mevrouw Agema (PVV):

Steun.

Mevrouw Pia Dijkstra (D66):

Geen steun. We hebben daarover net gedebatteerd en we hebben binnenkort een AO over de Zorgverzekeringswet.

De heer Otwin van Dijk (PvdA):

Het is een ernstig signaal. Dat heb ik vorige week gezegd en dat herhaal ik. In het vorige week gevoerde debat heeft de minister toegezegd, in reactie op een vraag van mevrouw Dijkstra en mij, om voor de begroting met een evaluatie van het eigen risico te komen. Ondertussen heeft mijn partij ook een aantal Kamervragen over dit onderwerp gesteld en we moeten daar een keer een debat over voeren. Dat kan tijdens het AO over de Zorgverzekeringswet, of later, als we echt harde gegevens hebben, maar ik wil de minister om een brief vragen waarin wordt ingegaan op de Kamervragen van mijn partij en de recente gegevens. Dus nu nog geen steun voor een debat.

De voorzitter:

Geen steun voor een debat.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Ik vind het voorstel om dit onder te brengen in het AO Zorgverzekeringswet een goed idee. Misschien kan mevrouw Leijten het voorstel indienen dat dat AO wordt uitgebreid. Dat zou mijn fractie zeker steunen.

De voorzitter:

Maar u steunt een verzoek voor een debat op dit moment niet.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Nee, omdat ik denk dat dat AO eerder plaatsvindt.

De voorzitter:

Voordat ik de heer Rutte het woord geef, vraag ik de collega's die binnenkomen of ze dat iets zachter kunnen doen, zodat ik kan verstaan wat de heer Rutte in de microfoon gaat zeggen.

De heer Rutte (VVD):

We hebben de vorige week over exact dit onderwerp al gedebatteerd. Het gaat niet aan om daar nu alweer over te gaan debatteren. Geen steun.

De voorzitter:

Mevrouw Leijten, u hebt niet de steun van de meerderheid voor het houden van een debat.

Mevrouw Leijten (SP):

Ik wil opmerken dat de VVD vorige week niet meedeed aan dat debat. Die fractie vond de signalen niet belangrijk. Er is nu een veel breder onderzoek geweest. Nu de problemen niet van enkele signalen afhangen, lijkt het mij logisch dat wij er wederom over spreken. Ik vind dat de minister hier onvoldoende naar kijkt. Blijkbaar vindt de Partij van de Arbeid dat ook, want er kunnen Kamervragen over gesteld worden. Ik maak er een dertigledendebat van en ik zal bekijken hoe wij dit kunnen omzetten in een AO. Dat lukte gisteren niet heel erg gemakkelijk in onze procedurevergadering, maar ik ga mijn best doen.

De voorzitter:

Ik zal proberen het dertigledendebat in te plannen met spreektijden van drie minuten per fractie. Ik zal het stenogram van dit gedeelte van het debat doorgeleiden naar het kabinet.

Ik wil eigenlijk heel graag mevrouw Voortman het woord geven, maar daarvoor moet het rustiger zijn. Nu zal het wellicht lukken om haar te verstaan.

Het woord is aan mevrouw Voortman van GroenLinks.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Voorzitter. Vandaag is een rapport van de Kinderombudsman verschenen over gezinshereniging. Daaruit blijkt dat duizenden kinderen een eerlijke kans is ontnomen om met hun ouders herenigd te worden. Ik verzoek daarom om een debat, voorafgegaan door een brief. Ik verzoek bovendien dat die brief hier al aanstaande dinsdag om 12.00 uur is, gegeven het feit dat het gaat om een grove schending van kinderrechten.

De voorzitter:

Mevrouw Voortman verzoekt om een brief en ook om een debat te houden.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Ik steun dit verzoek. Er is ook een optie om dit op 19 juni mee te nemen in het AO. Ik geef dat mevrouw Voortman mee. Ik steun in ieder geval ook het verzoek om zo snel mogelijk een brief te ontvangen met een reactie op dit schokkende rapport van de Kinderombudsman.

De voorzitter:

Steun voor de brief en steun voor het debat.

De heer Schouw (D66):

Ik verleen ook twee keer steun. Ik benadruk nogmaals dat die brief er dinsdag voor 12.00 uur moet zijn.

De voorzitter:

Mevrouw Gesthuizen, heeft het woord. Eén moment. Nou, nou. Sorry, ik moet de hamer gebruiken om het rustiger te krijgen.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Als u met die hamer op de tafel voor u slaat, vind ik het prima.

Voorzitter. Van harte steun voor beide verzoeken van mevrouw Voortman. Ik zou er wel voor uitkijken om alles op het AO van 19 juni te gooien, want wij hebben dan weliswaar een AO van vier uur, maar op de agenda staat zo'n indrukwekkende lijst aan kritische rapporten, dat ik bang ben dat wij het niet redden in één debat. Van harte steun dus voor de verzoeken.

De voorzitter:

Steun voor het debat en steun voor de brief.

De heer Krol (50PLUS):

Steun voor de brief. Steun voor het debat.

De voorzitter:

Twee keer steun.

De heer Fritsma (PVV):

Dit is een zwaar politiek gekleurd stuk van iemand die allesbehalve onpartijdig is. De PVV-fractie steunt de verzoeken dus niet.

Mevrouw Maij (PvdA):

De Kinderombudsman heeft een heel pittig stuk geschreven. Wij zouden graag een zorgvuldige reactie van de staatssecretaris daarop willen ontvangen en daarna bezien of wij daarover gaan debatteren.

De voorzitter:

Steun voor de brief. Op dit moment geen steun voor het voeren van een debat.

De heer Van Hijum (CDA):

Mijn fractie steunt het verzoek om een debat, maar dan wel op basis van een serieuze reactie van de staatssecretaris.

De voorzitter:

Steun voor de brief. Steun voor het debat.

De heer Azmani (VVD):

De VVD-fractie wil eerst een zeer uitgebreide en zorgvuldige reactie hebben op dit rapport met stevige conclusies. Na die zorgvuldige reactie kunnen wij eventueel een debat inplannen.

De voorzitter:

Steun voor de brief. Op dit moment geen steun voor het voeren van een debat.

Mevrouw Voortman, u hebt niet de steun van de meerderheid voor het voeren van een debat. Er is wel steun voor het verzoek om een uitgebreide, inhoudelijke reactie.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Precies. Ik heb van verschillende fracties gehoord dat zij die brief dinsdag voor 12.00 uur willen hebben. Ik wil hierbij opmerken dat dit rapport ook allang bij het ministerie van Veiligheid en Justitie bekend is. Het moet dus mogelijk zijn om die brief snel te sturen. Nogmaals, het gaat hier om de belangen van duizenden kinderen, wier rechten geschonden zijn. Ik verzoek dus om een brief voor dinsdag 12.00 uur. Dan sta ik hier op dinsdag weer om dat debat snel aan te vragen. Het verzoek van de heer Voordewind lijkt op zich namelijk sympathiek, maar in dat AO spreken wij ook al over de hongerstakers, de vreemdelingendetentie en over allerlei andere, zeer dringende zaken. Ik denk dus dat wij hier het beste een apart debat over kunnen voeren.

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de regeling doorgeleiden naar het kabinet.

De heer Pechtold (D66):

Voorzitter. Ik heb een punt van orde. Een van onze collega's, de heer Fritsma, zei zojuist over een Hoog College van Staat, namelijk de Ombudsman en in dit geval de Kinderombudsman, dat dat verre van onpartijdig is. Ik vind dat een vergaande uitspraak. Zo'n uitspraak, in dit huis, over een Hoog College van Staat moet worden onderbouwd.

De heer Fritsma (PVV):

Dat is heel makkelijk. De PVV-fractie heeft dat ook al eerder gedaan. De Kinderombudsman heeft allerlei uitspraken gedaan, niet alleen over deze kwestie maar ook over het kinderpardon, dat er volgens hem hoe dan ook moest komen. De PVV-fractie heeft er eerder op gewezen en heeft eerder ook al een motie ingediend – mijn collega Bosma heeft dat gedaan – die ertoe strekt dat de Kinderombudsman zich verre moet houden van dit soort zwaar politieke uitspraken over onder andere ons vreemdelingenbeleid. Dat is heel duidelijk.

De voorzitter:

Mijnheer Pechtold, dit is een regeling van werkzaamheden. Blijkbaar is dit een onderwerp waarover u graag wilt debatteren. Ik stel voor dat u via de procedurevergadering probeert om een overleg over de Kinderombudsman te regelen. We kunnen dit niet in een regeling van werkzaamheden uitdiscussiëren.

De heer Pechtold (D66):

Ik vind dat dit soort uitspraken hier niet ongefundeerd en onweersproken mogen passeren. Vandaar dat ik deze opmerking plaatste.

De voorzitter:

Dat is prima. Daarom heb ik de heer Fritsma ook de gelegenheid gegeven om die vraag te beantwoorden.

Ik herhaal de zin waar ik zojuist was gebleven: ik zal het stenogram van dit gedeelte van de regeling doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Van Hijum van het CDA.

De heer Van Hijum (CDA):

Voorzitter. The Wall Street Journal berichtte gisteren dat het IMF, het Internationaal Monetair Fonds, toegeeft dat het de afgelopen jaren bewust verkeerde voorstellingen van zaken heeft gegeven over de houdbaarheid van de Griekse schuld. Als dat bericht klopt, is dat wat de CDA-fractie betreft zeer ernstig, want de Tweede Kamer en lidstaat Nederland hebben de afgelopen jaren, op eigen initiatief, de rol van het IMF bij de beoordeling van de Griekse situatie door de trojka grootgemaakt, en wel vanwege de onafhankelijkheid en het professionele oordeel van het IMF. De Kamer heeft aan die analyses ook steeds een zwaar gewicht toegekend. Ik wil naar aanleiding van het bericht een debat met de minister van Financiën.

De voorzitter:

Er is een verzoek om steun voor het houden van een debat.

De heer Klein (50PLUS):

50PLUS vindt dat het ernstig genoeg is om er direct een debat over te hebben. Steun dus voor het verzoek van het CDA.

De heer Tony van Dijck (PVV):

We hadden nooit ook maar één cent aan Griekenland moeten geven. Het is ondertussen 240 miljard euro geworden. Het IMF ziet nu ook in dat het fouten heeft gemaakt. Snel een debat dus. Steun voor het verzoek.

De heer Harbers (VVD):

Namens de VVD-fractie stem ik in met het verzoek om een debat te houden. Ik wil er wel bij betrekken dat het rapport eerst verschenen moet zijn. Volgens mij is het nog niet verschenen. Er zijn alleen persberichten of geluiden in de pers daarover. Graag zie ik ook een brief met de reactie van het kabinet op het rapport voordat we het debat gaan houden.

De voorzitter:

Steun voor het debat en een verzoek om een brief.

De heer Merkies (SP):

Steun voor het debat. Dit gaat over inmiddels honderden miljarden in totaal. Wij hebben hier drie jaar geleden voor gewaarschuwd. Een debat is op zijn minst op zijn plaats.

De heer Van der Staaij (SGP):

Ook de SGP-fractie steunt het verzoek van de heer Van Hijum om hierover een debat te voeren.

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):

Het is inderdaad een kwalijke zaak, juist omdat Nederland zich altijd op het IMF-oordeel heeft gebaseerd, ook bij de eigen keuzes. Het is dus zeker een debat waardig. Ook ik wil graag informatie over het rapport, want dat hebben we wel nodig voor dat debat.

De heer Klaver (GroenLinks):

Ik heb geen bezwaar tegen een debat. Ik kijk uit naar de brief. Wat mij betreft kunnen we het ook betrekken bij het AO Ecofin, dat voor volgende week staat gepland. Daar kunnen we er ook heel snel over spreken, maar ik heb geen bezwaar tegen een debat.

De voorzitter:

Mijnheer Nijboer, sorry, u stond er al even.

De heer Nijboer (PvdA):

Geen enkel probleem, voorzitter. De PvdA-fractie hecht ook sterk aan het oordeel van het IMF. We willen wel graag debatteren op basis van precieze informatie. Ik verzoek het kabinet om de informatie die het IMF verspreidt en datgene wat de Europese Commissie heeft gezegd, voorzien van een appreciatie naar de Kamer te sturen en daarna een debat te plannen. Onder die voorwaarde steun voor het debat.

De heer Koolmees (D66):

Ook D66 steunt een brief en een debat.

De voorzitter:

Mijnheer Van Hijum, u hebt brede steun voor het houden van een debat. Ook is er brede behoefte aan een reactie vanuit het kabinet. Ik vind het heel vervelend dat ik het moet zeggen, maar ik weet niet zeker of het voor het zomerreces gepland kan worden, als u dat in de plenaire zaal wilt. U hebt daarvoor steun, maar het is onmogelijk om drie debatten tegelijkertijd in deze zaal te houden.

De heer Van Hijum (CDA):

Voorzitter. Dat begrijp ik, maar het zal u niet verrassen dat ik toch zeer hecht aan het door laten gaan van dit debat. Zoals een van de collega's terecht zegt, gaat het om honderden miljarden en om een internationale vertrouwenskwestie. Laat ik het maar zo zeggen.

De voorzitter:

Ja, dat snap ik. Wij gaan daar buiten de vergadering om even met elkaar over overleggen, want ik snap dat u niet drie maanden wilt wachten voordat u dat debat wilt voeren. Vandaar dat ik deze opmerking maakte.

De heer Van Hijum (CDA):

Het informatieverzoek van de collega's steun ik uiteraard.

De voorzitter:

Daarvoor zal ik het stenogram van dit gedeelte van de regeling doorgeleiden naar het kabinet. Voor het debat zal een spreektijd gelden van vier minuten per fractie.

Het woord is opnieuw aan mevrouw Voortman. Zij had al eerder aangekondigd dat zij een debat zou aanvragen, als er een reactie van het kabinet binnen zou zijn. Die is inmiddels binnen. Mevrouw Voortman heeft dus een verzoek.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Voorzitter. De heer Van der Staaij wees mij er net op dat de reactie van het kabinet op het rapport van de Kinderombudsman is binnengekomen, terwijl ik hier stond. Er is een reactie van het kabinet. Wij kunnen dit debat dus op korte termijn voeren. Ik doe dus opnieuw het verzoek om dit debat op korte termijn in te plannen.

De voorzitter:

Het gaat dus om een verzoek om het houden van een debat.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Nogmaals, van harte steun voor het verzoek van mevrouw Voortman.

De heer Schouw (D66):

Ik dank de heer Van der Staaij voor zijn alertheid. Wat mij betreft kan het debat volgende week. Ik ben er klaar voor.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Steun voor het debat, maar mocht dat tot een dertigledendebat leiden, dan moeten wij het in commissieverband doen. Wij moeten dit echt voor de zomer bespreken, gezien de schokkende uitkomsten met betrekking tot de beperkingen van het kabinet ten aanzien van gezinshereniging. Dan moet het maar via een AO. Wij moeten het bestaande AO dan misschien uitbreiden met één of twee uur inclusief de spreektijden.

De voorzitter:

In principe dus steun voor dit verzoek, maar dat had u eerder ook al uitgesproken.

De heer Krol (50PLUS):

Ik durf het bijna niet te zeggen, want ik weet hoe moeilijk het voor u is, voorzitter, om de zaak goed te plannen, maar ik wil het voorstel toch steunen. Ik weet hoe lastig het is om het debat toch gepland te krijgen. Sterkte.

De heer Van der Staaij (SGP):

De staatssecretaris heeft inderdaad inmiddels een eerste reactie aan het adres van de Kinderombudsman zelf naar de Kamer gestuurd. Die eindigde wel met de opmerking dat de staatssecretaris graag in gesprek gaat met de Kinderombudsman over zijn bevindingen voordat hij een meer definitieve en uitgebreide reactie geeft. Wat mij betreft kunnen wij het debat ook voeren als dat gesprek heeft plaatsgevonden en wij de definitieve en uitgebreide reactie van het kabinet kennen.

De heer Fritsma (PVV):

De PVV-fractie steunt het verzoek wederom niet om precies dezelfde reden die ik net ook al aangaf.

De heer Van Hijum (CDA):

Ik heb net ook steun uitgesproken voor het debat, maar ik vind het voorstel van de heer Van der Staaij verstandig, namelijk dat wij aan de hand van de nadere reactie een debat voeren, omdat er door de Ombudsman ernstige beschuldigingen zijn geuit aan het adres van de IND. Wij kunnen beter een zorgvuldig debat voeren dan een snel debat.

De heer Recourt (PvdA):

Mijn fractie steunt de lijn die door de heer Van der Staaij is ingezet.

De heer Azmani (VVD):

Ook mijn fractie steunt de zorgvuldige lijn van de heer Van der Staaij.

De voorzitter:

Dat betekent, mevrouw Voortman, dat er wederom geen steun is voor het houden van een plenair debat op dit moment.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Dat klopt. Er ligt een reactie en toch wil een Kamermeerderheid er niet over spreken.

De voorzitter:

Dan gaan wij nu stemmen. Ik weet dat u allemaal zit te popelen om dat te doen. Heeft iedereen de presentielijst getekend? Zo niet, willen de leden dan hun plaatsen innemen?

Naar boven