19 637 Vreemdelingenbeleid

Nr. 1627 MOTIE VAN HET LID SCHOUW EN C.S.

Voorgesteld 12 maart 2013

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat een kind een verblijfsvergunning op grond van de Regeling langdurig verblijvende kinderen wordt onthouden indien ten aanzien van een gezinslid sprake is van een contra-indicatie;

constaterende dat hieraan de gedachte ten grondslag ligt dat criminele gezinsleden op grond van artikel 8 van het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens (EVRM) in aanmerking zouden kunnen komen voor een verblijfsvergunning;

overwegende dat een kind niet of nauwelijks invloed heeft op het handelen van zijn gezinsleden en de strekking van artikel 8 EVRM niet kan zijn dat kinderen het recht op een verblijfsvergunning op grond van de regeling wordt onthouden;

overwegende dat bovendien het Kinderrechtenverdrag centraal zou moeten staan;

verzoekt de regering, een jurisprudentieonderzoek te doen naar voornoemde problematiek en de Kamer hierover te informeren medio dit jaar,

en gaat over tot de orde van de dag.

Schouw

Voortman

Voordewind

Gesthuizen

Naar boven