11 Zelfstandig bestuursorgaan CAK

Aan de orde is de voortzetting van de behandeling van:

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten en enkele andere wetten, in verband met de instelling van het zelfstandig bestuursorgaan CAK (32543).

De algemene beraadslaging wordt hervat.

Staatssecretaris Veldhuijzen van Zanten-Hyllner:

Voorzitter. Ik begin met het antwoord op de vraag van mevrouw Leijten waarom toch voor deze vorm gekozen is. Wij hebben dit reeds een aantal keren besproken en daarbij heb ik mijn overwegingen opgesomd. Ik wil in dit verband benadrukken dat met name het amendement van mevrouw Leijten het kernpunt van het wetsvoorstel ondermijnt. Het wetsvoorstel is namelijk echt gericht op een zelfstandig publieksorgaan. Dat betekent dat ik het amendement moet ontraden. Ik attendeer de Kamer erop dat dit amendement het wetsvoorstel echt onderuithaalt. Mevrouw Leijten moet dan dus ook tegen het wetsvoorstel stemmen.

Ten tweede heeft mevrouw Leijten een amendement ingediend waarin zij mij verzoekt om een aantal zaken te doen aangaande de bezoldiging. In dit amendement noemt zij de absolute top die het kabinet hanteert voor publieke functies, de zogenaamde balkenendenorm. Dat is een wat ongelukkige term, want deze norm bedraagt 130% van een ministersalaris. Bovendien noemt mevrouw Leijten zo twee termen in één amendement, de absolute top en een andere grens. Als ik daarin meega, ben ik met handen en voeten gebonden. Erger nog, er wordt een bedrag genoemd dat een zelfstandig leven zou kunnen gaan leiden en een opdrijvende functie kan hebben. Op een gegeven moment wordt dat namelijk de ondergrens. Ik streef naar absolute soberheid en daarom zou ik dit amendement willen ontraden.

Mevrouw Leijten (SP):

De staatssecretaris suggereert dat ik tegen dit wetsvoorstel zou moeten stemmen omdat ik de kern uit het wetsvoorstel haal door dit amendement in te dienen. Dat lijkt me niet, want ik geef met dit amendement slechts een andere opdracht mee met de wetswijziging die de staatssecretaris voor ogen heeft. Ik zie dus niet in dat ik dit moet doen. Bovendien zullen wij ons stemgedrag zelf bepalen.

Als ik de getallen gewoon uit het tweede amendement haal en erin zet dat het ministersalaris wordt gehanteerd, laat de staatssecretaris het oordeel dan aan de Kamer?

Staatssecretaris Veldhuijzen van Zanten-Hyllner:

Ik ga niet nog meer zeggen in aanvulling op mijn eerdere opmerking. Ik denk dat ik genoeg heb toegelicht. We hebben een balkenendenorm met een boven- en ondergrens. Die norm is bedoeld voor bepaalde functies en op basis daarvan kan men de salariëring nader inkleuren aan de hand van van de zwaarte en het verantwoordelijkheidsgebied van de functie. Die "coloratura" wil ik volledig kunnen hanteren. We hebben het hier over een klein uitvoeringsorgaan met 600 medewerkers. Ik wil niet voor één debatje vastgepind worden op één soort salaris. We hebben bovendien een wetsvoorstel voor wettelijke normering voor topinkomens.

Mevrouw Leijten (SP):

Ik heb zitten worstelen met het opstellen van dit amendement. Om maar heel open te zijn: het advies van het ministerie was in dezen niet echt behulpzaam. Ik wil dat wij duidelijk stellen dat bij een uitvoeringsorgaan geen topsalarissen worden betaald. De afgelopen is dat echter wel gebeurd bij het CAK. Ik kan een motie indienen en de staatssecretaris een opdracht geven, maar er ligt een wetswijziging voor. Daarom wil ik het bij voorkeur in de wet hebben. Laten we het amendement, hopelijk nu wel met medewerking van het ministerie, zo aanpassen dat we op de middenweg uitkomen. Dan kan een gewijzigd amendement-Leijten dus de steun van de staatssecretaris krijgen of in elk geval aan het oordeel van de Kamer gelaten worden. De staatssecretaris heeft dit nu namelijk niet in de wet opgenomen.

Staatssecretaris Veldhuijzen van Zanten-Hyllner:

We zijn het geheel eens over de gedachte. Laten we dus doorpuzzelen over de letter van het amendement. Als we daar uitkomen, wil ik daar graag in meegaan.

Mevrouw Leijten (SP):

Dan zal ik met een gewijzigd amendement komen. Hopelijk komen we er constructief uit. Ik ben heel blij dat de staatssecretaris aangeeft dat er geen licht zit tussen mijn bedoeling en de hare. We zullen hier blijkbaar gewoon uit komen.

De voorzitter:

Ik wijs er wel op dat we aanstaande dinsdag al over dit amendement zullen stemmen. Dat verplicht u wel om het snel te verspreiden.

Mevrouw Leijten (SP):

Uiteraard.

Staatssecretaris Veldhuijzen van Zanten-Hyllner:

Uiteraard.

De motie van mevrouw Leijten gaat om de bedragen die overblijven nadat alle bedragen zijn overgemaakt naar cliënten. Ik wil dat geen winst noemen, want het CAK maakt geen winst. Het CAK kan wel heel behoedzaam en doelmatig met geld zijn omgegaan. Dan kan er wat zijn overgebleven. Dat geld wordt alleen binnen het stroomgebied van de gelden van het CAK ingezet. Dus als het uit de private stroom komt, blijft het daar ook in. Als het gaat om uitkeringen AWBZ, blijft het daarin. Dat betekent dat ik het, als er een klein beetje over is, ook niet voor het goede doel van de WTCG kan bestemmen. Het geld komt dan daar terecht waarvoor het het volgend jaar zou kunnen worden gebruikt. Het blijft gewoon bij de daarvoor bedoelde bestemming.

De voorzitter:

Ik merk dat mevrouw Wolbert iets wil zeggen en dat de staatssecretaris daarop wil reageren. Ik vraag de staatssecretaris om niet te reageren op dingen die in de zaal worden gezegd. Dan wordt het namelijk erg onoverzichtelijk.

Mevrouw Leijten (SP):

Ik constateer dat die motie niet uitgevoerd kan worden. Het gaat mij erom dat positieve resultaten van het CAK niet naar aandeelhouders gaan.

Staatssecretaris Veldhuijzen van Zanten-Hyllner:

Dat gebeurt ook niet.

Mevrouw Leijten (SP):

Dan trek ik de motie in. Ik stel het wel op prijs als de Kamer wordt geïnformeerd over de wijze waarop de positieve resultaten van de afgelopen jaren bestemd zijn. Ik kan mij heel goed indenken dat de staatssecretaris daar nu geen antwoord op kan geven, maar dat kan zij later natuurlijk wel schriftelijk doen.

Staatssecretaris Veldhuijzen van Zanten-Hyllner:

Dan zijn wij het eens geworden.

De voorzitter:

Aangezien de motie-Leijten (32543, nr. 11) is ingetrokken, maakt zij geen onderwerp van beraadslaging meer uit.

Staatssecretaris Veldhuijzen van Zanten-Hyllner:

De VVD heeft gevraagd waarom ik niet twee jaar kan wachten. Ik heb aangegeven dat er op dit moment een aantal stappen is gezet waardoor de situatie ten goede is gekeerd. Daar zijn echter geen infrastructurele instrumenten voor. Die wil ik wel hebben, want zodra de situatie verslechtert, wil ik meteen kunnen ingrijpen. Ik wil niet iedere keer naar de Kamer worden geroepen, zeker niet met het verwijt dat ik niet de juiste verbeteringen heb doorgevoerd.

Mevrouw Uitslag stelde een technische vraag. Waarom moeten de medewerkers van het CAK de ambtenarenstatus krijgen? Er zijn, zo gaf mevrouw Uitslag aan, namelijk voorbeelden waarbij dat niet nodig is geweest, zoals bij het UWV. Het UWV had 14.000 medewerkers. Het was een buitengewoon kostbare operatie om die allemaal onder dat ambtenarenkader te brengen. Daarbij kon een beroep worden gedaan op de uitzonderingsregel daarvoor. In dit geval gaat het echter om een veel kleinere groep. De kosten die daarmee zijn gemoeid, zijn vele malen kleiner. Daardoor vervalt de mogelijkheid om ons op die uitzonderingsregel te beroepen.

Mevrouw Venrooy-van Ark (VVD):

Ik had in tweede termijn gevraagd of het mogelijk is om voorafgaand aan de stemming inzicht te krijgen in de PM-post. Anders weet ik niet welk stemadvies ik mijn fractie moet geven.

Staatssecretaris Veldhuijzen van Zanten-Hyllner:

Daar zal ik schriftelijk op reageren, middels een gesloten couvert.

De algemene beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Ik dank de staatssecretaris voor haar aanwezigheid. Ik wijs er nog even op dat wij aanstaande dinsdag over beide amendementen zullen stemmen.

De vergadering wordt van 17.30 uur tot 18.30 uur geschorst.

Naar boven