Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat naar aanleiding van een algemeen overleg over SUWI, te weten:

- de gewijzigde motie-Noorman-den Uyl/Verburg over het op korte termijn oplossen van problemen (26448, nr. 251);

- de gewijzigde motie-Noorman-den Uyl c.s. over bevoorschotting op het sociaal minimum (26448, nr. 252);

- de motie-De Wit over tewerkstellingsvergunningen (26448, nr. 249);

- de motie-Verburg c.s. over verkorting van de behandelingstermijn van het UWV (26448, nr. 250).

(Zie vergadering van heden.)

De voorzitter:

De motie-Verburg c.s. (26448, nr. 250) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat een zorgvuldige en voortvarende behandeling van een uitkeringsaanvraag in het belang is van zowel de aanvrager als het UWV;

van mening dat de termijn voor afwikkeling van de aanvraag door het UWV, voor alle uitkeringen, met uitzondering van de WW, een maximale termijn van 4 weken moet gaan gelden;

verzoekt de regering, de behandelingstermijn van het UWV zodanig te verkorten dat de uitkering binnen 4 weken na aanvraag kan worden uitgekeerd en de Kamer vóór 1 april 2006 te informeren over de mogelijkheden om de maximale behandelingstermijn voor de WW substantieel te verkorten,

en gaat over tot de orde van de dag.

Deze gewijzigde motie wordt voorgesteld door de leden Verburg, Van der Sande, Noorman-den Uyl, Koer Kaya en Van der Vlies. Naar mij blijkt kunnen wij er direct over stemmen.

Zij krijgt nr. 253 (26448).

In stemming komt de gewijzigde motie-Noorman-den Uyl/Verburg (26448, nr. 251).

De voorzitter:

Ik constateer dat deze gewijzigde motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Noorman-den Uyl c.s. (26448, nr. 252).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, D66, de ChristenUnie en de LPF voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

Mevrouw Noorman-den Uyl (PvdA):

Gezien de onduidelijkheid over de uitkomst, althans in mijn perceptie, vraag ik om een hoofdelijke stemming over deze motie.

De voorzitter:

Dat mag altijd, maar mede gezien de tijd en verplichtingen van veel leden, teken ik aan er zeker van te zijn dat de motie is verworpen. Je hebt 76 stemmen nodig om iets aangenomen te krijgen. Wij weten niet hoe de drie afwezige leden van groepen zouden hebben gestemd, maar mede omdat wij hen missen en zij in de telling per fractie niet worden meegenomen, komen wij niet aan deze 76. Een hoofdelijke stemming zou kunnen, maar kost onnodig tijd.

Mevrouw Noorman-den Uyl (PvdA):

U zou een geldig argument hebben wanneer wij per fractie stemmen, maar in een hoofdelijke stemming ligt de feitelijke telling anders als drie fracties afwezig zijn.

De voorzitter:

Echt, mevrouw Noorman. Van alle onderwerpen waarmee u zich bezighoudt, heb ik helemaal geen verstand. Maar hiervan heb ik nu wel verstand.

In stemming komt de motie-De Wit (26448, nr. 249).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks en de PvdA voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Verburg c.s. (26448, nr. 253).

De voorzitter:

Ik constateer dat deze gewijzigde motie met algemene stemmen is aangenomen.

Naar boven