Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport voor het jaar 2000 (26800 XVI), en over:

- de motie-Dankers c.s. over het wegwerken van de wachtlijsten (26800 XVI, nr. 18);

- de motie-Dankers c.s. over de onderuitputting persoonsgebonden budget (26800 XVI, nr. 19);

- de motie-Dankers c.s. over verenigingsleven en vrijwilligerswerk (26800 XVI, nr. 20);

- de motie-Dankers c.s. over de registratieplicht in de thuiszorg (26800 XVI, nr. 21);

- de motie-Middel/Van Vliet over een overlegplatform op maatschappelijk terrein (26800 XVI, nr. 22);

- de motie-Middel c.s. over vrijwilligerswerk als maatschappelijke basisfunctie (26800 XVI, nr. 23);

- de motie-Middel over redressering van de bezuiniging op het sportbeleid (26800 XVI, nr. 24);

- de motie-Oudkerk c.s. over de numerus fixus voor de studie geneeskunde (26800 XVI, nr. 25);

- de motie-Oudkerk c.s. over werkdrukverlichting in de gehandicaptensector (26800 XVI, nr. 26, tweede herdruk);

- de motie-Oudkerk over een tijdelijk fonds community care (26800 XVI, nr. 27);

- de motie-Oudkerk/Van Vliet over het ziekteverzuim in de zorgsector (26800 XVI, nr. 28);

- de motie-Oudkerk c.s. over de financiële dekking van het jaarplan 2000 (26800 XVI, nr. 29, tweede herdruk);

- de motie-Hermann/Van Vliet over een environmental health action plan (26800 XVI, nr. 30);

- de motie-Hermann over een bouwstenennotitie (26800 XVI, nr. 31);

- de motie-Hermann over de voorgenomen financiële taakstellingen voor de inspecties (26800 XVI, nr. 32);

- de motie-Weekers c.s. over kinderopvang (26800 XVI, nr. 33);

- de motie-Weekers c.s. over het scheiden van kosten van wonen en zorg (26800 XVI, nr. 34);

- de motie-Kant over een extra loonsverhoging voor alle verplegenden en verzorgenden (26800 XVI, nr. 35);

- de motie-Kant over de salarissen in de jeugdhulpverlening en jeugdbescherming (26800 XVI, nr. 36);

- de motie-Kant over een overzicht van de feitelijke inkomsten en uitgaven voor de arbeidsvoorwaarden in de verschillende zorgsectoren (26800 XVI, nr. 37);

- de motie-Van Vliet c.s. over de regionale verschillen bij de arbeidsmarktproblematiek (26800 XVI, nr. 38);

- de motie-Van der Vlies c.s. over een internationaal verbod op de handel in menselijke eicellen (26800 XVI, nr. 40).

(Zie vergadering van 28 oktober 1999.)

De voorzitter:

Ik deel mede, dat mevrouw Dankers haar amendement op stuk nr. 15 intrekt.

Mevrouw Van Vliet trekt haar amendement op stuk nr. 48 in.

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van stemverklaringen vooraf.

Mevrouw Dankers (CDA):

Voorzitter! Mijn fractie heeft zich vanmorgen even afgevraagd of zij wel voor de begroting van VWS zou stemmen, gelet op de grote reeks van amendementen en moties. Aan de andere kant waren wij van oordeel dat de meeste moties verbeterpunten zijn op de begroting en de zorgnota. Wij nemen aan dat het kabinet de door de Kamer aanvaarde moties zal uitvoeren.

Bij enkele moties willen wij aangeven waarom wij deze niet zullen steunen. Wij zullen tegen alle moties stemmen die betrekking hebben op arbeidsvoorwaarden, omdat mijn fractie tevreden is over de afspraken die de minister heeft gemaakt met werkgevers inzake de OVA en vanwege de eerstverantwoordelijkheid van CAO-partijen daarbij.

Wij zullen tegen de motie op stuk nr. 10 bij de zorgnota van de heer Oudkerk inzake een mogelijke overschrijding van het geneesmiddelen- en hulpmiddelenbudget stemmen. Wij vinden dat geen structurele oplossing voor het blijvende tekort en de volumegroei in de zorg.

Wij waren voor de motie van GroenLinks inzake de bouwstenendiscussie verzekeringsstelsel. Wij hebben begrepen dat die is ingetrokken. Wij zullen tegen de daarmee samenhangende motie-Oudkerk/Hermann stemmen over de contourennota, omdat wij die bal op het speelveld willen laten waar hij hoort, namelijk het speelveld van de coalitiepartijen.

Wij zijn tegen de motie op stuk nr. 21 van mevrouw Kant over de basisverzekering, omdat mijn fractie vooralsnog van mening is dat een basisverzekering niet zal leiden tot een sociaal betaalbaar en breed verzekeringspakket voor iedereen.

De heer Weekers (VVD):

Voorzitter! Ik ga geen verklaring afleggen over alle moties waarmee wij niet kunnen instemmen.

Ik wil een stemverklaring afleggen over het amendement op stuk nr. 53. De VVD-fractie heeft zich altijd sterk gemaakt om alternatieven voor dierproeven te ontwikkelen. Voor dit doel is de afgelopen paar jaar 1 mln. extra uitgetrokken. Wij waren dan ook onaangenaam verrast dat nog voor de evaluatie heeft plaatsgevonden dat extra miljoen uit de begroting van VWS was geschrapt. Tijdens de begrotingsbehandeling heeft de minister aangegeven om in elk geval voor 2000 dit extra miljoen te continueren, de ontwikkeling van alternatieven voor dierproeven te evalueren om vervolgens met die evaluatie in de hand in overleg met andere bewindspersonen te kijken hoeveel geld wij voor dat belangrijke doel nodig hebben en welke bijdrage andere departementen daaraan kunnen geven. Het kabinet kan dan zorgen voor een deugdelijke dekking. Met deze toezegging is het overigens zeer sympathieke amendement van de heer Rouvoet op stuk nr. 53 overbodig geworden. Samen met het bezwaar tegen de dekking betekent dit dat de VVD dat amendement niet mede heeft kunnen ondertekenen. Wij zullen het daarom niet steunen.

De artikelen 1 t/m 5 worden zonder stemming aangenomen.

De artikelen 22.01 en 22.02 worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Rouvoet c.s. (stuk nr. 53, I).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fractie van de VVD tegen dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat het is aangenomen.

Ik stel vast, dat door de aanneming van dit amendement het andere op stuk nr. 53 voorkomende amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

Artikel 22.03, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Rouvoet c.s. (stuk nr. 53, I), wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen 22.04 t/m 24.05 worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Dankers (stuk nr. 54).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van GroenLinks, de SP en het CDA voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Artikel 24.07 wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen 24.08 t/m 25.01 worden zonder stemming aangenomen.

Artikel 25.02, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Rouvoet c.s. (stuk nr. 53, II), wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Dankers (stuk nr. 55).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, het CDA, het GPV, de SGP en de RPF voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Dankers (stuk nr. 56).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, het CDA, het GPV, de RPF en de SGP voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Artikel 25.03 wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen 25.04 t/m 27.01 worden zonder stemming aangenomen.

De gewijzigde begrotingsstaat, onderdeel uitgaven en verplichtingen, wordt zonder stemming aangenomen.

De begrotingsstaat, onderdeel ontvangsten, de begrotingsstaat Agentschap College ter Beoordeling van Geneesmiddelen, de begrotingsstaat Agentschap Inspectie Gezondheidsbescherming, Waren en Veterinaire Zaken en de beweegreden worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:

Ik constateer, dat het wetsvoorstel met algemene stemmen is aangenomen.

Op verzoek van de heer Middel stel ik voor, zijn motie (26800-XVI, nr. 24) van de agenda af te voeren.

Op verzoek van de heer Oudkerk stel ik voor, zijn motie (26800-XVI, nr. 27) van de agenda af te voeren.

Op verzoek van de heer Oudkerk stel ik voor, de motie-Oudkerk/Van Vliet (26800-XVI, nr. 28) van de agenda af te voeren.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Mevrouw Hermann trekt haar op motie (26800-XVI, nr. 31) in.

De motie-Weekers c.s. (26800-XVI, nr. 33) is in die zin gewijzigd, Voorzitterdat het dictum thans luidt:

"verzoekt de regering in overleg met alle betrokkenen de diverse instrumenten van vraagfaciliëring verder te onderzoeken, opdat in de toekomst:

  • 1. particuliere kinderopvanginstellingen op gelijke voet kunnen opereren als de gesubsidieerde kinderopvanginstellingen;

  • 2. de keuzevrijheid van de ouder wordt gegarandeerd;

  • 3. particuliere en commerciële instellingen aan dezelfde kwaliteitseisen worden onderworpen;

  • en de Kamer ruimschoots voor de behandeling van de Wet basisvoorziening kinderopvang hierover te rapporteren,".

Deze gewijzigde motie is voorgesteld door de leden Weekers, Van Vliet en Middel. Naar mij blijkt, wordt zij voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 61 (26800-XVI).

Ik stel voor, aanstonds over deze motie te stemmen.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van stemverklaringen vooraf.

De heer Middel (PvdA):

Mijnheer de voorzitter! De PvdA-fractie wil een stemverklaring afleggen over de motie op stuk nr. 20 van mevrouw Dankers c.s. over verenigingsleven en vrijwilligerswerk. Dat komt mooi uit, want het is vandaag de dag van de vrijwilliger.

De PvdA-fractie is niet erg gelukkig met de overwegingen en in het bijzonder de constatering. Het komt op zijn minst een beetje zeurderig over als wordt geconstateerd dat vrijwilligerswerk zoveel last heeft van wet- en regelgeving, terwijl in het debat de suggestie is gedaan dat met name dit kabinet zulks zou veroorzaken. Daar hebben wij afstand van genomen.

Maar – en nu komt het goede nieuws – de conclusie van de motie is van dien aard dat je daar eigenlijk helemaal niks op tegen kunt hebben. Dat geldt dus ook voor de PvdA-fractie. Een toets voor vrijwilligerswerk in het algemene beleid lijkt ons een goede zaak. Daarom zullen wij met deze kanttekening voor deze motie stemmen.

In stemming komt de motie-Dankers c.s. (26800-XVI, nr. 18).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de fracties van GroenLinks, de SP, het CDA, het GPV, de SGP en de RPF voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Dankers c.s. (26800-XVI, nr. 19).

De voorzitter:

Ik constateer, dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Dankers c.s. (26800-XVI, nr. 20).

De voorzitter:

Ik constateer, dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Dankers c.s. (26800-XVI, nr. 21).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van GroenLinks, de SP, het CDA, het GPV, de SGP en de RPF voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Middel/Van Vliet (26800-XVI, nr. 22).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van GroenLinks, de SP, de PvdA, D66 en het CDA voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Middel c.s. (26800-XVI, nr. 23).

De voorzitter:

Ik constateer, dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Oudkerk c.s. (26800-XVI, nr. 25).

De voorzitter:

Ik constateer, dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Oudkerk c.s. (26800-XVI, nr. 26, tweede herdruk).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van GroenLinks, de SP, de PvdA, het CDA, de SGP, het GPV en de RPF voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Oudkerk c.s. (26800-XVI, nr. 29, tweede herdruk).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van GroenLinks, de SP, de PvdA, het CDA, de SGP, het GPV en de RPF voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Hermann/Van Vliet (26800-XVI, nr. 30).

De voorzitter:

Ik constateer, dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Hermann (26800-XVI, nr. 32).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van GroenLinks, de SP en het CDA voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Weekers c.s. (26800-XVI, nr. 61).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, het CDA, de VVD, D66, het GPV en de RPF voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Weekers c.s. (26800-XVI, nr. 34).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van GroenLinks, D66, de VVD, het CDA, de SGP, het GPV en de RPF voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties Voorzitterertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Kant (26800-XVI, nr. 35).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fractie van de SP voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Kant (26800-XVI, nr. 36).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van GroenLinks en de SP voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Kant (26800-XVI, nr. 37).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van GroenLinks, de SP en het CDA voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Vliet c.s. (26800-XVI, nr. 38).

De voorzitter:

Ik constateer, dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van der Vlies c.s. (26800-XVI, nr. 40).

De voorzitter:

Ik constateer, dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

Naar boven