Vragen van het lid Van Heemst aan de staatssecretaris van Justitie, over het lot van acht Indiase kinderen die aangetroffen zijn bij het oprollen van een bende in Amsterdam.

De heer Van Heemst (PvdA):

Mijnheer de voorzitter! In september van dit jaar is in Amsterdam een omvangrijke bende kindersmokkelaars opgerold. Negen Indiase kinderen, naar ik meen van 10 jaar en jonger, zijn daarbij aangetroffen. Zij zijn op 5 september jl. toevertrouwd aan de raad voor de kinderbescherming. Ik wil politie en justitie graag een compliment maken voor deze actie, want wij hebben te maken met weerzinwekkende criminele praktijken, waarbij volgens sommige deskundigen grotere financiële belangen op het spel staan dan bij drugs- of wapenhandel. Die acties verdienen dus steun en een krachtig vervolg.

Vandaag komen er berichten binnen – ik heb begrepen dat het Rotterdams Dagblad er vandaag uitvoerig op zal ingaan – dat acht van de negen kinderen in de loop van oktober spoorloos zijn verdwenen. Zij waren ondergebracht in het asielzoekerscentrum te Lochem, in afwachting van hun terugkeer naar India. Die afloop roept een aantal vragen op die ik graag aan de staatssecretaris voorleg.

Allereerst: hoe valt te verklaren, dat acht van de negen Indiase kinderen die door de Koninklijke marechaussee in Amsterdam zijn aangetroffen bij het oprollen van een bende kindersmokkelaars, inmiddels spoorloos zijn verdwenen? Wanneer heeft dat plaatsgevonden?

In de tweede plaats: is aangifte van de verdwijning gedaan en, zo ja, door wie? Zijn er aanwijzingen dat deze acht kinderen wederom zijn ontvoerd? Die geruchten gaan. Zo neen, hoe is deze verdwijning dan wel te verklaren of vermoedelijk te verklaren?

In de derde plaats zou ik willen weten, of de kinderen inderdaad voorlopig zijn toevertrouwd aan de raad voor de kinderbescherming. Waarom is één kind in veiligheid gebracht terwijl voor de overige acht geen extra beschermende maatregelen zijn genomen? Op welke punten is de raad eventueel te kort geschoten?

In de vierde plaats wil ik weten welke instanties en dergelijke direct of indirect betrokken zijn bij de zorg voor en de bescherming van deze kinderen.

In de vijfde plaats: welke afspraken en/of regelingen zijn vereist om dit soort fouten of blunders, zoals je zou kunnen zeggen, te voorkomen? Wanneer wordt dat duidelijk geregeld?

Mijn laatste vraag is, wat er ondernomen is en wordt om deze kinderen terug te vinden, zodat zij veilig kunnen terugkeren naar India.

Staatssecretaris Schmitz:

Voorzitter! De gebeurtenissen waar de heer Van Heemst over spreekt, acht ik buitengewoon ernstig. Ik ben blij dat hij een compliment aan politie en justitie geeft en uitdrukkelijk aandringt op verdere actie.

Het onderzoek is nog lopende. Wij hebben hoop dat er de volgende maand een vollediger onderzoek plaatsvindt. Vandaar, dat ik de Kamer slechts kan informeren voor zover die informatie thans voor mij beschikbaar is.

Inderdaad zijn op 2 september bij invallen in panden in Amsterdam een aantal verdachten behorend bij een organisatie van mensensmokkel aangehouden. Deze organisatie smokkelt kinderen uit India via Nederland naar de VS. Bij die inval zijn negen illegale Indiase kinderen in de leeftijd van 10 tot 14 jaar aangetroffen. Die kinderen zijn vervolgens, zoals gebruikelijk, onder voogdij gesteld van de stichting De Opbouw en in het opvangcentrum Valentijn in Lochem geplaatst.

Voor zover mij bekend zijn acht kinderen van de negen eind oktober verdwenen. Ik zal proberen om de exacte datum te achterhalen. De leiding van het opvangcentrum Valentijn heeft onmiddellijk gesignaleerd dat er acht kinderen in twee taxi's zijn gestapt. Het is de vraag in hoeverre daarbij van vrijwilligheid sprake is. De politie is onmiddellijk gewaarschuwd. Ook is er aangifte gedaan. Vervolgens heeft de politie, omdat er nog een jongen in het centrum was achtergebleven, daar een aantal dagen gepost. Op dit moment probeert men een spoor te vinden en te achterhalen of een poging is ondernomen om ook de negende jongen weg te halen. Dit laatste is echter niet gebeurd en die jongen is vanwege de veiligheid onder toezicht gesteld van de stichting De Opbouw en, in overleg met de raad voor de kinderbescherming in Rotterdam, elders ondergebracht.

Het onderzoek is nog gaande. Daarbij is de landelijke officier van justitie, die speciaal mensensmokkel in haar pakket heeft, ingeschakeld. Het vermoeden is dat er sprake is van ontvoering naar de VS. Ik moet u namelijk melden dat ook in december twee kinderen op die manier zijn verdwenen en uiteindelijk in de VS terecht zijn gekomen.

Wat kunnen wij doen ter voorkoming? Er is in ieder geval overleg met de Indiase autoriteiten. Bezien wordt in hoeverre wij in India al deze acties kunnen voorkomen. Voor het overige is mensensmokkel prioriteit in de aanpak van de officier van justitie en ons bureau bijzondere zaken van de immigratiedienst. U weet dat wij een wetsvoorstel hebben ingediend over verzwaring van straffen voor mensensmokkel. Uw Kamer heeft hierover al een verslag ingediend en het antwoord daarop komt in december. Ik hoop oprecht dat deze verzwaring van de straf mede een afschrikwekkende werking heeft.

De heer Van Heemst (PvdA):

Voorzitter! Het is schokkend dat de staatssecretaris bevestigt dat vermoedelijk een tweede poging is ondernomen waardoor de kinderen in handen zijn gekomen van een vergelijkbare of dezelfde criminele organisatie. Ik wil haar nog een aantal aanvullende vragen stellen.

Heeft zij al een beeld van de mate waarin door de raad voor de kinderbescherming vooraf geanalyseerd is welke risico's kunnen optreden bij het onderbrengen van de kinderen op een veilige plek? Deze kinderen zijn aan de zorg van de raad toevertrouwd.

Vindt de staatssecretaris plaatsing in een asielzoekerscentrum in dit soort situaties en voor deze kinderen een adequate voorziening? Gelet op een eerder incident op hetzelfde vlak lijkt het mij dat hier onaanvaardbare risico's zijn genomen.

Wanneer is het onderzoek gestart? Is dat direct ter hand genomen of is het vertraagd?

Ik stel het op prijs als de Tweede Kamer te zijner tijd, en het liefst deze maand, de uitkomsten van het onderzoek krijgt.

Staatssecretaris Schmitz:

Voorzitter! Ik ben het eens met de heer Van Heemst als hij zegt dat hierbij bepaald gesproken kan worden van schokkende gebeurtenissen.

Het onderzoek is gestart op 2 september na de inval. Ik heb daarover een rapport en processen-verbaal voor mij liggen die via het bureau bijzondere zaken van de immigratiedienst tot mij zijn gekomen. Het onderzoek heeft zich vanaf eind oktober toegespitst op het lot van de kinderen. In overleg met de politie ter plekke wordt getracht verdere sporen van de kinderen te vinden en ze te achterhalen. Ik hoop oprecht dat nadere opheldering wordt verkregen.

Ik zeg de Kamer graag toe om haar hoe dan ook in december te informeren, ook als het onderzoek wellicht nog tot onvoldoende resultaten heeft geleid.

In hoeverre de raad voor de kinderbescherming voldoende op de risico's heeft kunnen inspelen, wil ik graag nader onderzoeken en de resultaten in mijn rapport aan de Kamer melden. Ik meen namelijk dat ik de raad voor de kinderbescherming daar zelf over moet horen. Ik wil graag weten wat men precies gedaan heeft en op welke wijze men denkt dit in de toekomst te voorkomen.

De kinderen hadden – ik zou bijna zeggen: zoals gebruikelijk – geen reisdocumenten. Het was dan ook noodzakelijk om in afwachting van die documenten met de Indiase autoriteiten de terugkeer naar ouders, waarvan in dit geval nog sprake was, te regelen. Vandaar dat men onder toezicht van de opbouw in Valentijn verbleef.

Ik denk dat deze zaak ons leert dat wij nog scherper moeten toezien op mensensmokkel. Gezien de wijze waarop politie en justitie hier nu mee bezig zijn, lijkt het mij duidelijk dat wij, als wij weer een dergelijke organisatie zouden oprollen met kinderen, extra maatregelen moeten nemen dan thans zijn genomen. Ik zal de Kamer daar graag nader over rapporteren.

Mevrouw Sipkes (GroenLinks):

Voorzitter! De staatssecretaris heeft dit afschuwelijke gebeuren met de kinderen het ene moment "ontvoering" genoemd en het andere moment "mensensmokkel". Heeft zij al enig zicht op wat het is geweest? Zijn de kinderen in India ontvoerd, dus zonder medeweten van de ouders meegenomen of zijn zij min of meer door de ouders – wat het verhaal ook is – via Nederland naar de Verenigde Staten gestuurd? Hoever is de staatssecretaris in het overleg daarover met de Indiase autoriteiten?

Als het einddoel inderdaad de Verenigde Staten waren, zijn er al contacten gelegd met de immigratiedienst van de Verenigde Staten om de kinderen te kunnen achterhalen?

Staatssecretaris Schmitz:

Voorzitter! Mevrouw Sipkes heeft gelijk. Zeker een staatssecretaris van Justitie zou de termen zorgvuldiger uit elkaar moeten houden. Ik denk overigens, voor zover ik de informatie kan inschatten, dat het een combinatie is.

In één geval is een kind duidelijk aan het wettelijk gezag onttrokken. In andere gevallen is er heel uitdrukkelijk sprake van dat de ouders grote sommen geld betaalden om de kinderen naar de Verenigde Staten te laten gaan. Tot dusverre hebben wij kunnen nagaan dat de organisatie per gesmokkeld kind er netto, dus onder aftrek van alle kosten, ongeveer ƒ 6500 aan over houdt. De ouders betaalden in totaal voor de "reis" van het kind ƒ 20.000 tot ƒ 25.000. Dit is buitengewoon ernstig.

In één geval kan dus van ontvoering gesproken worden. Maar ik wil het precies nagaan. Het is een combinatie van factoren.

Wij hebben contact met de Verenigde Staten. Dat is ook gebeurd bij de eerdere kwestie. Het gaat er met name om de autoriteiten in de Verenigde Staten te vragen of men kan achterhalen waar de kinderen daar blijven en voor welk doel zij daar worden ingezet. Tot op heden hebben wij daarover geen informatie, althans geen bruikbare informatie ontvangen die ons daar duidelijkheid over verstrekt.

De heer Dittrich (D66):

Voorzitter! Is het de staatssecretaris al bekend waarom Nederland zo aantrekkelijk is als doorvoerland voor dit soort mensensmokkelorganisaties? Ik heb begrepen dat het al eerder is voorgekomen. Of gebeurt het ook in andere landen en springt Nederland er niet uit?

Staatssecretaris Schmitz:

Voorzitter! Ik weet niet of Nederland eruit springt. In dit verband signaleer ik dat hier mensen uit India wonen, die samen met familieleden in India ter plekke opereren. Dat kan een factor van belang zijn, maar verder kan ik op deze vraag onvoldoende antwoorden om de Kamer goed te informeren. Ik zal vragen of men er informatie over heeft.

Mevrouw Soutendijk-van Appeldoorn (CDA):

Mijnheer de voorzitter! Kan de staatssecretaris aangeven wat er is gebeurd met de verdachten die op 2 september zijn aangehouden, en of het vermoeden bestaat dat deze verdachten verantwoordelijk zijn voor de herontvoering van de kinderen uit het opvangcentrum in Lochem?

Staatssecretaris Schmitz:

Voorzitter! Voor zover ik kan nagaan, zijn de verdachten aangehouden en loopt de zaak. Het vermoeden bestaat dat wel degelijk mensen uit de kring van de verdachten een rol hebben gespeeld, maar ik kan niet meer uitspreken dan dit. Daarvoor is echt onderzoek nodig.

Naar boven