Lijst van ingekomen stukken, met de door de voorzitter ter zake gedane voorstellen:

1. een koninklijke boodschap, ten geleide van het voorstel van wet Wijziging van de Brandweerwet 1985 in verband met de oprichting van het Nederlands instituut voor brandweer en rampenbestrijding (24029).

Deze koninklijke boodschap, met de erbij behorende stukken, is al gedrukt en rondgedeeld;

2. de volgende brieven:

vier, van de minister van Buitenlandse Zaken, te weten:

  • een, ten geleide van het verslag van de Europese Raad d.d. 9/10 december 1994 (21501-20, nr. 36);

  • een, over de CVSE-Top (23900-V, nr. 23);

  • een, over het voornemen over te gaan tot het sluiten van een aantal uitvoeringsverdragen (23908, R1519, nr. 3);

  • een, ten geleide van een Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van Zijne Majesteit van Nepal inzake technische samenwerking bij het opstellen van een overzicht van de biologische diversiteit in Nepal (24030);

een, van de staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, ten geleide van de herzien versie van het ontwerp-besluit inzake de inwerkingtreding van de Uitvoeringsovereenkomst Schengen (19326, nr. 98);

vijf, van de minister van Justitie, te weten:

  • een, over het beleid inzake het optreden tegen georganiseerde misdaad (22838, nr. 9);

  • een, over de georganiseerde criminaliteit in Nederland (22838, nr. 10);

  • een, ten geleide van het verslag van de op 30 november en 1 december gehouden JBZ-Raad (23490, nr. 20);

  • een, over tenuitvoerlegging van arrestatiebevelen (23655, nr. 3);

  • een, ten geleide van het rapport "Het functioneren van het openbaar ministerie binnen de rechtshandhaving" (24034);

drie, van de staatssecretaris van Justitie, te weten:

  • een, over de gedwongen verwijderingen van azielzoekers naar Zaïre (19637, nr. 118);

  • een, ten geleide van een evaluatie van de wijziging van de Wet op de kansspelen (21277, nr. 33);

  • een, over de behandeling van naturalisatieverzoeken (23900-VI, nr. 15);

een, van de minister van Binnenlandse Zaken, over de commerciële (neven)activiteiten rond het Amsterdamse en het Utrechtse politiekorps (23900-VII, nr. 16);

twee, van de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, te weten:

  • een, over het besluit inzake de exacte invulling van de bezuinigingen op het hoger onderwijs (23900-VIII, nr. 55);

  • een, over de koers omtrent de ontwikkeling van het hoger onderwijs (23900-VIII, nr. 57);

twee, van de minister van Financiën, te weten:

  • een, ten geleide van de financiële onderbouwing van het asielzoekersbeleid (19637, nr. 119);

  • een, ten geleide van het verslag van de vergadering van de Ecofin-Raad van 5 december 1994 (21501-7, nr. 128);

een, van de staatssecretaris van Defensie, over het project NH-90 (23900-X, nr. 27);

een, van de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, over de budgettair-neutrale mutaties in de tweede suppletore begroting 1994 (24010, nr. 4);

vier, van de minister van Verkeer en Waterstaat, te weten:

  • twee, ten geleide van de geannoteerde agenda voor de EU-Transportraad van 21 en 22 november 1994 (21501-09, nrs. 41 en 42);

  • een, ten geleide van het advies en de rapportage van het Waterloopkundig Laboratorium inzake overstromingen in Nederland (23564, nr. 12);

  • een, over de stormvloedkering Oosterschelde (23900-XII, nr. 18);

twee, van de minister van Economische Zaken, te weten:

  • een, ten geleide van het Besluit Subsidies Windenergie (23900-XIII, nr. 28);

  • een, over het beleid inzake de Kernenergiecentrale Borssele (16226, nr. 25);

een, van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, over de voorgenomen kortingen op de subsidies Schipperszorg en Zeemanswelzijn (23900-XV, nr. 34);

een, van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, over de gemaakte afspraken in het kader van het financiële beleid voor 1995 inzake de Nederlandse Vereniging voor Verpleeghuiszorg (23904, nr. 11).

Deze brieven zijn al gedrukt en rondgedeeld;

3. de volgende brieven:

drie, van de minister van Buitenlandse Zaken, te weten:

  • een, ten geleide van het Verdrag inzake het behoud van wilde dieren en planten en hun natuurlijk leefmilieu in Europa; 3 december 1993;

  • een, ten geleide van het Verdrag inzake het vergemakkelijken van het internationale verkeer ter zee; Londen 1993;

  • een, ten geleide van het Akkoord met België inzake de verzekering voor geneeskundige verzorging;

een, van de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken, ten geleide van afschriften van circulaires die verzonden zijn aan de gemeente- en provinciebesturen in het kader van het Provincie- en Gemeentefonds;

een, van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, ten geleide van het jaarverslag Rijkstoezicht Bijstand en Voorzieningen;

een, van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, ten geleide van de Wet tarieven gezondheidszorg (Wtg).

De voorzitter stelt voor, deze brieven door te zenden aan de betrokken commissies ter afdoening en niet te drukken;

4. de volgende adressen:

een, van mevrouw J. Reurekas-Pranger te Zaandam, met betrekking tot rente op aanslagen inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen;

een, van mevrouw I. Mogollon te Hoevelaken, met betrekking tot een naheffingsaanslag in de motorrijtuigenbelasting;

een, van mevrouw H.M. Masthoff-de Koning te Heerlen, met betrekking tot toepassing van de hardheidsclausule inzake inkomstenbelasting;

een, van drs. P.J.M. Bauduin te Fornole (Italië), met betrekking tot aftrekbare kosten van levensonderhoud en studiefinanciering;

een, van F.A.J. Aben te Gemert, met betrekking tot kwijtschelding van c.q. een betalingsregeling voor een belastingschuld;

een, van C.J.J. Vervat te Krimpen a/d IJssel, met betrekking tot kwijtschelding van aanslagen inkomstenbelasting 1990 t/m 1992;

een, van mevrouw H. Maandag-Lassche en de heer B. Maandag te Hasselt, met betrekking tot een belastingschuld;

een, van mevrouw A. Wafelman-Morpurgo te Amsterdam, met betrekking tot uitstel van betaling van een aanslag in het successierecht.

Deze adressen zijn in handen gesteld van de commissie voor de Verzoekschriften;

5. de volgende brieven:

een, van J.S. Spaargaren, over de Wet Uitkeringen Vervolgingsslachtoffers;

een, van P.C.C. de Vries, over onbetrouwbaarheid der regeringsleden;

een, van H.G. Noordman, ten geleide van een reactie op de Winkelsluitingswet en de opheffing van de vrije zondag;

een, van de Nederlandse Katholieke Oudervereniging, ten geleide van een evaluatierapport Leerlingenvervoer;

een, van de Provincie Noord-Brabant, ten geleide van een aangenomen motie over de pleegzorg;

een, van de Werkgroep Vliegverkeer Bijlmermeer, over geluidshinder;

een, van het secretariaat Hoorzittingen HSL, ten geleide van verslagen van de 15 hoorzittingen over de nieuwe HSL-nota.

De voorzitter stelt voor, deze brieven door te zenden aan de betrokken commissies;

6. een brief van J.W. Meijer, ten geleide van de beste wensen.

Deze brief ligt op de griffie ter inzage.

Naar boven