8 Regeling van werkzaamheden

Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Op verzoek van het lid Van Gerven (SP) stel ik voor, zijn motie op stuk 32201, nr. 42 opnieuw aan te houden. Dit betekent dat de in artikel 69, tweede lid, genoemde termijn van twee maanden voor deze motie opnieuw gaat lopen.

Op verzoek van het lid Koopmans (CDA) stel ik voor, zijn motie op stuk 21501-32, nr. 575 opnieuw aan te houden. Dit betekent dat de in artikel 69, tweede lid, genoemde termijn van twee maanden voor deze motie opnieuw gaat lopen.

Op verzoek van de fractie van de Partij voor de Dieren stel ik voor, de moties op stuk 29683, nr. 82 en 33000, nr. 31 opnieuw aan te houden. Dit betekent dat de in artikel 69, tweede lid, genoemde termijn van twee maanden voor deze moties opnieuw gaat lopen.

Ik stel voor om bij het debat over de informele Europese top de volgende spreektijden te hanteren:

  • - de fracties van de VVD, de PvdA, de PVV en het CDA tien minuten;

  • - de fracties van de SP, D66 en GroenLinks zeven minuten;

  • - de fracties van de ChristenUnie, de SGP en de PvdD vijf minuten;

  • - de fractie Brinkman tweeënhalve minuut.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Op verzoek van de GroenLinks-fractie benoem ik:

  • - in de vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie het lid El Fassed tot plaatsvervangend lid in plaats van het lid Van Gent;

  • - in de vaste commissie voor Financiën het lid Dibi tot lid in plaats van het lid Sap.

Op verzoek van de D66-fractie benoem ik:

  • - in de vaste commissie voor Financiën het lid Berndsen tot plaatsvervangend lid in plaats van het lid Koşer Kaya;

  • - in de vaste commissie voor Defensie het lid Van Veldhoven tot plaatsvervangend lid in plaats van het lid Schouw.

Op verzoek van de PvdA-fractie benoem ik in de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties het lid Marcouch tot lid in plaats van het lid Samsom.

Dan kom ik bij de voorstellen van de zijde van de leden. Het woord is aan de heer Koopmans, die maar liefst drie voorstellen heeft.

De heer Koopmans (CDA):

Voorzitter. Dit bij hoge uitzondering. Het eerste verzoek doe ik namens de heer De Rouwe, die de opening van het Friese Statenpaleis meemaakt.

Wij zouden graag aan de minister van Infrastructuur en Milieu het rapport vragen van het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) over de gevolgen van de besparingen op de infrasector. Wij zouden dat rapport graag tegelijk met de Voorjaarsnota toegestuurd krijgen.

De voorzitter:

Ik zie geen aanvullingen, dus ik zal dit verzoek doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Koopmans voor zijn tweede voorstel.

De heer Koopmans (CDA):

Voorzitter. Wij willen graag een debat aanvragen met de staatssecretaris van OCW en de minister van BZK over het digitaliseren van archieven door mormonen. Mevrouw Hazekamp van de Partij voor de Dieren heeft hierover ook al vragen gesteld. De antwoorden die wij daarop kregen, bevallen ons totaal niet. Wij vinden die veel te afwachtend en te afhoudend. Daarom zouden wij daarover graag een debat willen voeren met beide bewindslieden.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Dank aan de CDA-fractie voor de agendering van dit debat. Ook wij waren helemaal niet blij met de antwoorden op onze vragen hierover, dus van harte steun.

De heer Van Bommel (SP):

Als ik een uittreksel wil uit het bevolkingsregister over mijn collega Van Raak, kan ik dat niet krijgen, maar ik kan het wel krijgen als ik naar Salt Lake City in Utah ga, want de mormonen hebben al die gegevens gekopieerd en geordend. Het is onaanvaardbaar dat door gemeenten zo met die gegevens wordt omgegaan. Daarom voluit steun voor het verzoek van de heer Koopmans.

De heer Schouw (D66):

Mijn fractie ziet eerder wat in een schriftelijke procedure, dus ik zie graag dat de heer Koopmans en zijn fractie, als zij nog vragen hebben, deze schriftelijk stellen. Dan zullen wij de antwoorden wegen en afhankelijk van de antwoorden een debat voeren.

De heer De Liefde (VVD):

In aanvulling daarop, wij zouden ook graag advies vragen van het College bescherming persoonsgegevens, om te weten hoe dat tegen deze situatie van de mormonen en de Archiefwet aankijkt.

De heer Heijnen (PvdA):

Er is toch wat onrust over deze zaak, dus steun voor het verzoek van de heer Koopmans om een debat.

De heer Koopmans (CDA):

Dank voor de steun om dit debat te organiseren. Het lijkt mij heel verstandig dat er nog ...

De voorzitter:

U hebt nog geen meerderheid, hoor.

De heer Koopmans (CDA):

Dat zou wel buitengewoon ernstig zijn.

De voorzitter:

U hebt wel een meerderheid voor een verzoek om informatie, maar nog niet voor een debat. U was zo blij, maar ik wil wel een reëel beeld geven.

De heer Koopmans (CDA):

We hebben nu weer even tijd gekocht.

Mevrouw Ortega-Martijn (ChristenUnie):

Steun voor het verzoek om een debat.

De heer Braakhuis (GroenLinks):

Steun voor het verzoek.

De voorzitter:

Nu hebt u een meerderheid.

De heer Koopmans (CDA):

Dank u wel, mevrouw de voorzitter. Dank ook aan de collega's. Het is heel goed om informatie aan het College bescherming persoonsgegevens te vragen, mits dit een snelle behandeling niet in de weg staat, want we moeten hier zo snel mogelijk een einde aan maken.

De voorzitter:

Dan zullen we het gaan plannen, met een spreektijd van drie minuten per fractie.

De heer Koopmans (CDA):

Twee minuten zijn ook genoeg.

De voorzitter:

Ik zal het stenogram doorgeleiden.

Het woord is aan de heer Koopmans voor zijn volgende voorstel.

De heer Koopmans (CDA):

De CDA-fractie ontvangt graag een reactie van de minister-president op het zojuist door de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid uitgebrachte rapport over vertrouwen in burgers, ter voorbereiding op een debat voor de zomer.

De voorzitter:

Ik kijk even rond. Het is volgens mij vrij gebruikelijk dat er zo'n reactie komt, maar het is prima om deze nog even te vragen.

De heer Heijnen (PvdA):

U vraagt of er steun is voor dit voorstel, mevrouw de voorzitter?

De voorzitter:

Nee, ik vroeg helemaal niets.

De heer Heijnen (PvdA):

Als dat het geval geweest zou zijn, dan bij dezen.

De voorzitter:

Dank u wel. We zullen het stenogram doorgeleiden.

Het woord is aan mevrouw Arib. Ach, ik sla de heer Dijsselbloem over, maar gelukkig is hij zo assertief dat hij dat laat merken.

De heer Dijsselbloem (PvdA):

Voorzitter. Ik dacht: ik kom wel aan de beurt.

Ik heb vorige week het verzoek gedaan of de Kamer kan worden geïnformeerd over de uitkomsten van het Kunduz-akkoord. Dit verzoek kreeg steun uit de Kamer en zelfs de expliciete steun van de heer Slob.

Nog diezelfde avond kregen wij een brief van de minister van Financiën waarin hij schrijft dat hij de Kamer niet kan informeren omdat er geen uitgewerkte stukken beschikbaar zijn. Dat is een buitengewoon wonderlijk antwoord van de minister van Financiën. Van fractievoorzitters die zijn betrokken bij Kunduz, hebben wij uit de media vernomen dat de stukken naar het CPB zijn gestuurd. Ik ben zeer benieuwd wat er naar het CPB is verstuurd.

Daarom heb ik een vervolgverzoek aan het kabinet om te worden geïnformeerd over hetgeen op papier staat. Mogen wij dat alsnog ontvangen? Wat is er naar het CPB gestuurd of is er soms helemaal niets naar het CPB gestuurd en waarom niet?

Dit is mijn eerste verzoek.

De heer Van Raak (SP):

Ik steun dit verzoek van harte. Als de regering informatie kan sturen aan het CPB en De Telegraaf, kan zij dat ook aan de Tweede Kamer doen. Dat kan met dezelfde bode, lijkt mij.

Mevrouw Agema (PVV):

Steun voor dit verzoek.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Het zou fijn zijn als de mensen die betrokken zijn bij de Kunduz-coalitie, de rest van de Kamer respecteren en de plicht nakomen om ons goed te informeren.

De voorzitter:

Mijnheer Dijsselbloem, ik zal het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Wij zijn er ook voor dat informatie die beschikbaar is, zo snel mogelijk aan de Kamer wordt gestuurd.

De heer Dijsselbloem (PvdA):

Nu heb ik een probleem. Mevrouw Van Gent kan weten of er uitgewerkte stukken zijn. Nu vraag ik maar aan de collega's van de Kunduz-fracties om daarover duidelijkheid te geven. Zijn die stukken er nu of niet? Zijn ze naar het CPB gestuurd of niet? Op welk moment kan de Kamer hierover worden geïnformeerd, al is het maar tussen collega's onderling? Dit zou toch op zijn minst chic zijn.

De heer Pechtold (D66):

Collega Slob heeft vorige week gezegd, en hij sprak ook namens mij, dat die stukken zodra het kan, zodra ze zijn uitgeschreven, aan de Kamer kunnen worden gestuurd. Wat mij betreft boeken wij daarmee een record, want normaal gaan die stukken pas in september naar de Kamer toe. Ik ben het helemaal met hem eens: zodra de stukken klaar zijn, graag naar de Kamer.

De heer Dijsselbloem (PvdA):

In mijn herinnering steunde de heer Slob mijn verzoek zonder de bepaling "zodra beschikbaar". Die stond pas in de brief van de minister van Financiën. De vraag is nu of er uitgewerkte stukken zijn en of die aan het CPB zijn gestuurd. Ik denk dat de Kamer er recht op heeft om te weten waar wij staan.

De heer Pechtold (D66):

Laten wij niet vergeten dat er al een duidelijke brief op hoofdlijnen aan Brussel is, want die moest binnen een paar dagen klaar zijn. De hoofdlijnen zijn er. Zodra de uitwerking op papier staat, mag die van mij zo snel mogelijk, per ommegaande naar de Kamer. Met de heer Dijsselbloem verwacht ik dat dit binnen een aantal dagen moet kunnen.

De heer Slob (ChristenUnie):

Ik hoorde mijn naam noemen en ik ben dus maar even naar voren gekomen. Ik heb vorige week inderdaad het verzoek van de heer Dijsselbloem gesteund toen hij vroeg of de stukken zo snel mogelijk naar de Kamer konden worden gestuurd. Wij weten allemaal dat de regering wettelijk verplicht is om uiterlijk 1 juni de voorjaarsnota naar de Kamer te sturen. Ik heb vorige week in navolging van de heer Dijsselbloem gezegd: als het eerder kan, graag. Daar sta ik nog steeds voor. Daarom vraag ik via u, voorzitter, aan de regering om de stukken aan de Kamer te sturen. Dan kunnen wij daarover spreken.

De voorzitter:

Ik zal het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Hebt u nog een voorstel, mijnheer Dijsselbloem?

De heer Dijsselbloem (PvdA):

Mijn tweede voorstel is om opnieuw de procedurevergaderingen uit te stellen die voor vandaag, morgen en naar ik meen ook donderdag zijn uitgeschreven over het controversieel verklaren. Ze zijn eerder op verzoek van de Kunduz-fracties uitgesteld met als argument: wij zijn nog in gesprek, wij moeten kijken wat er in ons akkoord komt, dan kunnen wij bepalen of wij de procedurevergaderingen ingaan en wat er controversieel wordt verklaard. Dat is toen geaccepteerd.

De voorzitter:

Mijnheer Dijsselbloem, als u dit punt eerder had aangemeld, had ik u gezegd dat daarover in de plenaire vergadering geen besluit kan worden genomen omdat de commissies daarover gaan. U moet dit echt tijdens de commissievergaderingen aan de orde stellen.

De heer Dijsselbloem (PvdA):

Voorzitter. Mag ik daarop één ding terug zeggen? Alle procedurevergaderingen zijn eerder uitgesteld op verzoek van de Kunduz-coalitie. Er moest meer duidelijkheid komen over de inhoud van het akkoord. Dat hebben wij nu nog niet, omdat mijn verzoek van vorige week niet inhoudelijk is beantwoord. Wij hebben het akkoord niet. Dit maakt het voor mijn fractie moeilijk om in te schatten welke zaken nu versneld, in het kader van Kunduz, eventueel behandeld zouden moeten worden.

De voorzitter:

Ik snap uw punt, maar zo werkt het niet. Dit moet u echt, net als vorige week, in de commissievergaderingen afhandelen. Dat is vorige keer ook niet gebeurd.

De heer Pechtold (D66):

Voorzitter. Als dat een bespoediging zou opleveren ... Ik vind het flauw om het te zeggen, maar als de PVV-SP-PvdA-coalitie dit verzoekt, heb ik daar geen enkel probleem mee, natuurlijk niet.

De heer Dijsselbloem (PvdA):

Ik dacht dat ik namens mijn eigen fractie sprak, maar ik sta u deze flauwigheid toe.

De heer Pechtold (D66):

Ik spreek niet namens de provincie in Afghanistan.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Voorzitter. Ik wil hier even een opmerking over maken. U hebt gelijk, die procedurevergaderingen moeten via de commissies. Ik wil hier in deze zaal echter wel opgemerkt hebben dat dit wel ongelooflijk ingewikkeld is geworden. Een deel van de Kamer wilde de procedurevergaderingen uitstellen, omdat er nog informatie zou komen. Nu staan ze allemaal voor deze week gepland. Het is voor kleine fracties erg moeilijk om hun stem in alle vergaderingen te laten horen. Als daar beslissingen worden genomen terwijl de helft van de Kamer een agenda daarachter heeft die is verborgen voor de rest, worden dit wel enorm vermoeiende vergaderingen. Dus als wij hier met elkaar kunnen afspreken dat wij een dergelijke werkwijze niet wensen, wil ik de heer Dijsselbloem daar ook echt in steunen.

De voorzitter:

Wij kunnen dit hier niet afspreken. We kunnen dit tegen elkaar zeggen, maar dit gebeurt in de procedurevergaderingen zelf. We kunnen niet iedere keer, staande de vergadering, alles veranderen; zo werkt het niet. Ik neem aan dat mevrouw Van Gent dit steunt?

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Dat begrijp ik en natuurlijk steun ik dat, voorzitter. Hierbij een intentieverklaring. Als de Partij van de Arbeid en andere fracties er behoefte aan hebben om de procedurevergaderingen voor de controversieelverklaringen een week uit te stellen, dan kan dat natuurlijk op de steun van mijn fractie rekenen.

De voorzitter:

Meneer Dijsselbloem is daar ontzettend blij mee. Aldus besloten.

De heer Dijsselbloem (PvdA):

Ik verzoek om per ommegaande het Kunduz-akkoord te kunnen krijgen; dan kunnen de vergaderingen over het controversieel verklaren gewoon doorgaan.

De voorzitter:

Dat hebben we al besloten. Verder draag ik dit over aan de commissies.

Het woord is aan mevrouw Arib.

Mevrouw Arib (PvdA):

Voorzitter. Een aantal weken geleden stelden wetenschappers van de Universiteit Leiden dat kinderen met een lichte verstandelijke beperking in pleeggezinnen en tehuizen drie tot vier keer vaker slachtoffer zijn van seksueel misbruik. Deze week bereikte ons ook het bericht dat kinderen in zorginstellingen in Nieuwleusen waarschijnlijk van de jaren tachtig tot 2010 stelselmatig zijn mishandeld. Ik zou heel graag een brief over beide onderzoeken ontvangen, zowel van de staatssecretaris van VWS als die van Veiligheid en Justitie, waarin op deze berichten wordt ingegaan.

De voorzitter:

Voordat ik het woord geef aan de Kamer, verzoek ik de leden om hun overleggen buiten deze zaal voort te zetten. Dit is niet beleefd ten opzichte van degene die een voorstel doet en het maakt het ook heel onoverzichtelijk voor degenen die proberen tot een besluit te komen.

Mevrouw Van der Burg (VVD):

Voorzitter. Steun voor het verzoek om een brief van beide staatssecretarissen. In het voorstel staat "spoeddebat", maar ik zou zeggen: een spoed-algemeen overleg. Wij kunnen dit morgen in de procedurevergadering regelen. Het is zaak dat we hier snel over spreken, zeker over de zaak in het oosten van het land.

De voorzitter:

Er stond alleen een verzoek om een brief. U had nog een oude versie.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Steun van GroenLinks voor het verzoek.

Mevrouw Bruins Slot (CDA):

Voorzitter. Steun voor het verzoek om een brief. Ik verzoek de staatssecretaris om daarin ook de rol van de inspectie toe te lichten. Als het gaat om de rol of het toezicht van de inspectie, lijken dit soort pleeggezinnen zich in een soort niemandsland te bevinden. Ik vraag het kabinet om dus ook dat element in de brief mee te nemen.

Mevrouw Kooiman (SP):

Voorzitter. Steun voor het verzoek en eventueel ook voor een debat, maar eerst moet de stand van zaken bekend zijn. Ook zou ik graag weten hoe wij het toezicht kunnen verbeteren, zeker op de particuliere jeugdzorg.

Mevrouw Koşer Kaya (D66):

Voorzitter. Steun voor de brief, en daarna snel wellicht een AO of wat dan ook, als het maar snel kan.

De voorzitter:

Wij zullen het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan mevrouw Gesthuizen.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Voorzitter. Voor mij is daarnet in het mondelinge vragenuur duidelijk geworden dat het laatste woord nog niet is gesproken over de medische opvang van mensen met een psychische of psychiatrische ziekte. Ik wil daarom graag een dertigledendebat aanvragen met de minister van Immigratie en Asiel. Ik doe dat mede namens de fracties van de Partij van de Arbeid, de ChristenUnie, GroenLinks en D66.

De voorzitter:

Dan doen wij het maar snel en zetten wij het op de lijst, met drie minuten spreektijd per fractie.

Het woord is aan de heer Heijnen.

De heer Heijnen (PvdA):

Voorzitter. Gemeenten en provincies zijn ook bezig met voorjaarnota's, kadernota's en dergelijke. Zij vragen zich af of zij nog meer moeten bezuinigen op bibliotheken, muziekscholen en sociaal beleid. Het treft echter, want er is een Kunduz-akkoord gesloten met daarin het voorstel om schatkistbankieren verplicht te stellen. Daarvoor is op zich veel te zeggen, maar niet als dat gepaard gaat met honderden miljoenen euro's minder inkomsten voor gemeenten en provincies, zoals gedeputeerde Verheijen in Limburg en directeur Pans van de VNG zeggen. Ik krijg hierover graag zo snel mogelijk helderheid zodat gemeenten en provincies weten waarvoor zij staan en de Kamer zich kan buigen over de vraag of dat een goed voorstel is.

Mevrouw Van der Burg (VVD):

Voorzitter. Ik heb geen enkel bezwaar tegen een toelichting op welke maatregel dan ook zodra de gegevens beschikbaar zijn.

De voorzitter:

Het stenogram wordt doorgeleid.

Het woord is aan mevrouw Leijten.

Mevrouw Leijten (SP):

Voorzitter. Op 17 april nam de Eerste Kamer de initiatiefwet tot het beëindigen van de verplichte aanbesteding in de Wmo van de huishoudelijke verzorging aan. De staatssecretaris heeft vorige week laten weten dat zij deze wet niet tekent maar voorlegt aan de Europese Commissie. Ik vraag hierover een debat aan, mede namens de fracties van de PvdA, de PVV, GroenLinks, de Partij voor de Dieren, de ChristenUnie en D66.

Mevrouw Venrooy-van Ark (VVD):

Voorzitter. Het verzoek betreft een debat over de procedure? Daarvoor geef ik steun.

De voorzitter:

Daarvoor is dan een meerderheid. Wij gaan een debat plannen met spreektijden van drie minuten. Mevrouw Leijten, op welke termijn wilt u dit debat voeren?

Mevrouw Leijten (SP):

Het gaat over een initiatief van de Kamer. Als wij onszelf serieus nemen, dan voeren wij dat debat volgende week of de week daarna. U heeft daarin inzicht. Wij moeten dat niet op de eindeloos lange lijst zetten.

De voorzitter:

Daarom vraag ik u ook of het nodig is om het snel te doen.

Het woord is aan mevrouw Van der Werf.

Mevrouw Van der Werf (CDA):

Voorzitter. Onlangs verschenen er berichten in de pers over een doorstart van de cultuurkaart. In dat kader vraag ik mede namens de fractie van D66 aan het kabinet om aan de Kamer mee te delen hoe de motie van de fracties van het CDA en D66 over de private doorstart wordt uitgevoerd.

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit deel van de vergadering doorsturen naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Dijkgraaf van de SGP-fractie.

De heer Dijkgraaf (SGP):

Voorzitter. Ik heb de eer om een vooraankondiging te doen van een VAO Raad voor het concurrentievermogen. Die raad vindt volgende week woensdag plaats. Ik verzoek u daarom om voor volgende week woensdag rekening te houden met een VAO, inclusief stemmingen.

De voorzitter:

Dank u wel.

Het woord is aan de heer Van Gerven.

De heer Van Gerven (SP):

Voorzitter. Vorige week is de acute financiële problematiek van het Rode Kruis Ziekenhuis en het brandwondencentrum in Beverwijk aan de orde geweest. Er is een brief binnengekomen van het kabinet. Die is onbevredigend. Daarom vraag ik mede namens mevrouw Gerbrands van de PVV-fractie een debat aan met de minister om de zaak verder te bespreken, inclusief de rol van Achmea daarin.

De voorzitter:

U hebt al 30 leden.

De heer Van Gerven (SP):

Voor een dertigledendebat. Ik wil eigenlijk een debat.

De voorzitter:

Ja, als u dat niet van tevoren aankondigt ...

Mevrouw Arib (PvdA):

Voorzitter. De PvdA-fractie steunt het verzoek.

De voorzitter:

Dan komt het op de lijst. Mevrouw Voortman?

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Ook steun van mijn fractie.

De voorzitter:

Het is inmiddels een gewoon debat geworden en dat komt dus op de lijst.

Naar boven