6 Regeling van werkzaamheden

Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, aanstaande dinsdag ook te stemmen over de brief van de commissie voor Immigratie en Asiel inzake het verzoek om voorlichting aan de Raad van State over de initiatiefnota van het lid Spekman "Altijd onderdak voor kinderen" (32566, nr. 3).

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda van de Kamer:

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Gemeentewet in verband met de versteviging van de regierol van de gemeente ten aanzien van het lokaal veiligheidsbeleid (32459);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 op een aantal punten van uiteenlopende aard, van de Wet personenvervoer 2000 ten aanzien van het openbaarvervoerverbod en enkele technische wijzigingen, van de Wet advies en overleg verkeer en waterstaat in verband met wijzigingen in de vorm waarin betrokkenen en organisaties bij het beleidsproces worden betrokken, alsmede wijziging van de Wet op de economische delicten, de Wet luchtvaart, de Binnenvaartwet, de Wet capaciteitsbeheersing binnenvaartvloot, de Wet belastingen op milieugrondslag, de Waterwet, de Invoeringswet Waterwet, de Waterschapswet en de Crisis- en herstelwet op enkele punten van technische aard (Verzamelwet Verkeer en Waterstaat 2010) (32403);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van hoofdstuk 17 van de Wet milieubeheer, houdende aanpassing van de regeling voor het melden van ongewone voorvallen (32445);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet handhaving consumentenbescherming en de Luchtvaartwet ter implementatie van Verordening (EG) nr. 1008/2008 inzake gemeenschappelijke regels voor de exploitatie van luchtdiensten in de Gemeenschap (PbEU L 293) (32481);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden in verband met de implementatie van Europese regelgeving op het gebied van het op de markt brengen en het duurzame gebruik van gewasbeschermingsmiddelen (32372);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Meststoffenwet (herinvoering compartimentering) (32469);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet personenvervoer 2000, houdende regels ter bevordering van de kwaliteit in het taxivervoer (32424).

Op verzoek van het lid Dibi stel ik voor, de motie 32417, nr. 37, opnieuw aan te houden. Dit betekent dat de in artikel 69, tweede lid, genoemde termijn van twee maanden voor deze motie opnieuw gaat lopen.

Ik stel voor om tot nader order van de agenda van de Kamer af te voeren:

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet op de jeugdzorg in verband met het opnemen van een gemeentelijke verantwoordelijkheid voor de jeugdketen (31977);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet van 6 maart 2003, houdende bepalingen met betrekking tot het toezicht op collectieve beheersorganisaties voor auteurs- en naburige rechten (31766).

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda:

  • - het VAO rookvrije horeca/tabaksbeleid, een algemeen overleg van 19 januari, met als eerste spreker het lid Van Gerven;

  • - het VAO elektronisch patiëntendossier (epd), een algemeen overleg van 20 januari, met als eerste spreker het lid Leijten van de SP.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Gesthuizen.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Voorzitter. Ik heb een rappel over schriftelijke vragen die ik heb ingediend op 21 december 2010 over Shell en schikkingen bij processen over fraude. Aangezien we op 26 januari aanstaande een hoorzitting hebben, wil ik verzoeken of die vragen dan in ieder geval beantwoord kunnen zijn.

Mijn tweede vraag is een verzoek tot spoedige beantwoording, omdat voor die vragen wel een uitstelbriefje is gekomen, van vragen die ik op 31 december 2010 heb gesteld aan de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over humanistische geestelijke verzorging voor gedetineerden. Mijn verzoek daarbij is alleen om een spoedige beantwoording.

De voorzitter:

Het stenogram van dit gedeelte van de vergadering zal worden doorgeleid naar het kabinet.

Het woord is aan mevrouw Smilde.

Mevrouw Smilde (CDA):

Voorzitter. Gisterenavond kwam de Nederlandse vereniging voor een vrijwillig levenseinde ...

De voorzitter:

Mag het een beetje rustiger in de zaal, alstublieft? De wandelgangen zijn voor de gesprekken, maar deze zaal is voor het luisteren.

Mevrouw Smilde (CDA):

Gisteravond kwam de Nederlandse vereniging voor een vrijwillig levenseinde via Nieuwsuur met haar plan naar buiten om een kliniek voor een vrijwillig levenseinde te stichten, die in 2012 operationeel moet zijn. Zij verwacht per jaar 1000 mensen behulpzaam te kunnen zijn. De CDA-fractie zet behoorlijke vraagtekens bij deze ontwikkeling. Zij wil hierover met de minister van VWS van gedachten wisselen in een spoeddebat. Voorafgaand daaraan willen wij eerst een brief van de minister met haar reactie op de plannen. Passen deze binnen de wet en, zo ja, hoe precies? Wat zijn de plannen van de NVVE? Waarom is zo’n kliniek noodzakelijk? Er zijn toch voldoende mogelijkheden voor mensen om een weloverwogen verzoek tot euthanasie gehonoreerd te krijgen, et cetera?

De voorzitter:

U doet nu eigenlijk twee verzoeken. U wilt een spoeddebat en een brief. Ik wil uw verzoek daarom opsplitsen, tenzij u nu al zeker weet dat u ondanks de brief een spoeddebat wilt. Als er echter eerst een brief moet komen, heeft het mijns inziens geen spoed.

Mevrouw Smilde (CDA):

Ik dacht: ik kan het proberen.

De voorzitter:

U kunt het proberen, maar zo bent u toch niet? We gaan dus in dit verzoek knippen. We kijken eerst of er steun is voor de brief.

Mevrouw Klijnsma (PvdA):

Voorzitter. Van PvdA-zijde is er enorme steun voor zo’n brief, maar niet op voorhand voor een spoeddebat. Dit is een kwestie die heel zorgvuldig moet worden bekeken. Er is tijd genoeg. Het hoeft echt niet onder stoom of kokend water. Ik heb begrepen dat de NVVE volgende week met de minister spreekt. Daarom steun ik het verzoek om een brief. Nadat we die ontvangen hebben, kunnen we kijken hoe we ermee omgaan. Ik vind het belangrijk om erop te wijzen dat er ook nog een burgerinitiatief ligt. We moeten beide zaken tegelijk in een AO of andere vorm van overleg bespreken.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Wij steunen het verzoek om de brief en de woorden van mevrouw Klijnsma.

De heer Van der Staaij (SGP):

Ook de SGP-fractie steunt het verzoek om een brief van het kabinet hierover.

Mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie):

De ChristenUnie steunt het verzoek om een brief. Verder wachten wij nog steeds op antwoorden op schriftelijke vragen over de jaarrapportage over euthanasie. Het lijkt me goed om een algemeen overleg over euthanasie te plannen waarin we alle verwante zaken bespreken.

Mevrouw Van Miltenburg (VVD):

Ook de VVD steunt het verzoek om een brief. De vragen die net gesteld zijn, beslaan alweer een breder onderwerp dan dat van het aangevraagde spoeddebat. Daarom lijkt het ons goed om te gaan voor een spoedige beantwoording van de vragen over de jaarrapportage, de zaken samen te voegen en in een breed algemeen overleg te praten over dit initiatief en over de algemene stand van zaken met betrekking tot euthanasie.

Mevrouw Dijkstra (D66):

D66 steunt het verzoek om een brief, maar wil geen spoeddebat. Wel willen we dat de beantwoording van de vragen over de jaarrapportage wordt meegenomen in de brief.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Wij sluiten ons aan bij de fracties van de VVD en D66.

De heer Van Gerven (SP):

Ook wij steunen het verzoek om een brief en om een goed, fundamenteel debat, maar wij willen geen spoeddebat. Daar leent dit onderwerp zich niet voor.

De voorzitter:

Mevrouw Smilde, u hebt ruime steun voor een brief en voor een snelle beantwoording van schriftelijke vragen. Daarna kunt u weer terugkomen.

Mevrouw Smilde (CDA):

Dat lijkt me goed. Ik neem de suggesties van mevrouw Van Miltenburg en mevrouw Wiegman over. Ik wil de brief zo snel mogelijk en zie graag een snelle beantwoording van de vragen over de jaarlijkse evaluatie.

De voorzitter:

Welke termijn hebt u in gedachten?

Mevrouw Smilde (CDA):

Ik wil de beantwoording graag binnen twee weken ontvangen. Dan krijgen we namelijk ook een zorgvuldige brief en een zorgvuldige beantwoording. Dat is het belangrijkste; dat ben ik met mijn collega’s eens.

De voorzitter:

Wij zullen het stenogram doorgeleiden naar het kabinet. Daarin staat ook de termijn vermeld.

Ik verzoek de leden opnieuw om wat rustiger te zijn. Dan kunnen wij beter verstaan wat er gezegd wordt.

Het woord is aan de heer Van Dam.

De heer Van Dam (PvdA):

Voorzitter. Ik sta hier namens mijn collega Timmermans, die vandaag in het buitenland verblijft. Nadat uit de berichtgeving over WikiLeaks al is gebleken dat een topambtenaar van minister Verhagen heeft geprobeerd om de Amerikanen in te zetten om voormalig vicepremier Bos onder druk te zetten in de kwestie-Afghanistan, blijkt nu dat hetzelfde geldt voor een topambtenaar van voormalig minister-president Balkenende. Langzamerhand doemt een beeld op van bedenkelijke praktijken dat niet meer kan worden afgedaan met de bewering dat het slechts interpretaties van de Amerikanen zijn. Dinsdag is het kabinet al verzocht om in een brief helderheid te geven over de gesprekken tussen ambtenaar De Gooijer en de Amerikaanse ambassade. Wij verzoeken om in die brief ook alle feiten op een rijtje te zetten over de gesprekken tussen topambtenaar Van Zwol van het ministerie van Algemene Zaken en de Amerikaanse ambassade.

De voorzitter:

Wij zullen het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Rouvoet.

De heer Rouvoet (ChristenUnie):

Voorzitter. Opnieuw berichtgeving wat betreft WikiLeaks. Gisteren kwamen via WikiLeaks heel andere berichten naar voren over het optreden van Amerikaanse opsporingsdiensten in Nederland, de samenwerking met de Nederlandse politie daarbij en de mogelijke inzet van bijzondere opsporingsbevoegdheden. Omdat dit, gezien ook onze geschiedenis met omstreden opsporingsmethoden, een gevoelige materie is, vind ik het belangrijk om opheldering te krijgen of een en ander wel volgens de wet en de geldende procedures is gegaan. Daarom wil ik een debat aanvragen met de ministers van Buitenlandse Zaken en van Veiligheid en Justitie; Buitenlandse Zaken vooral omdat het hierbij gaat om berichten van de Amerikaanse ambassade en het optreden van het DEA. Dat debat zou ik vooraf willen laten gaan door een brief van beide bewindslieden waarin in ieder geval helderheid wordt geboden over de ingezette methoden en bevoegdheden, over de betrokkenheid van Justitie en over de vraag of er wel of geen rechtshulpverzoek is geweest, of er al dan niet drugs op de markt zijn gekomen en of er zelfstandige DEA-operaties op Nederlands grondgebied zijn uitgevoerd.

De heer Dibi (GroenLinks):

Voorzitter. WikiLeaks blijkt een bodemloze put van rare politieke fratsen. Dit is er een van en dit schreeuwt om een debat. Daarom steun namens de GroenLinks-fractie.

De voorzitter:

Voor beide voorstellen, mijnheer Dibi?

De heer Dibi (GroenLinks):

Ja.

Mevrouw Berndsen (D66):

Voorzitter. Ook D66 steunt het verzoek van de heer Rouvoet.

De heer Elissen (PVV):

Voorzitter. Namens de PVV steun voor het verzoek om een brief en steun voor het verzoek om een debat.

De heer Çörüz (CDA):

Voorzitter. De CDA-fractie sluit zich daarbij aan.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Voor beide steun, voorzitter.

Mevrouw Bouwmeester (PvdA):

Ook voor beide steun.

De heer Van der Steur (VVD):

De VVD sluit zich hierbij aan, voorzitter.

De heer Van der Staaij (SGP):

Idem.

De voorzitter:

Mijnheer Rouvoet, het zou goed zijn als u ook een termijn verbond aan het verzoek voor de brief. Er is namelijk al een aantal debatten aangevraagd ten aanzien waarvan wij nog steeds wachten op een brief.

De heer Rouvoet (ChristenUnie):

Voorzitter. Dat hangt wat mij betreft niet op een dag. Ik wil een zorgvuldige brief hebben. Ik heb niet voor niets níét gekozen voor een spoeddebat. Op basis van de brief kunnen wij dan zien wanneer het debat gepland kan worden. Als het mogelijk is, zou ik mij kunnen voorstellen dat wij in de loop van de volgende week die brief krijgen. Mocht dat echt onmogelijk zijn, dan hoor ik dat graag en dan kom ik erop terug. Als voorlopige termijn zou ik willen aanhouden een zorgvuldige brief in de loop van de volgende week.

De voorzitter:

Zodat we in ieder geval voor het krokusreces het een en ander kunnen bezien.

De heer Rouvoet (ChristenUnie):

Ja.

De voorzitter:

Goed. Wij zullen het op die manier doorgeleiden naar het kabinet. Dan is aldus besloten.

Het woord is aan de heer Van den Berge.

De heer Van den Berge (GroenLinks):

Voorzitter. Opnieuw WikiLeaks. Gisteren kopte NRC/Handelsblad "VS beter geïnformeerd over JSF dan Kamer". GroenLinks wil zo snel mogelijk een spoeddebat met de minister van Defensie over dit bericht en over de vraag of het klopt dat uit de WikiLeaks-documenten inderdaad zou blijken dat het ministerie van Defensie al in 2007 ervan op de hoogte was dat er te weinig geld beschikbaar was om 85 JSF-vliegtuigen aan te schaffen terwijl het ministerie altijd tegen de Kamer heeft gezegd dat de planning was om 85 JSF-vliegtuigen aan te schaffen. Wij willen er zo snel mogelijk opheldering over, met name over de vraag of het klopt dat de Kamer verkeerd is geïnformeerd door de minister.

De voorzitter:

U stelt een spoeddebat voor.

De heer Ten Broeke (VVD):

Voorzitter. Ik voel mij ook heel slecht geïnformeerd over de JSF, maar dan in de eerste plaats door de NRC. Dat is misschien op te lossen met het opzeggen van mijn abonnement maar niet met een spoeddebat. Daar zijn wij dus tegen.

Mevrouw Eijsink (PvdA):

Voorzitter. Ik voel mij al jaren door de minister niet goed geïnformeerd. Dus graag steun voor dit verzoek om een spoeddebat.

De heer Jasper van Dijk (SP):

Voorzitter. Wij kunnen niet snel genoeg stoppen met deze vliegende Noord-zuidlijn. Dus steun voor het verzoek om een spoeddebat.

Mevrouw Hachchi (D66):

Voorzitter. De D66-fractie steunt het verzoek om een spoeddebat.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Dat geldt ook voor de Partij voor de Dieren.

De voorzitter:

Ik constateer dat u voldoende steun hebt voor uw verzoek om een spoeddebat, mijnheer Van den Berge, dus ik zal dat gaan plannen, met een spreektijd van drie minuten per fractie.

De heer Van den Berge (GroenLinks):

Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Ulenbelt.

De heer Ulenbelt (SP):

Voorzitter. Ik heb twee rappels. Het eerste gaat over vragen die op 24 september 2010 zijn ingezonden door mevrouw Karabulut over het ontslag van 31 medewerkers bij de Sociale Werkvoorziening in Purmerend. Het tweede rappel gaat over vragen van 20 december 2010 van mevrouw Karabulut en de heer Klaver van GroenLinks aan de minister van Sociale Zaken en de minister van Infrastructuur over mislukte onderhandelingen tussen schoonmakers en de DUO en de Belastingdienst in Groningen.

Het is de eerste keer dat ik hier sta om te rappelleren voor vragen van ...

De voorzitter:

Ik heb u hier toch wel eens vaker gezien.

De heer Ulenbelt (SP):

Niet om te rappelleren.

De voorzitter:

Nee, dat is waar.

De heer Ulenbelt (SP):

Ik vraag u, dit stenogram door te sturen. Daarin zal dan ook staan dat ik het kabinet vraag om de beantwoording van de vragen voort te zetten op de manier waarop leden van het vorige kabinet dat deden. Dan hoef ik daarvoor nooit meer hier te staan.

De voorzitter:

Een "maidenrappel" van de heer Ulenbelt. Wij zullen het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan mevrouw Leijten.

Mevrouw Leijten (SP):

Voorzitter. Wij hebben gisteren een emotioneel debat gevoerd met de staatssecretaris van VWS over de situatie van de jongen die is vastgebonden in de instelling in Ermelo. Vastbinden zou niet meer de norm zijn en er zou altijd gezocht worden naar alternatieven. Wij zijn nog geen 24 uur verder en de staatssecretaris geeft al aan dat vastbinden de beste oplossing is. Dat was nog niet zo lang geleden te lezen op de site van de NRC. Ik wil daarom zo snel mogelijk een brief van de staatssecretaris ontvangen waarin zij aangeeft of zij wellicht verkeerd is geciteerd, of zij alle alternatieven heeft onderzocht of dat zij van koers is veranderd en vindt dat vastbinden dus blijkbaar wel kan. Als dat laatste het geval is, denk ik dat wij hier volgende week weer staan.

De voorzitter:

Heeft u een termijn in gedachten?

Mevrouw Leijten (SP):

Op zijn laatst dinsdag, maar het zou heel mooi zijn als die brief per omgaande wordt gestuurd.

De voorzitter:

Wij zullen het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Hiermee zijn wij gekomen aan het eind van de regeling van werkzaamheden en kunnen wij gaan stemmen.

Naar boven