7 Stemmingen

Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over post,

te weten:

  • - de motie-Gesthuizen over een verplichting tot werken met arbeidscontracten (29502, nr. 51);

  • - de motie-Gesthuizen over de verplichting tot 100% dienstbetrekking (29502, nr. 52);

  • - de motie-Gesthuizen over andere sectoren betrekken bij de studie naar gebruik van de OVO (29502, nr. 53);

  • - de motie-Braakhuis/Hamer over een fonds conform de aanbevelingen van de heer Vreeman (29502, nr. 54);

  • - de motie-Hamer/Braakhuis over een overzicht van de stand van zaken voor 1 februari 2011 (29502, nr. 55);

  • - de motie-Hamer/Braakhuis over een plan van aanpak om de OVO uit te bannen (29502, nr. 56).

(Zie vergadering van heden.)

De voorzitter:

De motie-Braakhuis/Hamer (29502, nr. 54) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat er nog steeds geen toename is van het aantal postbezorgers werkzaam op basis van een arbeidsovereenkomst;

constaterende dat de heer Vreeman voorstellen heeft gedaan die het mogelijk maken om arbeidsovereenkomsten te financieren en garanderen, maar concrete invulling overlaat aan de sociale partners;

overwegende dat het verleden bewezen heeft dat zelfs een AMvB-dreiging boven de markt niet tot resultaten heeft geleid;

overwegende dat nogmaals drie maanden onderhandelen langer uitstel van sociale arbeidsvoorwaarden en meer onzekerheid voor de postbodes betekent;

verzoekt de regering om een nieuwe AMvB zo mogelijk per 1 april 2011 in werking te laten treden, opdat een fonds conform de aanbevelingen van de heer Vreeman wordt opgericht, met een concrete financiële doelstelling die leidt tot een nieuw ingroeipad met als einddoel dat, bij uitdrukkelijke voorkeur, 31 december 2012 80% van de postbezorgers een arbeidsovereenkomst heeft, de Kamer schriftelijk te berichten over de te nemen stappen en deze AMvB voor inwerkingtreding aan de Kamer voor te leggen;

verzoekt de regering voorts, de ontwikkelingen te monitoren en de Kamer halfjaarlijks hiervan op de hoogte te stellen en onmiddellijk actie te ondernemen wanneer blijkt dat de 80% niet gehaald lijkt te worden,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening van deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 57 (29502).

Ik stel vast dat wij hier nu over kunnen stemmen.

Mevrouw Hamer (PvdA):

Voorzitter. Gezien de ruimhartige toezegging van het kabinet naar aanleiding van mijn motie op stuk nr. 55, waarin wij vragen om een rapportage voor 1 februari over "go/no go" in de postsector, wil ik deze motie graag aanhouden. Ik verwacht dat het kabinet voor februari de stand van zaken zal geven.

De voorzitter:

Op verzoek van mevrouw Hamer stel ik voor, haar motie (29502, nr. 55) van de agenda af te voeren.

Daartoe wordt besloten.

In stemming komt de motie-Gesthuizen (29502, nr. 51).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Gesthuizen (29502, nr. 52).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, de PvdA en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Gesthuizen (29502, nr. 53).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, de PvdA, GroenLinks, D66, de SGP, de ChristenUnie en het CDA voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Braakhuis/Hamer (29502, nr. 57).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, de PvdA, GroenLinks, D66, de SGP, de ChristenUnie, het CDA en de PVV voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de fractie van de VVD ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Hamer/Braakhuis (29502, nr. 56).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, de PvdA, GroenLinks, D66, de SGP, de ChristenUnie, het CDA en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de fractie van de VVD ertegen, zodat zij is aangenomen.

Naar boven