Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, de spreektijden voor de algemene financiële beschouwingen – let op, let op – te verhogen met acht minuten per fractie, zulks mede in verband met de Fortiszaak en het niet doorgaan van het AO Ecofinraad. De onderwerpen die daar aan de orde zouden zijn gesteld, worden betrokken bij de algemene financiële beschouwingen.

Op verzoek van het lid De Wit (SP) stel ik voor, zijn motie op stuk 31200-VI, nr. 47, opnieuw aan te houden. Dit betekent dat de in artikel 69, tweede lid, genoemde termijn van twee maanden voor deze motie opnieuw gaat lopen.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Polderman.

De heer Polderman (SP):

Voorzitter. Op 22 augustus jongstleden heb ik vragen gesteld over de aanleg van een haven bij Horst aan de Maas en de relatie met de Maaswerken. De termijn waarbinnen beantwoording had moeten plaatsvinden, is helaas verstreken, maar ik heb nog geen antwoorden gezien.

De voorzitter:

Wij zullen het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Pechtold.

De heer Pechtold (D66):

Voorzitter. Wij vernamen afgelopen weekend dat er rond de invoering van de zogenaamde gratis schoolboeken toch het een en ander niet helemaal soepel loopt en dat scholen misschien vele miljoenen kwijt zijn aan langlopende contracten. Daarom wil ik mede namens de fracties van GroenLinks en de VVD een spoeddebat aanvragen met staatssecretaris Van Bijsterveldt van Onderwijs.

De heer Dibi (GroenLinks):

Ik zou het op prijs stellen als de staatssecretaris vóór het spoeddebat een brief stuurt.

De heer Jan de Vries (CDA):

Gezien het aantal leden dat een spoeddebat aanvraagt, is dit onontkoombaar. Misschien zou de bespreking van zo'n technisch onderwerp beter passen in een algemeen overleg. In ieder geval heb ik samen met mevrouw Besselink schriftelijke vragen gesteld over dit onderwerp. Ik zou graag de antwoorden hierop ontvangen voordat wij het debat hierover voeren.

Mevrouw Besselink (PvdA):

Ik sluit mij hierbij aan. Ik wil de brief ontvangen voor wij het debat voeren.

De heer Pechtold (D66):

Dat moet deze week lukken, mevrouw de voorzitter. Dat bedoelden de woordvoerders van de coalitiefracties toch?

De voorzitter:

Nee, zij bedoelden dat een brief deze week zou moeten lukken. Dat zal zeker lukken. Ik zal mijn uiterste best doen met de planning, maar u kent ook de agenda. Ik stel voor, een spoeddebat aan de agenda toe te voegen, na ontvangst van de brief, met spreektijden van drie minuten. Het stenogram zal worden doorgeleid naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Sap.

Mevrouw Sap (GroenLinks):

Voorzitter. Ik wil het kabinet vragen om morgenochtend, vóór de algemene financiële beschouwingen, het integrale koopkrachtbeeld van het afschaffen van de BU en het invoeren van de Wet tegemoetkoming chronisch zieken te leveren. Wij maken ons zorgen over dit beeld en willen er graag inzicht in hebben ten behoeve van het debat erover. Het kabinet zou deze informatie eind september leveren.

De voorzitter:

Wij zullen het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan mevrouw Halsema.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Voorzitter. De toestand op de internationale financiële markten baart de fractie van GroenLinks grote zorgen. Wij hebben behoefte aan een mondelinge verklaring van het kabinet vandaag. Ik nodig het kabinet uit, in te gaan op de verwerping van het plan van minister Paulson door het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden en op de reddingsactie ten behoeve van Fortis van afgelopen weekend. Ik vraag tevens om spoedige toezending van de brief over Fortis. Ik wil met de premier en de vicepremier, de minister van Financiën, een debat voeren over hun verklaring, met enige voorbereidingstijd. Ik verzoek, dit debat op de agenda van vandaag te plaatsen. Ik stel het op prijs als het een fractievoorzittersdebat wordt, met spreektijden van vier minuten.

De voorzitter:

Maar u hebt mij ook net de spreektijden voor de algemene financiële beschouwingen laten uitbreiden, met het oog op de situatie bij Fortis. Ik heb de Kamer zelfs nog gevraagd om goed op te letten. Ik ben nu een beetje het spoor bijster. Ik ga een rondje maken langs de Kamerleden.

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Voorzitter. Wij steunen het verzoek van de fractie van GroenLinks. Wij willen graag dat de minister-president en de minister van Financiën een enigszins algemene verklaring afleggen over hetgeen er het afgelopen weekend is gebeurd. Daarna kan er een kort debat gehouden worden op fractievoorzittersniveau. Ook dat voorstel steunt mijn fractie.

Mevrouw Kant (SP):

Voorzitter. Natuurlijk moet er gedebatteerd worden over dit onderwerp, dat spreekt vanzelf. Elk debat over de teloorgang van het neoliberale kapitalisme moet vooral in deze Kamer gevoerd worden. Ik heb er alleen niet zo'n behoefte aan dat de minister-president eerst ook nog even een duit in het zakje komt doen en dat wij er daarna over debatteren. Ik begreep eerder dat dit een verzoek is van de CDA-fractie om zo de minister-president ook even in beeld te krijgen over dit onderwerp.

De voorzitter:

Nee, nee, nee. Ik regel de verzoeken.

Mevrouw Kant (SP):

U hebt inderdaad gezegd dat wij extra tijd hebben voor de algemene financiële beschouwingen, voorzitter. Het lijkt mij dat de minister-president daar ook bij kan zijn. Als er vanavond een debat is, zal mijn fractie uiteraard ook aanwezig zijn om dat aan te gaan.

De heer Pechtold (D66):

Voorzitter. Ik wil niet te veel politiek wanneer heel Nederland naar ons kijkt. Het voorstel van de fractie van GroenLinks vind ik heel verstandig. Ik snap ook heel goed dat de minister-president in de Kamer een podium krijgt om zijn visie neer te zetten, naast die van de minister van Financiën. Volgens mij kan het echter en-en: én een debat vanavond, wat mij betreft met de fractievoorzitters, én misschien wat extra spreektijd bij de algemene financiële beschouwingen. Ik denk namelijk dat het, los van wat wij vanavond behandelen, erg verstandig is om morgen bij de algemene financiële beschouwingen breder over de financiën en de houdbaarheid van Nederland te praten.

De voorzitter:

Dat besluit is al genomen. Ik doe nooit iets over!

De heer Rutte (VVD):

Voorzitter. In dat geval lijkt het mij belangrijk dat het debat wordt gevoerd door de fractievoorzitters en dat daar vanavond echt voldoende tijd voor beschikbaar is. Een spreektijd van vier minuten per fractie, zoals mevrouw Halsema voorstelt, lijkt mij het minimum. Ik sluit mij graag aan bij degenen die zeggen dat er ook genoeg reden is om de algemene financiële beschouwingen voldoende tijd te geven. Ik weet dat u die beslissing al eerder vandaag hebt genomen, voorzitter. Die steun ik dus van harte.

Mevrouw Hamer (PvdA):

Voorzitter. Ik steun het verzoek graag. Het lijkt mij ook goed als dit debat met de fractievoorzitters wordt gevoerd. Verder steun ik het voorstel van mevrouw Halsema, als ik dat goed begrijp, om even pauze te houden na de verklaring, zodat er voorbereidingstijd is en wij goed aan het debat kunnen deelnemen.

De voorzitter:

Beslagen ten ijs komen, heet dat.

Mevrouw Hamer (PvdA):

Zo is het.

De heer Van der Vlies (SGP):

Hetzelfde geldt voor de SGP-fractie, voorzitter.

De voorzitter:

Dan hebt u een grote meerderheid, mevrouw Halsema.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Dank u wel, voorzitter. Laat ik er één opmerking aan toevoegen...

De voorzitter:

Mijnheer Slob, ik zie u over het hoofd!

De heer Slob (ChristenUnie):

Voorzitter. Het is voor de meerderheid niet meer nodig, maar ook mijn fractie steunt het verzoek.

De voorzitter:

Het spijt mij dat ik u niet gezien heb.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Voorzitter. Ik dank mijn collega's voor hun steun. Ik voeg er nog één opmerking aan toe. Ongeacht de politieke verhoudingen in dit parlement, lijkt het mij van groot belang dat de premier zich vandaag uitlaat over de buitengewoon ernstige crisis.

De voorzitter:

Ik stel voor dat wij om 17.00 uur met het debat beginnen. Ik hoor mensen 16.00 uur roepen, maar mij is te verstaan gegeven dat de aanvangstijd 17.00 uur moet zijn. Ik denk dat u de planning aan mij moet overlaten. Ik probeer u allemaal gelukkig te maken en dat is al moeilijk genoeg! Het debat begint om 17.00 uur en... Het wordt mij nu te ingewikkeld. Ik krijg zowel 16.00 uur als 17.00 uur door, dus ik middel het. Het debat begint om 16.30 uur.

Mevrouw Hamer (PvdA):

Voorzitter. Begrijp ik goed dat de verklaring om 16.30 uur komt en er daarna een schorsing komt?

De voorzitter:

Inderdaad. Na de verklaring is er een schorsing, waarna wij met het debat beginnen. Ik laat nog weten hoe lang de schorsing zal zijn.

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Voorzitter. Mag die schorsing maximaal een halfuur zijn? Als dat zou kunnen, graag.

De voorzitter:

Wij gaan het proberen. Ik zie dat u nog iets wil zeggen mevrouw Halsema, maar ik heb al besloten. Ik besluit maar één keer.

Het woord is aan mevrouw Ouwehand voor een rappel.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Voorzitter. Ik heb een "rappel maal twee". Begin dit jaar heeft de Kamer haar zorgen geuit over de situatie waarin de opvangcentra voor gezelschapsdieren zich bevinden. Het kabinet heeft toegezegd om met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten daarover te praten. Dat gesprek heeft voor de zomer al plaatsgevonden, maar het kabinet heeft de Kamer er nog steeds niet over geïnformeerd. Gezien het feit dat het deze week dierendag is, zou ik die brief graag morgen voor 12.00 uur ontvangen.

De voorzitter:

Wij zullen het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is wederom aan mevrouw Ouwehand.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Voorzitter. Mijn volgende rappel betreft vragen over de duurzaamheid van verbrande kippenmest als zogenaamde groene stroom. Ik zou die vragen graag beantwoord zien, want de termijn van drie weken is verstreken.

De voorzitter:

Wij zullen het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan mevrouw Van Velzen.

Mevrouw Van Velzen (SP):

Voorzitter. Ik heb vragen gesteld aan de ministers van Justitie en van Buitenlandse Zaken over een Nederlander die al anderhalf jaar zonder aanklacht in Polen gedetineerd is. Wij hebben morgen een debat in de commissie. Kan ik vandaag antwoord op de vragen krijgen, zodat wij dat morgen kunnen bespreken?

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Van Gerven. Ik begrijp dat hij twee verzoeken heeft.

De heer Van Gerven (SP):

Voorzitter. Ik wil uitstel van de stemming over de moties die zijn ingediend bij het VAO over vrije prijsvorming in de ziekenhuissector. Verder wil ik graag een brief van de minister. Wij hebben vrijdag het risicovereveningssysteem gekregen van de ziekenhuizen. Daaruit blijkt dat vrije prijsvorming, de prijsstelling, niet goed mogelijk is. De minister heeft in de vakantie echter gezegd dat er snel besloten moet worden. Wij willen dus een brief daarover en uitstel van stemming.

Mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie):

Ik heb geen bezwaar tegen een brief, maar ik kan mij niet vinden in het voorstel om de stemming uit te stellen. Er is duidelijkheid nodig en de discussie is daarmee niet per definitie af. Met het oog op duidelijkheid zou ik de stemmingen wel graag willen laten doorgaan.

Mevrouw Smilde (CDA):

Ik sluit mij aan bij de woorden van mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink.

De heer Van der Veen (PvdA):

Ik sluit mij aan bij de woorden van mevrouw Smilde.

De voorzitter:

Voor uitstel van stemmingen hebt u een meerderheid nodig en die hebt u niet.

De heer Van Gerven (SP):

Dat begrijp ik, maar het is toch een rare figuur dat er, als de prijzen niet bepaald kunnen worden, toch tot vrije prijsvorming wordt overgegaan.

De voorzitter:

Ik snap het, maar u moet de brief afwachten. U hebt geen steun voor uitstel van stemmingen. Het stenogram van dit gedeelte van de vergadering zal worden doorgeleid naar het kabinet.

De heer Van Gerven (SP):

Er is morgenavond een debat over het isoleer- en fixatiebeleid in de zorg. Wij zouden voor gistermiddag 12.00 uur een brief van de minister en het rapport van de inspectie krijgen. Beide hebben wij nog niet ontvangen. Ik wil daarover rappelleren, zodat wij ze met spoed ontvangen.

De voorzitter:

Wij zullen het rappel met spoed doorzenden aan het kabinet.

Het woord is aan mevrouw Leijten.

Mevrouw Leijten (SP):

Voorzitter. Na de boetes van de Nederlandse Mededingingsautoriteit voor thuiszorginstellingen, is er volledige onduidelijkheid over de vraag of zij moeten samenwerken voor goede zorg of elkaar de tent uit moeten concurreren. Ik wil een spoeddebat aanvragen met de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport om hier duidelijkheid over te krijgen.

De voorzitter:

Gezien de agenda wil ik u aanmoedigen om dat in een algemeen overleg te doen, maar dat moet u zelf beslissen.

Mevrouw Agema (PVV):

Wij steunen het voorstel van de SP.

De heer Jan de Vries (CDA):

Het is sowieso goed om voorafgaand aan een eventueel debat om een regeringsreactie te vragen. Vervolgens kan de Kamercommissie besluiten of wij het niet beter in een spoedig AO kunnen doen, aangezien de plenaire agenda om andere, belangrijkere, redenen zeer gevuld is.

Mevrouw Wolbert (PvdA):

Ik steun hetgeen de heer De Vries zei, van harte.

De voorzitter:

U hebt voldoende steun voor een spoeddebat, maar zou u toch niet het voorstel volgen voor een brief en een spoedig AO?

Mevrouw Leijten (SP):

Een brief lijkt mij prima. Als die donderdag binnen is, is dat mooi. Wij kunnen er dan volgende week over praten en over stemmen. Het lijkt mij wel verstandig dat wij de thuiszorginstellingen vóór het herfstreces duidelijkheid bieden over de toekomst. Daar komen wij wel uit en als wij er in de commissie niet uitkomen, hebben wij een meerderheid voor een spoeddebat.

De voorzitter:

Daar komen wij dan hier nog op terug. Wij hebben vandaag besloten tot de brief. Wij zullen het stenogram doorgeleiden naar het kabinet en wij komen terug op de beslissing over een spoeddebat.

Het woord is aan de heer Irrgang.

De heer Irrgang (SP):

Voorzitter. Bijna drie weken geleden heb ik schriftelijke vragen ingediend over beursovervallen. Met het oog op de financiële beschouwingen, die morgenochtend beginnen, verzoek ik het kabinet, die vragen uiterlijk vandaag te beantwoorden en de antwoorden naar de Kamer te sturen.

De voorzitter:

Het stenogram zal worden doorgeleid naar het kabinet.

Het woord is aan mevrouw Van Toorenburg.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Voorzitter. Afgelopen vrijdag ontvingen wij een brief van het kabinet over heimelijke inlichtingenactiviteiten van vreemde mogendheden. Concreet ging het om de activiteiten van de Marokkaanse inlichtingendienst. Wij willen daarover graag een debat voeren. Ik doe dit verzoek mede namens de PvdA en de PVV.

Mevrouw Azough (GroenLinks):

Voorzitter. Wij steunen het verzoek.

De voorzitter:

Dan denk ik dat wij dat gewoon gaan plannen, want u heeft een ruime meerderheid. Dat wordt een debat met spreektijden van vier minuten per fractie.

De heer Van Raak (SP):

Voorzitter. Ook de SP steunt dit verzoek.

De voorzitter:

Prima, dat weten wij dan. Het komt in het verslag.

Het woord is aan mevrouw Gesthuizen.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Voorzitter. Op 22 augustus heb ik vragen gesteld over de VAR en de praktijk van Uniforce. Tot op heden ontving ik nog geen antwoord, dus ik verzoek om een spoedige beantwoording.

De voorzitter:

Wij zullen het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan mevrouw Agema.

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter. Minister Klink is voornemens, de handhaving met betrekking tot het rookverbod in de horeca morgen te veranderen. De commissie voor VWS heeft om een brief gevraagd, maar die is nog niet binnen. Ik vraag om rappel met betrekking tot die brief, daarbij niet uitsluitend dat wij middels een extra regeling van werkzaamheden mede namens de VVD om een spoeddebat zullen vragen, waarbij eventueel ook nog zal moeten worden gestemd.

De voorzitter:

Wij beginnen met te rappelleren. Het stenogram van dit gedeelte van de vergadering zal worden doorgeleid naar het kabinet.

Het woord is aan mevrouw Snijder-Hazelhoff.

Mevrouw Snijder-Hazelhoff (VVD):

Voorzitter. De VVD-fractie heeft door middel van schriftelijke vragen al een aantal keren aan de minister van LNV gevraagd, hoe het staat met het doorleveren van terreinen aan natuurorganisaties. Ons verzoek om een debat zo-even is helaas niet ingewilligd. Zij heeft in een van de antwoorden geschreven dat zij zich zal beraden op het rapport van Van der Woude en de juridische implicaties die dat heeft. Ook gelet op hetgeen afgelopen weekeinde in de media stond, ontvangen wij graag een brief van de minister, en wel vóór donderdag, omdat wij dan een debat met de minister hebben, onder andere over een aantal natuurorganisaties.

De voorzitter:

Wij zullen het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.

Naar boven