Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Halsema.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Voorzitter. Vanmorgen ontvingen wij de brief van de minister-president over de eenheid van het kabinetsbeleid en de te volgen communicatiestrategie na de moord op Theo van Gogh. Naar de mening van mijn fractie laat deze brief nog wel wat te vragen over.

Ten eerste horen wij graag welke boodschap het kabinet uitdraagt. Het kabinet lijkt zich namelijk zowel zorgen te maken over de aandacht die uitgaat naar allochtonen en autochtonen als over de stigmatisering van moslims. Ten tweede merk ik op dat er nog steeds onduidelijkheid bestaat over de eenheid van het kabinetsbeleid. Het kabinet heeft namelijk het voornemen om een aparte afstemmingsraad naast de ministerraad in het leven te roepen. Ten derde is van meer kanten aangegeven dat er een debat zou moeten worden gehouden over de bevoegdheden van de minister-president, aangezien deze in de huidige omstandigheden tekort zouden schieten.

Voorzitter. Mijn fractie heeft Voorzittermet andere woorden behoefte aan debat. Dat geldt overigens ook voor de fractie van de PvdA. De premier geeft in zijn brief aan dat hij dit debat graag wil voeren bij de begrotingsbehandeling van het ministerie van Algemene Zaken. Overigens heeft de heer Verhagen zich eerder ook in die richting uitgelaten. Zowel mijn fractie als de fractie van de PvdA heeft hiertegen geen bezwaar, mits de spreektijden – vier minuten in totaal voor de GroenLinks-fractie – en de sprekersvolgorde worden aangepast.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet, in het bijzonder naar de minister-president.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Ik stel voor, dit onderwerp te behandelen bij de behandeling van de begroting van het ministerie van Algemene Zaken en daarvoor extra spreektijd in te ruimen. Over de precieze spreektijden zal ik morgen een voorstel doen. Ik stel verder voor om de sprekersvolgorde ongewijzigd te laten, omdat wij door dit voorstel over te nemen een ongewenst precedent zouden scheppen.

Daartoe wordt besloten.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Het zal dus eens te meer op de kwaliteit van onze inbreng aan komen!

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Visser.

De heer Visser (VVD):

Punt 12 van de agenda zijn stemmingen over de justitiebegroting, onder meer over mijn motie op stuk nr. 47. De minister heeft in het debat gezegd dat zij het punt dat aan de orde wordt gesteld in deze motie, zal "meenemen". Ik heb toen ondanks haar toezegging besloten om de motie in stemming te brengen. Ik wist toen echter niet dat er een notitie voorligt over arbeidsmigratie en sociale zekerheid, waarover na het kerstreces een debat zal worden gevoerd. Met het oog hierop wil ik mijn motie aanhouden. Ik zou voor dat debat echter graag van de minister vernemen wat het kabinet met dit inhoudelijke punt heeft gedaan. Ik wil met andere woorden graag weten wat zij met "meenemen" bedoelt.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Op verzoek van de heer Visser stel ik voor, zijn motie (29800-VI, nr. 47) van de agenda af te voeren.

Daartoe wordt besloten.

De heer Visser (VVD):

Dan mijn tweede verzoek. Op de agenda voor de stemmingen staat ook de motie-Lambrechts c.s. op stuk nr. 54, die zij zonet heeft gewijzigd. Over dat onderwerp is vorige week tijdens het debat een hoop te doen geweest. Ik wil graag eerst een schriftelijke reactie krijgen van de minister op de wijziging die is aangebracht in deze motie, alvorens wij over deze motie stemmen. Met andere woorden, ik vraag u om pas volgende week over deze motie te stemmen, wanneer wij de reactie van de minister hebben.

Mevrouw Lambrechts (D66):

Daar heb ik bezwaar tegen, want de motie is alleen maar redactioneel gewijzigd. Er staat verder niets in waarop de minister nog niet heeft kunnen reageren. Ik wil haar dan ook graag vandaag in stemming brengen.

De voorzitter:

Toch stel ik de Kamer voor, aan het verzoek van de heer Visser te voldoen, omdat ik de procedure wil volgen die geldt voor een motie die op de dag van de stemmingen wordt rondgedeeld. In dat geval vraag ik als voorzitter – de heer Visser is mij nu voor – bij de stemmingen: bestaat er bij een van de leden bezwaar tegen het nu in stemming brengen van de motie die net is rondgedeeld? Dat blijkt nu het geval te zijn. Ik bepaal dus dat wij aan het verzoek van de heer Visser voldoen, zodat de motie van de agenda is afgevoerd; zo is nu eenmaal de procedure.

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet, in het bijzonder naar de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Rouvoet.

De heer Rouvoet (ChristenUnie):

De heer Visser maakte een opmerking over de moties bij de begroting van het ministerie van Justitie. Ik wil daarop aanhaken, zodat wij daarover niet vlak voor de stemmingen hoeven te praten. Gelet op de reactie van minister Donner op de moties op de stukken nrs. 59 en 60, die door mijn fractiegenoot Huizinga-Heringa zijn ingediend, vraag ik deze aan te houden tot een nader te bepalen moment.

De voorzitter:

Op verzoek van de heer Rouvoet stel ik voor, de moties-Huizinga-Heringa (29800-VI, nrs. 59 en 60) van de agenda af te voeren.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Klaas de Vries.

De heer Klaas de Vries (PvdA):

Voorzitter. De minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie heeft in eerste en tweede termijn aan de Kamer toegezegd dat zij een rapport zou toesturen van de politie in Amsterdam, die heeft nagegaan wat er gebeurt met op straat gezette asielzoekers. Verdwijnen die in de illegaliteit? Wij weten het niet. Dat schijnt in het rapport te staan. Vorige week hebben wij daarover met nadruk gesproken. U hebt toen zelf gezegd: eventueel kan dit aanleiding zijn om stemmingen uit te stellen. Dat zou ik niet willen forceren, maar ik zou wel graag zien dat de minister op de kortst mogelijke termijn haar toezegging waarmaakt. Misschien kunt u daarvoor als voorzitter ook uw eigen invloed uitoefenen.

De voorzitter:

Ik dank u voor uw medewerking, zodat wij toch kunnen stemmen. Laat ik "mijn invloed uitoefenen" door aan uw woorden toe te voegen dat op korte termijn aan het verzoek moet worden voldaan. Het is niet goed om iets week in week uit te moeten vragen.

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering, met dezelfde vraag als vorige week, door te geleiden naar het kabinet, in het bijzonder naar de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Tonkens.

Mevrouw Tonkens (GroenLinks):

Voorzitter. Driekwart van de ouders die recht hebben op een overheidsbijdrage voor kinderopvang, heeft de formulieren die zij voor 1 december moeten invullen om die volgend jaar te krijgen, nog niet ingestuurd. Vaak is dat omdat zij de juiste gegevens nog niet hebben. Daarover heeft mijn fractie vorige week vragen gesteld, mede namens de SP-fractie. Ook de PvdA-fractie heeft over dit onderwerp vragen gesteld. Wij wilden de vragen graag voor vandaag beantwoord hebben, maar dat is nog niet gebeurd. Daarom verzoeken wij, mede namens de fracties van de PvdA en de SP, om die vragen alsnog voor de regeling van werkzaamheden van morgen te mogen ontvangen. Het gaat namelijk om een probleem dat voor 1 december moet zijn opgelost.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet, in het bijzonder naar de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de staatssecretaris van Financiën.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Als er geen leden meer zijn die het woord willen voeren, wil ik u graag zelf nog iets zeggen. Het gaat over de plenaire agenda.

U hebt de afgelopen week gemerkt dat het krap is door allerlei omstandigheden. Een aantal keren hebben wij tot in de nacht moeten vergaderen. Dat wil ik om allerlei redenen ontmoedigen; het is niet de goede manier. Daarom nogmaals van mijn kant met klem het verzoek om met een aantal punten rekening te houden; hierover heb ik u ook geschreven. Schrijft u zich tijdig in op de lijsten. Schrijft u zich reëel in met realistische spreektijden bij de wetsvoorstellen. Natuurlijk moet er geïnterrumpeerd kunnen worden in de debatten, maar plaatst u alstublieft uw interrupties kort en krachtig; dat verlevendigt bovendien het debat. Voor de VAO's hanteren wij, zoals ik u al heb geschreven, het "kerstregime". Dat betekent dat alleen kort het woord mag worden gevoerd door de leden die een motie willen indienen. Ik vraag u nog een keer met klem om met al deze dingen rekening te houden, want anders loopt de plenaire agenda de komende weken vast. Dat is in niemands belang. Dank voor uw medewerking.

Ik neem aan dat de aanwezige leden de presentielijst hebben getekend. Ik verzoek hen hun plaatsen in te nemen voor de stemmingen.

Naar boven