Aan de orde is het mondelinge vragenuur, overeenkomstig artikel 136 van het Reglement van orde.

Vragen van het lid Vendrik aan de minister van Financiën over de dreiging van nieuwe tegenvallers en een tekort van boven de 3% in 2004.

De heer Vendrik (GroenLinks):

Voorzitter. Eind vorige week werd bekend dat het begrotingstekort in 2004 verslechtert en boven de beroemde grens van 3% uitkomt. Minister Zalm zei op de televisie dat er ingegrepen gaat worden. Dat betekent opnieuw: bezuinigen, bezuinigen en nog eens bezuinigen. De fractie van GroenLinks heeft zich hier het afgelopen najaar fel tegen verzet en zal dat blijven doen. Afgelopen zaterdag heeft het partijcongres van het CDA een motie aangenomen die bewindslieden en Kamerleden van het CDA ertoe aanspoort om de gevolgen van alle maatregelen voor de koopkracht in 2004 nauwkeurig te volgen en zo nodig dit voorjaar al aanvullende maatregelen te nemen. Minister De Geus zei zondagavond op de televisie dat ook hij vond dat het allemaal socialer moest.

Wij vrezen dat hier niets van terecht komt. Met deze minister van Financiën is slechts één getal heilig. De nieuwe bezuinigingen waarvoor wij vrezen, kunnen een aanslag betekenen op de smalle beurs van mensen met de laagste inkomens. Geld voor compensatie, zoals het CDA en kennelijk ook minister De Geus willen, kunnen wij dan wel helemaal vergeten.

Daarom stel ik de minister van Financiën de volgende vragen:

  • 1. Sluit de minister uit dat hij met een aangepaste begroting voor 2004 komt met een hoger tekort dan 3% van het bruto binnenlands product?

  • 2. Sluit de minister van Financiën uit dat de nieuwe bezuinigingen de koopkracht van de minima in 2004 verder zullen doen verslechteren?

  • 3. Is minister Zalm het eens met minister De Geus dat, als de koopkracht voor de minima, de chronisch zieken en gehandicapten en de ouderen dit jaar tegenvalt, er dit voorjaar al extra geld voor de gemeenten beschikbaar moet komen om dit te compenseren?

  • 4. Worden door het kabinet de bezuinigingen deze keer wel gepresenteerd in samenhang met een nieuw koopkrachtbeeld, zodat de Kamer deze keer op tijd inzicht heeft in alle effecten, van oude en nieuwe bezuinigingen, op de koopkracht van de minima, de chronisch zieken en gehandicapten en de ouderen in Nederland?

Minister Zalm:

Voorzitter. Ik ben blij dat ik, na gisteravond al met de heer Vendrik in een ander gebouw te hebben gedebatteerd, dat nu hier in de Kamer mag doen. De verdere procedure rond de begroting is als volgt. De Kamer zal voor 1 maart van mij het meest recente beeld over de voorlopige realisatie van de begroting voor 2003 krijgen. Voor 1 juni ontvangt de Kamer van mij de voorjaarsnota, waarin zowel het geactualiseerde beeld als eventuele extra beleidsmaatregelen zullen worden opgenomen. Op de derde dinsdag in september krijgt de Kamer zowel een actualisatie van de realisatie van de begroting over 2004, als de begroting voor 2005. Wij zullen een en ander zorgvuldig voorbereiden. Wij zullen kijken wat de CPB-cijfers die nu in de maak zijn, betekenen voor de begroting en wij zullen ons als kabinet erop beraden wat wij daarmee gaan doen. De heer Vendrik heeft terecht opgemerkt dat de eerste aanwijzingen op begrotingsgebied niet echt gunstig zijn. Het is nu dus geen moment om allerlei dingen uit te sluiten dan wel met zekerheid aan te kondigen. Natuurlijk zullen wij proberen om een totaal beeld te presenteren als wij de voorjaarsnota maken. De voorjaarsnota loopt parallel met het centraal-economische plan, dus u krijgt ook weer nieuwe CPB-cijfers op het gebied van de koopkracht. Overigens is de koopkracht niet het onderwerp dat mij op dit moment de grootste zorgen baart. Voor zover er al iets duidelijk is, is het dat zich de koopkracht door de lage dollar en de hoge euro eerder gunstig zal ontwikkelen. Het probleem is veeleer de concurrentiepositie van het bedrijfsleven en de negatieve gevolgen daarvan voor de begroting dan dat de koopkracht zou verslechteren door de nieuwe inzichten. Dat is niet mijn eerste bron van zorg, maar de heer Vendrik mag dit onderwerp natuurlijk bij iedere gelegenheid ter sprake brengen.

De heer Vendrik (GroenLinks):

Dit waren vier vragen en geen antwoorden. Als de minister op televisie zegt dat een overschrijding van de 3% betekent dat er opnieuw bezuinigd gaat worden, dan vraag ik daar dus naar. Vandaag wil hij dat niet herhalen. Ik vraag het hem opnieuw. Sluit hij uit dat er straks, in het voorjaar, een aangepaste begroting ligt voor het jaar 2004, waarin een begrotingstekort is voorzien dat hoger is dan 3%? Sluit hij dat uit of niet?

Minister Zalm:

Voorzitter. Het is een goed gebruik dat Nederland zich aan internationale verplichtingen houdt en deze verplichtingen nopen ons ertoe, een begroting te presenteren met een tekort van minder dan 3%.

De heer Vendrik (GroenLinks):

Dan moet ik maar concluderen dat de minister het bij dezen uitsluit. Dan gaan wij naar minister De Geus die zondagavond voor Netwerk heeft gezegd: als het fout gaat met de koopkracht van de minima, van chronisch zieken, gehandicapten en ouderen in dit land, dan zullen wij onze verantwoordelijkheid nemen. Zegt de minister van Financiën hem dat na? Komt er dit voorjaar extra geld, als het fout gaat?

Minister Zalm:

Wij zullen onze verantwoordelijkheid nemen. Ik probeer aan te geven dat je bij alle geluk ook ongeluk kunt hebben en omgekeerd, of zoals Cruijff zegt: "ieder nadeel heb z'n voordeel." Het nadeel van de lagere dollar, de sterke euro en de moeilijkheden voor de concurrentiepositie van het Nederlandse bedrijfsleven blijkt een voordeel te zijn voor de koopkracht van alle Nederlandse burgers. Je mag immers verwachten dat daardoor en dankzij de loonmatiging waar wij op hopen, de inflatie lager zal uitkomen dan op wij op Prinsjesdag konden voorzien.

De heer Vendrik (GroenLinks):

De minister zegt dat hij zijn verantwoordelijkheid neemt en heeft het vervolgens over zaken waar hij geen invloed op heeft. Ik vraag hem wat dit kabinet in het voorjaar gaat doen. Minister De Geus heeft zondagavond aangespoord door de CDA-partijraad gezegd dat het socialer moet. Hij zei dat er geld bij moet als het fout gaat met de inkomens van mensen met een smalle beurs. Ik hoor de minister van Financiën dat niet bevestigen, dus moet ik concluderen dat dat geld er waarschijnlijk niet zal komen of dat er zelfs extra bezuinigd zal worden. Ik ben ook benieuwd naar een reactie van de CDA-fractie hierop. De oproep van de heer De Geus ligt nu al in de prullenbak. Mag ik daar iets over horen van een van de collega's uit de CDA-fractie? De minister van Financiën weigert het hier te bevestigen.

Minister Zalm:

Als het koopkrachtbeeld door internationale ontwikkelingen gunstiger wordt, dan is dat voor iedereen een prettige zaak, ook voor de minima. Dat het echter weer tot andere problemen leidt, kunnen wij niet negeren. Op zichzelf duiden de nieuwste ontwikkelingen er eerder op dat het koopkrachtprobleem voor iedereen, en dus ook voor de minima, wordt gemitigeerd. Dat maakt het probleem waar de heer Vendrik op doelt in ieder geval kleiner. Dat heb ik willen aangeven. Voor het overige sluit ik niets uit. Bij de voorjaarsnota en bij de begroting zijn alle ballen weer in de lucht en kan iedere minister in het kabinet het zijne inbrengen.

De voorzitter:

Ik zie dat de heer De Nerée tot Babberich de vraag wil beantwoorden die aan de CDA-fractie is gesteld.

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Voorzitter. Wij hebben een buitengewoon goed CDA-congres gehad en ik hoop dat de heer Vendrik een even goed GroenLinkscongres heeft gehad.

De voorzitter:

Mevrouw Kant wil een aanvullende vraag stellen.

Mevrouw Kant (SP):

Voorzitter. De minister van Financiën zegt in navolging van de heer Cruijff: "Ieder voordeel heeft z'n nadeel." Daarbij gaat het erom dat het dit jaar met de koopkracht wel zal meevallen. Wel, er is van voordeel in ieder geval geen sprake voor mensen met lagere inkomens, want die ondervinden vooral het nadeel van de beleidsmaatregelen van dit kabinet. Na alle debatten die wij verleden jaar gevoerd hebben over hoe zwaar chronisch zieken en gehandicapten en mensen met lagere inkomens in hun koopkracht getroffen zijn, kan de minister blijkbaar niet de garantie geven dat deze mensen niet nog een keer door het kabinet gepakt zullen worden. Die garantie durf hij blijkbaar niet te geven.

Minister Zalm:

Ik ben geen stofzuigerverkoper.

Mevrouw Kant (SP):

Voorzitter. Dit is geen antwoord op mijn vraag en ik vind het ook bijzonder storend dat de minister niet ingaat op mijn vraag of hij het acceptabel vindt dat de groepen die dit kabinet al zwaar getroffen heeft, dus de mensen met de laagste inkomens en zeker de mensen die ook nog te kampen hebben met een chronische ziekte, nog eens koopkracht zouden moeten inleveren.

Minister Zalm:

Ik sta hier niet om garanties te geven. Het enige wat ik zeker weet, is dat er door de ontwikkeling van de wisselkoersen een goede kans is dat de inflatie lager uitvalt. Dit komt iedereen ten goede, ook de minima en de chronisch zieken. Dit is het enige wat ik er op dit moment van kan zeggen. Verder gaan wij de cijfers eens rustig bekijken en de begroting voor 2004 en 2005 opnieuw opmaken. Nog deze maand zal ik de cijfers over 2003 aan de Kamer voorleggen, vóór 1 juni kunnen wij de effecten voor 2004 bespreken en op prinsjesdag zal ik hier bij leven en welzijn met een koffer staan die het beleid voor 2005 bevat.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Voorzitter. Het was een enige kwinkslag van de heer De Nerée, maar ik zou toch graag een antwoord horen op de vraag waarom het gaat. De minister van Sociale Zaken heeft aangegeven dat het een urgente kwestie is dat de sociale grens van het kabinetsbeleid in zicht is. Ik zou wel willen weten welk standpunt de CDA-fractie inneemt. Vindt zij dat er opnieuw bezuinigd kan worden ten koste van de mensen met de smalste beurs of zegt zij "nee" tegen minister Zalm?

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Er wordt nu weer paniek gezaaid, voorzitter. Laten wij rustig afwachten. Ik heb goed geluisterd naar de minister van Financiën, die heeft gezegd dat het kabinet de cijfers eerst eens goed zal bekijken. Hij heeft daarnaast aangekondigd dat hij nog vóór 1 maart de cijfers over 2003 en vóór 1 juni die over 2004 zal presenteren. Het kabinet zal zich erover buigen, dus ook de ministers Zalm en De Geus. Wij zullen zien wat eruit voortkomt.

Naar boven