Aan de orde zijn de stemmingen over zes moties, ingediend tijdens het debat n.a.v. een algemeen overleg over xenotransplantatie, te weten:

- de motie-Rouvoet c.s. over een breed maatschappelijk debat (26335, nr. 7);

- de motie-Hermann over een maatschappelijk debat over de ethische afwegingen (26335, nr. 9);

- de motie-Ross-van Dorp over een moratorium (26335, nr. 4);

- de motie-Terpstra/Swildens-Rozendaal over een moratorium met uitzonderingen (26335, nr. 5);

- de motie-Van der Vlies c.s. over alternatieven voor xenotransplantatie (26335, nr. 6);

- de motie-Hermann over beperking van dierenleed (26335, nr. 8).

(Zie vergadering van 8 februari 2000.)

De voorzitter:

De motie-Ross-van Dorp (26335, nr. 4) is in die zin gewijzigd, dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat de risico's van klinisch onderzoek en -toepassing van xenotransplantatie groot zijn en dat de risico's voor de (volks)gezondheid, waar het de toepassing van bioreactoren betreft, thans niet kunnen worden uitgesloten;

verzoekt de regering daartoe een moratorium in te stellen op grond van de Wet bijzondere medische verrichtingen en binnen de termijn zoals genoemd in artikel 3, lid 3, van die wet een wetsvoorstel terzake bij de Kamer aanhangig te maken,

en gaat over de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 11 (26335).

De motie-Van der Vlies c.s. (26335, nr. 6) is in die zin gewijzigd, dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat er een tekort is aan donororganen;

overwegende, dat de regering zich bij het wegwerken van dit tekort vooral richt op de mogelijkheden die xenotransplantatie op langere termijn kan bieden;

overwegende, dat hiermee niet voorbijgegaan mag worden aan het stimuleren van geloofwaardige alternatieven voor xenotransplantatie;

verzoekt de regering het zoeken naar oplossingsrichtingen voor het orgaantekort krachtig te (doen) richten op het ontwikkelen van deze alternatieven, daarvoor de mogelijkheden helder in kaart te brengen en de Kamer daarover te rapporteren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Deze gewijzigde motie is voorgesteld door de leden Van der Vlies, Ross-van Dorp, Rouvoet, Hermann en Kant.

Zij krijgt nr. 12 (26335).

De gewijzigde moties zijn rondgedeeld. Ik neem aan, dat wij er nu over kunnen stemmen.

Mevrouw Hermann trekt haar motie (26335, nr. 9) in.

In stemming komt de motie-Rouvoet c.s. (26335, nr. 7).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, het GPV, de RPF en de SGP voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Ross-van Dorp (26335, nr. 11).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, het CDA, het GPV, de RPF en de SGP voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van stemverklaringen.

Mevrouw Ross-van Dorp (CDA):

Voorzitter! Mijn fractie vraagt in de motie op stuk nr. 4 om een volledig moratorium op alle medische experimenten op mensen met betrekking tot xenotransplantatie. Het CDA constateert dat er nog onvoldoende zicht is op de risico's voor patiënten en voor de volksgezondheid, ook bij de kunstlevers. De minister heeft dit in antwoord op vragen van mijn fractie ook bevestigd.

De motie op stuk nr. 5 van de leden Terpstra en Swildens-Rozendaal staat de toepassing van kunstlevers nadrukkelijk wel toe. De mogelijke risico's voor de volksgezondheid en voor de patiënten die daarmee samenhangen, zijn voor de CDA-fractie reden om tegen deze motie te stemmen.

De heer Van der Vlies (SGP):

Voorzitter! Namens de fracties van de RPF, het GPV en de SGP leg ik deze stemverklaring af over de motie-Terpstra/Swildens-Rozendaal op stuk nr. 5. Deze motie gaat veel minder ver dan de motie-Rouvoet c.s. op stuk nr. 7 en de motie-Ross-van Dorp op stuk nr. 4, die zojuist zijn verworpen.

Weliswaar wordt in de motie op stuk nr. 5 bij wet een moratorium gevraagd voor klinische onderzoeken naar en toepassingen van xenotransplantatie, maar in de overweging worden uitdrukkelijk het preklinisch onderzoek en de lopende aanvragen voor de toepassing van kunstlevers uitgezonderd. De fracties van de RPF, het GPV en de SGP betreuren dit laatste, en hoezeer wij ook voorstanders van een moratorium zijn, de motivering en de reikwijdte van het in deze motie voorgestelde moratorium zijn anders dan ons voor ogen staat. Daarom zullen wij tegen deze motie stemmen.

In stemming komt de motie-Terpstra/Swildens-Rozendaal (26335, nr. 5).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA en de VVD voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Van der Vlies c.s. (26335, nr. 12).

De voorzitter:

Ik constateer, dat deze gewijzigde motie met algemene stemmen is aangenomen.

VoorzitterIn stemming komt de motie-Hermann (26335, nr. 8).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, het CDA, het GPV, de RPF en de SGP voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

Naar boven