Aan de orde zijn de stemmingen over drie moties, ingediend tijdens het notaoverleg over de nota "De Politiewet 1993; een eerste beoordeling" (25195), te weten:

- de motie-De Cloe c.s. over jeugdzorg en zedenzorg (25195, nr. 2);

- de motie-Gabor c.s. over gebruikmaking van de wettelijke mogelijkheden tot een meer centrale beïnvloeding en sturing (25195, nr. 3);

- de motie-Gabor c.s. over het betrekken van gemeenteraden bij de invulling en uitvoering van prioriteiten (25195, nr. 4).

(Zie notaoverleg van 9 juni 1997.)

De heer Gabor (CDA):

Voorzitter! In afwachting van een brief, toegezegd door de minister van Binnenlandse Zaken, waarin hij nader zal preciseren op welk onderdeel hij wetswijziging wenst, wil ik de motie op stuk nr. 3 in overleg met de andere ondertekenaars aanhouden.

De voorzitter:

Op verzoek van de heer Gabor stel ik voor, zijn motie (25195, nr. 3) van de agenda af te voeren.

Daartoe wordt besloten.

In stemming komt de motie-De Cloe c.s. (25195, nr. 2).

De voorzitter:

Ik constateer, dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Gabor c.s. (25195, nr. 4).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van GroenLinks, de SP, de PvdA, het GPV, de SGP, de RPF, het CDA, de groep-Nijpels, het AOV en het lid Hendriks voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

Naar boven