Vragen van het lid Janmaat aan de staatssecretaris van Justitie over de ontwikkelingen in het asielzoekerscentrum te Middelburg.

De heer Janmaat (CD):

Mijnheer de voorzitter! De ontwikkelingen in het asielzoekerscentrum te Middelburg geven aan dat de regering totaal geen raad weet met de grote aantallen mensen die naar ons land komen. Zij kunnen in een hopeloze situatie terechtkomen en ook de PvdA kan, ondanks veel zetels in de Tweede Kamer, helemaal niet waarmaken wat zij die mensen voorhoudt. Het is natuurlijk een ramp als iemand zich van het leven berooft; daarvoor kom je niet naar Nederland, maar wij achten het wel een beetje selectieve verontwaardiging. De CD zou wel willen dat er net zoveel aandacht wordt besteed aan een van de vele kleine boeren die zich vanwege de ellende van het regeringsbeleid in hun eigen schuur ophangen. Met betrekking tot deze toch tragische ontwikkelingen in Middelburg leg ik de staatssecretaris twee vragen voor.

Is de staatssecretaris bereid om in het buitenland deze schrikbarende ontwikkelingen op grote schaal en duidelijk kenbaar te maken, zodat asielzoekers weten dat het hier geen luilekkerland of land van melk en honing is en zij zich wel drie keer beraden voor zij hierheen komen?

Aanstaande zaterdag houden de Iraniërs een demonstratie in Middelburg en het is de CD bekend dat mensen daar ook folders van de CD willen uitdelen. Acht de staatssecretaris het noodzakelijk daar bijzondere maatregelen te treffen, zeker gezien de labiele toestand van enkelen of meerderen?

Staatssecretaris Schmitz:

Voorzitter! Ik denk dat de overgrote meerderheid in de Kamer gelukkig is met het streven om een zo goed mogelijk beleid te voeren in het kader van het Vluchtelingenverdrag van Genève en onze Vreemdelingenwet. Gelukkig ligt ook in het regeerakkoord vast dat ons land een gastvrij land hoort te blijven voor de mensen die wij hulp kunnen bieden.

De kwestie van de demonstratie is waarschijnlijk een zaak van de openbare orde. Dat is derhalve een zaak van de burgemeester van Middelburg, die mij niet aangaat.

De heer Janmaat (CD):

Mijnheer de voorzitter! Het antwoord van de regering is altijd hetzelfde. Wat er ook gebeurt, de regering schrikt niet en de regering schokt niet. Soms zegt de regering wel dat ze geschokt heeft, maar ze is dus niet van plan het beleid te wijzigen. Ik hoor van de staatssecretaris graag een bevestiging of ontkenning van de conclusie die de CD daaraan verbindt. De CD denkt namelijk dat de regering bewust mensen hier in ellende stort.

Staatssecretaris Schmitz:

Voorzitter! Wij kijken zorgvuldig naar de wijze waarop wij de asielprocedure kunnen begeleiden. Uit een eerder debatje tijdens de regeling van werkzaamhe den is duidelijk geworden dat de regering daarover zorgen kan hebben, en daar moeten wij niet nonchalant mee omgaan. Volgens mij brengen die zorgen de regering en het overgrote deel van de Kamer eerder tot een nog zorgvuldiger beleid dan tot een beleid dat afstoot.