Lijst van ingekomen stukken, met de door de voorzitter ter zake gedane voorstellen:

1. drie koninklijke boodschappen, ten geleide van de volgende voorstellen van (rijks)wet:

Goedkeuring van het op 10 december 1982 te Montego-Bay tot stand gekomen Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee, met bijlagen, en van de op 29 juli 1994 te New York tot stand gekomen Overeenkomst betreffende de uitvoering van Deel XI van genoemd Verdrag, met bijlage (24433, R1549);

Wijziging van het Burgerlijk Wetboek, de Ziektewet en enkele andere wetten in verband met loondoorbetaling door de werkgever bij ziekte van de werknemer (Wet uitbreiding loondoorbetalingsplicht bij ziekte) (24439);

Aanpassing van een aantal wetten in verband met de privatisering van het Algemeen burgerlijk pensioenfonds (Aanpassingswet privatisering ABP) (24441).

Deze koninklijke boodschappen, met de erbij behorende stukken, zijn al gedrukt en rondgedeeld;

2. de volgende brieven:

drie, van de minister-president, minister van Algemene Zaken, te weten:

  • een, ten geleide van antwoorden op vragen die gesteld zijn tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen (24400, nr. 35);

  • een, over de informele bijeenkomst op Majorca over de bilaterale betrekkingen 22 en 23 september 1995 (24400-III, nr. 5);

  • een, over de informele bijeenkomst op Majorca over de verbreding van de Europese Unie 22 en 23 september 1995 (24400-III, nr. 6);

een, van de minister voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken, over illegalenproblematiek op Sint Maarten (24400-IV, nr. 4);

vier, van de minister van Buitenlandse Zaken, te weten:

  • een, ten geleide van antwoorden op vragen die gesteld zijn door het lid Verkerk in het plenair debat inzake Srebrenica van 5 september 1995 (22181, nr. 126);

  • een, over de studie van de NAVO naar de mogelijkheden tot uitbreiding van het Bondgenootschap (24400-V, nr. 6);

  • een, over de ontwikkelingen in Rwanda, Burundi en Zaïre (24400-V, nr. 7);

  • een, ten geleide van het Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Tunesische Republiek tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen (24443);

een, van de minister van Buitenlandse Zaken en de staatssecretaris van Economische Zaken, ten geleide van de notitie inzake de voortgang van het Nederlands Ondersteuningsbeleid in Midden- en Oost-Europa over 1994 (23125, nr. 7);

een, van de minister voor Ontwikkelingssamenwerking, over de werking van het sociaal vangnet voor Suriname (20361, nr. 74);

een, van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, over de bijdrageregeling leerlingenvervoer (24400-VIII, nr. 9);

een, van de minister van Verkeer en Waterstaat, over de Westerschelde-oeververbinding (WOV) (24400-XII, nr. 4);

een, van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, ten geleide van een rapportage over de voortgang van de sociale dossiers in de Europese Unie gedurende het eerste halfjaar van 1995 (21240, nr. 22).

Deze brieven zijn al gedrukt en rondgedeeld;

3. de volgende brieven:

een, van de minister van Justitie, over een tevredenheidsonderzoek ex-cliënten Buro's Slachtofferhulp;

een, van de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken, over de Wet gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens (GBA);

een, van de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, over plaatsing van het Staatsblad van algemene maatregel van bestuur.

De voorzitter stelt voor, deze brieven door te zenden aan de betrokken commissies ter afdoening en niet te drukken.

Naar boven