Handeling
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2021-2022 | nr. 74, item 43 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2021-2022 | nr. 74, item 43 |
Klimaatakkoord gebouwde omgeving
Aan de orde is het tweeminutendebat Klimaatakkoord gebouwde omgeving (CD d.d. 13/04).
De voorzitter:
Dames en heren, we gaan verder met de vergadering. Aan de orde is het tweeminutendebat Klimaatakkoord gebouwde omgeving. Welkom aan de minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening. Allereerst geef ik het woord aan de heer Van Haga van Groep Van Haga.
De heer Van Haga (Groep Van Haga):
Voorzitter. Ik heb twee moties.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat het toepassen van dwang bij het aardgasvrij maken van de gebouwde omgeving ongewenst is;
verzoekt de regering geen gebruik te maken van dwang bij het aardgasvrij maken van de gebouwde omgeving,
en gaat over tot de orde van de dag.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat er in potentie miljarden beschikbaar zijn aan subsidies voor zonnepanelen in de gebouwde omgeving;
overwegende dat er voldoende Nederlandse innovatieve bedrijven zijn, zoals Energyra, die zonnepanelen produceren van hoge kwaliteit die bovendien lood-, fluor- en pfas-vrij zijn;
overwegende dat de transportkosten en de impact op het milieu vele malen lager zijn bij Nederlandse zonnepanelen ten opzichte van zonnepanelen uit het buitenland;
verzoekt de regering bij subsidieverlening voor zon op dak zonnepanelen van Nederlandse fabrikanten voorrang te geven,
en gaat over tot de orde van de dag.
Dank u. Dan geef ik het woord aan de heer Kops van de PVV.
De heer Kops (PVV):
Voorzitter. Ik heb twee moties. De eerste gaat over dwang. Het klinkt misschien een beetje gek, maar het is een motie die toch zeker wel in de smaak zou moeten vallen bij D66. Het was namelijk D66 die in het commissiedebat zei dat er echt geen dwang is bij het gasvrij maken van woningen en dat mensen echt niet worden gedwongen. D66 zei dat dat niet gaat gebeuren, hoewel in het Klimaatakkoord wel degelijk wetgeving wordt aangekondigd om mensen te verplichten om van het gas af te gaan, in de laatste voortgangsrapportage van het Programma Aardgasvrije Wijken wel degelijk wordt geconcludeerd dat we het op alleen vrijwillige basis niet gaan redden, en deze minister zelfs heeft gezegd dat dwang uiteindelijk onvermijdelijk is.
Voorzitter. Daarom dien ik de volgende motie in, die dus ook zeker bedoeld is voor D66.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening heeft gezegd dat "dwang uiteindelijk onvermijdelijk is bij het gasvrij maken van wijken";
verzoekt de regering ervoor te zorgen dat huishoudens nooit gedwongen worden van het gas af te gaan,
en gaat over tot de orde van de dag.
De heer Kops (PVV):
En dan de tweede motie.
De heer Kops (PVV):
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u. Dan geef ik het woord aan de heer Bontenbal van het CDA.
De heer Bontenbal (CDA):
Dank, voorzitter. Het was een mooi debat. Ik vind het mooi om te zien dat deze minister zo ambitieus aan de slag is gegaan met het verduurzamen van de bebouwde omgeving. Mooie plannen. Ik heb twee moties om het een beetje een bepaalde kant op te sturen. Ik ben benieuwd wat de minister daarvan vindt.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de opslag van CO2 in materialen die gebruikt worden voor de bouw van woningen, zoals hout, een rol kan spelen in de klimaatopgave;
verzoekt de regering te onderzoeken welke plaats construction stored carbon in het beleid voor de verduurzaming van de gebouwde omgeving kan spelen, en de Kamer hierover spoedig te informeren,
en gaat over tot de orde van de dag.
De heer Bontenbal (CDA):
Dan mijn tweede motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat de verduurzaming van de gebouwde omgeving de komende jaren vooral gefocust moet zijn op het verduurzamen van de warmtevoorziening in de gebouwde omgeving, resulterend in een reductie van het aardgasverbruik;
verzoekt de regering om in het beleid voor de verduurzaming van de gebouwde omgeving ook een subdoelstelling voor aardgasreductie op te nemen,
en gaat over tot de orde van de dag.
De heer Bontenbal (CDA):
Om de motie enigszins toe te lichten, het volgende. Waar ik een beetje bang voor ben, is dat we vooral focussen op het verbeteren van energielabels. Dat kun je echter ook met allerlei maatregelen doen die niet tot aardgasreductie leiden, wat volgens mij ook helpt om in de opgave van de minister, namelijk de klimaatopgave wat betreft megatonnen, wat meer scherpte te krijgen. Ik ben benieuwd hoe de minister daarnaar kijkt.
De voorzitter:
Dank u. Dan geef ik nu het woord aan de heer Grinwis van de ChristenUnie.
De heer Grinwis (ChristenUnie):
Voorzitter, dank u wel. Ik heb één motie meegebracht. Die is wel een beetje lang; dat geef ik gelijk toe.
We kijken terug op een goed debat. Ook complimenten aan de minister voor hoe snel hij met het Nationaal Isolatieprogramma is gekomen en voor hoe voortvarend hij de uitvoering ter hand neemt.
Tegelijkertijd moeten we natuurlijk ook resultaten zien en goed monitoren. Daar gaat deze motie over.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat het doel van het Nationaal Isolatieprogramma is om 2,5 miljoen woningen, waarvan 1,5 miljoen slecht geïsoleerde woningen met een energielabel E, F of G, uiterlijk in 2030 goed te hebben geïsoleerd;
overwegende dat het kabinet van plan is te rapporteren over de voortgang van het Nationaal Isolatieprogramma in de jaarlijkse monitoring versnelling verduurzaming gebouwde omgeving;
verzoekt de regering in haar jaarlijkse rapportage over de voortgang van het Nationaal Isolatieprogramma, in ieder geval aan te geven:
-hoeveel woningen er in het betreffende jaar zijn geïsoleerd en in hoeveel gevallen het daarbij ging om een slecht geïsoleerde woning (energielabel E, F of G);
-hoeveel aardgas er is bespaard door de maatregelen in het kader van het Nationaal Isolatieprogramma;
-in welke mate het risico op energiearmoede is verminderd en in hoeverre de lokale aanpak eraan heeft bijgedragen dat woningen van huishoudens met weinig financiële mogelijkheden en/of bureaucratisch doenvermogen toch beter zijn geïsoleerd;
-welke obstakels, zoals capaciteit, zowel ambtelijk als in de markt, een tekort aan bouwmaterialen, welstandsbeleid et cetera, dat jaar een belemmering vormden om sneller, slimmer en socialer woningen te isoleren;
en vervolgens aan te geven wat de consequenties zijn voor de programmering in de daaropvolgende jaren, zodat de beoogde doelen in 2030 worden gerealiseerd,
en gaat over tot de orde van de dag.
Dank u. Dat was inderdaad een boekwerk. Dan ga ik het woord geven aan mevrouw Bromet van GroenLinks.
Mevrouw Bromet (GroenLinks):
Voorzitter. Ik woon zelf in een huis uit 1980. Dat had alleen in de woonkamer dubbelglas, maar dat bestond dus al in 1980. Ik heb inmiddels natuurlijk overal in huis dubbelgas, maar er zijn een heleboel mensen die nog steeds in een huis wonen met enkelglas. We hebben het daarover gehad in het debat. Vandaar deze motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat veel huurwoningen nog steeds geen dubbelglas hebben, terwijl dubbelglas een belangrijke bijdrage levert aan woningisolatie en energiebesparing;
overwegende dat isolatie door middel van dubbelglas bijdraagt aan energiebesparing en dat zorgt voor een lagere energierekening;
overwegende dat huurders, ook al zouden zij dat willen, meestal zelf niet kunnen besluiten om dubbelglas in de woning te laten zetten;
verzoekt de regering om op korte termijn met een voorstel te komen om enkelglas als een woninggebrek aan te merken zodat huurders huurkorting kunnen krijgen wanneer de verhuurder weigert om dubbelglas in de woning te plaatsen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Dank u. Dan geef ik het woord aan mevrouw Beckerman van de SP.
Mevrouw Beckerman (SP):
Goedenavond, voorzitter. Ik heb drie moties.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat het recht van initiatief van huurders met betrekking tot energiebesparende maatregelen nog te ingewikkeld en te beperkt is;
overwegende dat heel veel huurders vanwege de klimaatcrisis en de torenhoge energierekening staan te springen om energiebesparende maatregelen;
verzoekt de regering het recht van initiatief van huurders te vereenvoudigen, collectief mogelijk te maken en uit te breiden met minimaal professionele kierdichting, hybride warmtepompen, verbeterde ventilatie, zonnecollectoren en zonnepanelen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Mevrouw Beckerman (SP):
De tweede motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat slechts 6,4% van alle daken op woningen voor zonnepanelen gebruikt wordt;
constaterende dat al voor de huidige explosieve stijging van de energierekening 550.000 huishoudens in energiearmoede leefden;
overwegende dat ten minste 92% van de elektriciteit die huishoudens gebruiken, kan worden opgewekt door zonnepanelen op alle geschikte daken te plaatsen;
verzoekt de regering om met een plan van aanpak te komen voor collectieve zonnepanelen op daken van woningen en prioriteit te geven aan de huishoudens die in energiearmoede leven, en de Kamer voor de begroting van 2023 hierover te informeren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Mevrouw Beckerman (SP):
De laatste.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat het laatste klimaatrapport zeer alarmerend is over de enorme haast die wij moeten maken om klimaatverandering tegen te gaan;
overwegende dat heel veel mensen met een lager inkomen vanwege de klimaatcrisis en de torenhoge energierekening heel graag energiebesparende maatregelen willen nemen maar dit simpelweg niet kunnen betalen;
verzoekt de regering om de subsidieregeling van 30% per direct ook voor één energiebesparende maatregel in te voeren en niet te wachten tot volgend jaar,
en gaat over tot de orde van de dag.
Mevrouw Beckerman (SP):
Dank u wel, voorzitter.
De voorzitter:
Dank u. Dan geef ik het woord aan mevrouw Teunissen van de Partij voor de Dieren.
Mevrouw Teunissen (PvdD):
Dank u wel, voorzitter. Ik vervang hier vandaag mijn collega Van Esch. De minister wil als het gaat om het verduurzamen van de woningbouw zo scherp als mogelijk aan de wind varen en komen tot concrete normering. Als het daarop uitkomt, dan juichen wij dat ook van harte toe. Wellicht als steuntje in de rug willen we een eerder aangehouden motie in stemming laten brengen. Die motie vraagt te onderzoeken hoe we de btw op duurzame isolatiemaatregelen kunnen verlagen. Isoleren is pure noodzaak en geen luxe. Daarom is het gek dat we dat nog steeds met 21% belasten. Ik wilde hier even aankondigen dat we die aangehouden motie in stemming gaan brengen.
Tot slot nog een motie over maladaptatie. Het IPCC waarschuwt ervoor dat we beslissingen nemen die later verkeerd uitpakken. Dus als we nu bijvoorbeeld grotere riolering aanleggen om te anticiperen op meer heftige regenbuien in de toekomst, dan is dat verstandige klimaatadaptie. Maar als we daarvoor in een hele wijk alle bomen gaan kappen, dan zal dat waterbergend vermogen natuurlijk weer slinken. Dat is een voorbeeld van maladaptatie. Vandaar de volgende motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat het IPCC waarschuwt dat wanneer ecologische en sociale aspecten onvoldoende worden meegewogen, het risico op maladaptatie zich voordoet;
verzoekt de regering maladaptatie, zeker voor wat betreft de gebouwde omgeving en de ruimtelijke inrichting, te voorkomen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Mevrouw Teunissen (PvdD):
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel. Dan geef ik het woord aan de heer Peter de Groot van de VVD.
De heer Peter de Groot (VVD):
Dank u wel, voorzitter. Ook ik kijk terug op een goed debat. Complimenten aan de minister voor de snelle manier van inwerken, zou ik willen zeggen. Ik heb een tweetal moties meegenomen ter aanmoediging van het goede werk.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de minister ter verduurzaming van de slecht presterende woningen een wijkgerichte aanpak voorstaat, gericht op woningen met E-, F- en G-labels;
constaterende dat isoleren, hybride warmtepompen, warmtenetten en de ervaringen van het Programma Aardgasvrij samen worden ingezet;
overwegende dat de maatregelen ter verduurzaming van de woning goed afgestemd moeten worden op het bestaande verwarmingssysteem van het huis;
overwegende dat bij de uitvoering hiervan het gasverbruik wel daalt, maar verkeerde keuzes en installatie een veel hoger en ongewenst elektriciteitsverbruik opleveren;
verzoekt de regering in gesprek te gaan met de sector over hoe verlaging van energiegebruik en kosten in de uitvoering geborgd kunnen worden;
verzoekt de regering globaal de verlaging van het energiegebruik en kosten in de praktijk te monitoren,
en gaat over tot de orde van de dag.
De heer Peter de Groot (VVD):
Dan de tweede motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat in het Nationaal Isolatieprogramma ventilatie in woningen niet expliciet is opgenomen;
constaterende dat in de standaard voor woningisolatie normen staan voor duurzaamheid;
overwegende dat enkel voorbeelden van ventilatiesystemen in de standaard onvoldoende is;
overwegende dat isoleren een belangrijke bijdrage levert in het verduurzamen van woningen;
verzoekt de regering om de toegepaste ventilatie expliciet op te nemen in het Nationaal Isolatieprogramma om toekomstige gezondheidsproblemen te voorkomen,
en gaat over tot de orde van de dag.
De heer Peter de Groot (VVD):
Dank u wel, voorzitter.
De voorzitter:
Dank u wel. Dan geef ik het woord aan de heer Thijssen van de PvdA.
De heer Thijssen (PvdA):
Dank u, voorzitter. Ik heb dit ook in het debat een aantal keren gezegd: dit is een superbelangrijk onderwerp om klimaatverandering op te lossen, want dit is waar onze burgers klimaatverandering en de aanpak van klimaatverandering echt gaan merken, achter hun eigen voordeur. Dus het is heel erg belangrijk dat we dit goed doen, dat we dit doen op een manier waarop iedereen het mee kan maken, dat we het sociaal rechtvaardig doen. Ik heb de minister daar een aantal hele mooie dingen over horen zeggen, zoals renteloze leningen, ook voor mensen met een BKR-registratie, en heel veel hulp vanuit de gemeentes om het ook echt mogelijk te maken voor die mensen om te isoleren. Met die woorden denk ik: als we hier inderdaad goed beleid van maken, dan gaan we echt meters maken die heel hard nodig zijn. Mijn fractie kijkt dan ook reikhalzend uit naar de brief die in mei of juni zal komen, waarin preciezer wordt aangegeven hoe het allemaal zal worden uitgevoerd. Dan moeten die mooie woorden ook echt omgezet worden in daden. Als ik kijk naar wat deze coalitie de afgelopen vier jaar heeft gedaan, waarbij klimaatdoelen niet gehaald worden, dan wordt het natuurlijk wel spannend. Maar we kijken er reikhalzend naar uit.
Voorzitter. Ik heb overwogen om een motie in te dienen waarin ik nog een keer aandring op het besparen van gas, het komend jaar al, vanwege het klimaat, vanwege de hoge energierekening en vanwege onze bijdrage aan Poetins oorlogskas. Maar over twee weken moet het plan er liggen. Ik moedig de minister dus bij dezen nogmaals aan: zorg dat al die brigades de steden en de wijken in gaan, zodat mensen zo veel mogelijk gas, en dus ook geld, besparen en het klimaat redden.
Ik heb nog wel een motie over het Programma Aardgasvrije Wijken. Die luidt als volgt.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat niet alle aanvragen voor het Programma Aardgasvrije Wijken (PAW) zijn gehonoreerd vanwege een gebrek aan subsidie;
van mening dat ook deze projecten dit jaar moeten kunnen starten om meer ervaring op te doen bij het verduurzamen van woningen, meters te maken voor het klimaat en energiearmoede tegen te gaan;
verzoekt het kabinet de overige projecten uit het PAW dit jaar financiering toe te kennen,
en gaat over tot de orde van de dag.
U heeft een vraag hierover van de heer Bontenbal.
De heer Bontenbal (CDA):
Dit is een sympathiek idee, maar er zitten misschien ook projecten tussen die gewoon niet zo goed in elkaar zitten. Dus om maar ongeclausuleerd te zeggen dat al die projecten die subsidie moeten krijgen, vind ik ook niet heel verstandig. Dus waarom zo ongeclausuleerd? Ik denk dat er projecten tussen zitten die gewoon niet goed genoeg waren en daarom niet door de selectie kwamen.
De heer Thijssen (PvdA):
Er zijn een aantal projecten die wel door alle selectiecriteria zijn gekomen maar waaraan geen financiering is toegekend, omdat er geen subsidie meer was. De pot was leeg, terwijl we volgens mij een klimaatfonds hebben van 35 miljard euro. Dus ik zou zeggen: het geld is er wel, de projecten zijn er ook; make it happen!
De voorzitter:
Dank u. Dan geef ik het woord aan de heer Boulakjar van D66.
De heer Boulakjar (D66):
Dank u wel, voorzitter. Dank dat ik toch mag spreken, ondanks dat ik niet op de sprekerslijst sta. Dat was een omissie mijnerzijds. Ik sluit me aan bij de complimenten die Kamerleden hebben gegeven voor de snelle inwerkcapaciteiten van deze minister. Dat belooft veel voor de komende jaren.
Voorzitter. Ik heb één motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat er miljoenen woningen geïsoleerd moeten worden;
constaterende dat er veel isolatiematerialen zijn met een hoge milieudruk;
overwegende dat er alternatieve isolatiematerialen zijn met een lage milieudruk die bovendien circulair zijn;
verzoekt de minister om biobased isolatiemaatregelen zo veel mogelijk te bevorderen en een volwaardig onderdeel van het Nationaal Isolatieprogramma te laten zijn,
en gaat over tot de orde van de dag.
De heer Boulakjar (D66):
Ingediend door Boulakjar en zuster Bromet.
De voorzitter:
Oké, lekker! Nou, dit klinkt wel als een commissie die goed samenwerkt. Dank. We gaan schorsen tot 19.45 uur en dan gaan we kijken wat de oordelen van de minister zijn.
De vergadering wordt van 19.37 uur tot 19.50 uur geschorst.
De voorzitter:
Yes, we gaan weer beginnen.
Minister De Jonge:
Dan zeg je heel dapper "tien minuten" en dan blijkt er toch een behoorlijk kloeke stapel moties te zijn ingediend. Gelukkig waren ze allemaal als aanmoediging bedoeld, dus dat maakt het dan weer makkelijker. Daar ga ik.
De motie op stuk nr. 1008 gaat over geen dwang bij aardgasvrij. Deze aanmoediging moet ik ontraden. Ik heb toegelicht dat er uiteindelijk een afruil is tussen verduurzaming, keuzevrijheid en doelmatigheid van de inzet van publiek geld. Je kunt aan het einde van de dag ook niet beloven dat het helemaal zonder dwang kan. Dat is natuurlijk niet het uitgangspunt, alleen heb ik gezegd dat je niet met z'n allen kunt blijven wachten op het laatste wagonnetje. Dat is ook echt gewoon zo. Deze motie ontraad ik dus.
Dan de motie op stuk nr. 1009, die de regering verzoekt om bij subsidieverlening voor zon op dak voorrang te geven aan Nederlandse fabrikanten. Dat is in strijd met Europese regelgeving, dus die ontraad ik.
Dan de motie op stuk nr. 1010. Dat is een vrij gelijkluidende motie, namelijk geen dwang bij aardgasvrij. Die ontraad ik om dezelfde reden die ik zojuist heb genoemd.
Dan de motie op stuk nr. 1011 om onmiddellijk te stoppen met het Programma Aardgasvrije Wijken. Nou, dat gaan we niet doen. We gaan wel doorontwikkelen natuurlijk, want we willen toe naar een wijkgerichte aanpak binnen het programma Versnelling verduurzaming gebouwde omgeving. Alles wat we al doen bij het Programma Aardgasvrije Wijken gaat daar eigenlijk in op. Dat heb ik toegelicht. Ik ontraad deze motie om die reden.
Dan de motie op stuk nr. 1012 om te onderzoeken welke plaats construction stored carbon heeft in het beleid voor de verduurzaming van de gebouwde omgeving. Ik zou het oordeel hierover aan de Kamer willen laten, onder voorwaarde dat u een Nederlands woord bedenkt voor construction stored carbon. Ik denk dat mevrouw Van der Plas het daar ook mee eens zou zijn.
De voorzitter:
Ik kijk even naar de heer Bontenbal, die aan het knikken is. Dan heeft de motie op stuk nr. 1012 oordeel Kamer gekregen. De heer Van Haga heeft een interruptie over een vorige motie.
De heer Van Haga (Groep Van Haga):
Ja, over de motie op stuk nr. 1009, die blijkbaar in strijd is met Europees recht. Als ik er "Europese fabrikanten" van maak, krijgt zij dan oordeel Kamer?
Minister De Jonge:
Dan is ze in ieder geval niet meer in strijd met Europese regelgeving, lijkt mij. Mag ik er even naar kijken? Het lijkt mij inderdaad dat dat zou kunnen, maar als u zegt dat u de motie aldus gaat aanpassen, is het aan mij om daar weer een reactie op te geven. Dat vraag ik dan eventjes na. Ik laat dat weten.
De voorzitter:
Ik kijk even naar de heer Van Haga of hij de motie wijzigt. De minister kan dan daarop reageren.
De heer Van Haga (Groep Van Haga):
Ja, ik ga de motie in die zin wijzigen, want de bedoeling is natuurlijk dat we niet die materialen over de hele wereld slepen en bijvoorbeeld materialen uit China halen, terwijl je ze ook dichter bij huis kan halen.
Minister De Jonge:
Een supply change, in goed Nederlands. Ja.
De voorzitter:
Oké. De heer Van Haga gaat de motie wijzigen en dan komt er nog een oordeel over de gewijzigde motie.
De voorzitter:
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat er in potentie miljarden beschikbaar zijn aan subsidies voor zonnepanelen in de gebouwde omgeving;
overwegende dat er voldoende Europese en zelfs Nederlandse innovatieve bedrijven zijn, zoals Energyra, die zonnepanelen produceren van hoge kwaliteit die bovendien lood-, fluor- en pfas-vrij zijn;
overwegende dat de transportkosten en de impact op het milieu vele malen lager zijn bij Europese zonnepanelen ten opzichte van zonnepanelen uit het buitenland;
verzoekt de regering bij subsidieverlening voor zon op dak zonnepanelen van Europese fabrikanten voorrang te geven,
en gaat over tot de orde van de dag.
Minister De Jonge:
Oké. Dan de motie op stuk nr. 1013. Die verzoekt de regering om in het beleid voor de verduurzaming van de gebouwde omgeving ook een subdoelstelling voor aardgasreductie op te nemen. In het commissiedebat heb ik al toegelicht dat ik daar graag mee aan de slag ga. Ik zie het eigenlijk gewoon als ondersteuning van het beleid. We hebben een CO2-reductiedoelstelling. Volgens mij is het toevoegen van aardgasreductie daarbij alleen maar helpend. De aanmoediging moet zo zijn, dat het niet moet gaan om de allermakkelijkste maatregelen, maar ook daadwerkelijk om een reductie van fossiel. Dus oordeel Kamer.
Dan het boekwerk op stuk nr. 1014 van de heer Grinwis. Alle informatieverlangens die in deze motie staan, heb ik natuurlijk ook. Het punt is alleen of we alles kunnen turven. Is alles eruit te halen of vergt het ook heel veel extra administratieve lasten? Als ik de motie zo mag interpreteren dat u een heel grondig inzicht wil krijgen in de voortgang, in datgene wat er daadwerkelijk tot stand gebracht wordt met het Nationaal Isolatieprogramma, waarbij dit de ingrediënten zouden kunnen zijn, dan wil ik dat vormgeven, maar daarbij wil ik wel enigszins rekening houden met de administratieve belasting die dit met zich meebrengt. Dan kan ik het oordeel aan de Kamer laten.
De voorzitter:
Ik kijk even naar de heer Grinwis. Laat hij het woord aan zijn broeder?
De heer Grinwis (ChristenUnie):
Nou, collega Bontenbal ging als eerste staan, maar ik wil er wel wat over zeggen. Ik snap het signaal dat we ambtelijke organisaties niet dol moeten draaien om maar een bepaalde administratie tot stand te brengen. Mijn doel is niet het veroorzaken van administratieve drukte. Ik wil samen met de mede-indieners bewerkstelligen dat we niet alleen een mooi plan aan de voorkant maken, maar dat we daadwerkelijk huizen gaan isoleren, te beginnen met de slechtste labels, met de mensen met de laagste inkomens, en dat we daadwerkelijk in 2030 doelen gaan bereiken. Het moet niet zo zijn dat we in 2030 constateren dat het een mooi plan was, maar dat we het niet hebben gerealiseerd. Dat wil ik voorkomen. Daar is de motie op gericht. Ik hoop dat de minister iets meer wil dan alleen kijken wat mogelijk is. Ik wil dat hij echt de drive heeft om de doelen te realiseren.
Minister De Jonge:
Dat sowieso. Die monitor gaat er komen en ik ga 'm aan u voorleggen. Het is mijn doel dat u er enthousiast over bent.
De voorzitter:
Ik kijk naar de heer Bontenbal.
De heer Bontenbal (CDA):
De Stichting Natuur & Milieu maakt al een paar jaar een warmtemonitor. Daarin gaat het onder andere over het aantal ketels dat verkocht wordt enzovoorts. Wellicht kunt u dat omarmen en erop voortborduren. Dat maakt het misschien een stuk makkelijker.
Minister De Jonge:
Absoluut. Laten we alsjeblieft gebruiken wat er is. Kijk, het registreren van het aantal woningen dat daadwerkelijk is geïsoleerd op basis van de subsidie gaat natuurlijk lukken. Maar in hoeverre het daarbij ging om slecht geïsoleerde woningen, weet ik voor zover ik het weet. Daar waar het ging over woningen zonder label, is dat natuurlijk veel moeilijker te zeggen. Datzelfde geldt voor hoeveel aardgas er bespaard is. Dat weet je natuurlijk nooit helemaal zeker op voorhand. Je zult een manier moeten zien te vinden om daar toch een educated guess voor te kunnen doen. Zo wil ik ernaar kijken. Ik wil al die dingen ook heel graag weten, zonder dat we allerlei kloosters vol met monniken aan het werk moeten zetten.
De voorzitter:
En dan krijgt de motie oordeel Kamer.
Minister De Jonge:
Yes. Dan de motie op stuk nr. 1015: enkel glas als huurgebrek aanmerken. Ik ga vragen om die motie aan te houden, met als argumentatie hetgeen ik in het debat heb gezegd. Ik ben er niet tegen, hoewel ik wel een beetje opzie tegen de administratieve lasten die dit met zich mee gaat brengen. Het gaat over een combinatie van normeren en beprijzen. Dat kan tot huurbevriezing leiden, dat kan tot huurverlaging leiden: het aanmerken van gebrek in combinatie met huurverlaging. Welke mix ik daarin kies, wil ik echt heel graag overeenkomen met de woningcorporaties: wat komt de corporaties daarin uit en wat is voor hen doenlijk? Geef me even de gelegenheid om het in de techniek goed uit te werken. In het Programma Versnelling Verduurzaming Gebouwde Omgeving wil ik erop terugkomen hoe ik dat voor me zie.
Mevrouw Bromet (GroenLinks):
Ik begrijp niet wat de minister bedoelt met "administratieve lasten". Als een huurder in een huis woont met enkelglas, waar hij dus hoge lasten heeft om het huis te verwarmen, moet een beroep kunnen worden gedaan op het gebrek. Dat kan nu ook al op basis van andere gebreken. Het gaat eigenlijk om het toevoegen van een gebrek en dat gaat niet over administratieve lasten.
Minister De Jonge:
Toch wel, als er ook een andere manier zou zijn om hetzelfde te bereiken. Dit veronderstelt namelijk dat iedereen met enkelglas een gang gaat maken naar de Huurcommissie, om vervolgens huurverlaging af te dwingen. Stel dat dat tienduizenden mensen zouden zijn, dan betekent dat tienduizenden mensen die in de pen klimmen, tienduizenden mensen die gehoord moeten worden aan de kant van de Huurcommissie. Terwijl als je daar op een andere manier een afspraak over zou kunnen maken, een generiekere afspraak, die minder gedoe oplevert, is dat misschien wel beter. Daarnaast is dit altijd een interventie die helpt voor de mensen die heel erg oplettend zijn en heel erg daar zelf ook achteraan zitten. Maar we weten natuurlijk van een deel van de mensen dat zij dat niet doen. Ik ben er niet tegen of zo, maar ik wil de meest praktische en de snelste weg naar de verduurzaming van al die woningen die we nog moeten doen.
Mevrouw Bromet (GroenLinks):
Ik vind dit best een overtuigend argument, dus ik wil de motie aanhouden. Alleen zou ik wel aan de minister willen vragen om niet alleen te focussen op de corporaties, maar ook op de particuliere verhuurders. Als je namelijk in een huis van een particuliere verhuurder woont, dan heb je hetzelfde probleem als in een corporatiewoning.
Minister De Jonge:
Ja, dat is een terecht punt. Met corporaties is het natuurlijk altijd makkelijker om afspraken te maken dan met particuliere verhuurders, maar daar hoort wel een vergelijkbaar afbouwpad van EFG-woningen bij en daar horen ook vergelijkbare rechten bij voor huurders. We gaan dus kijken of we dat zo dicht mogelijk bij elkaar kunnen brengen.
De voorzitter:
Op verzoek van mevrouw Bromet stel ik voor haar motie (32813, nr. 1015) aan te houden.
Daartoe wordt besloten.
Minister De Jonge:
Ja. Ik ga ook vragen om de motie op stuk nr. 1016 aan te houden. Die verzoekt de regering het recht van initiatief voor huurders te vereenvoudigen. Daar hebben we het eigenlijk helemaal niet zo heel uitgebreid over gehad in het commissiedebat. Dat is overigens niet erg, maar het maakt wel dat ik denk: ja, we willen dat recht van initiatief inderdaad wel vereenvoudigen, maar of dat moet via het collectief mogelijk maken en uitbreiden van kierdichting, hybride warmtepompen et cetera, dat wil ik echt even kunnen uitwerken en dan met een voorstel daarover bij u terugkomen. Ik ben bang dat ik iets te veel beloof als ik hiervan zeg "oordeel Kamer", hoezeer ik het ook met u eens ben dat we het recht van initiatief nodig hebben en dat het vereenvoudigd moet worden.
Mevrouw Beckerman (SP):
Zouden we er dan uit kunnen komen als we hiervan maken "verzoekt de regering te onderzoeken"? Dat is geen mooie Nederlandse zin, maar wat als we "te onderzoeken" toevoegen aan deze motie?
Minister De Jonge:
Ja, dat zou inderdaad een hele hoop helpen.
De voorzitter:
Dan wordt deze motie op die manier aangepast en ...
Minister De Jonge:
In dier voege aangepast.
De voorzitter:
Heel goed. En dan krijgt die motie oordeel Kamer van de minister?
Minister De Jonge:
Yes.
Nu word ik saai, want ik vraag ook om de motie op stuk nr. 1017 aan te houden. Die gaat namelijk over zon op dak. Ik heb u al aangekondigd dat collega Rob Jetten komt met een zonnebrief. Wij komen samen met een zonnebrief, maar hij is eerste ondertekenaar. Daarin zal het zonder twijfel ook gaan over collectieve initiatieven voor zonnepanelen op dak, maar om daarbinnen dan weer prioriteit te geven aan huishoudens in energiearmoede, zou nog weleens een heel erg ingewikkeld planningsvraagstuk kunnen opleveren, waarvan ik ook niet weet of ik dat kan waarmaken. Ook hiervan zou ik eigenlijk willen zeggen: zou u die motie alstublieft willen aanhouden? Dan gaan wij puzzelen. Ik weet nu wat u wilt en dan laat ik zien wat we kunnen waarmaken in de zonnebrief.
De voorzitter:
De zonnebrief. Mevrouw Beckerman.
Mevrouw Beckerman (SP):
Dat klinkt wel heel goed, een zonnebrief. Maar ik vind dit toch wat lastig. Allereerst omdat vorig jaar al een motie van mijn collega Leijten is aangenomen over zon op dak. Dan dreigt het nu toch wel erg lang te duren en wij vinden dit eigenlijk ook wel heel logisch. Het kabinet kiest ervoor om die slechtelabelwoningen aan te pakken en we willen zoveel mogelijk alles in één keer doen. Dan vind ik dit heel logisch. Ik houd de motie dus niet aan.
Minister De Jonge:
Dan ontraad ik de motie op stuk nr. 1017, omdat ik anders niet weet hoe ik het waar kan maken, hoewel ik haar wel snap. In de intentie snap ik de motie wel. Ik kruip dus in ieder geval met die intentie in mijn achterhoofd met collega Jetten achter de typmachine om de zonnebrief aan u te typen. Maar ik ontraad deze motie, omdat ik anders iets beloof wat ik misschien wel niet kan waarmaken.
Dan de motie op stuk nr. 1018. Ik wil even de puntjes op de i zetten om te kijken of ik hierover het oordeel aan de Kamer kan laten. We hebben het hierover gehad. Eigenlijk hebben meerdere fracties gevraagd of het alstublieft niet eerder zou kunnen dan 1 januari. Ik had aangekondigd dat ik die tweemaatregeleneis wil loslaten. Eén maatregel moet voldoende zijn. De eerste maatregel is dan 15%, de tweede maatregel 30%. Daar komt dus wel een staffel in, maar dat kan ik pas realiseren per 1 januari. Daarvan heeft volgens mij een meerderheid van uw Kamer gezegd: dat moet toch eigenlijk ook wel eerder mogelijk zijn. Ik heb mij inmiddels laten vertellen dat dit in de uitbetaling niet mogelijk is, want de uitbetaling kan echt pas vanaf 1 januari op een andere manier. Maar de uitbetaling is altijd pas achteraf. Dus wat ik wel met terugwerkende kracht kan laten ingaan vanaf het moment dat ik het heb aangekondigd — dat was meen ik 2 april — is dat alles wat 2 april tot 31-12 wordt aangevraagd in de regeling, met terugwerkende kracht ook op één maatregel subsidiabel is. Dus het kan wel worden uitbetaald, zij het vanaf 1 januari met terugwerkende kracht voor alles wat tussen 2 april en 31-12 wordt gedeclareerd.
Excuses, het is een heel verhaal, maar als ik uw motie zo mag uitleggen, kan ik het oordeel erover aan de Kamer laten. Het sluit in ieder geval aan bij datgene wat u wilt.
Mevrouw Beckerman (SP):
Dat is natuurlijk iets minder dan we gehoopt hadden, maar misschien meer dan we verwacht hadden. We kunnen de motie zo uitleggen, maar ik denk wel dat het heel erg van belang is dat dit dan ook breed gedeeld wordt. Mensen moeten immers wel weten dat die mogelijkheid er is, anders gaan ze wachten en dit soort maatregelen uitstellen en dat is in niemands belang.
Minister De Jonge:
Dat snap ik goed. Met mijn positieve oordeel over deze motie en als de motie wordt aanvaard, ga ik de regeling aldus aanpassen, of liever gezegd "inrichten", want de regeling moet nog worden gemaakt. Daarover zullen we dan heel goed communiceren.
Meneer Thijssen gaat mijn tweetje nu retweeten.
De voorzitter:
Helder. Ik zie de heer Thijssen al staan.
De heer Thijssen (PvdA):
Dat ga ik doen, volgens de minister. Ik heb nog een vraag. In de motie staat ook dat we dan graag willen dat die 30% subsidie ook geldt voor één maatregel.
Minister De Jonge:
Nee, ik doe echt een staffel. Anders wordt het ondoelmatig.
De heer Thijssen (PvdA):
Maar dan krijgen we dat de rijken of mensen met meer geld of capaciteit makkelijker 30% subsidie krijgen en dat mensen die maar één maatregel kunnen nemen, maar 15% subsidie krijgen. Dan krijg je dus weer dat subsidies vooral terechtkomen bij de mensen die het toch al gemakkelijker kunnen betalen. Dus ik wil u toch echt verzoeken om die 30% ook te geven aan mensen die beginnen met een eerste maatregel. Superknap en supergoed dat ze dat doen, toch?
Minister De Jonge:
Ja, maar dan krijg je wel voor het geheel van de subsidiepot natuurlijk minder waar voor je geld. Dat is wel echt zo. Je bent dan je geld gewoon eerder kwijt. Maar als je bij twee maatregelen 30% krijgt en bij één maatregel 15%, dus als je de staffel erin houdt, houd je wel de pressure erop dat mensen twee maatregelen nemen. Dat wil ik dus blijven doen. Voor mensen die weinig te besteden hebben, bestaat natuurlijk het Warmtefonds. Daar hebben we samen de zegeningen van bejubeld in het commissiedebat. Dat is in ieder geval mijn herinnering eraan.
De voorzitter:
Oké, maar nu ontstaat de situatie dat het in ieder geval de voorzitter niet helder is of de indieners akkoord zijn met de uitleg van de minister. Als dat niet zo is, moeten we dat scherp hebben, want dan zal het geen "oordeel Kamer" zijn, geloof ik. Ik kijk even wie ik hierover het woord moet geven. U mag er ook later op terugkomen. Ik geef het woord aan mevrouw Beckerman.
Mevrouw Beckerman (SP):
Ik ga met tegenzin akkoord.
De voorzitter:
Heel goed. Dan gaan we door naar de volgende motie.
Minister De Jonge:
Daar doe ik het voor.
Dan de motie op stuk nr. 1019, over maladaptatie. Het oordeel hierover laat ik graag aan de Kamer, sowieso omdat het een pracht van een woord is, maar ook omdat het wat betreft de inhoud heel terecht is dat we hier aandacht voor krijgen en dat we geen stappen zetten die ons uiteindelijk alleen maar achteruit helpen, die zorgen voor afwenteleffecten op de volgende generatie en die zorgen voor schade aan de volgende generatie. Kortom, ik steun de inhoud van deze motie zeer, daartoe mede overtuigd door mevrouw Van Esch, die hier een heel erg mooi betoog over had in haar termijn in het commissiedebat.
De motie op stuk nr. 1020 verzoekt de regering om globaal de verlaging van het energiegebruik en de kosten in de praktijk te monitoren. Dan gaat het over hybride pompen. Ik laat hier het oordeel aan de Kamer. Het is goed om bij het installeren en inregelen van hybride warmtepompen daadwerkelijk een goed rendement te behalen. Dat is gewoon zeer terecht. Het is ook een punt dat de installatiesector zelf bij herhaling maakt. Dat is zeer terecht, dus ik laat het oordeel aan de Kamer.
Dan de motie op stuk nr. 1021 over ventilatie. Ook hier laat ik het oordeel aan de Kamer. Ventilatie en isolatie moeten altijd in samenhang worden bezien. Ik laat het oordeel over deze motie graag aan de Kamer.
Dan de motie op stuk nr. 1022, met het verzoek om de overige projecten uit het Programma Aardgasvrije Wijken financiering toe te kennen. Dat vind ik wel heel erg ongericht. Ik heb wel in het debat toegezegd, zeg ik in de richting van de heer Thijssen, om nog naar enkele afvallers te kijken. Dat zal ik ook doen, maar niet alle niet-geselecteerde projecten kunnen alsnog voor financiering in aanmerking komen. Dat is gewoon niet te doen.
Dan de motie op stuk nr. 1023.
De voorzitter:
Dus, dan even scherp: dan is het ontraden.
Minister De Jonge:
Ik ontraad deze motie heel scherp, maar ik zeg ook heel scherp toe wel naar een aantal afgevallen projecten opnieuw te kijken om te bezien of die alsnog voor financiering in aanmerking kunnen worden gebracht.
De motie op stuk nr. 1023 verzoekt de minister om biobased isolatiematerialen zo veel mogelijk te bevorderen. Dat is de motie van de heer Boulakjar. Daarover wil ik graag het oordeel aan de Kamer laten. Ik heb al aangegeven, ook in het commissiedebat, dat het gebruik van materialen met een lage milieudruk, waaronder biobased materialen, moet worden bevorderd, juist natuurlijk als het gaat om isolatiematerialen.
De voorzitter:
Dan bent u aan het einde gekomen van de beoordeling.
Minister De Jonge:
Ja, zo snel kan het soms gaan.
De voorzitter:
Dank daarvoor.
De beraadslaging wordt gesloten.
De voorzitter:
De Kamer gaat op 10 mei stemmen over deze moties. Er zit een reces tussen, maar op 10 mei gaat u hierover stemmen. Wij gaan door met het volgende debat, dus ik schors even kort de vergadering.
De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/h-tk-20212022-74-43.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.