20 Basisregistratie personen

Aan de orde is het VAO Basisregistratie personen (BRP) en paspoorten en reisdocumenten (AO d.d. 26/11). 

De voorzitter:

Ik heet de minister van harte welkom. 

Het woord is aan mevrouw Koşer Kaya. De spreektijden zijn twee minuten inclusief de moties. 

Mevrouw Koşer Kaya (D66):

Voorzitter. Het verstrekken van persoonsgegevens door de Staat dient samen te hangen met een overheidstaak die betrekking dient te hebben op het in standhouden van een voorziening voor burgers die onderwerp is van overheidszorg. Ik dien daarom de volgende motie in. 

Motie

De Kamer, 

gehoord de beraadslaging, 

overwegende dat voor het verstrekken van persoonsgegevens door de Staat aan kerkgenootschappen en andere genootschappen op geestelijke grondslag niet langer voldoende rechtvaardiging bestaat; 

overwegende dat ook de Raad van State in zijn advies ten aanzien van het Besluit basisregistratie personen tot een dergelijke conclusie kwam; 

verzoekt de regering, zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk binnen twee jaar, te eindigen met de verstrekking van persoonsgegevens aan genootschappen op geestelijke grondslag, al dan niet via SILA, 

en gaat over tot de orde van de dag. 

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Koşer Kaya, De Caluwé en Oosenbrug. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund. 

Zij krijgt nr. 95 (25764). 

Mevrouw De Caluwé (VVD):

Voorzitter. Het project Basisregistratie Personen (BRP) kost inmiddels het drievoudige van het begrote budget en loopt flink uit de tijd. Het Bureau ICT-Toetsing (BIT) heeft in zijn advies aan de minister aangegeven dat het project tot een goed einde gebracht kan worden, mits het kabinet de adviezen van het BIT ter harte neemt. De minister heeft per brief aan de Kamer aangegeven, de adviezen van het BIT te omarmen. Uit een onderliggende ambtelijke brief bleek dit echter niet. Ik ben blij met de toezegging van de minister tijdens het AO om in januari met een brief te komen waarin hij per geadviseerde maatregel concreet zal aangeven of hij die gaat uitvoeren en, zo ja, hoe hij dat gaat doen. Wij kunnen een jaar na het verschijnen van een uiterst kritisch ICT-rapport niet overgaan tot de orde van de dag. De VVD wil dat de minister hier bovenop blijft zitten. Wij zullen de inhoud van de toegezegde brief en de uitvoering van de maatregelen zeer kritisch blijven volgen. 

Tot slot de SILA. Het is niet meer van deze tijd dat de overheid een uitzondering maakt voor religieuze instanties om gegevens uit de BRP te verkrijgen. Vorige maand nog heeft de Kamer zich afgevraagd hoe de AK-partij aan de adressen van Turkse Nederlanders kwam om hen een stemadvies te sturen. Dan moeten wij er nu niet mee instemmen dat religieuze organisaties die geen enkele overheidstaak uitvoeren actief persoonlijke gegevens ontvangen van de overheid. Daarom hebben wij de motie van D66 dan ook medeondertekend. 

De voorzitter:

De minister heeft aangegeven direct te kunnen antwoorden. 

Minister Plasterk:

Voorzitter. Allereerst wil ik reageren op de opmerking van mevrouw De Caluwé dat zij met grote interesse de brief zal lezen die ik in januari de Kamer zal doen toekomen. Dat staat genoteerd. Ik ben mij daarvan bewust. 

Dan resteert het advies van de regering over de motie. Ik kan tellen en ik heb de indruk dat die motie door een Kamermeerderheid is ondertekend. Toch hecht ik eraan het advies van de kant van de regering te geven. Gegevens uit de Basisregistratie Personen worden volgens het Besluit BRP gedeeld met een aantal instellingen van gewichtig maatschappelijk belang, zoals pensioenfondsen en zorgverzekeraars. Daar valt ook de SILA onder, waar organisaties met een levensbeschouwelijke grondslag bij aangesloten kunnen zijn. Dat zijn niet alleen kerken, maar bijvoorbeeld ook het Leger des Heils of de Algemene Doopsgezinde Sociëteit. Daar zouden ook het Humanistisch Verbond of andere organisaties bij aangesloten kunnen zijn. Dat leidt ertoe dat mensen als een soort service bij verhuizing worden aangeschreven en welkom geheten door de organisaties waar zij lid van zijn. Zoals in het debat al is besproken, kunnen mensen daarvan afzien wanneer zij daar geen prijs op stellen. Ik heb al toegezegd om nog eens met de SILA te bespreken dat mensen bij ieder contact dat wordt opgenomen, erop worden gewezen dat zij ervan kunnen afzien. Ik beschouw dit als een service die misschien wel miljoenen mensen krijgen en waar anderen geen last van hebben. De regering heeft niet het voornemen om dat nu te veranderen. Ik ontraad om dat toch te doen. Dat is overigens consistent met wat ik eerder in debatten en ook in het algemeen overleg met de Kamer heb gewisseld. 

Mevrouw Koşer Kaya (D66):

Kan de minister mij één principieel argument geven op basis waarvan deze organisaties die gegevens zouden moeten krijgen? 

Minister Plasterk:

Het zijn organisaties van gewichtig maatschappelijk belang en er zijn miljoenen mensen die het als een service ervaren dat zij bij verhuizing een welkomstbericht krijgen van hun pensioenfonds, hun zorgverzekering en bijvoorbeeld van hun kerkgenootschap. Daar kunnen zij mee doen wat zij willen. Ik zelf niet gelovig, maar ik ben ook niet van het staatsatheïsme. Dit is een service aan burgers van diverse levensbeschouwingen. Nogmaals, als een moslimorganisatie of het Humanistisch Verbond zich erbij wil aansluiten, dan kan dat. Ik zie geen reden om deze service te stoppen. 

De voorzitter:

Mevrouw Koşer Kaya, het gaat bij een VAO echt alleen om het indienen van moties. U mag de ingediende moties verduidelijken of daarover van gedachten wisselen, maar het is niet de bedoeling dat u de discussie die in het algemeen overleg uitgebreid aan de orde is geweest, hier dunnetjes over gaat doen. U mag nog een vraag over uw motie stellen, maar niet het debat opnieuw voeren. 

Mevrouw Koşer Kaya (D66):

Dat begrijp ik. Dan dient diezelfde service ook voor verenigingen te worden aangeboden. Waarom wordt dat dan niet gedaan? 

Minister Plasterk:

Omdat in Nederland "een gewichtig maatschappelijk belang" voor een hengelsportvereniging net iets anders wordt beoordeeld van voor bijvoorbeeld een kerk. 

Mevrouw Oosenbrug (PvdA):

Ik wil de discussie niet opnieuw openen, maar door dit advies van het kabinet wordt een enorme groep mensen tekortgedaan: de lhbt'ers die netjes hebben aangegeven dat zij niks meer met de kerk te maken willen hebben, maar vervolgens toch een bericht krijgen. Dat komt vaak voor. Ik wil toch een lans voor die mensen breken. Voor hen is dit geen service, maar een belediging. 

De voorzitter:

Dank u. 

Minister Plasterk:

Daar wil ik graag op reageren, want mensen zijn vrijwillig lid van een kerkgenootschap. Als iemand dat lidmaatschap opzegt, vanuit welke motivatie dan ook, vervalt deze service. Dat geldt niet alleen voor lhbt'ers. Er zijn ook andere mensen die zich op enig moment hebben laten uitschrijven uit een kerkgenootschap. Ik kan mij dat ook nog herinneren. Ik begrijp dat dus heel goed, maar naar mijn mening staat dit daar wel los van. Anders wordt het een heel andere kwestie. 

De voorzitter:

Dank u. 

De beraadslaging wordt gesloten. 

De voorzitter:

Over de ingediende moties wordt komende dinsdag gestemd. 

Naar boven