9 Regeling van werkzaamheden (stemmingen)

De voorzitter:

Ik verzoek de leden hun plaatsen in te nemen zodat wij kunnen gaan stemmen. Voordat wij dat doen, geef ik het woord aan de heer Grashoff. Hij heeft een opmerking over de stemmingslijst. 

De heer Grashoff (GroenLinks):

Voorzitter. Mijn opmerking heeft betrekking op de stemmingen over de moties ingediend bij het VAO Autobrief II. Wij willen de moties op de stuk nrs. 33 en 35 (32800) aanhouden. 

De voorzitter:

Op verzoek van de heer Grashoff stel ik voor, zijn moties (32800, nrs. 33 en 35) aan te houden. 

Daartoe wordt besloten. 

De heer Merkies (SP):

Voorzitter. Ik wil een hoofdelijke stemming aanvragen over de motie op stuk nr. 49 (34300) over het definitief afschaffen van de mantelzorgboete in de AOW. 

De voorzitter:

Dat gaan wij doen. Ik dank u voor de vooraankondiging. 

Het woord is aan de heer Van Vliet. 

De heer Van Vliet (Van Vliet):

Voorzitter. De motie op stuk nr. 61 (34300) over het bereiken van een begrotingsevenwicht of begrotingsoverschot is staande het debat uitgevoerd. Daarom trek ik haar in. 

De voorzitter:

Aangezien de motie-Van Vliet (34300, nr. 61) is ingetrokken, maakt zij geen onderwerp van behandeling meer uit. 

Het woord is aan mevrouw Schouten. 

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):

Voorzitter. Ik vraag om een hoofdelijke stemming over mijn motie 34300, nr. 57 over het substantieel verlagen van het niveau van gaswinning uit het Groningerveld. 

De voorzitter:

Wij hebben bij dat punt van de stemmingslijst dus straks twee hoofdelijke stemmingen. 

Naar boven