9 Regeling van werkzaamheden

Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Op verzoek van de aanvrager stel ik voor, het dertigledendebat over de passage in de Bedrijfslevenbrief aangaande de ketenbepaling in de Flexwet van de lijst af te voeren.

Ik stel voor, hedenmiddag ook te stemmen over de brief van de vaste commissie voor Europese Zaken over de subsidiariteitstoets inzake het voorstel voor een Verordening over geluidsgerelateerde exploitatiebeperkingen op EU-luchthavens (33164, nr. 1) en de brief van de vaste commissie voor Europese Zaken over de EU-voorstellen Richtlijn betreffende alternatieve beslechting van consumentengeschillen en Verordening betreffende onlinebeslechting van consumentengeschillen (33144, nr. 1).

Voorts stel ik voor, te stemmen over de aangehouden moties-Van den Besselaar (32043, nrs. 79 en 80).

Op verzoek van het lid Van der Steur stel ik voor, zijn motie op stuk 32761, nr. 6 opnieuw aan te houden. Dit betekent dat de in artikel 69, tweede lid, genoemde termijn van twee maanden voor deze motie opnieuw gaat lopen.

Op verzoek van het lid Ouwehand stel ik voor, haar motie op stuk 33000-XVI, nr. 72 opnieuw aan te houden. Dit betekent dat de in artikel 69, tweede lid, genoemde termijn van twee maanden voor deze motie opnieuw gaat lopen.

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda:

  • - het verslag van het algemeen overleg rechterlijke macht van 1 februari 2012, met als eerste spreker het lid Helder van de PVV;

  • - het verslag van het algemeen overleg BES-aangelegenheden met de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 6 februari 2012, met als eerste spreker het lid Bosman van de VVD.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Van Gent.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Voorzitter. Ik sta hier mede namens mijn collega Dibi. Wij zouden graag een brief van het kabinet krijgen over het bericht "Bisdom zet Maastrichtse pastoor op non-actief" dat op 3 februari op NU.nl stond. Wij zouden die brief van het kabinet hierover graag ontvangen voor het vervolg van het debat over het onderzoeksrapport van de commissie-Deetman.

De voorzitter:

We zullen het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Van der Ham als voorzitter van de vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie.

De heer Van der Ham (D66):

Voorzitter. Als voorzitter van de vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie kan ik hier melden dat de commissie zich zeer veel zorgen maakt over de ontwikkelingen bij NedCar. De commissie wil dan ook heel graag de volgende week een debat met de ministers van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie. En dat verzoek is Kamerbreed, mag ik wel zeggen. Ik hoop dat u dat kunt inplannen.

De voorzitter:

We zullen het inplannen met spreektijden van vier minuten per fractie.

Ik heb begrepen dat u nog een verzoek hebt, mijnheer Van der Ham?

De heer Van der Ham (D66):

Ja, voorzitter, dit keer namens de fractie van D66. Al heel lang staat het hoofdlijnendebat drugsbeleid op de agenda. Ik heb zo-even in een andere kwaliteit gevraagd om een debat op de agenda te zetten voor de volgende week, maar het is wel van groot belang dat of de volgende week of in ieder geval direct na de krokusvakantie dat hoofdlijnendebat gaat plaatsvinden. Op 1 mei gaat de wietpas in. Die datum nadert met rasse schreden. Wij hopen dus zo snel mogelijk dit debat te kunnen voeren.

De voorzitter:

We gaan het plannen.

Het woord is aan mevrouw Gesthuizen.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Voorzitter. Ik had laten doorgeven dat ik graag uitstel wil van de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Nieuwe regels omtrent aanbestedingen (Aanbestedingswet 20..) (32440), maar ik wil bij dezen verzoeken om uitstel van de stemming over het wetsvoorstel. Over de moties en amendementen kunnen we wat mij betreft nu wel stemmen.

De voorzitter:

Maar u wilt de eindstemming uitstellen.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Juist omdat het een heel complex wetsvoorstel is, waarvan de behandeling heel complex is geweest, heeft mijn fractie er echt behoefte aan om eerst te weten welke amendementen worden aangenomen, alvorens wij een eindoordeel vellen over het wetsvoorstel.

De voorzitter:

Wanneer stelt u voor om wel te stemmen?

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Een week uitstel is dan genoeg.

Mevrouw Van Miltenburg (VVD):

Mijn fractie heeft een praktisch probleem. Wij snappen dat er in sommige gevallen wordt gestemd over een wetsvoorstel nadat er is gestemd over de amendementen en de moties. Dat steunen wij in principe. Wij hadden vandaag graag gestemd over de amendementen en de moties, maar onze woordvoerder is ziek. Dus dat is wel heel lastig. Wij stellen voor om donderdag bij de lunchpauze te stemmen over de moties en de amendementen en dan volgende week dinsdag te stemmen over het wetsvoorstel.

De heer Koppejan (CDA):

Ik steun het voorstel van de VVD.

De heer Verhoeven (D66):

D66 steunt het voorstel van de VVD ook.

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):

De ChristenUnie steunt het voorstel van de VVD ook.

De heer Van Bemmel (PVV):

Wij steunen het voorstel ook, maar we zouden ook volgende week over de amendementen kunnen stemmen. Ik zie niet in waarom we donderdag alleen over de amendementen zouden moeten stemmen.

De voorzitter:

Dat legt mevrouw Van Miltenburg nog wel uit.

Mevrouw Hamer (PvdA):

Wij steunen het voorstel van mevrouw Gesthuizen en van de VVD om te knippen. Het is prima om donderdag over de amendementen te stemmen. Wij willen ook afzonderlijk over de amendementen en over het wetsvoorstel stemmen.

De voorzitter:

Dan gaan we dat gewoon zo doen. Donderdag gaan we stemmen over de amendementen en eventuele moties en volgende week dinsdag over het wetsvoorstel. Dan is aldus besloten.

Het woord is aan de heer Plasterk.

De heer Plasterk (PvdA):

Voorzitter. Donderdag is het debat over de Staat van de Unie, over de situatie in Europa. Mijn fractie en naar mijn indruk ook andere fracties zouden willen voorkomen dat dit debat geheel wordt gedomineerd door discussies over de euro en over Griekenland, omdat in Europa nog wel meer aan de hand is dan alleen maar de eurocrisis. Ik kan mij voorstellen dat we sowieso afspreken om er op de kortst mogelijke termijn met de minister-president en de minister van Financiën een plenair debat over te hebben, als zich rond Griekenland een onverwachte situatie voordoet. Mocht dat niet het geval zijn, dan zouden wij moeten afspreken dat het debat over de Staat van de Unie niet specifiek over Griekenland en de euro gaat, maar dat wij het kabinet uitnodigen om bij de schriftelijke voorbereiding van de Ecofin van volgende week aandacht te besteden aan de situatie rond Griekenland en de visie van de Nederlandse regering daarop.

De heer Harbers (VVD):

De VVD-fractie stemt in met deze terechte wensen van de heer Plasterk.

De heer Tony van Dijck (PVV):

Ja, ook steun van de PVV.

Mevrouw Sap (GroenLinks):

Het is een goed voorstel, dus steun.

De heer Irrgang (SP):

Op zichzelf steun ik dit voorstel, maar voor alle duidelijkheid: dat kan geen belemmering zijn om het donderdag wel over dat onderwerp te hebben, als er behoefte aan is.

Mevrouw Blanksma-van den Heuvel (CDA):

Ik sluit mij aan bij de steun.

De voorzitter:

We zullen het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan mevrouw Jacobi.

Mevrouw Jacobi (PvdA):

Voorzitter. Mede namens mevrouw Van Veldhoven van D66 en de heer Grashoff van GroenLinks heb ik nadere informatie gevraagd voor het debat dat wij willen voeren over het Natuurakkoord, maar deze is nog steeds niet gekomen. Wij willen daarbij ook graag nadere informatie van de staatssecretaris over de gang van zaken bij de Natuurwet, om deze bij dat debat te betrekken.

De voorzitter:

Die informatie was al gevraagd, dus u rappelleert?

Mevrouw Jacobi (PvdA):

Ja, wij rappelleren. Graag zouden wij deze nadere informatie binnen een week willen hebben.

De heer Koopmans (CDA):

Voorzitter. Die informatie over de Natuurwet willen wij eigenlijk per omgaande hebben. Als de Kamer daarin is gepasseerd, zoals wordt beweerd, maar dat weet ik niet, willen wij dat per omgaande van staatssecretaris Bleker weten.

De voorzitter:

Dus u zegt: vandaag.

Mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie):

Ik steun het verzoek om informatie van de PvdA. Fijn dat de heer Koopmans zegt: per direct als het om de Natuurwet gaat.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Voorzitter. Ik steun dit verzoek. Het is goed dat de heer Koopmans ook snel duidelijkheid wil. Ik vraag u om dit debat op korte termijn te plannen, want volgens mij begint het wat ongemakkelijk te worden met de staatssecretaris op deze manier.

De voorzitter:

Jazeker. U wilt zelf graag eerst informatie hebben, dus dan moeten we druk zetten op het aanleveren van informatie.

De heer Van Gerven (SP):

Steun voor het verzoek en voor een snel debat.

De voorzitter:

Wij zullen het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan mevrouw Van Gent.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Voorzitter. Ik heb tijdens het mondelinge vragenuur een aantal indringende vragen gesteld aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de kinderopvangtoeslag en de afname van de arbeidsparticipatie. Ik heb helaas geen antwoord gekregen op mijn vragen. Ook de werkende ouders hebben geen antwoord gekregen. Daarom vraag ik een debat aan met de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid om de minister alsnog de gelegenheid te geven die indringende vragen waar ook de werkende ouders mee zitten, te beantwoorden en om andere partijen in de gelegenheid te stellen duidelijk te maken hoe serieus zij dit nemen. Ik ga ervan uit dat de werkende ouders daaraan behoefte hebben.

De heer Ulenbelt (SP):

Steun van de SP-fractie.

Mevrouw Hamer (PvdA):

Mijn fractie steunt dit verzoek, maar ik maak mevrouw Van Gent er wel op attent dat in de commissie eerder is afgesproken dat wij op zo kort mogelijke termijn een algemeen overleg over dit onderwerp zullen voeren, omdat ik een paar weken geleden mijn vraag om een spoeddebat heb omgezet in een algemeen overleg.

Mevrouw Koşer Kaya (D66):

Ik sluit mij aan bij de woorden van mevrouw Hamer.

De heer Van Hijum (CDA):

Mevrouw Hamer wijst terecht op die afspraak. Ik maak hierbij de kanttekening dat wij het algemeen overleg zouden plannen op het moment dat de Kamer beschikt over een brief over de arbeidsparticipatiegegevens.

Mevrouw Berckmoes-Duindam (VVD):

De VVD heeft geen behoefte aan een debat, omdat dit onderwerp al in een algemeen overleg aan de orde zal komen.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Deze wat bureaucratische reactie is jammer. Er zijn nieuwe gegevens op tafel gekomen. Ik heb dit zojuist ook helder gezegd. Wij weten nog niet wanneer het algemeen overleg zal worden gepland, want wij hebben die informatie niet. Misschien kunnen wij het als volgt regelen. De minister komt per omgaande met die informatie, liefst voor volgende week dinsdag 12.00 uur. Wij kunnen dan meteen daarna het algemeen overleg plannen.

De voorzitter:

Laten wij het zo doen. Ik zal het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Omtzigt.

De heer Omtzigt (CDA):

Voorzitter. De voorzieningenrechter in Arnhem heeft in de Rabo-KB Lux-affaire bepaald dat de naam van de tipgever openbaar moet worden gemaakt. Dit heeft tot gevolg dat de opsporing ernstig belemmerd kan worden. Dit heeft een uitstraling niet alleen naar het belastingdomein, maar ook naar andere domeinen, waarbij burgers proberen de samenleving veiliger te maken of voor iedereen te zorgen. Daarom vraag ik om een spoedige reactie van het kabinet waaruit blijkt hoe deze uitspraak wordt uitgevoerd en welke gevolgen die zal hebben voor andere opsporingsdomeinen. Ik stel die vraag aan de staatssecretaris van Financiën en de staatssecretaris van Justitie.

De voorzitter:

Wat noemt u spoedig?

De heer Omtzigt (CDA):

Een week.

De voorzitter:

Verzoeken om informatie worden meestal gesteund.

Mevrouw Neppérus (VVD):

Hoewel die uitspraak wellicht nog niet definitief is, steun ik het verzoek.

De voorzitter:

Wij zullen het stenogram doorgeleiden.

Naar boven