4 Vragenuur

Vragen van het lid Gesthuizen aan de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over de slechte detentieomstandigheden in gebouw 4 van detentiecentrum Zeist.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Voorzitter. Ik heb een lawine aan reacties gekregen naar aanleiding van de uitzending van ZEMBLA van 20 januari. Er is verontwaardiging, maar ook vooral bezorgdheid bij heel veel mensen, vooral over de situatie in Zeist, waar de luchtkwaliteit zo slecht is dat mensen er ziek van worden, iets wat al jaren zo is. Laat ik het maar eens heel hard zeggen: ik heb de indruk dat het van het kabinet allemaal wel even mag duren. Het is schijnbaar niet zo erg dat die mensen ziek zijn. Heeft dit misschien iets te maken met het feit dat het hier om gevangen vreemdelingen gaat? Waarom is anders al twee jaar bekend dat de luchtkwaliteit zo slecht is dat mensen daarvan hoofdpijn, huiduitslag en ademhalingsproblemen krijgen, wat bevestigd wordt door onafhankelijke medici? Waar blijft de verbetering die de staatssecretaris mij al afgelopen augustus beloofde? Intussen is de situatie niet verbeterd, maar verslechterd, zoals de inspectie aangaf in de uitzending. Kom op, staatssecretaris! Wij kunnen mensen – nota bene zwangere – toch niet zo behandelen?

Staatssecretaris Teeven:

Voorzitter. Ik bedank mevrouw Gesthuizen voor de gestelde vragen. Zij roert een terecht punt aan. Dat heeft zij in juli met haar schriftelijke vragen al gedaan en zij doet het nu weer. De luchtkwaliteit in gebouw 4 in Zeist is inderdaad niet goed. Ik heb dat overigens al geconstateerd op 29 juli vorig jaar in de antwoorden die ik mevrouw Gesthuizen toen heb gegeven. Het is niet zo dat er tussen 29 juli vorig jaar en nu niets is gebeurd. Ik wil sowieso afstand nemen van de opmerking dat het kabinet niet zo hard loopt als het maar om vreemdelingen gaat. Dat is absoluut niet waar. Er is wel degelijk geprobeerd om technische dingen te installeren. Dat heeft echter niet geleid tot het resultaat dat wij graag hadden gezien. Dat zal nu wel gaan gebeuren.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Er ligt inmiddels een dagvaarding. Begin februari moet de overheid, als ik goed ben geïnformeerd, hiervoor voorkomen. Ik vraag mij af wat er gaat gebeuren als deze mensen een schadevergoeding zullen eisen. Maar goed, daar gaat de rechter naar kijken. Ik heb zojuist al aangegeven dat de situatie in al die maanden niet is verbeterd, maar verslechterd. Wij hebben het over mensen die ziek zijn. Er loopt daar nota bene een zwangere vrouw rond. Wij kunnen die mensen toch niet onder deze omstandigheden opsluiten? Het mag dan misschien gaan om uitgeprocedeerde vreemdelingen die ons land moeten verlaten, maar wij zijn wel verantwoordelijk voor hen. Als ze ziek worden van onze behandeling, vind ik dat onacceptabel.

Ik wil nog twee zaken van de staatssecretaris weten. Meent de staatssecretaris nu – dat vraag ik hem in alle oprechtheid – dat deze mensen enkel praatjes ophangen en dat hun beklag een soort van trucje zou zijn waarmee ze hopen misschien toch hier in Nederland te mogen blijven? Kan de staatssecretaris dat nu eens heel eerlijk zeggen? Ik wil de toezegging van de staatssecretaris dat hij ons voor eind volgende week een brief stuurt waarin hij aangeeft hoe en wanneer dit probleem precies zal zijn opgelost.

Staatssecretaris Teeven:

Het is zeker niet zo dat het kabinet vindt dat er in gebouw 4 in Zeist niets aan de hand is met de luchtkwaliteit. Wij zien dat probleem ook. Men heeft geprobeerd het te verhelpen door de afgelopen vier maanden een drietal technische maatregelen te nemen. Dat heeft niet geleid tot een goed resultaat en dus zullen er ingrijpendere maatregelen nodig zijn. In februari wordt bijvoorbeeld gestart met het plaatsen van ventilatieroosters in de cellen, waardoor een directe verbinding met de buitenlucht wordt gerealiseerd. Daar verwachten wij ook een verbetering van. Wij denken dus zeker niet dat er sprake is van een situatie waarin mensen trucjes uithalen. Er is wel degelijk iets aan de hand. Dat moet worden verbeterd en daar wordt ook hard aan gewerkt. En ja, het klopt dat er een procedure is aangespannen door de Vereniging Asieladvocaten die op 1 februari zal dienen.

Maar nogmaals: we zijn bekend met het probleem. Het wordt à la minute aangepakt. Daar zijn we al mee begonnen. In februari gaan we dus de aanvullende maatregelen nemen, waardoor we denken dat de situatie daadwerkelijk verbetert. Ik zeg dus helemaal niet dat het flauwekul is waar we over spreken. Het is een serieus probleem, maar de maatstaf der dingen is tegenwoordig wel vaak het fantastische Detentiecentrum Rotterdam, waar mevrouw Gesthuizen ook is geweest. Ik breng echter in herinnering dat we ook oude gebouwen hebben.

De voorzitter:

Mevrouw Gesthuizen, uw laatste vraag.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Ik realiseer me zeker wel dat niet alles aan de kwalitatieve normen van Rotterdam voldoet, maar ook over dat gebouw gaan we nog met de staatssecretaris in discussie. Het gaat immers niet alleen om de voorzieningen maar ook om de duur van opsluiting. Graag krijg ik voor eind volgende week die brief van de staatssecretaris. De staatssecretaris heeft een aantal maanden de tijd gehad. Er is niets verbeterd, de zaak is verslechterd. Ik vind eigenlijk dat die mensen geen dag langer – ik geef de staatssecretaris nog twee weken – in deze omstandigheden opgesloten mogen zitten.

Staatssecretaris Teeven:

Ik kan alleen maar zeggen dat we al bezig zijn met die maatregelen. Begin februari gaan we een aantal aanvullende maatregelen nemen. Ik kan geen ijzer met handen breken. De situatie is wel urgent, maar niet zo erg dat je daar helemaal geen mensen meer zou kunnen detineren. Van die situatie is ook geen sprake op dit moment.

Wat de brief betreft waar mevrouw Gesthuizen om vraagt, heb ik duidelijk aangegeven wat we gaan doen. De zaak is voor een gedeelte nog onder de rechter. Het lijkt mij verstandig om te bekijken of de maatregelen van februari daadwerkelijk effect hebben. Vervolgens kunnen we altijd een volgende stap zetten.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Ik dank de staatssecretaris dat hij in ieder geval die brief toezegt aan de Kamer. Ik ga ervan uit dat hij er garant voor staat om die luchtkwaliteit te verbeteren. Ik hoor in zijn laatste zinnen namelijk een relativering in de trant van "het is niet zo erg", terwijl mensen toch echt huiduitslag krijgen als gevolg van de luchtkwaliteit. Mijn vraag gaat over de medische zorg. In dezelfde uitzending hebben we gezien dat mensen een gebrek aan medische zorg hebben. Ook een zwangere vrouw zit daar. Wat doet een acht maanden zwangere vrouw, die niet kan worden uitgezet, in vreemdelingendetentie? Dat moeten we toch kunnen voorkomen?

Staatssecretaris Teeven:

De detentieomstandigheden proberen we zo optimaal mogelijk te maken, ook voor personen als deze zwangere vrouw. Waarom zit deze vrouw daar? Die vraag raakt het vreemdelingenbeleid. Die vraag zult u dus aan mijn collega van I en A moeten stellen. De vraag waarom die vrouw daar zit, kan ik vandaag niet beantwoorden. Dat weet u ook. Ik ga over de detentieomstandigheden. Laten we daar heel helder in zijn. Zij zit daar, en daar zullen we de medische zorg verlenen die noodzakelijk is. Ik merk nog op dat er geen sprake van is dat de luchtkwaliteit een-op-een leidt tot allerlei aandoeningen, zoals wordt voorgesteld.

De heer Dibi (GroenLinks):

Of het kabinet nu voor of tegen een streng immigratiebeleid is: als het om de gezondheid van mensen gaat, deert dat niet. Dan is er geen links of rechts. Dan zorgen we in Nederland gewoon voor fatsoenlijke zorg. Het antwoord van de staatssecretaris op de vraag van de heer Voordewind over de zwangere vrouw, vind ik overigens best schandalig. Hij gaat die vraag toch niet doorverwijzen naar een andere bewindspersoon? Wij gaan die zwangere vrouw eruit halen. Vervolgens kan zij weer terug als alles op orde is. Ik dring aan op een brief waarin de staatssecretaris toezegt dat de mensen die zorg nodig hebben, die zorg ook krijgen. En dat ze in ieder geval niet zieker worden van de detentie zelf.

Staatssecretaris Teeven:

Ik heb het al gezegd – en ik denk dat de heer Dibi dat gehoord heeft – dat wij de mensen in detentie de zorg zullen geven die zij nodig hebben. Dat geldt ook voor deze zwangere vrouw. Wij zullen ervoor zorgen dat de medische voorzieningen op orde zijn. Daarover verschillen wij niet van mening. Dat heeft ook niets met links of rechts te maken. Het detineren van mensen moet optimaal zijn. Ik heb uitgelegd wat de problemen waren. Wij hebben de afgelopen zes maanden geprobeerd daar verbetering in aan te brengen. Dat is niet optimaal gelukt. Ik heb mevrouw Gesthuizen gezegd dat wij proberen, dat eind februari voor elkaar te hebben.

De voorzitter:

Ik dank de staatssecretaris. Dan gaan wij nu verder met de vierde vragenronde.

Naar boven