3 Vragenuur

Vragen van het lid De Rouwe aan de minister van Veiligheid en Justitie over het bericht dat duizenden mensen dagelijks stoned achter het stuur zitten.

De heer De Rouwe (CDA):

Voorzitter. Opnieuw is aangetoond dat drugs en alcohol sluipmoordenaars zijn in het verkeer. Van alcohol wisten we dat al langer. Gelukkig erkennen steeds meer ontkenners dat ook drugs in het verkeer levensgevaarlijk zijn. Het CDA pleit al heel lang voor deugdelijke testen en goede wetgeving. De Kamer zou snel het wetsvoorstel moeten behandelen dat de minister recent naar de Kamer heeft gestuurd. Daartoe heb ik inmiddels een verzoek ingediend bij de Griffie.

Wat is de reactie van de minister op het nieuwe onderzoek waaruit blijkt dat cannabis- en amfetaminegebruik onder automobilisten in Nederland boven het Europese gemiddelde ligt? Deelt hij de CDA-opvatting dat dit komt door het veel te tolerante drugsbeleid in ons land, met name op de weg?

Deelt de minister tevens de CDA-opvatting dat de overheid drugsgebruik in het verkeer keihard moet aanpakken door middel van zerotolerancebeleid?

Wat vindt de minister van de suggestie die Veilig Verkeer Nederland vandaag deed om standaardcontroles met drugstesten uit te voeren bij ongevallen?

Minister Opstelten:

Voorzitter. Dank aan de heer De Rouwe voor de gestelde vragen.

Het onderzoek, waarvan ik in de pers heb kennisgenomen, wordt vandaag in Keulen tijdens een slotconferentie van DRUID (driving under the influence of drugs, alcohol and medicines) gepresenteerd. Alle onderzoeksresultaten worden openbaar gemaakt. Ik heb ze nog niet, dus ik kan er nog niet op reageren.

Wij zijn als kabinet voor een hard en duidelijk drugsbeleid. Dit blijkt uit onze inzet en de maatregelen die we hebben genomen. De heer De Rouwe wijst ook op het wetsvoorstel dat op 24 augustus naar de Kamer is gegaan. De politie en het OM voeren nu al op basis van de bestaande wettelijke mogelijkheden intensieve alcohol- en drugscontroles uit. De discussie over zero tolerance moet bij de behandeling van het wetsvoorstel plaatsvinden. Wij denken er iets anders over, mede op grond van internationale adviezen. Er moet sprake zijn van proportionaliteit in de relatie tussen verkeersveiligheid en drugsbeleid; anders houdt het geen stand voor de rechter. Dit komt zeker nog aan de orde in het debat over het wetsvoorstel.

De heer De Rouwe (CDA):

Het is goed dat de minister drugsgebruik in het verkeer duidelijk veroordeelt. Voegt hij echter ook de daad bij het woord? Het CDA vindt het teleurstellend dat de minister weigert om over te gaan tot een zerotolerancebeleid. Op andere onderwerpen, zoals geweldpleging, doet hij dat wel. Waarom op dit punt niet, terwijl er sprake is van 80 doden per jaar? De minister schijnt het onderzoek nog niet te kennen. In Oost-Europa bleek de aanpak van alcohol in het verkeer zo succesvol te zijn omdat er zero tolerance is.

Mijn partij steunt het voorstel om standaardcontroles uit te voeren bij ongevallen, juist ook op drugs. Vooral in de weekenden is dat nodig. Uit onderzoek blijkt namelijk dat in de weekenden veel drugs worden gebruikt. Daarop heb ik nog geen reactie gekregen van de minister. Ik krijg graag een nadere toelichting op waarom hij weigert om drugs echt aan te pakken door over te gaan op een zerotolerancebeleid in het verkeer.

Minister Opstelten:

Tegen de heer De Rouwe kan ik zeggen – ik hoop dat dit ook uit mijn eerste bijdrage duidelijk werd – dat er bij ongevallen standaard tests plaatsvinden. Die worden intensief gebruikt. De politie controleert bij ongevallen standaard op alcohol en we willen bij ongevallen ook standaard op drugs testen. Dat is de aanpak op dit moment. Ik zal de wens van de heer De Rouwe om ook drugstests te doen met de politie en het Openbaar Ministerie bespreken. Mijn inzet is natuurlijk om te intensiveren. Daarom heb ik ook grote haast gemaakt met het wetsontwerp om de speekseltester mogelijk te maken. Wij staan helemaal klaar voor de uitvoering daarvan. Ik wil ook een oproep doen aan de Kamer om de behandeling van dat wetsvoorstel snel mogelijk te maken. Dan kunnen we namelijk inderdaad nog intensiever hiermee aan de slag. De heer De Rouwe en ik staan eigenlijk op een gelijke lijn. Er zijn echter ook andere belangrijke punten om rekening mee te houden. Ik noem de discussie over zero tolerance en over de proportionaliteit, de relatie met de verkeersveiligheid. Anders haal je je doel niet. Wij komen elkaar daarover weer tegen in de Kamer, daar ben ik van overtuigd.

De heer De Rouwe (CDA):

Tot slot. Ik waardeer het zeer dat de minister de suggestie overneemt om drugstests standaard in te voeren in de weekenden. Ik roep de minister echter ook op, zeker gezien de onderzoeksresultaten die vandaag bekend werden, om te stoppen met het idee achter minimumwaarden. Die zijn niet achter de komma vast te stellen, dat zeggen ook organisaties zoals de SWOV, terwijl we toch het dodelijke resultaat van drugs kennen. Wees duidelijk, zeg ik tegen de minister. Geef een signaal en maak het niet nodeloos ingewikkeld. Ik reken op de minister.

Minister Opstelten:

Voor die steun ben ik de heer De Rouwe zeer erkentelijk. Laat ik het daarbij laten. Mijn inzet is groot, want het is natuurlijk altijd vreselijk om met gegevens zoals die van vandaag te worden geconfronteerd. Ik wacht even de uitkomst van de echte onderzoeken af. Dat zult u mij niet kwalijk nemen. Ik wacht het rapport af en de internationale vergelijking is ook heel belangrijk, maar elk slachtoffer is naar mijn mening uiteraard absoluut één te veel.

Naar boven