Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over windturbines, te weten:

- de motie-Lucas-Smeerdijk c.s. over aanhouden van de inwerkingtreding van de AMvB (31209, nr. 127);

- de motie-Van Tongeren c.s. over verder in procedure brengen van de AMvB (31209, nr. 128);

- de motie-De Mos over stoppen met het plaatsen van windmolens (31209, nr. 129);

- de motie-De Mos/Gerbrands over overleg met de vissector (31209, nr. 130);

- de motie-De Mos/Graus over samenhang tussen dierenleed en groei van windmolenparken (31209, nr. 131);

- de motie-Koopmans over het Rijksinpassingsplan Windpark Noordoostpolder (31209, nr. 132);

- de motie-Jansen over het baseren van de beleidsvisie en de beleidsregels op de standaardrisicobenadering (31209, nr. 133);

- de motie-Jansen over een geluidsnorm voor kleine en middelgrote windmolenparken in het landelijk gebied (31209, nr. 134).

(Zie vergadering van 23 september 2010.)

De voorzitter:

Op verzoek van mevrouw Van Tongeren stel ik voor, haar motie (31209, nr. 128) van de agenda af te voeren. Op verzoek van de heer Koopmans stel ik voor, zijn motie (31209, nr. 132) van de agenda af te voeren. Op verzoek van de heer Jansen stel ik voor zijn motie (31209, nr. 133) van de agenda af te voeren.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

De motie-Lucas-Smeerdijk c.s. (31209, nr. 127) is in die zin gewijzigd dat zij ook is ondertekend door het lid Koopmans. Naar mij blijkt, wordt de indiening van deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 137 (31209).

Op verzoek van mevrouw Lucas-Smeerdijk stel ik voor, haar gewijzigde motie (31209, nr. 137) van de agenda af te voeren.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

De motie-Jansen (31209, nr. 134) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat:

  • - in de toelichting op het vigerende Activiteitenbesluit staat dat voor het landelijk gebied overwogen wordt, een nachtnorm van 35 dB(A) op te nemen, op het moment dat ook de voorschriften voor de agrarische inrichtingen onder dit besluit zullen worden gebracht;

  • - de minister van VROM in haar brief van 21 september 2010 aangeeft de gebiedsgedifferentieerde geluidsnorm voor windmolens te verlaten, omdat naar haar mening de windparken die nu ontwikkeld worden vergelijkbaar zijn met nationale infrastructuur;

  • - een op het platteland toegesneden norm voor windturbines van essentieel belang is voor een adequate bescherming van omwonenden en voor draagvlak onder de bevolking voor windturbines;

  • - nog dit najaar een wijziging van het Activiteitenbesluit zal worden voorgepubliceerd, waarmee de regels voor agrarische inrichtingen onder het besluit worden gebracht;

verzoekt de regering, bij de integratie van de regels voor agrarische inrichtingen in het Activiteitenbesluit een aparte, lagere geluidsnorm op te nemen voor de windmolenparken in het landelijk gebied,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening van deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 138 (31209).

Op verzoek van de heer Jansen stel ik voor, zijn gewijzigde motie (31209, nr. 138) van de agenda af te voeren.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

De motie-De Mos (31209, nr. 129) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat windmolens draaien op subsidies en niet op wind;

overwegende dat mensen, vogels en zeezoogdieren hinder ondervinden van deze onrendabele windmolens;

verzoekt de regering, te stoppen met het plaatsen van windmolens in elk geval op die plaatsen waar lokaal draagvlak ontbreekt,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening van deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 139 (31209).

Ik stel vast dat wij hier nu over kunnen stemmen.

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van een stemverklaring vooraf.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Voorzitter. In de motie op stuk nr. 131, van de heren De Mos en Graus, wordt gevraagd om onderzoek naar de gevolgen van windmolenparken voor zeezoogdieren en vogels. De Partij voor de Dieren is altijd blij wanneer een van de andere fracties haar zorgen uitspreekt over het lot van dieren. Wij hopen dan altijd dat dat de consistente lijn blijft in de betreffende fractie. In dit geval twijfelen we daar een beetje aan, omdat dezelfde PVV een motie eerder, op stuk nr. 130, nog pleit voor het ruim baan geven aan de visserij, waarbij het kennelijk niet uitmaakt ...

De voorzitter:

Mevrouw Ouwehand ...

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

... dat talloze zeezoogdieren en vogels het loodje ...

De voorzitter:

Mevrouw Ouwehand, u kunt uw stemverklaring houden, maar het debat is al afgelopen. U moet het dus zodanig formuleren dat u geen nieuw debat uitlokt. Dat zou in de wijze waarop u het formuleert wel eens het geval kunnen zijn! Ik verzoek u gewoon toe te lichten waarom u de motie niet steunt, en dan zo zakelijk mogelijk.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Dank voor de toelichting, voorzitter. Ik ben toe aan mijn afronding.

Ik was gebleven bij de visserij, waarbij het kennelijk niet uitmaakt dat talloze zeezoogdieren en vogels het loodje leggen in de netten en aan de haken van de vissers. Desalniettemin, ook al is er van de kant van de Partij voor de Vrijheid misschien sprake van gelegenheidsdierenliefde, ook de Partij voor de Dieren heeft meermalen ...

De voorzitter:

Neeneenee, andere partijen in het algemeen.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

... gevraagd om onderzoek naar de ecologische gevolgen van windmolens op zee. We zullen de motie op stuk nr. 131 daarom steunen, en de motie op stuk nr. 130 vanzelfsprekend niet.

De voorzitter:

U moet dit echt niet doen. Op deze manier maakt u gebruik van de gelegenheid om uw debattijd ... Anders moet ik u vragen, voortaan uw tekst aan mij voor te leggen, en dat moet u niet willen. Ik wil dat zelf ook liever niet.

In stemming komt de gewijzigde motie-De Mos (31209, nr. 139).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fractie van de PVV voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-De Mos/Gerbrands (31209, nr. 130).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de VVD, de SGP, het CDA en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-De Mos/Graus (31209, nr. 131).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdD, de VVD en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

Naar boven