6 Stemmingen

Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over de Landbouw- en Visserijraad,

te weten:

• de motie-Grashoff c.s. over versterking van de marktmacht van boeren (21501-32, nr. 443);

• de motie-Grashoff over een vrijwillige, flexibele quotering (21501-32, nr. 444);

• de gewijzigde motie-Grashoff/Van Veldhoven over beëindiging van de flexibele exportsubsidies (21501-32, nr. 464);

• de motie-Grashoff/Jacobi over een kwantitatieve versterking van de 2de pijler (21501-32, nr. 446);

• de motie-Grashoff over het deels gebiedsafhankelijk maken van de ontwikkeling van het puntensysteem (21501-32, nr. 447);

• de motie-Grashoff over het stimuleren en verder innoveren van duurzame multifunctionele landbouwbedrijven (21501-32, nr. 448);

• de motie-Van Veldhoven c.s. over besluitvorming over een visserijakkoord met Marokko (21501-32, nr. 449);

• de motie-Van Veldhoven/Jacobi over benutting van de ruimte voor het stimuleren van innovatie (21501-32, nr. 450);

• de motie-Van Veldhoven over afbouw van het Europees landbouwbudget (21501-32, nr. 451);

• de motie-Ouwehand over het niet-instemmen met de toelating van genetisch gemanipuleerde katoen en mais (21501-32, nr. 452);

• de motie-Ouwehand/Jacobi over de inzet voor het nieuwe EU dierenwelzijnsactieplan (21501-32, nr. 453);

• de motie-Wiegman-van Meppelen Scheppink/Dikkers over mogelijkheden voor de verbouw van duurzaam veevoer (21501-32, nr. 454);

• de motie-Jacobi c.s. over invoering van een label "niet geschikt voor diervoeders" (21501-32, nr. 455);

• de motie-Jacobi c.s. over de effecten van het aankomende GLB voor boeren in ontwikkelingslanden (21501-32, nr. 457)

• de motie-Van Gerven over prijsvorming en prijsvolatiliteit (21501-32, nr. 458);

• de motie-Koopmans/Snijder-Hazelhoff over de onderhandelingen met de Mercosur-landen (21501-32, nr. 460);

• de motie-Koopmans c.s. over het niet invoeren van een broeikasgasemissiehandelssysteem (21501-32, nr. 461);

• de motie-Snijder-Hazelhoff c.s. over een zo hoog mogelijke basispremie (21501-32, nr. 463).

(Zie de vergadering van heden.)

Devoorzitter:

De motie-Grashoff (21501-32, nr. 448) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat binnen de landbouw thans enerzijds een trend waarneembaar is naar ontwikkeling van zeer grootschalige monofunctionele bedrijven en anderzijds een trend waarneembaar is naar multifunctionele landbouwbedrijven, waarin naast diversificatie van landbouwproducten ook verbreding plaatsvindt naar natuur en landschapsbeheerstaken, energieproductie, recreatie en/of zorgtaken, en waarbij de schaalgrootte van de bedrijven in redelijke mate blijft aansluiten bij de menselijke maat en schaal;

overwegende dat moderne multifunctionele landbouwbedrijven op aspecten van natuur, milieu, gezondheid en dierenwelzijn betere prestaties leveren en ook meer toekomstpotentie hebben om zich op deze maatschappelijke doelen verder te ontwikkelen;

overwegende dat, volgens onderzoek van Wageningen Universiteit, multifunctionele landbouwbedrijven beter in staat zijn, om te gaan met veranderende en soms wisselvallige economische omstandigheden;

overwegende dat multifunctionele landbouwbedrijven vanuit sociaal-culturele invalshoek verre de voorkeur verdienen boven zeer grootschalige, monofunctionele "landbouwfabrieken";

overwegende dat de overheid niet op de stoel moet zitten van de ondernemer, maar wel tot haar publieke taak dient te rekenen dat zij overheidsgeld gericht inzet op ontwikkeling van maatschappelijke baten;

verzoekt de regering, bij de onderhandelingen over de vormgeving van het Europees GLB, alsmede bij de verdere implementatie van het stelsel in Nederland, zich mede te richten op het stimuleren en verder innoveren van duurzame multifunctionele landbouwbedrijven,

en gaat over tot de orde van de dag.

Deze gewijzigde motie is ondertekend door de leden Grashoff en Van Veldhoven. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 465 (21501-32).

De motie-Van Gerven (21501-32, nr. 458) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat extreme prijsschommelingen en hoge prijzen van voedsel tot onrust leiden bij boeren, bedrijven en burgers wereldwijd;

overwegende de prikkelende ideeën omtrent prijsvorming en prijsstabilisatie van diverse (boeren)organisaties zoals de Dutch Dairymen Board met het voorstel om te komen tot kostendekkende en eerlijke prijzen voor de melk, maar ook organisaties als de Land- en Tuinbouw Organisatie (LTO), Nederlandse Melkveehouders Vakbond (NMV), platform Aarde Boer Consument (ABC) en de Nederlandse Akkerbouw Vakbond (NAV);

verzoekt de regering, in overleg te treden met (boeren)organisaties en eventueel wetenschappers over de problemen en mogelijke oplossingen rond prijsvorming en prijsvolatiliteit;

verzoekt de regering tevens, de Kamer hierover te informeren voor de herfst 2011,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening van deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 466 (21501-32).

Ik stel vast dat wij hierover nu kunnen stemmen.

Op verzoek van mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink stel ik voor, haar motie (21501-32, nr. 454) van de agenda af te voeren.

Daartoe wordt besloten.

Devoorzitter:

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van een stemverklaring vooraf.

MevrouwOuwehand (PvdD):

Voorzitter. Gelet op de enorme schade die de huidige Europese landbouw toebrengt aan het klimaat, de biodiversiteit en het dierenwelzijn, de verstoring van eerlijk voedsel en eerlijk gebruik van hulpbronnen in de wereld en de klem waarin boeren worden gehouden door dit landbouwbeleid, is slechts één uitweg mogelijk, namelijk een radicale hervorming. Dat had makkelijk gekund. Europa doet dat niet en Nederland heeft zich daar niet voor ingezet. In plaats daarvan wordt vastgehouden aan bestaande structuren en wordt vergroening beloofd. Bij een aantal moties ligt het risico op de loer dat wij aangeven in onze kritiek op het kabinetsbeleid. In de praktijk zien wij immers dat vergroening kan gaan om een luchtwasser op een potdichte stal of om een aanpassing van stallen die weliswaar minder uitstoot oplevert maar waarin wel nog meer dieren worden gehouden. Wij zien dat gevaar op de loer liggen bij de moties op stuk nrs. 446 en 447 en de inmiddels gewijzigde motie op stuk nr. 448 van de heer Grashoff en de motie op stuk nr. 450 van mevrouw Van Veldhoven. Wij steunen die moties, maar wij zullen er de komende periode scherp op letten dat zij niet als zogenaamde "greenwash" worden uitgevoerd.

In stemming komt de motie-Grashoff c.s. (21501-32, nr. 443).

Devoorzitter:

Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Grashoff (21501-32, nr. 444).

Devoorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD en GroenLinks voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Grashoff/Van Veldhoven (21501-32, nr. 464).

Devoorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, de PvdA, GroenLinks, D66 en de ChristenUnie voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Grashoff/Jacobi (21501-32, nr. 446).

Devoorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, de PvdA, GroenLinks en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Grashoff (21501-32, nr. 447).

Devoorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, de PvdA, GroenLinks en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Grashoff/Van Veldhoven (21501-32, nr. 465).

Devoorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, de PvdA, GroenLinks, D66 en de ChristenUnie voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Veldhoven c.s. (21501-32, nr. 449).

Devoorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, de PvdA, GroenLinks, D66 en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Veldhoven/Jacobi (21501-32, nr. 450).

Devoorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, de PvdA, GroenLinks, D66 en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Veldhoven (21501-32, nr. 451).

Devoorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdD, de PvdA en D66 voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Ouwehand (21501-32, nr. 452).

Devoorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, GroenLinks en de SGP voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Ouwehand/Jacobi (21501-32, nr. 453).

Devoorzitter:

Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Jacobi c.s. (21501-32, nr. 455).

Devoorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, de PvdA, GroenLinks, D66 en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Jacobi c.s. (21501-32, nr. 457).

Devoorzitter:

Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Van Gerven (21501-32, nr. 466).

Devoorzitter:

Ik constateer dat deze gewijzigde motie met algemene stemmen is aangenomen.

Het woord is aan mevrouw Dikkers.

MevrouwDikkers (PvdA):

Voorzitter. Nu de motie op stuk nr. 457 is aangenomen, krijgen wij graag een brief van de regering, met daarin inzicht in hoe zij deze motie wil uitwerken.

Devoorzitter:

Wij zullen het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

In stemming komt de motie-Koopmans/Snijder-Hazelhoff (21501-32, nr. 460).

Devoorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, de VVD, de SGP, de ChristenUnie, het CDA en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Koopmans c.s. (21501-32, nr. 461).

Devoorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de VVD, de SGP, de ChristenUnie, het CDA en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Snijder-Hazelhoff c.s. (21501-32, nr. 463).

Devoorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de VVD, de SGP, de ChristenUnie, het CDA en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.