Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, morgen te stemmen over de voordracht ter vervulling van een vacature voor een lid voor de Commissie van Toezicht betreffende de inlichtingen- en veiligheidsdiensten (31964, nr. 2).

Ik stel voor, hedenmiddag ook te stemmen over de aangehouden motie-Koopmans (31920, nr. 4) en over de aangehouden motie-Wiegman-van Meppelen Scheppink (31089, nr. 40).

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Timmer.

Mevrouw Timmer (PvdA):

Voorzitter. Als voorzitter van de vaste commissie voor Economische Zaken meld ik u dat wij morgen een tweede termijn van een algemeen overleg over diverse energieonderwerpen houden. De kans is zeer groot dat daarna morgen nog een VAO aan de agenda zal moeten worden toegevoegd.

De voorzitter:

Is het mogelijk dat er naar aanleiding van dat VAO ook moet worden gestemd?

Mevrouw Timmer (PvdA):

Dat sluit ik niet uit.

De voorzitter:

Wij zullen daarmee rekening houden.

Het woord is aan de heer Pechtold.

De heer Pechtold (D66):

Voorzitter. Mede namens de VVD-fractie vraag ik u om nog deze week het debat te houden dat wij op 12 mei samen aanvroegen over de positie van Europese Commissaris Barroso. Aan het onderwerp is door mij de positie van de Nederlandse Europese Commissaris Kroes toegevoegd. Het houden van dit debat is al goedgekeurd. Als wij het nog deze week willen houden, kan het alleen voor woensdag worden gepland. Ik heb begrepen dat er weer om uitstel is gevraagd. Er is nu een keer door de CDA-fractie en twee keer door de minister-president om uitstel gevraagd. Mijns inziens is er geen enkele reden om dit debat, dat ook over Europa gaat, niet vóór de Europese verkiezingen van 4 juni te houden.

Mevrouw Peters (GroenLinks):

Voorzitter. Mijn fractie steunt dit verzoek.

De heer Van Bommel (SP):

Voorzitter. Ook de SP steunt dit verzoek.

De voorzitter:

Mijnheer Pechtold, u hebt nog geen meerderheid voor het houden van dit debat. Wij zullen bezien of het voor deze week kan worden geagendeerd.

De heer Pechtold (D66):

Voorzitter. Omdat ik er anders tijdens een andere regeling van werkzaamheden op moet terugkomen, wil ik nu benadrukken dat er acht andere spoeddebatten zijn gehouden sinds het moment dat wij een spoeddebat over dit onderwerp hebben aangevraagd. De onderwerpen liepen van een museum via piraterij tot aan het rookverbod. Ik heb begrepen dat de premier nu om uitstel vraagt omdat hij een volle agenda zou hebben in verband met de bijeenkomst van een kennisplatform. Mij is gebleken dat hij morgenavond in een tv-programma wil zitten. Dat lijkt mij geen reden om niet in de Kamer te verschijnen.

De heer Ten Broeke (VVD):

Voorzitter. Ik kan de aanvulling geven dat dit verzoek ook door de voltallige procedurevergadering is gesteund. Ik vind het daarom buitengewoon bevreemdend dat na drie weken dit verzoek nog steeds niet is gehonoreerd. Iedereen die de publieke agenda van de premier beziet, kan lezen dat hij twee dagen lang met het Innovatieplatform zit te vergaderen. Ik vind dat hij in de Kamer moet verschijnen. Er kan geen enkele reden zijn om dit debat niet voor de Europese verkiezingen te doen plaatsvinden. Daar hebben wij om verzocht.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Voorzitter. Ik sluit mij aan bij de eerder genoemde argumenten en ik steun het verzoek van de heer Pechtold graag.

De voorzitter:

Toch moet ik vaststellen dat er nog steeds geen meerderheid is voor het verzoek.

De heer Pechtold (D66):

Het ging om een spoeddebat. Een meerderheid lijkt ons het houden van dit spoeddebat te ontnemen. Ik zou niet weten waarom democratische partijen geen helderheid willen geven over de vraag wat zij van de Commissarissen Barroso en Kroes vinden. De CDA-fractie heeft nu twee keer geprobeerd dit debat uit te stellen. Ik kijk de heer Van Geel op dit moment aan. Waarom zegt hij niet: wij vinden het niet erg als er op woensdagavond, dus voor 4 juni, een debat wordt gehouden? De voorzitter in functie, mevrouw Verbeet, heeft op 19 mei gezegd dat het in handen van de voorzitter ligt wanneer debatten worden gehouden. Dat ligt dus nu in uw handen, mijnheer de voorzitter. Ik hoor daarom graag op dit moment van u de toezegging dat wij morgenavond dit debat gewoon houden.

Fracties als die van de PvdA laten zich uit over de positie van de heer Barroso. Zij zeggen dat zij het nu aan het CDA gunnen. De minister-president zegt in Warschau: Barroso mag een tweede termijn. Ik zeg tegen deze fracties: u voert het debat hierover wel elders, maar u komt nu niet eens uit de bankjes om een debat hierover voor 4 juni mogelijk te maken. Dat verbaast mij.

De heer Blom (PvdA):

Voorzitter. Ik moet eerst iets rechtzetten. Mijn fractie heeft over de verdeling van Commissariaten helemaal niets gezegd in de zin die de heer Pechtold nu schetst. De fractie van de PvdA gaat daar helemaal niet over. Verder lijkt mij het morgen­avond houden van een debat vrij zinloos, want de Kamer gaat helemaal niet over de benoeming van een Europese Commissaris. Dat valt dus volstrekt buiten de orde. De fractie van de PvdA heeft aan het voeren van zo'n debat dus geen enkele behoefte. Als daarover een debat gevoerd moet worden, laten wij dat dan lekker na de verkiezingen doen.

De heer Ormel (CDA):

Voorzitter. Inhoudelijk sluit ik mij aan bij de woorden van de heer Blom. De CDA-fractie zou er echter geen enkele moeite mee hebben als een debat zou worden gehouden. Wij laten het over aan de voorzitter, te bepalen wanneer dit debat zal worden gehouden.

De heer Pechtold (D66):

Mag ik de heer Blom erop wijzen dat de PvdA, weliswaar anoniem, heeft gezegd dat men daar niet over gaat, maar dat haar politiek leider, de heer Bos, dat weerspreekt en zegt vier heel goede kandidaten voor de opvolging van mevrouw Kroes te hebben? Mag ik tegen de CDA-fractie zeggen dat de heer Verhagen afgelopen zaterdag in een interview – zo wordt de campagne wel gevoerd – heeft gezegd dat het CDA in aanmerking komt voor de volgende eurocommissaris? Waar het debat wel door hun partijgenoten in het openbaar wordt gevoerd, willen deze sprekers voorkomen dat wij hier een debat voeren, zodat de premier bij Knevel & Van den Brink kan zitten. Kom nou!

De voorzitter:

Wij gaan hier geen inhoudelijk debat voeren, wij hebben het over de procedure. U hebt het lot van dit debat blijkbaar in de handen van de voorzitter gelegd. Er was geen meerderheid voor, maar er is ook geen bezwaar tegen gemaakt, dus wij zullen bezien of wij het debat voor morgenavond kunnen plannen.

Het woord is aan de heer Van der Ham.

De heer Van der Ham (D66):

Voorzitter. Er wordt heel veel gezegd in de Europese campagne, ook over het Europese landbouwbeleid waar voor een deel het Europees Parlement over gaat en voor een ander deel de Tweede Kamer en de Raad van Ministers. Ik vind het van groot belang om vóór de Europese verkiezingen helder te krijgen wat de politieke partijen precies vinden en wat het CDA-smaldeel in het kabinet er precies van vindt, want hierover bestaat nogal wat onduidelijkheid.

De voorzitter:

Uw voorstel is?

De heer Van der Ham (D66):

Mijn voorstel is om hierover vóór de Europese verkiezingen een spoeddebat te houden met de minister van Landbouw, het liefst morgen.

De heer Cramer (ChristenUnie):

Voorzitter. Het hele proces staat al langdurig op de agenda. De ChristenUnie-fractie heeft geen enkele behoefte aan een spoeddebat.

De heer Atsma (CDA):

Voorzitter. Ik begrijp de achtergrond van de vraag van collega Van der Ham. Ongetwijfeld heeft dit te maken met uitlatingen vorige week van de politiek leider van de Partij van de Arbeid. Iedereen weet dat boeren niets met bos hebben. De CDA-fractie heeft er geen behoefte aan om een spoeddebat te voeren, om de simpele reden dat wij afgelopen week woensdag uitvoerig over het gemeenschappelijk landbouwbeleid nu, in de nabije en in de verre toekomst hebben gediscussieerd.

De heer Polderman (SP):

Voorzitter. Dat klopt. Het AO is geschorst. De tweede termijn vindt plaats op 10 juni. Ik hoor met verbazing en verwondering allerlei politieke leiders uitspraken doen over het Europese landbouwbeleid. Wat dat betreft steun ik het verzoek van de heer Van der Ham om hierover duidelijkheid te verschaffen. Ik wil hieraan nog iets toevoegen. Ik heb ook de heer Bos hierover uitspraken horen doen. Ik wil dan ook tevens de minister van Financiën hierbij betrekken. Het gaat immers over de verdeling van de financiën.

De heer Waalkens (PvdA):

Voorzitter. Ik steun het verzoek van de D66-fractie om hierover een stevig spoeddebat te voeren.

Mevrouw Snijder-Hazelhoff (VVD):

Voorzitter. Ook de VVD-fractie steunt het verzoek om een spoeddebat over de landbouwbudgetten.

De heer Dibi (GroenLinks):

Voorzitter. Ook van de fractie van GroenLinks grote steun voor dit spoeddebat, dat hopelijk morgen plaatsvindt.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Voorzitter. Mij moet van het hart dat ik wel de opvatting deel dat de landbouwsubsidies al geregeld ter discussie hebben gestaan. Helaas was de D66-fractie bij die overleggen niet aanwezig. Dat neemt niet weg dat ik dit verzoek van harte steun.

De voorzitter:

Ik kan vaststellen dat u een meerderheid hebt voor een spoeddebat, mijnheer Van der Ham. Wij zullen zien of wij dit gepland kunnen krijgen voor morgen. De dag heeft immers maar 24 uur.

De heer Van der Ham (D66):

Er ligt ook nog een verzoek om de minister van Financiën uit te nodigen. Ik heb daar geen bezwaar tegen, het is aan u, voorzitter, om deze minister er al dan niet voor uit te nodigen.

De voorzitter:

Ik heb hiertoe slechts één verzoek gehoord. Dus ik stel voor dat wij de minister van Financiën hiervoor niet uitnodigen. De spreektijd is, zoals gebruikelijk, drie minuten per fractie.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Ouwehand.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Voorzitter. Ik verzoek ook om een spoeddebat. Het geval wil dat ...

De voorzitter:

Collega's, een van uw collegae spreekt.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Het geval wil dat er een akkoord is bereikt in de Ronde Tafel voor Verantwoorde Soja. Nederland is hierbij een van de grootste financiers. Het is tevens een van de pijlers van het Nederlandse kabinetsbeleid voor verduurzaming van de sojaketen. Er is grote kritiek op het akkoord dat gesloten is. Een van de belangrijkste punten is dat er nog steeds kan worden doorgegaan met het kappen van bos. De Kamer heeft al een motie aangenomen waarin zij de minister verzoekt om criteria op te stellen en maatregelen te treffen om het kappen van bos tegen te gaan.

De voorzitter:

Wat is uw verzoek?

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Het verzoek is een spoeddebat, omdat blijkt dat het initiatief dat de minister heeft gesteund en waarop zij heeft ingezet om de sojaketen te verduurzamen, niet gelukt is. Ik denk dat wij hierover met spoed moeten spreken met de minister van LNV.

De heer Polderman (SP):

Voorzitter. Ik deel de ongerustheid van mevrouw Ouwehand. Het is volstrekt onduidelijk waar het met het rondetafelgesprek naartoe moet. Ik zou alleen willen vragen om een brief over wat de regering daar, gegeven de omstandigheden, van vindt. Vervolgens kunnen wij kijken wat wij daarmee moeten doen.

De heer Dibi (GroenLinks):

Voorzitter. Ik snap het verzoek van mevrouw Ouwehand. Mijn fractie hecht aan een spoed-AO. Als er voordien nog een brief kan komen, komt dat heel goed uit.

Mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie):

Voorzitter. Op 18 juni staat er al een algemeen overleg gepland over genetische modificatie, waarvoor ook dit onderwerp geagendeerd staat. Volgens mij is dat een heel mooi, spoedig moment om dieper op dit onderwerp in te gaan.

De voorzitter:

Ik zie dat u geen steun hebt voor een spoeddebat, mevrouw Ouwehand. Er is wel voldoende steun voor het vragen van een brief. Op basis daarvan kan mogelijk een hernieuwde afweging worden gemaakt.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Graag, voorzitter. In dat geval wil ik graag een brief ontvangen van de minister van LNV, waarin zij aangeeft welke conclusies zij verbindt aan de uitkomst van deze rondetafelconferentie. Ten aanzien van de suggestie van mevrouw Wiegman wil ik nog zeggen dat het veel breder is dan alleen maar de gentechproblematiek. Na ommekomst van de brief wil ik dus een nieuwe afweging maken.

De voorzitter:

Wij zullen dit deel van het stenogram doorgeleiden naar de minister van LNV.

Het woord is aan de heer Omtzigt.

De heer Omtzigt (CDA):

Voorzitter. Namens de CDA-fractie wil ik verzoeken om de stemmingen van vandaag over het Fiscaal stimuleringspakket en overige fiscale maatregelen (31301), alsmede over de moties die bij het debat daarover zijn ingediend, uit te stellen tot na afloop van het algemeen overleg over Energiebesparing Gebouwde Omgeving. Er ligt voor de CDA-fractie namelijk nog de vraag hoe de nieuwe subsidieregeling voor dubbelglas ingevuld zal worden door het kabinet.

De voorzitter:

Betekent dit dat die stemmingen morgen gehouden kunnen worden?

De heer Omtzigt (CDA):

Het kan gevoegd worden bij het stemmingsmoment dat morgen zal ontstaan.

De voorzitter:

Deze stemmingen worden afgevoerd van de stemmingslijst van vandaag.

Het woord is aan mevrouw Agema.

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter. De staatssecretaris van VWS heeft zojuist in het vragenuur de onduidelijkheid versterkt die er bestaat over de vraag wat basiszorg in ons land is. Mijn fractie vindt dat er duidelijkheid moet komen. Daarom verzoek ik om een spoeddebat over basiszorg. Ik doe dit verzoek mede namens de fractie van de VVD.

De heer Jan de Vries (CDA):

Voorzitter. Na de heldere antwoorden van de staatssecretaris heeft de CDA-fractie geen behoefte aan een debat of een spoeddebat. Ik wil de initiatiefnemers tot zo'n debat, mevrouw Agema en mevrouw Van Miltenburg, suggereren om dit onderwerp mee te nemen in de drie commissiedebatten over de AWBZ die wij deze maand nog zullen voeren.

Mevrouw Leijten (SP):

Ik liet de heer De Vries eerst het woord voeren, want wellicht steunde hij het verzoek. Dan hadden wij een normaal debat kunnen hebben over wat zorg in Nederland is. De SP steunt het verzoek van mevrouw Agema.

Mevrouw Sap (GroenLinks):

Ook de fractie van GroenLinks steunt dat verzoek. Wij vonden het jammer dat wij zojuist geen gelegenheid hadden om vragen te stellen. Daarom steun voor dit verzoek.

De voorzitter:

Dat betekent dat u steun hebt voor een spoeddebat, mevrouw Agema. Mag dat doorgeschoven worden naar volgende week? Ik zie dat u uw hoofd schudt. Moet het nog deze week?

Mevrouw Agema (PVV):

Ja.

De voorzitter:

Ik wijs erop dat er dan een keuze gemaakt moet worden. Wij zullen kijken of het gepland kan worden. Er zal een spreektijd gelden van drie minuten per fractie.

Mevrouw Van Miltenburg (VVD):

Voorzitter. De reden dat de VVD-fractie dit verzoek om een spoeddebat steunt, is dat wij zojuist niet de gelegenheid hebben gekregen om deel te nemen aan het debat dat er was over de zorg. Wij vinden het van heel groot belang dat we zo snel mogelijk alsnog in debat kunnen over de dingen die hier gezegd zijn, het liefst vanavond nog. Ik vraag dit met grote klem.

De voorzitter:

Ik heb uw klem ontvangen. Wij zullen kijken wat we voor u kunnen doen, gezien de mogelijkheden die de agenda biedt. Mogelijkerwijs zal het debat vanavond worden gehouden.

Daarmee zijn wij gekomen aan het einde van de regeling van werkzaamheden. Over enkele ogenblikken gaan wij stemmen.

Naar boven