Handeling
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2007-2008 | nr. 16, pagina 1044-1047 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2007-2008 | nr. 16, pagina 1044-1047 |
Vragen van het lid Van Gent aan de minister voor Wonen, Wijken en Integratie over de brandveiligheid van studentenhuizen.
Mevrouw Van Gent (GroenLinks):
Voorzitter. Een heel andere kwestie. De LSVb, de landelijke studentenvakbond, heeft een onderzoek gedaan via checkjekamer.nl onder andere naar de brandveiligheid. De uitkomsten van dit onderzoek hebben de GroenLinks-fractie geschokt. Wat blijkt namelijk? Drie op de tien studenten hebben geen blusmateriaal en rookmelders in hun huis. Vier op de tien studenten hebben geen goede vluchtwegen. Kortom, duizenden studenten lopen groot gevaar. De huisbazen laten het erbij zitten. De studenten durven vaak niet te klagen, want zij zijn bang dat de gemeente vervolgens het pand zal sluiten en dat zij op straat komen te staan. Zij hebben liever een onveilige kamer dan geen kamer. Zij hebben vaak te maken met slechte kamers, die klein, duur en brandonveilig zijn. Er zijn te weinig kamers en er wordt een te hoge prijs voor gevraagd. De studenten krijgen er weinig voor terug. Onder studenten is er een grote woningnood.
Is de minister ook zo geschrokken van de uitkomsten van dit onderzoek? Hoe heeft het zover kunnen komen en wat gaat zij er op zeer korte termijn aan doen? Ik doe enkele suggesties. Zij kan gemeente en brandweer extra laten controleren in studentenhuizen. Zij kan de verhuurders aanschrijven, die immers verantwoordelijk zijn voor goed werkende geisers, rookmelders, brandblussers en vluchtwegen. De verhuurders moeten hoge boetes worden opgelegd indien zij deze verantwoordelijkheid niet waarmaken. Daarnaast kan het een goede suggestie zijn om een meldpunt voor studenten in te stellen bij de VROM-Inspectie, zodat deze kan ingrijpen bij levensgevaarlijke situaties. De woningnood onder jongeren heeft direct met de uitkomsten van het onderzoek te maken. Slechte, brandonveilige kamers kunnen nog steeds verhuurd worden, omdat je als jongere geen keuze hebt. Is de minister bereid om voor de behandeling van haar begroting te komen met een actie-A4'tje met maatregelen tegen de woningnood onder studenten en tegen de uitbuiting rond de kamerverhuur? Mijn suggestie: huurtoeslag voor onzelfstandige woonruimte.
Minister Vogelaar:
Voorzitter. Dit is inderdaad een heel ander onderwerp dan waarover de Kamer net met mijn collega sprak, maar desalniettemin voor Nederland erg belangrijk.
Op de vraag of ik geschrokken ben van de uitkomsten van het onderzoek, kan ik zeggen dat ik geschrokken ben van de berichtgeving. Ik weet niet of mevrouw Van Gent over meer informatie beschikt, maar navraag bij de LSVb heeft mij geleerd dat het onderzoek nog niet is afgerond en dat dit een voorlopige presentatie is van voorlopige uitkomsten van een onderzoek. Ik ben dus geneigd om nog even het complete onderzoek af te wachten, voordat wij een aantal maatregelen treffen, zoals mevrouw Van Gent suggereerde.
Het is ook belangrijk om te kijken hoe de verantwoordelijkheden op dit terrein liggen. Op dit moment hangt bij de Kamer voor de aanpassing van de wetgeving hierover van mijn kant. Tot op heden zijn de gebruiksvoorschriften rond brandveiligheid een gemeentelijke verantwoordelijkheid. Wij hebben onlangs in een algemeen overleg daarover van gedachten gewisseld. Ik stel dus voor de gebruiksvoorschriften op landelijk niveau te uniformeren, zoals dat bij de gebouwtechnische kant van de brandveiligheid inmiddels het geval is. Ik ga ervan uit dat in de loop van volgend jaar die gebruiksvoorschriften ingevoerd worden. De regelgeving zal dan uniform zijn; die kan nu nogal per gemeente verschillen.
Vervolgens blijven de gemeenten verantwoordelijk voor het toezicht op de naleving van de brandveiligheidsvoorschriften. Daarnaast ligt de primaire verantwoordelijkheid voor de toepassing van de gebruiksvoorschriften bij de verhuurder van de desbetreffende panden. Mevrouw Van Gent refereerde daar al aan. De verhuurder moet dus aangesproken worden. Maar natuurlijk hebben ook huurders enige verantwoordelijkheid voor de brandveiligheid van het pand. Wij allen weten dat het daar op een aantal punten toch helaas wel eens aan kan schorten. Ik heb het niet zelf gezien, maar als ik goed ben geïnformeerd toonde het NOS Journaal vanochtend beelden van een broodrooster met daarin een krant. Volgens mij kan een student met een beetje gezond verstand zelf bedenken dat dat niet de meest ideale opbergplaats voor de krant is.
De voorzitter:
Het smaakt niet eens.
Minister Vogelaar:
Het smaakt misschien niet, maar los daarvan creëer je een brandonveilige situatie. Dat is niet meteen te verkiezen.
Ik heb nooit het geluk gehad om in een studentenhuis te wonen, maar ik ben er wel eens op bezoek geweest, zeker met feestjes. Dan kwam het regelmatig voor dat er wat kratjes, al dan niet leeg, de nooduitgangen belemmerden. Dus wat dat betreft is er van de kant van de studenten zelf ook wel enige verantwoordelijkheid te nemen. Dat sluit ook aan bij het actieplan Brandveiligheid dat ertoe strekt het brandveiligheidsbewustzijn te verhogen en dat door mij samen met de minister van Binnenlandse Zaken wordt uitgevoerd. Wellicht mag uit het feit dat zo veel studenten het formulier van de LSVb over de studentenhuisvesting hebben ingevuld, de hoop geput worden dat zij op dit punt een stukje van die verantwoordelijkheid op zich nemen. Het lijkt mij echt prematuur om de maatregelen die mevrouw Van Gent voorstelt, nu te nemen. Ik zou willen afwachten tot het definitieve onderzoek van de LSVb beschikbaar is. Op grond daarvan wil ik bekijken of dit aanleiding geeft tot verdere maatregelen.
Mevrouw Van Gent (GroenLinks):
Het is altijd leuk om zo'n broodrooster erin te gooien of de kratjes met de volle of lege bierflesjes en de feestjes. Ik vind ook dat iedereen zijn eigen rotzooi moet opruimen, maar het gaat verder dan dat en ik vind dat de minister daarop te weinig serieus ingaat. Ik noem de niet werkende geisers en het ontbreken van rookmelders, brandblussers en vluchtwegen. Het gaat om commercieel verhuurde studentenhuizen van meer dan drie kamers, waar huisbazen de studenten uitmelken. Voor elke brandonveilige bezemkast worden hoge prijzen gevraagd. Dat komt omdat er grote woningnood is onder jongeren en studenten. Dit moet u niet bagatelliseren. Dit nieuws is al veel langer bekend. Ik heb zelf ook contact gehad met de LSVb en die verzekert mij dat het onderzoek bijna klaar is. De voorlopige uitkomsten bevestigen wat ik hier zeg: er zijn onveilige toestanden, waarop moet worden ingegrepen. Ik begrijp dat de minister bezig is met een "aanhang" en dat wij dit allemaal tot volgend jaar moeten afwachten. Ik vind dat dit niet kan. De minister moet nu ingrijpen. Ik heb gevraagd om de VROM-Inspectie hierop te zetten, zodat er een meldpunt komt, en ik heb gevraagd om er bij gemeenten op aan te dringen dat er beter gecontroleerd gaat worden. Mijn laatste vraag, die ik wil herhalen, is: wat gaat de minister doen aan de grote woningnood onder studenten en jongeren? Is zij bereid om mij daarover voor de begroting te informeren, rekening houdend met het idee van huurtoeslag voor onzelfstandige woonruimten?
Minister Vogelaar:
Om misverstanden naar aanleiding van mijn grapje over het broodrooster te voorkomen: ik neem brandveiligheidsvraagstukken absoluut hartstikke serieus. Daarom komen wij met het actieplan om het brandveiligheidsbewustzijn bij huurders, verhuurders en particulieren te vergroten. Daarover kan geen misverstand bestaan. Mevrouw Van Gent herhaalt enkele voorgestelde maatregelen. Ik houd vol dat het verstandiger is om te wachten tot wij over het onderzoek beschikken en op grond daarvan de afweging te maken of het nodig is om verdere maatregelen te nemen. Op basis van de krantenberichten en zonder dat wij het onderzoek inderdaad hebben, zie ik daartoe nu geen aanleiding. Hoe eerder de LSVb met het onderzoek komt, des te beter. Dan kunnen wij bekijken of er iets nodig is.
De heer Van der Ham (D66):
De GroenLinks-fractie baseert zich op een onderzoek dat nog niet helemaal klaar is. Ik begrijp dat de minister daarop nog niet wil reageren, maar D66 heeft samen met de Jonge Democraten een aantal jaar geleden ook een onderzoek gedaan naar brandveiligheid. Daaruit bleek bijvoorbeeld dat rookmelders, die ontzettend veel schade en problemen kunnen voorkomen, weliswaar soms in studentenhuizen aanwezig zijn maar het gewoon niet doen omdat ze op batterijen werken. Ik heb de toenmalige minister, mevrouw Dekker, toen onder andere voorgehouden: maak verplicht dat het geschakelde brandmelders zijn, zodat zij altijd functioneren en stel die ook bij bestaande studentenhuizen verplicht. Toenmalig minister Dekker heeft gezegd dat zij daarnaar zou kijken. Is dat inmiddels gebeurd? Is de minister bereid om dit in ieder geval op korte termijn te doen? Dat zou veel schade kunnen beperken.
Minister Vogelaar:
Ik kan u daar geen antwoord op geven. Ik was niet op de hoogte van het feit dat die toezegging is gedaan door mijn voorganger. Ik moet u het antwoord op uw vraag dus even schuldig blijven. Ik wil daarnaar kijken en even terughalen wat daar toen over afgesproken is. Ik zal u daar schriftelijk over informeren. Zoals bekend komen de antwoorden op door u en de SP-fractie gestelde vragen over studentenhuisvesting nog naar de Kamer. Ik hoop dat de Kamer die antwoorden voor het verstrijken van de deadline op 1 november morgen van mij kan ontvangen.
Mevrouw Leijten (SP):
Hoge huren, slechte woonomstandigheden en brandonveiligheid gaan vaak, zo niet altijd, gepaard met huisjesmelkerij. Los van het aanpakken van de brandonveiligheid moeten wij daarom ook kijken naar die huisjesmelkerij. Ik ben blij dat u daar uniformiteit in gaat aanbrengen. Huisjesmelkers zijn de profiteurs van de woningnood. Ik hoor graag van de minister wat zij gaat doen tegen de huisjesmelkers wier praktijken in Utrecht, Amsterdam, maar ook in veel kleinere steden wijd verbreid zijn.
Minister Vogelaar:
Ik kom met een aantal maatregelen om huisjesmelkers aan te pakken, niet exclusief gekoppeld aan studentenhuisvesting, maar breder. Voorstellen op dat terrein kan de Kamer zeer binnenkort tegemoet zien.
Misschien is het goed om nog aan het adres van mevrouw Van Gent te melden dat kamerverhuur op dit moment al prioriteit heeft bij de VROM-Inspectie. De inspectie is er dus al mee bezig. Mevrouw Van Gent wierp de vraag op of mensen wel naar de gemeenten durven te gaan. Huurders die een onveilige situatie constateren, kunnen zich altijd tot de VROM-Inspectie wenden om die onveilige situatie te melden. De inspectie kan dan heel gericht naar bepaalde situaties kijken. Ik zie mevrouw Van Gent het hoofd schudden en begrijp dat wel, maar het dilemma is in tal van dit soort situaties of je die aan de orde wilt stellen, of niet.
De voorzitter:
Ik zie dat nog enkele leden een vraag willen stellen. Ik verzoek hun zich te beperken tot het onderwerp, en de vraagstelling niet te verbreden.
De heer Madlener (PVV):
Voorzitter. Wij horen van deze minister weer van alles wat wij niet willen horen, namelijk: wij gaan kijken hoe de verantwoordelijkheden liggen, wij wachten af wat de gemeenten doen. De minister moet nu actie ondernemen en niet wachten tot dit kalf verdrinkt, zodat zij straks de put kan dempen. Ik verwacht dat zij nu met maatregelen komt, de gemeenten op hun verantwoordelijkheden wijst en zelf controleert of ze zich daaraan houden.
Minister Vogelaar:
Het spijt mij, voorzitter, dat de heer Madlener iets in mijn uitspraken meent te horen wat ik niet heb gezegd. Ik heb niet gezegd dat ik ga kijken hoe de verantwoordelijkheden liggen. Ik heb gezegd hoe de verantwoordelijkheden liggen. Dat is glashelder. De verantwoordelijkheid ligt bij degene die het pand verhuurt. De huurder heeft zelf ook een verantwoordelijkheid om over de eigen brandveiligheid na te denken. Vervolgens heeft de gemeente een verantwoordelijkheid in het kader van het toezicht op naleving van de regelgeving. Er hangen wetgevingsvoorstellen bij de Kamer voor, ter uniformering van de gebruiksvoorschriften op het terrein van brandveiligheid. Ik zet dus daadwerkelijk een stap om de grote diversiteit die er nu op dat punt bestaat, te beëindigen. De heer Madlener zegt dat ik iets moet doen. Dat doe ik dus. Bovendien heb ik in mijn antwoord aan mevrouw Van Gent aangegeven dat voor de VROM-Inspectie toezicht op kamerverhuur een prioriteit is. Als de inspectie daarop inzoomt, hoort daarbij natuurlijk ook het kijken naar de brandveiligheid.
De heer Madlener stelt dus ten onrechte dat ik niets doe.
Mevrouw Van der Burg (VVD):
Voorzitter. Ook de fractie van de VVD acht de brandveiligheid van studentenhuisvesting natuurlijk belangrijk. Wij hebben in een algemeen overleg uitgebreid over dit onderwerp gesproken en over de wetswijziging ten goede die er aankomt.
De handhaving is buitengewoon belangrijk. Wordt er door de VROM-Inspectie en de gemeenten gekeken naar juist die panden waarin extra risico's optreden? Wordt er dus met risicoprofielen gewerkt om het risico op brand zoveel mogelijk te beperken?
Minister Vogelaar:
Er wordt gewerkt met risicoprofielen. De VROM-Inspectie gaat dus niet willekeurig te werk en gaat niet als het ware op zoek naar de speld in de hooiberg. Er wordt nagedacht over waar risico's bestaan en hoe zeer gericht onderzoek kan worden gedaan naar de feitelijke brandveiligheid.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/h-tk-20072008-1044-1047.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.