86ste vergadering

Dinsdag 6 juni 2006

14.00 uur

Voorzitter: Weisglas

Tegenwoordig zijn 137 leden, te weten:

Van Aartsen, Aasted Madsen-van Stiphout, Albayrak, Aptroot, Arib, Van As, Atsma, Azough, Van Baalen, Bakker, Balemans, Van Beek, Blok, Blom, Van Bochove, Boelhouwer, Van Bommel, Bos, Van den Brink, Brinkel, Buijs, Bussemaker, Van de Camp, Çörüz, Crone, Van Dam, Depla, Dezentjé Hamming, Van Dijk, Van Dijken, Dijksma, Dijsselbloem, Dubbelboer, Duyvendak, Van Egerschot, Eijsink, Eski, Ferrier, Van Fessem, Fierens, Van Gent, Gerkens, Griffith, Van Haersma Buma, Halsema, Van der Ham, Hamer, Haverkamp, Heemskerk, Hermans, Hessels, Van Heteren, Van Hijum, Ten Hoopen, Huizinga-Heringa, Irrgang, Jager, Joldersma, Jonker, Jungbluth, Kant, Karimi, Knops, Koenders, Koomen, Koopmans, Kortenhorst, Koşer Kaya, Krähe, Kraneveldt, De Krom, Kruijsen, Van der Laan, Lambrechts, Leerdam, Lenards, Van Lith, Luchtenveld, Marijnissen, Mastwijk, Meijer, Van Miltenburg, Mosterd, Nawijn, De Nerée tot Babberich, Nijs, Noorman-den Uyl, Van Oerle-van der Horst, Omtzigt, Oplaat, Örgü, Ormel, Özütok, De Pater-van der Meer, Rambocus, Roefs, Rouvoet, Van der Sande, Van Schijndel, Schippers, Schreijer-Pierik, Slob, Smeets, Smilde, Smits, Snijder-Hazelhoff, Spies, Van der Staaij, Sterk, Straub, Stuurman, Tichelaar, Timmer, Timmermans, Tjon-A-Ten, Varela, Veenendaal, Van Velzen, Vendrik, Verbeet, Verburg, Verdaas, Vergeer, Vietsch, Visser, Van der Vlies, Bibi de Vries, Jan de Vries, Klaas de Vries, Van Vroonhoven-Kok, Waalkens, Wagner, Weekers, Weisglas, Van Winsen, De Wit en Wolfsen,

en mevrouw Dekker, minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, mevrouw Peijs, minister van Verkeer en Waterstaat, de heer Brinkhorst, vice-minister-president, minister van Economische Zaken, en de heer Rutte, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

De voorzitter:

Ik deel aan de Kamer mede dat zijn ingekomen berichten van verhindering van de leden:

Algra, wegens verblijf in het buitenland, ook morgen;

Lambrechts, wegens verblijf in het buitenland, vanaf 16.00 uur en de rest van de week;

Herben, Eerdmans en Verhagen, wegens verblijf in het buitenland, de gehele week;

Lazrak, wegens ziekte;

Wilders, wegens familieomstandigheden, ook morgen.

Deze berichten worden voor kennisgeving aangenomen.

De voorzitter:

Ontvangen is een bericht van het overlijden op 30 mei jongstleden van het oud-lid van de Tweede Kamer, de heer M.J.J. van Amelsvoort. De heer Van Amelsvoort was lid van de Kamer voor de fractie van de KVP van 3 augustus 1971 tot 6 december 1972, van 28 mei 1973 tot 7 juni 1977 en voor de fractie van het CDA van 15 september 1977 tot 14 april 1980, van 10 juni 1981 tot 7 november 1982 en van 14 september 1989 tot 6 november 1989. Voorts was de heer Van Amelsvoort staatssecretaris, zowel van Binnenlandse Zaken als tweemaal van Financiën. Namens de Kamer heb ik bericht van deelneming aan de familie gezonden, in het bijzonder aan de echtgenote van de heer Van Amelsvoort.

Verder deel ik u mee dat op 30 mei 2006 de kunstenaar Rudi van de Wint plotseling is overleden. Van de Wint is de maker van de grote schilderstukken op de achterwand van onze zaal. Namens de Kamer zal ik een bericht van deelneming naar de familie van de heer Van de Wint zenden.

Dan is binnengekomen een brief van ons medelid mevrouw Koomen. Enkele delen daarvan zal ik voorlezen; de gehele brief zal de leden worden toegezonden.

"Geachte voorzitter,Voorzitter

Tot mijn grote verrassing ben ik in 2002 in de Tweede Kamer gekozen nadat ik op een destijds door mij zeer gewenste en zeer waarschijnlijk onverkiesbare 46ste plaats stond op de kandidatenlijst van het CDA. Het lot heeft destijds anders bepaald en ik vond het vanzelfsprekend om toe te treden tot dit hoogste politieke orgaan van ons land. Tot mijn grote verrassing werd ik eind maart jongstleden door het CDA in Enschede gebeld met het verzoek om voor mijn partij in die gemeente wethouder te worden. Voor mijn gevoel heeft het lot mij hier naar toe gebracht en ik ben op 10 april geïnstalleerd als wethouder werk en inkomen en grotestedenbeleid.

Nu lijkt het wellicht alsof ik mijn leven door het lot laat bepalen, maar niets is natuurlijk minder waar. Ik ben er altijd zelf bij om de aan mij geboden kansen te grijpen en te omarmen. Dat heb ik destijds met het Kamerlidmaatschap gedaan en dat heb ik nu ook met dit Enschedese wethouderschap gedaan. Ik ben het namelijk niet met u eens, mijnheer de voorzitter, als u stelt dat het vreemd en onbegrijpelijk zou zijn om in uw ogen het hoogste politieke doel, namelijk het Kamerlidmaatschap, in te ruilen voor een wethouderschap. Mijn hoogste doel is mijzelf te kunnen blijven ontwikkelen en een uitdaging te vinden in een functie waar je iets kunt betekenen voor mens en maatschappij. Het wethouderschap is bij uitstek een functie die aan die criteria voldoet en al helemaal in een stad met 154.000 inwoners, gelegen buiten de Randstad in de unieke regio Twente aan de grens met Duitsland, een stad waar de vuurwerkramp van 13 mei 2000 diepe wonden heeft geslagen, maar die volop in ontwikkeling is en zich sociaal, economisch en maatschappelijk enorm aan het versterken is.

Ik deel uw mening dat het jammer is dat er kennis, kunde en ervaring de Kamer verlaat. Ik heb zelf ervaren dat het even duurt voordat je alle wegen weet te bewandelen en, zodra je die kent, je meer invloed kunt uitoefenen. En natuurlijk had ik ook graag nog een periode in deze Kamer doorgebracht. Heel graag had ik namelijk het wetgevingstraject van de Wet op het financieel toezicht afgemaakt. Heel graag had ik ook de Wet schuldsanering natuurlijke personen verder behandeld.

Oprechte betrokkenheid heb ik van meet af aan gehad met onze landgenoten in het buitenland, grensarbeiders en remigranten. En helaas kan ik nu ook niet meer meepraten over de voorstellen van de minister van Justitie inzake echtscheiding en alimentatie. Ik doe een oproep aan allen om in nieuwe wetgeving echt uit te gaan van het belang van de kinderen. En daarbij hebben beide ouders altijd rechten en plichten om waar mogelijk hun steentje in opvoedkundige en financiële zin bij te dragen. Hier passen geen idealistische papieren oplossingen van achter een bureau gemaakt die in de praktijk tot vreselijk onrechtvaardige situaties leiden.

Ik ben in de afgelopen jaren betrokken geweest bij tal van andere onderwerpen, maar een aantal onderwerpen die mij in het bijzonder bezighielden en -houden, wilde ik u vandaag niet onthouden. Ik heb de wijsheid niet in pacht om u te verlaten met een wijze boodschap. Ik hoop gewoon van harte dat de Kamer in het laatste jaar voor de verkiezingen de burger echt weet te raken.

Ik zal u allen in deze Haagse stolp en de invloed die je hier daadwerkelijk kunt hebben zonder meer missen, maar mijn ervaringen koesteren en gebruiken in mijn nieuwe functie. In die hoedanigheid zal ik menigeen van u met een bepaalde regelmaat 'lastig komen vallen' om te ijveren voor de belangen van mijn stad. Met ingang van morgen, 7 juni 2006, ben ik Kamerlid af en ga ik over tot de orde van de dag.

Myra Koomen"

(Applaus)

De voorzitter:

Van dit ontslag is mededeling gedaan aan de voorzitter van het Centraal Stembureau, het Centraal Stembureau en de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Geachte mevrouw Koomen, u bent recentelijk benoemd tot wethouder in de gemeente Enschede. Dat is de reden dat u vertrekt uit de Kamer, waarvan u sinds juli 2002 met een kleine onderbreking in 2003, lid bent als eerste lid uit Zeeuws-Vlaanderen sinds ruim 30 jaar. Ik vind niet dat het, zoals u schrijft, vreemd en onbegrijpelijk is het Kamerlidmaatschap in te ruilen voor het wethouderschap. Wel vind ik, met u, dat het zorgelijk is dat na de laatste gemeenteraadsverkiezingen zo veel Kamerleden tegelijk de Kamer verlaten, omdat daarmee veel ervaring in één klap voor de Kamer verloren gaat.

Als Kamerlid hebt u laten zien hart voor de zaak te hebben, met een sociaal oog voor de medemens die het moeilijk heeft. Of zoals u zelf in de Kamerbode zei bij uw aantreden: "Ik kom op voor de kwetsbare groepen in onze samenleving... je moet mensen altijd een perspectief blijven bieden."

Als lid van de commissies van SZW, VWS en Financiën hebt u zich ingezet voor armoedebestrijding, schuldhulpverlening, de levensloopregeling en voor grensoverschrijdende kwesties als zorg en sociale uitkeringen. Uw eerste Kamervragen betroffen ook een grensoverschrijdend onderwerp op het gebied van de zorg. Een onderwerp waarvoor u vorig jaar in het kader van het nieuwe zorgstelsel en de daarbij gevoerde discussie over de zogenaamde pensionados, de Nederlandse gepensioneerden in het buitenland, nog zelf poolshoogte bent gaan nemen in landen waar deze mensen wonen.

U was ook lid van de vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. U hield zich daar in het bijzonder bezig met het onderwerp pacht. Een belangrijk onderdeel van uw inzet bij dat onderwerp was het behouden van zekerheid voor de lange termijn middels pachtcontracten. Helaas kunt u nu het nieuwe voorstel voor de pachtwetgeving niet behandelen in de Kamer.

Het laatste onderwerp dat ik wil memoreren, betreft uw weerstand tegen de reclames voor kredietverleners. Uw motto is: eerst sparen, dan pas uitgeven. Ik vraag me dan natuurlijk in alle openheid af of dat iets te maken heeft met uw Zeeuwse achtergrond en wellicht ook met uw Twentse toekomst!

Ik wens u namens ons allen, leden en medewerkers van de Kamer, heel veel succes met uw nieuwe functie. Het ga u goed!

(Applaus)

De voorzitter:

De overige ingekomen stukken staan op een lijst die op de tafel van de griffier ter inzage ligt. Op die lijst heb ik voorstellen gedaan over de wijze van behandeling. Als aan het einde van de vergadering daartegen geen bezwaren zijn ingekomen, neem ik aan dat de Kamer zich met de voorstellen heeft verenigd.

Naar boven