Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Wijziging van de Monumentenwet 1988 en enkele andere wetten ten behoeve van de archeologische monumentenzorg mede in verband met de implementatie van het Verdrag van Valletta (Wet op de archeologische monumentenzorg) (29259), en over:

- de motie-Roefs over het pilotproject Odyssee (29259, nr. 26);

- de motie-Roefs over de taken van de ROB (29259, nr. 27);

- de motie-Roefs/Nijs over gemeentelijke archeologische bureaus (29259, nr. 28);

- de motie-Nijs over een gemeentelijk afwegingkader voor archeologisch beleid en andere beleidsvoornemens (29259, nr. 29).

(Zie vergadering van 30 maart 2006.)

De voorzitter:

Mevrouw Nijs wenst haar motie op stuk nr. 29 in stemming te brengen voor het wetsvoorstel. Kan de Kamer hiermee akkoord gaan?

Daartoe wordt besloten.

In stemming komt de motie-Nijs (29259, nr. 29).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de VVD en de LPF voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

Het amendement-Rijpstra (stuk nr. 11) is ingetrokken.

De aanhef en de onderdelen A tot en met D van artikel I worden zonder stemming aangenomen.

De voorzitter:

Voor de Handelingen, de heer Marijnissen leidt minister Hoogervorst binnen, ondersteund door twee bodes! Niks is ons te gek voor mijn gasten van vanmiddag!

In stemming komt het amendement-Roefs (stuk nr. 22).

De voorzitter:

Ik constateer dat dit amendement met algemene stemmen is aangenomen.

Onderdeel E, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Roefs (stuk nr. 22), wordt zonder stemming aangenomen.

De onderdelen E1 en F en de aanhef van onderdeel G worden zonder stemming aangenomen.

De artikelen 38 tot en met 41 worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het gewijzigde amendement Van Vroonhoven-Kok (stuk nr. 24) tot het invoegen van artikel 41a.

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de VVD, het CDA, de ChristenUnie, de SGP en de LPF voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

De artikelen 42 tot en met 47a worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Vergeer (stuk nr. 30, I).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, de Groep Lazrak, de ChristenUnie, de SGP, het CDA en de LPF voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Ik stel vast dat door de aanneming van dit amendement het overige op stuk nr. 30 voorkomende amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

Artikel 48, zoals het is gewijzigd door de aanneming van de amendementen-Vergeer (stuk nr. 30, I en II), wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen 49 tot en met 70 worden zonder stemming aangenomen.

Onderdeel G wordt zonder stemming aangenomen.

Artikel I wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen II tot en met IV worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Roefs (stuk nr. 25) tot het invoegen van een artikel IVA).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fractie van de VVD tegen dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat het is aangenomen.

De artikelen V en VI en de beweegreden worden zonder stemming aangenomen.

De voorzitter:

Voordat wij stemmen over het wetsvoorstel geef ik gelegenheid tot het afleggen van een stemverklaring vooraf.

Mevrouw Nijs (VVD):

Voorzitter. Wij stemmen vandaag over de Wet op de archeologische monumentenzorg. Het gemeentelijke archeologische beleid is van grote waarde, ook voor de VVD-fractie. Dat is ook de reden dat mijn fractie een motie heeft ingediend om in de wet een gemeentelijk archeologisch beleid vast te leggen. Dat is niet eenvoudig voor gemeenten, want er moeten natuurlijk afwegingen worden gemaakt tussen archeologie, ruimtelijke ordening en wat dies meer zij. Het betekent ook geld voor onderzoek, het ontdekken van archeologie en het beschermen van archeologie.

Over de manier waarop dit vorm moet worden gegeven, denkt de VVD-fractie anders. Wij vinden niet dat een Europees verdrag een dictaat mag opleggen voor een gemeentelijk archeologiebeleid. Wij willen een afweging maken wat er in Europa gebeurt en wat in Nederland gebeurt. Wij vinden dat Nederland zijn eigen regels moet stellen. Ook al is het verdrag uit 1992, dan nog wensen wij niet dat Europa ons archeologiebeleid dicteert. Wij willen zeker geen wet die nog verder gaat dan het Europese verdrag.

Om pragmatische redenen en omdat de meerderheid van de kleinere projecten in de wet als uitgangspunt buiten het Verdrag van Valletta worden gehouden, hebben wij gestemd voor het amendement van mevrouw Van Vroonhoven. Daarmee is echter het principiële bezwaar tegen deze wet niet weggenomen. Wij zijn niet tegen archeologie en wij zijn niet tegen een archeologiebeleid, maar wij zijn wel tegen een Europees verdrag dat dit dicteert. Daarom zullen wij tegen het wetsvoorstel stemmen.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, de Groep Lazrak, D66, het CDA, de ChristenUnie en de SGP voor dit wetvoorstel hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Op verzoek van mevrouw Roefs stel ik voor, haar motie (29259, nr. 28) van de agenda af te voeren.

Daartoe wordt besloten.

In stemming komt de motie-Roefs (29259, nr. 26).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, de Groep Lazrak, D66, de ChristenUnie en de LPF voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Roefs (29259, nr. 27).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van GroenLinks, de PvdA, de Groep Lazrak, D66, de ChristenUnie, de SGP en de LPF voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

Naar boven