Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Aan de orde waren de stemmingen over het belastingplan. Van de zijde van de fractie van het CDA heeft mij echter het verzoek bereikt om de stemmingen niet nu, maar aan het eind van de middag, om ongeveer 18.00 uur, op een moment dat het past in de agenda, te laten plaatsvinden. Ik leg dat verzoek aan de Kamer voor. Hebben de leden van de CDA-fractie behoefte om dit verzoek toe te lichten?

De heer Verhagen (CDA):

Gelet op de discussie die is gevoerd over de motie-Van der Vlies inzake de overgangsregeling voor het grijze kenteken, heeft mijn fractie behoefte aan nader overleg om te bezien of er alternatieven zijn die betere mogelijkheden voor de minima in dit land betekenen.

De voorzitter:

Na de toelichting van de heer Verhagen maak ik dit verzoek toch tot een voorstel van mijn kant, omdat wij de gewoonte hebben dat het wordt ingewilligd, wanneer fracties behoefte hebben aan nader beraad. Ik geef de gelegenheid om hierover iets te zeggen.

De heer Crone (PvdA):

Wij hebben twintig uur debat gehad over het belastingplan, waarin dit dossier zorgvuldig door alle fracties is besproken, net als alle alternatieven bij het grijze kenteken. Er zijn twee fracties die daar bijna niets over hebben gezegd, namelijk het CDA en de VVD. Ik vind niet dat wij moeten zeggen dat wij tot zes uur wachten en dan wel horen wat voor rook er uit de schoorsteen komt. Dit is de plaats voor gemeenschappelijk overleg. Alle fracties hebben de regeringsfracties uitgedaagd waarom het niet anders kon, linksom of rechtsom. Dan heb ik liever een heropening van het debat, voordat er stemmingen plaatsvinden.

De heer Vendrik (GroenLinks):

Ik steun de heer Crone volledig. Ik sta toch een beetje perplex. Het lijkt mij helder dat in deze zaal wordt uitgelegd, met redenen omkleed, waarom een positieverandering van een bepaalde fractie wordt overwogen, zodat wij daarover met elkaar in debat kunnen. Wij hebben achttien uur gedebatteerd, maar ik hoor dit voor het eerst.

De voorzitter:

Twintig uur volgens de heer Crone.

De heer Vendrik (GroenLinks):

Twintig uur, nog erger. Dan kan er echt nog wel een uurtje bij.

Mevrouw Kant (SP):

Ik steun ook wat de heer Crone zegt. Wij hebben heel lang gedebatteerd, maar ik wil nog langer debatteren, onder andere met het CDA, als wij daardoor tot een oplossing kunnen komen. Het is een beetje raar dat dit nog niet is geregeld. Wij hebben niet voor niets een debat gehad. Ik hoop er met anderen een bijdrage aan geleverd te hebben dat het debat blijkbaar zo is gevoerd dat het CDA aan het denken is gezet en nog wat denktijd nodig heeft. Als er een oplossing komt voor mensen met een grijs kenteken, heb ik graag een voortzetting van het publieke debat. Als het CDA bedenktijd nodig heeft, ben ik daar blij mee, als dat tot een oplossing leidt.

De heer Van der Ham (D66):

Als het CDA nog even beraad nodig heeft, gunnen wij hen dat vanzelfsprekend. Het lijkt ons ook prima als er daarna wordt heropend om het debat te hervatten.

De voorzitter:

Even iets preciezer, anders weet ik niet of u het verzoek om heropening wilt ondersteunen.

De heer Van der Ham (D66):

Als daar behoefte aan is. Wij hebben onze standpunten over het voetlicht gebracht. Als andere fracties daar behoefte aan hebben, is dat prima, maar wij moeten het wat ons betreft niet helemaal uitstellen tot 18.00 uur.

De heer Van der Vlies (SGP):

Voorzitter. De heer Verhagen refereerde aan mijn amendement. In dat kader heeft de CDA-fractie gevraagd, nog enige tijd te kunnen krijgen om zich te beraden op het stemgedrag en misschien op nog meer. Dan zeg ik natuurlijk: gun haar die tijd. Ik hoop dat daar iets goeds uit komt.

De heer Rouvoet (ChristenUnie):

Voorzitter. Het verzoek was: uitstel van de stemmingen tot later deze dag. Dat voorstel zou ik alleen al om technische redenen vanuit een kleinere fractie van harte willen steunen, omdat de ingewikkelde stemmingslijst, met amendementen die op het laatste moment nog zijn herzien of verbeterd, ook nog beoordeeld moeten kunnen worden. Dat kan zeker in kleinere fracties moeilijk zonder de woordvoerder erbij. Alleen daarom steun ik het voorstel dus al.

Wat betreft het argument van de heer Verhagen ter toelichting van het verzoek: als het uitstel kan leiden tot een nadere standpuntbepaling, zou ik daar graag over debatteren, maar ik steun het verzoek in ieder geval, zodat een nadere standpuntbepaling mogelijk is.

De heer Van As (LPF):

Voorzitter. Wij betreuren het in hoge mate dat er nu uitstel wordt gevraagd. Het amendement van de heer Van der Vlies ligt er immers al vanaf maandag. Zelfs wij, een veel kleinere fractie dan de CDA-fractie, zijn in staat gebleken om de stemmingslijst met de adviezen kant en klaar te hebben. Wat ons betreft, kunnen wij nu dus stemmen.

De voorzitter:

De opvattingen van de verschillende fracties zijn duidelijk. Ik heb behoefte aan een verduidelijking van mevrouw Kant en de heer Vendrik. Heb ik het goed begrepen dat u formeel om een heropening vraagt?

Mevrouw Kant (SP):

Dat hebt u inderdaad goed begrepen, maar wij willen de CDA-fractie tot die heropening wel alle tijd geven om na te denken.

De voorzitter:

Dan stel ik voor om een tijdslimiet te zetten van ongeveer 18.00 uur, op een moment waarop wij het dan aan de orde zijnde debat op een logisch punt kunnen onderbreken, dus niet middenin een zin van een minister. Dan zullen wij de beraadslaging over het belastingplan dus om ongeveer 18.00 uur heel kort heropenen. Het is uiteraard absoluut niet nodig dat alle woordvoerders daarbij het woord voeren, maar dat is aan u, want u hebt daar wel het recht toe. Meteen na die heropening zullen wij dan gaan stemmen, met wellicht drie minuten ertussen om de stemmingslijst helemaal up to date te maken. Zullen wij het zo afspreken? Dan gaan wij dus om ongeveer 18.00 uur heropenen en daarna stemmen.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Ik kijk nu even naar de heer Bos. Kijkend naar de agenda, de nu gevraagde heropening en de tijd die wij nu besteden aan deze regeling van werkzaamheden, zou ik het geen goede procedure vinden, om 22.00 uur vanavond nog te beginnen met het debat over het sociaal akkoord. Ik sluit dus niet uit dat ik over dat debat in overleg zal treden met de aanvragers en woordvoerders, met de vraag of wij dat moeten laten doorgaan. Ik geloof niet dat wij die beslissing nu moeten nemen, maar ik wil dit wel alvast in de openbare vergadering zeggen.

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda van volgende week:

  • - Brief van het Presidium over een onderzoek van de Algemene Rekenkamer inzake warmteprojecten (29048, nr. 8);

  • - het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2005 (29800-X);

  • - het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat (XII) voor het jaar 2005 (29800-XII);

  • - het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2005 (29800-A);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet voorkoming verontreiniging door schepen, de Wet verontreiniging zeewater en de Scheepvaartverkeerswet in verband met de instelling van de Nederlandse exclusieve economische zone en enkele andere onderwerpen (28984);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet bodembescherming en enkele andere wetten in verband met wijzigingen in het beleid inzake bodemsaneringen (29462);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet educatie en beroepsonderwijs en de Wet op de ondernemingsraden in verband met de modernisering van de medezeggenschapsstructuur in de educatie en het beroepsonderwijs en de versterking van de positie van deelnemers (modernisering medezeggenschap educatie en beroepsonderwijs) (29371);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met decentralisatie van de vervangingsuitgaven en van de wachtgelduitgaven (decentralisatie vervangingsuitgaven en wachtgelduitgaven vo) (27744);

  • - het wetsvoorstel Regels ten aanzien van het veilig laden en lossen van zeeschepen (Wet laden en lossen zeeschepen) (29713);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Scheepvaartverkeerswet, de Wet voorkoming verontreiniging door schepen en de Wet op de economische delicten in verband met de implementatie van richtlijn nr. 2002/59/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 27 juni 2002 betreffende de invoering van een communautair monitoring- en informatiesysteem voor de zeescheepvaart en tot intrekking van Richtlijn 93/75/EEG van de Raad (PbEG L 208) (communautair monitoring- en informatiesysteem scheepvaart) (29714);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet op de formeel buitenlandse vennootschappen (29524);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Arbeidsomstandighedenwet 1998 in verband met een gewijzigde organisatie van de deskundige bijstand bij het arbeidsomstandighedenbeleid en de daarmee samenhangende bepalingen (29814);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen, de Beginselenwet verpleging terbeschikkinggestelden, de Penitentiaire beginselenwet en enige andere wetten onder meer naar aanleiding van evaluatieonderzoeken (29413);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet medisch-wetenschappelijk onderzoek met mensen (oplossen van enige knelpunten) (29748);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet werk en bijstand in verband met het verlenen van een financiële tegemoetkoming aan personen die een ouderdomspensioen op grond van de AOW ontvangen, alsmede in verband met enige aspecten van de financieringssystematiek (29850);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen in verband met wijziging van de taken en de werkwijze van de Raad voor werk en inkomen (29727);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet op het Centraal bureau voor de statistiek in verband met de uitvoering van de nieuwe Intrastatverordening (29726);

  • - Initiatiefwetsvoorstel van de heren Crone en De Nerée (29824);

  • - Aanwijzing van het Actieprogramma "Andere Overheid" tot groot project (29362);

  • - Voordracht ter vervulling van twee vacatures in de Hoge Raad (29870).

Ik stel voor, toe te voegen aan de stemmingslijst van dinsdag 23 november:

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Waterstaatswet 1900 in verband met het opnieuw instellen van de Commissie van advies inzake de waterstaatswetgeving (29720).

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Ik deel mede aan de heren Crone en De Nerée dat zij zo slecht luisteren dat zij niet hebben gemerkt dat ik aan de agenda van volgende week een niet bestaand initiatiefwetsvoorstel van hen beiden heb toegevoegd. Het was een test. Het is dus weer van de agenda afgevoerd.

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Wij zullen het anders gaarne verdedigen!

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Douma.

De heer Douma (PvdA):

Gisteren heeft een algemeen overleg plaatsgevonden over de Europese liberalisering van de interne markt voor diensten. Ik wil het verslag van dat algemeen overleg met enige spoed op de agenda hebben, zodat wij volgende week dinsdag nog over de moties kunnen stemmen. Dat is nodig in verband met de te houden Europese Raad voor Concurrentievermogen.

De voorzitter:

Ik stel voor, het verslag op de agenda te zetten direct na de heropening van de beraadslaging over het belastingplan, volgens het regime dat ik in een brief van een paar dagen geleden duidelijk heb gemaakt. Mensen mogen dus alleen het woord voeren om een motie in te dienen. Wellicht dat wij de stemming daarover vanavond nog kunnen meenemen. Anders stemmen wij volgende week dinsdag.

Aldus wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Halsema.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Voorzitter. Gisteren heeft RTL Nieuws beslag weten te leggen op een interne adviesnota van het kabinet, met als titel Bruggen bouwen, grenzen stellen. Naar verluidt legt minister-president Balkenende die aanstaande vrijdag voor aan de ministerraad. Uit de nota blijkt onder andere dat het kabinet worstelt met haar publieke optredens en met haar beleidskoers sinds de moord op Theo van Gogh. Dat was ons ook opgevallen. Er zijn meningsverschillen tussen de ministers Donner en Remkes en tussen de ministers Donner en Verdonk en er is verschil van mening over de wenselijke toonhoogte. Dat is pijnlijk gezien de maatschappelijke behoefte aan duidelijkheid en veiligheid. Blijkens het uitgelekte advies wil de premier wat doen aan die interne verdeeldheid. Ik kan hem daarin alleen maar steunen.

Op onze beurt willen wij graag na de ministerraad duidelijkheid over de koers van het kabinet en de communicatiestrategie die het kabinet hanteert. Wij verzoeken om de Kamer na de ministerraad een brief te sturen over de conclusies die de raad heeft getrokken op basis van het advies. Wij willen die brief graag ontvangen voor dinsdag, twaalf uur. Vanzelfsprekend valt het definitieve besluit pas na lezing van de brief. De fractie van GroenLinks en de fractie van de Partij van de Arbeid, bij monde van de heer Bos, zijn echter voornemens de brief te agenderen voor een debat met de minister-president.

De voorzitter:

Mijn voorstel zou zijn om het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet, in het bijzonder naar de minister-president, en om over een eventueel debat definitief te beslissen als de gevraagde informatie aanstaande dinsdag binnen is gekomen.

De heer Verhagen (CDA):

Ik kan mij daar deels in vinden. Het is goed een brief met conclusies te krijgen. Hopelijk wordt bij die conclusies ingegaan op de rol van de minister-president als primus inter pares en op de discussie of die niet meer aanwijzingsbevoegdheid moet krijgen. Voorts is dit een thema dat bij uitstek ook bij de begrotingsbehandeling Algemene Zaken aan de orde kan komen. Mede naar aanleiding van de inhoud van de gevraagde brief stel ik vast dat het debat ook bij deze geagendeerde behandeling kan plaatsvinden.

De voorzitter:

Die begrotingsbehandeling is op 2 december.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Zoals ik al eerder zei, moet de definitieve beslissing over een debat genomen worden na lezing van de brief. Laat ik wel op voorhand zeggen dat ik er geen voorstander van ben om het te voegen bij de behandeling van de begroting van Algemene Zaken, die ook over andere onderwerpen zal gaan. Ik denk dat het onderwerp daarvoor te belangrijk is.

Het verzoek was om te overwegen om de minister-president een aanvullende bevoegdheid te geven. Ik meen mij te herinneren dat de minister-president zelf eerder heeft beargumenteerd dat dit niet nodig is. Als de CDA-fractie dit nu op basis van de verdeeldheid in het kabinet wel nodig vindt, dan kan de heer Verhagen dat wat mij betreft inbrengen in het debat.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit deel van de vergadering, inclusief de laatste gedachtewisseling tussen de heer Verhagen en mevrouw Halsema, te doen toekomen aan het kabinet en wel aan de minister-president.

Daartoe wordt besloten.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven