Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaat van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2004 (29200 VII).

(Zie vergadering van 9 december 2002.)

De voorzitter:

De amendementen-Dijsselbloem (stuk nr. 8, I en II) worden ingetrokken.

Artikel 1 wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Van der Staaij (stuk nr. 5, I).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de ChristenUnie, de SGP en de LPF voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 5 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

Artikel 2 wordt zonder stemming aangenomen.

Artikel 3 wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-De Wit (stuk nr. 10, I).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks en de ChristenUnie voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 10 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

Artikel 4 wordt zonder stemming aangenomen.

Artikel 5 wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-De Wit (stuk nr. 11).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP en de ChristenUnie voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Artikel 6 wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen 7 t/m 11 worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-De Wit (stuk nr. 7).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP en GroenLinks voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Artikel 12 wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen 13 en 14, de departementale begrotingsstaat, de begrotingsstaat baten-lastendiensten en de beweegreden worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:

Ik constateer dat het wetsvoorstel met algemene stemmen is aangenomen.

Naar boven