Aan de orde zijn de stemmingen over vier moties, ingediend tijdens het debat over cultuur als confrontatie, te weten:

- de motie-Dittrich c.s. over autonome artistieke ontwikkelingen (26591, nr. 6);

- de motie-Visser-van Doorn/Atsma over financiële compensatie voor amateuristische muziekbeoefening (26591, nr. 7);

- de motie-Halsema/Dittrich over de 15%-eis (26591, nr. 8);

- de motie-Poppe over ruimte om werk aan publiek te tonen (26591, nr. 9).

(Zie vergadering van 23 november 1999.)

De voorzitter:

Op verzoek van mevrouw Visser-van Doorn stel ik voor, de motie-Visser-van Doorn/Atsma (26591, nr. 7) van de agenda af te voeren.

Daartoe wordt besloten.

In stemming komt de motie-Dittrich c.s. (26591, nr. 6).

De voorzitter:

Ik constateer, dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Halsema/Dittrich (26591, nr. 8).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, D66 en het CDA voor deze motie hebben gestemd, en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Poppe (26591, nr. 9).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de SP en GroenLinks voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

Naar boven