Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het ministerie van Binnenlandse Zaken (VII) voor het jaar 1995 (23900-VII).

(Zie vergadering van 26 oktober 1994.)

De artikelen 1 t/m 4 worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Van der Hoeven c.s. (stuk nr. 26, I).

De voorzitter:

Ik constateer, dat behoudens de aanwezige leden van de fractie van de SP de aanwezige leden van alle fracties voor dit amendement hebben gestemd, zodat het is aangenomen.

Ik stel vast, dat door de aanneming van dit amendement het andere op stuk nr. 26 voorkomende amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

Artikel 01.01, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Van der Hoeven c.s. (stuk nr. 26, I), wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen 01.02 t/m 02.05 worden zonder stemming aangenomen.

Artikel 02.06, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Van der Hoeven c.s. (stuk nr. 26, II), wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen 02.07 t/m 08.06 worden zonder stemming aangenomen.

De gewijzigde begrotingsstaat, onderdeel uitgaven en verplichtingen, wordt zonder stemming aangenomen.

De begrotingsstaat, onderdeel ontvangsten, de begrotingsstaat, onderdeel agentschap IVOP, en de beweegreden worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:

Ik constateer, dat het wetsvoorstel met algemene stemmen is aangenomen.

Naar boven