Aan de orde zijn de stemmingen, ingediend bij de Algemene financiële beschouwingen, te weten:

- de motie-Crone c.s. over het uitkeerbaar maken van kinderkortingen en ouderenkorting (30300, nr. 38);

- de motie-De Nerée tot Babberich c.s. over jaarlijkse controle op grote toezichthouders (30300, nr. 39);

- de motie-Kant/Vendrik over specifieke voorstellen ter ondersteuning van kleine zelfstandigen, starters en het midden- en kleinbedrijf (30300, nr. 40);

- de motie-Kant/Vendrik over doorrekening van regeringsplannen en alternatieven van de oppositie (30300, nr. 41);

- de motie-Bakker c.s. over normering van topinkomens in de semi-publieke sector (30300, nr. 43);

- de motie-Bakker c.s. over afschakeling van Nederland 1, 2 en 3 via de ether (30300, nr. 44);

- de motie-Bakker c.s. over uitgaven aan reïntegratie-inspanningen ten behoeve van werklozen en arbeidsongeschikten (30300, nr. 45);

- de motie-Van As c.s. over het bezien van alle rijkstaken op nut en noodzaak en het opnieuw benoemen van kerntaken (30300, nr. 46);

- de motie-Van As/Blok over afzien van verdere aanleg van windmolenparken (30300, nr. 47);

- de motie-Van As over het onder financieel rijkstoezicht plaatsen van gemeenten die excessieve lastenstijgingen kennen (30300, nr. 48);

- de motie-Rouvoet over vergoeding van de kosten voor de aanschaf van een ID-bewijs voor jongeren tussen 14 en 18 jaar (30300, nr. 50).

(Zie vergadering van 6 oktober 2005.)

De voorzitter:

De motie-Crone c.s. (30300, nr. 38) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de kinderkortingen en ouderenkorting veelal niet terechtkomen bij lagere inkomensgroepen omdat zij te weinig belasting betalen om te verrekenen;

verzoekt de regering, de kortingen zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk per 1 juli 2006, zo nodig met terugwerkende kracht, via de Belastingdienst Toeslagen uitkeerbaar te maken,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 52 (30300).

De motie-Bakker c.s. (30300, nr. 43) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat ook in de semi-publieke sector, gelet op de salarisontwikkelingen in de afgelopen jaren, een normering gewenst is in de salarisniveaus;

verzoekt het kabinet, alsnog voorstellen te doen voor een dergelijke normering in aanvulling op het wetsvoorstel Openbaarheid topinkomens en deze voorstellen in december aan de Kamer te sturen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 53 (30300).

De motie-Bakker c.s. (30300, nr. 44) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het kabinet het voornemen heeft om begin volgend jaar de analoge verspreiding via de ether van Nederland 1, 2 en 3 en de regionale omroep af te schakelen;

overwegende dat de Kamer eerder heeft uitgesproken dat dit pas mag gebeuren wanneer een gelijkwaardig en toegankelijk alternatief beschikbaar is (motie-Atsma,29800-VIII, nr. 88);

verzoekt de regering, conform die motie te handelen en hiertoe de benodigde financiële middelen ter beschikking te brengen zonder dat dit ten laste komt van de uitgaven voor de publieke omroep of de cultuur, en de Kamer hierover voor de bespreking van de mediabegroting te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 54 (30300).

De motie-Van As c.s. (30300, nr. 46) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

van mening dat, teneinde meer financiële ruimte te creëren voor extra aflossing van onder andere de staatsschuld en/of nieuw beleid, een andere aanpak noodzakelijk is;

van mening dat de bureaucratie dient te worden aangepakt en de overheid verder moet worden afgeslankt;

verzoekt de regering, alle rijkstaken tegen het licht te houden, op nut en noodzaak te bekijken, de kerntaken opnieuw te benoemen en tevens aan te geven welke secundaire taken geschrapt kunnen worden c.q. gedelegeerd kunnen worden naar lagere overheden, en hierover naar de Kamer met een plan van aanpak te komen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 55 (30300).

De motie-Van As/Blok (30300, nr. 47) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat windenergie een sterke voorkeurspositie wordt verleend om dwingende redenen van groot openbaar belang, zoals blijkt uit de Nota Ruimte en de begroting;

overwegende dat de recente studie van het CPB aangeeft dat de gewonnen windenergie plus de milieuvoordelen (met name CO2) lager zijn dan de kosten die hiervoor gemaakt worden en dat dit negatieve maatschappelijke rendement tot ruwweg 2030 verwacht wordt;

verzoekt de regering, af te zien van verdere aanleg van windmolenparken op zee behoudens die parken die reeds zijn vastgelegd in beschikkingen en de overblijvende middelen uit het FES-fonds aan te wenden voor onderzoek en stimulering van toepassing van bronnen van schone en efficiënte vormen van energie,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 56 (30030)

Aangezien de motie-Van As (30300, nr. 48) is ingetrokken, maakt zij geen onderwerp van behandeling meer uit.

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van stemverklaringen vooraf.

De heer Bakker (D66):

Voorzitter. Mijn stemverklaring gaat over de gewijzigde motie-Crone op stuk nr. 38, waarin het verzilveringsprobleem voor de ouderenkorting en de kinderkorting aan de orde wordt gesteld, oftewel de omstandigheid dat mensen die geen belasting betalen ook niet kunnen profiteren van die korting. De fractie van D66 is principieel voor het mogelijk maken van verzilvering, ook al in een eerder stadium, en voor vormen van negatieve inkomstenbelasting, als alternatief voor de vaak heel ingewikkelde toeslagregelingen. Wij hebben daarover al eerder met de regering gebakkeleid. Wij verschillen daarover van opvatting.

Er zijn ook praktische redenen om hier eens goed naar te kijken. Wij zijn een beetje aan het eind van de instrumenten om via kortingen de koopkracht te herstellen. Als er dan een koopkrachtprobleem is, moet je wel de instrumenten hebben.

Tegenover die pluspunten van de motie staan voor ons twee heel belangrijke tegenargumenten. Het eerste is financieel. Bij het Belastingplan zou de vraag aan de orde komen hoe de motie kan worden gedekt. Het is geen eenvoudige opgave om dat verantwoord te doen. Het tweede is dat van de uitvoerbaarheid, waarover wij ons nog de grootste zorgen maken, gelet op de grote eisen die al worden gesteld aan de Belastingdienst. Het is zeer de vraag hoe verantwoord het is om dit er bovenop te leggen. Ook dat is, mocht de motie worden aangenomen, ter bespreking bij het Belastingplan.

Alles afwegende heeft voor ons de mogelijkheid om op deze wijze nog wat extra te doen voor de koopkracht van ouderen en alleenstaande ouders de doorslag gegeven. Wij zullen voor de motie stemmen.

De heer Van As (LPF):

Voorzitter. Voor de fractie van de Lijst Pim Fortuyn is politiek bedrijven gebaseerd op zakelijkheid met een hart. Vooral om deze laatste overweging vinden wij dat voor de groeperingen in de samenleving die in de motie van de heer Crone zijn genoemd wat moet gebeuren. Wij gaan de discussie over de dekking gaarne aan. Daarover is wel een suggestie gedaan, maar die hoeft voor ons niet bepalend te zijn. Wij zullen er bij de behandeling van het Belastingplan nog graag over discussiëren met de staatssecretaris. Wij zijn bereid om eventueel met een adequate dekking te komen.

Mevrouw Van Egerschot (VVD):

Voorzitter. De VVD ergert zich aan de uitwassen op het gebied van topinkomens. Daarom is de VVD van mening dat in de publieke sector het salaris van de minister-president de norm zou moeten zijn. Als je die norm echter alleen wilt vastleggen voor de semi-publieke sector, loop je tegen een probleem aan. De semi-publieke sector kent enerzijds organisaties die zich vrij in de markt kunnen bewegen. Daarvoor is een afwijking van de norm wel degelijk te bepleiten. Anderzijds zijn er organisaties die door overheidssteun volledig beschermd worden tegen de tucht en ook tegen de risico's van de markt. Voor die organisaties zou de norm wel moeten gelden. De VVD kan dit niet voor de hele semi-publieke sector in een wettelijke regeling samenvatten. Daarom heeft de VVD geen behoefte aan het verzoek in de motie-Bakker op stuk nr. 43, ook gelet op de toezeggingen van het kabinet dat het met voorstellen zal komen.

De heer De Nerée tot Babberich (CDA):

Voorzitter. Wij hebben heel serieus naar de motie-Crone op stuk nr. 38 gekeken, om te zien of wij de daarin genoemde groepen tegemoet zouden kunnen komen. Als een financiering wordt gekozen als in de kranten is vermeld, gaan de minima er zeer sterk op achteruit. Een aantal andere groepen gaat er ook op achteruit.

Een volgend punt is dat de motie op dit moment volstrekt onuitvoerbaar is. Daarom zal mijn fractie tegen de motie stemmen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Crone c.s. (30300, nr. 52, was nr. 38).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, de Groep Lazrak, D66, de Groep Wilders, de ChristenUnie, de SGP, de LPF en de Groep Nawijn voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-De Nerée tot Babberich c.s. (30300, nr. 39).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van D66, de Groep Wilders, de VVD, het CDA, de ChristenUnie, de SGP, de LPF en de Groep Nawijn voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Kant/Vendrik (30300, nr. 40).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA en de Groep Lazrak voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Kant/Vendrik (30300, nr. 41).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP en GroenLinks voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Bakker c.s. (30300, nr. 53).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fractie van de VVD tegen deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige fractie ervoor, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Bakker c.s. (30300, nr. 54).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, de Groep Lazrak, D66, het CDA, de ChristenUnie en de SGP voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Bakker c.s. (30300, nr. 45).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fractie van de Groep Lazrak tegen deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Van As c.s. (30300, nr. 55 ).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van D66, de Groep Wilders, de VVD, het CDA, de ChristenUnie, de SGP, de LPF en de Groep Nawijn voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Van As/Blok (30300, nr. 56).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de Groep Wilders, de VVD, het CDA, de LPF en de Groep Nawijn voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Rouvoet (30300, nr. 50).

De heer Rouvoet (ChristenUnie):

Voorzitter, deze motie wil ik graag aanhouden.

De voorzitter:

Op verzoek van de heer Rouvoet stel ik voor, zijn motie (30300, nr. 50) van de agenda af te voeren.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Crone.

De heer Crone (PvdA):

Voorzitter. Nu mijn motie om voor mensen met alleen AOW en de armste gezinnen met kinderen de kortingen te verzilveren, is aangenomen, vraag ik het kabinet om zo spoedig mogelijk een nota van wijziging op het Belastingplan aan de Kamer te sturen zodat zij deze motie kan verzilveren tijdens de bespreking van het Belastingplan.

De voorzitter:

De vraag is gehoord door de staatssecretaris van Financiën. Voor de volledigheid stel ik voor, al is dit geen regeling, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet, in het bijzonder naar de minister en de staatssecretaris van Financiën.

Daartoe wordt besloten.

De vergadering wordt van 16.02 uur tot 16.09 uur geschorst.

Naar boven