Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Aanpassing van de Auteurswet 1912, de Wet op de naburige rechten en de Databankenwet ter uitvoering van richtlijn nr. 2001/29/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 22 mei 2001 betreffende de harmonisatie van bepaalde aspecten van het auteursrecht en de naburige rechten in de informatiemaatschappij (PbEG L 167) (Uitvoering richtlijn auteursrecht en naburige rechten in de informatiemaatschappij) (28482),

- over:

- de motie-Van Dam c.s. over actualisatie van het toekomstperspectief (28482, nr. 20).

(Zie vergadering van 11 februari 2004.)

De voorzitter:

De heer Van Dam trekt de amendementen op de stukken nrs. 14 en 18 in. De heer Luchtenveld trekt het amendement op stuk nr. 19 in.

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van een stemverklaring vooraf.

De heer Luchtenveld (VVD):

Mijnheer de voorzitter. De fractie van de VVD houdt gemengde gevoelens over aan de plenaire behandeling van dit wetsvoorstel. Met dit wetsvoorstel wordt geen eenheid in het auteursrecht in Europa bereikt. Voorts blijven ook na de plenaire behandeling vraagtekens te plaatsen bij de handhaafbaarheid van de diverse vormen waarin het auteursrecht zich in onze digitale maatschappij aandient. De fractie van de VVD heeft gepleit voor zoveel mogelijk evenwicht tussen enerzijds de belangen van de rechthebbenden en anderzijds de consument-gebruiker. Zij stemt met overtuiging voor de motie-Van Dam c.s., omdat een nadere visie op het auteursrecht dringend gewenst is. In afwachting van de nadere discussie moet dan bij de beoordeling van de thans voorliggende amendementen veelal het devies gelden: bij twijfel niet inhalen. Ik ga op een enkel amendement nog in.

Wat de handhaafbaarheid betreft, voelen wij niet voor schijnbepalingen, die in de praktijk niet te handhaven zijn. Om die reden stemt de fractie van de VVD conform het advies van de minister tegen het amendement op stuk nr. 12. Wij zijn van mening dat ook met de huidige wetstekst verspreiding van geschriften op grote schaal reeds verboden is. Het debat is gekenmerkt door de vraag in hoeverre er voor de wetgever aanleiding is om in te grijpen in wat zich thans via private organisaties in de praktijk afspeelt.

Wat betreft de gehandicaptenexceptie, inmiddels het amendement op stuk nr. 25, kiest de fractie van de VVD voor maximale zekerheid door gebruik te maken van de Europese richtlijn. Wij stemmen dus voor.

Er leek wat de fractie van de VVD betreft ook aanleiding om de positie van auteurs die hun recht niet willen laten uitoefenen ten gunste van een goed doel wettelijk te regelen. Ik heb mij er echter van laten overtuigen dat aan de andere kant het gevaar bestaat dat de maker onder druk wordt gezet om afstand van zijn vergoedingsaanspraken te doen op oneigenlijke gronden. Bovendien blijkt, in tegenstelling tot berichten in de media, dat voor een bij de vereniging BUMA aangesloten maker, die in een speciaal geval zijn inkomsten uit de uitoefening van de bezoekrechten ten goede wil laten komen van een goed doel een cessievoorstel mogelijk is. Daarom kan het risico van misbruik ook hier leiden tot het advies: bij twijfel niet inhalen. Om die reden is het amendement ingetrokken.

De fractie van de VVD heeft een afweging gemaakt inzake het amendement op stuk nr. 15, over de gelijkstelling van televisieprogramma's en andere media. Wij constateren dat de maatschappelijke reacties verdeeld zijn, maar dat de omroepwereld het amendement omarmt. Omdat het hier een uitnodiging betreft om tot een algemene maatregel van bestuur te komen, zijn wij bereid het amendement te steunen. Wij stemmen er voor.

Met inachtneming van deze opmerkingen zal de fractie van de VVD voor het wetsvoorstel stemmen.

De aanhef van artikel I en de onderdelen A t/m E worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Jan de Vries (stuk nr. 25, I) tot invoeging van een nieuw onderdeel Ea.

De voorzitter:

Ik constateer dat dit gewijzigde amendement met algemene stemmen is aangenomen.

Ik stel vast dat door de aanneming van dit gewijzigde amendement de andere op dit stuk voorkomende gewijzigde amendementen als aangenomen kunnen worden beschouwd.

De onderdelen F en G worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Van Dam (stuk nr. 22, I).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van GroenLinks, de PvdA en de Groep-Lazrak voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit gewijzigde amendement het andere op dit stuk voorkomende gewijzigde amendement als verworpen kan worden beschouwd.

Onderdeel H wordt zonder stemming aangenomen.

De aanhef van onderdeel I en het eerste lid van artikel 16c worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Jan de Vries (stuk nr. 12, I) tot invoeging van een nieuw tweede lid.

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van D66, het CDA en de LPF voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement het andere op dit stuk voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

Het tweede t/m achtste lid, artikel 16c en de onderdelen I, K en L worden zonder stemming aangenomen.

Onderdeel M, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het gewijzigde amendement-Jan de Vries (stuk nr. 25, II), wordt zonder stemming aangenomen.

De onderdelen N en O worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Van Dam (stuk nr. 15, I).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, de VVD en de Groep-Lazrak voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Ik stel vast dat door de aanneming van dit amendement het andere op dit stuk voorkomende amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

Onderdeel P, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Van Dam (stuk nr. 15, I), wordt zonder stemming aangenomen.

Onderdeel Q, zoals het is gewijzigd door de Voorzitteraanneming van het amendement-Van Dam (stuk nr. 15, II), wordt zonder stemming aangenomen.

De onderdelen Qa en R worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Jan de Vries (stuk nr. 21, I).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van D66, het CDA en de SGP voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit gewijzigde amendement het andere op dit stuk voorkomende gewijzigde amendement als verworpen kan worden beschouwd.

Onderdeel S wordt zonder stemming aangenomen.

De onderdelen T t/m V, de aanhef van onderdeel W en het eerste en het tweede lid van artikel 29a worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Van Dam (stuk nr. 16, I).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, de LPF en de Groep-Lazrak voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement de andere op dit stuk voorkomende amendementen als verworpen kunnen worden beschouwd.

Het derde lid van artikel 29a wordt zonder stemming aangenomen.

Het vierde lid van artikel 29a, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het gewijzigde amendement-Jan de Vries (stuk nr. 25, III), wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt artikel 29a.

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fractie van de SP tegen dit artikel hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat het is aangenomen.

Artikel 29b, de onderdelen W en X, artikel I, de aanhef van artikel II en de onderdelen A t/m Fa worden zonder stemming aangenomen.

Onderdeel G, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het gewijzigde amendement-Jan de Vries (stuk nr. 25, IV), wordt zonder stemming aangenomen.

De onderdelen H t/m I worden zonder stemming aangenomen.

Onderdeel J, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het gewijzigde amendement-Jan de Vries (stuk nr. 25, V), wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen II t/m VII en de beweegreden worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:

Ik constateer dat het wetsvoorstel met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van Dam c.s. (28482, nr. 20).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, D66, de VVD en de Groep-Lazrak voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

Naar boven