Aan de orde zijn de stemmingen over drie moties, ingediend tijdens het nota-overleg van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen over Recht doen aan verscheidenheid, te weten:

- de motie-Van der Vlies over de hulpstructuur (23900-VIII, nr. 107);

- de motie-Van Vliet over pilot-projecten m.b.t. de hulpstructuur en de individuele leerweg (23900-VIII, nr. 108);

- de motie-Van de Camp/Stellingwerf over de gemengde leerweg van VBO-scholen en AOC's (23900-VIII, nr. 109).

(Zie nota-overleg van 29 mei 1995.)

De voorzitter:

De heer Van der Vlies heeft het woord gevraagd met betrekking tot zijn motie op stuk nr. 107.

De heer Van der Vlies (SGP):

Mijnheer de voorzitter! De staatssecretaris heeft in het debat toegezegd dat zij in september aanstaande mededelingen zal doen over de voortgang van wat in de nota is aangekondigd. In mijn motie wordt om die duidelijkheid gevraagd. Het lijkt mij dus helder dat ik de motie moet aanhouden tot in september aanstaande, wanneer het bericht van de staatssecretaris komt, om te bezien of het bericht toereikend is. Dan zou daarna de motie zelfs ingetrokken kunnen worden. Maar tot dan moet ik haar aanhouden.

De voorzitter:

Op verzoek van de heer Van der Vlies stel ik voor, zijn motie (23900-VIII, nr. 107) van de agenda af te voeren.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Op verzoek van de leden Van Vliet respectievelijk Van de Camp en Stellingwerf stel ik voor, hun moties (23900-VIII, nrs. 108 en 109) van de agenda af te voeren.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Ik heb zoëven bij de stemming over de motie-Rosenmöller c.s. over de WBEAA (23901, nr. 19) het lid Hendriks als voorstemmer vermeld. Dat is ten onrechte gebeurd, zei hij mij. Dat is een fout van mijn kant, maar het zal de uitslag niet beïnvloeden.

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van stemverklaringen achteraf over de onderwerpen waarover zojuist is gestemd.

Raad voor het cultuurbeleid

De heer Beinema (CDA):

Voorzitter! Mijn fractie heeft bij het voorstel van wet 24090 tegen de motie op stuk nr. 19 gestemd, omdat wij van mening zijn dat de aanvaarde gewijzigde motie op stuk nr. 21 de motie op stuk nr. 19 volstrekt overbodig maakt.

Naar boven