12 Staatsdeelnemingen

Staatsdeelnemingen

Aan de orde is het tweeminutendebat Staatsdeelnemingen (CD d.d 22/05).

De voorzitter:

Dan is nu aan de orde het tweeminutendebat Staatsdeelnemingen. Ik heet van harte welkom de minister van Financiën en de staatssecretaris van Financiën. Ik geef allereerst het woord aan de heer Van der Lee, voor zijn inbreng namens de fractie van GroenLinks-Partij van de Arbeid. U heeft het woord.

De heer Van der Lee (GroenLinks-PvdA):

Dank u wel, voorzitter. We hadden op zich een goed debat over de staatsdeelnemingen, maar ik had al aangekondigd dat ik, mochten de aandeelhouders van KLM instemmen met een royaal beloningspakket inclusief forse bonussen voor de KLM-top in 2025, met moties zou komen. Helaas, ondanks de terechte oproep dat het zeer ongepast is dat dit voorstel op tafel lag is het nu zelfs aangenomen. Ik vind dat daar consequenties aan verbonden moeten worden. Daarom dien ik de volgende moties in.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de minister heeft aangegeven het in dit jaar uitkeren van bonussen aan de KLM-top "zeer ongepast" te vinden en heeft aangegeven daartegen bezwaar te maken;

overwegende dat het een uitermate verkeerd signaal is om hoge bonussen uit te keren aan de bedrijfstop terwijl er gekort wordt op de salarissen en arbeidsvoorwaarden van ander personeel vanwege slechte bedrijfsresultaten;

overwegende dat zo'n 80% van de KLM-aandeelhouders toch voor het nieuwe beloningsbeleid, inclusief bonussen, heeft gestemd;

verzoekt de minister om in de toekomst geen nieuwe aandelen van KLM te kopen, ook als dat een verdere verwatering van het Nederlandse belang in KLM betekent,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van der Lee.

Zij krijgt nr. 450 (28165).

De heer Van der Lee (GroenLinks-PvdA):

Mijn volgende motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat zo'n 80% van de KLM-aandeelhouders toch voor het nieuwe beloningsbeleid, inclusief bonussen voor de top, heeft gestemd;

verzoekt de minister om het aandelenbezit in KLM volledig af te bouwen als de exorbitante bonussen niet alsnog worden ingetrokken,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van der Lee.

Zij krijgt nr. 451 (28165).

Dank u wel. Dan is het woord aan mevrouw Aukje de Vries namens de VVD.

Mevrouw Aukje de Vries (VVD):

Dank u wel, voorzitter. Ik heb geen motie, maar nog wel een soort oproep. Tijdens het commissiedebat heb ik me toch wel verbaasd, tenminste, ik heb met stijgende verbazing kennisgenomen van waar wij allemaal vinden dat we over moeten gaan. Ik vind dat we als Tweede Kamer aan het micromanagen zijn en dat er ook wel heel erg sprake is van verwarring ten aanzien van de rol van de aandeelhouder en de invloed die daarbij hoort. Het lijkt net of we directeur willen spelen en soms misschien zelfs teamleider of afdelingshoofd van een van de bedrijven. Ik vind dat geen goede zaak. Het zijn bedrijven. Die moet je ook de ruimte geven om als bedrijven te opereren.

En wat de motie betreft die net is ingediend: ik vind dat KLM een belangrijke rol speelt voor Nederland, ook in het netwerk dat we hebben op Schiphol. Dus ik vind het eigenlijk heel raar als dit gekoppeld wordt aan het volledig afbouwen van een aandeel in KLM. Ik vind dat ook wel weer een vorm van allerlei dingen met elkaar vermengen.

De voorzitter:

Eén interruptie van de heer Van der Lee.

De heer Van der Lee (GroenLinks-PvdA):

Ja, toch even op dit punt. Destijds waren wij al geen voorstander van het aankopen van aandelen. KLM is inmiddels een Nederlands-Franse onderneming, dus niet meer zuiver Nederlands. Het is een carrier. Er zijn heel veel carrier-vliegtuigmaatschappijen, die ook trouwens al vliegen op Schiphol. De vraag is even waarom de Nederlandse overheid überhaupt een aandeel moet hebben in een carrier. Juist een partij die marktwerking zo propageert, moet op dit punt toch erkennen dat er geen enkel belang gemoeid is met het doorgaan met een deelneming terwijl er helemaal niet geluisterd wordt naar de Nederlandse inbreng vanuit de overheid, bijvoorbeeld als het gaat om het voorkomen van exorbitante bonussen?

Mevrouw Aukje de Vries (VVD):

Ik denk dat het heel belangrijk is dat wij, als wij deelnemingen hebben, kunnen kijken of we het algemene belang op een andere manier kunnen borgen. Bij een aantal zaken kan dat niet. Ik denk dat KLM een cruciale rol speelt in de connectiviteit van Nederland via de lucht. Ik vind het ook wel een beetje selectief van GroenLinks-PvdA, omdat ik ze hierbij nog nooit heb gehoord over de Nederlandse Spoorwegen.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw De Vries. Het woord is aan mevrouw Inge van Dijk, Christen Democratisch Appèl.

Mevrouw Inge van Dijk (CDA):

Dank je wel, voorzitter. De vorige spreker sprak over micromanagen, oftewel dat we ons misschien wat te veel bemoeien met dingen waar we niet over gaan. Ik wil eigenlijk pleiten voor iets waarvan ik vind dat we er méér over moeten gaan. Dat heb ik in het debat ook gedaan. Dat zal niemand verbazen.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de gewenste ontwikkeling ten aanzien van onder andere woningbouw, netuitbreiding en een innovatieve economie vraagt om meer ruimtelijke regie en strategisch grondbeleid vanuit de overheid;

overwegende dat de rijksoverheid, gezamenlijk met decentrale overheden, met actieve grondpolitiek zelf grond kan aankopen, ontwikkelen en uitgeven, waarmee betere regie kan worden gevoerd op locaties, snelheid van processen en de functie van grond voor publieke doelen;

verzoekt de regering om vanuit de ministeries van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening en Financiën, in samenwerking met onze decentrale overheden, te verkennen hoe deelname van de Staat aan actieve grondpolitiek kan bijdragen aan ruimtelijke, sociale en economische publieke doelen, en voorstellen te doen hoe dit in te richten,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Inge van Dijk.

Zij krijgt nr. 452 (28165).

Mevrouw Inge van Dijk (CDA):

Dank je wel, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel. Meneer Idsinga, Nieuw Sociaal Contract.

De heer Idsinga (NSC):

Dank u wel, voorzitter. Ik heb twee moties. De eerste.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de Kamer in december de motie-Van der Lee c.s. heeft aangenomen, die de minister verzoekt de privatisering van de Volksbank niet door te zetten;

overwegende dat de minister heeft aangegeven geen definitief besluit te willen nemen over deze privatisering, maar wel de voorbereiding daarvoor door laat gaan;

overwegende dat deze voorbereiding mede inhoudt dat het kantorennetwerk wordt ingekrompen naar 340 bankkantoren en dat er een reorganisatie is die 700 banen kost;

overwegende dat dit onwenselijk is, omdat hiermee het voorzieningenniveau met name in de regio's van Nederland drastisch terugloopt;

overwegende dat de WRR, de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid, heeft geadviseerd dat er een publieke bank komt die basisbetaaldiensten en hypotheken aanbiedt en dat de Volksbank aan dit profiel voldoet;

overwegende dat uit opinieonderzoek blijkt dat 80% van de Nederlanders voorstander is van zo'n publieke bank;

verzoekt de minister al dan niet via het aandeelhouderschap te bewerkstelligen dat de voorbereiding van de privatisering van de Volksbank wordt gestaakt,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Idsinga en Van der Lee.

Zij krijgt nr. 453 (28165).

De heer Idsinga (NSC):

Dan motie nummer twee.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat in 2024 de verkoop van TenneT Duitsland aan de Duitse staat op het laatste moment afketste;

constaterende dat de Nederlandse minister van Financiën nu onderzoekt hoe een deel van TenneT Duitsland verkocht kan worden aan private investeerders;

overwegende dat er een nieuwe Duitse regering is aangetreden, zonder de FDP, die de Schuldenbremse heeft opgegeven en een groot infrastructuurfonds met 500 miljard gaat optuigen;

overwegende dat hiermee een belangrijke belemmering voor de verkoop aan de Duitse staat is opgeheven;

overwegende dat de afweging tussen het klimaatbelang en het tariefbeheersingsbelang bij Duitsland thuishoort en verkoop aan de Duitse staat het meest voor de hand ligt;

verzoekt de regering de verkoop van TenneT Duitsland aan de Duitse staat opnieuw in overweging te nemen en bij de Duitse regering te informeren naar de mogelijkheden hiervoor;

verzoekt de regering om zich in te spannen om de opbrengst van de verkoop van TenneT Duitsland in ieder geval over te hevelen naar TenneT Nederland en hiermee de verzwaring van het hoogspanningsnet in Nederland te financieren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Idsinga.

Zij krijgt nr. 454 (28165).

De heer Idsinga (NSC):

Dank u wel.

De voorzitter:

Tot slot van de zijde van de Kamer mevrouw Teunissen, Partij voor de Dieren.

Mevrouw Teunissen (PvdD):

Voorzitter, ik heb drie moties.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het wrang is dat miljarden aan publieke middelen via een staatsbedrijf worden ingezet voor de groei van de luchtvaart, terwijl sociale regelingen zoals de huurtoeslag worden afgebroken en er wordt bezuinigd op zaken als het onderwijs en de zorg;

verzoekt de regering om niet te besluiten om de dividenduitkering van Schiphol te verlagen van 60% naar 30%, maar dit geld te investeren in onze basisvoorzieningen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Teunissen.

Zij krijgt nr. 455 (28165).

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de verhoging van de huurtoeslag is geschrapt bij gebrek aan financiële dekking, terwijl tienduizenden Nederlanders moeite hebben om rond te komen en hun huur te betalen;

constaterende dat Schiphol over 2024 een historische winst heeft geboekt, bijna 50% meer dan in het vorige recordjaar, 2017, maar desondanks geen dividend uitkeert en deze publieke winst gebruikt voor verdere uitbreiding van de luchthaven;

constaterende dat het wrang is dat miljarden aan publieke middelen via een staatsbedrijf worden ingezet voor groei van de luchtvaart, terwijl sociale regelingen als de huurtoeslag worden afgebroken;

verzoekt de regering als meerderheidsaandeelhouder Schiphol op te dragen over 2024 dividend uit te keren en dit te gebruiken voor de huurtoeslag, zodat publiek geld eerst terechtkomt bij de mensen die het nu nodig hebben,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Teunissen.

Zij krijgt nr. 456 (28165).

Mevrouw Teunissen (PvdD):

Tot slot, voorzitter.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het kabinet voor miljarden aan belastinggeld wil uitgeven aan uitbreidingen van Schiphol, terwijl dergelijke investeringen de eigen klimaat- en leefomgevingsdoelen schaden;

verzoekt de regering om de Kamer in het vervolg van tevoren te informeren over te nemen investeringsbesluiten van staatsdeelneming Schiphol,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Teunissen.

Zij krijgt nr. 457 (28165).

Mevrouw Teunissen (PvdD):

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel. Ik schors vijf minuten voor de appreciatie van de moties van de zijde van het kabinet.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

De voorzitter:

Ik heropen de vergadering. Aan het woord is de minister van Financiën.

Minister Heinen:

Dank u wel, voorzitter. Ik ga gelijk naar de appreciatie van de ingediende moties. Ik begin bij de motie op stuk nr. 450, van de heer Van der Lee. Ik zou die motie willen ontraden. Ik neem overigens aan dat die motie gaat over het mogelijk wel of niet bijkopen van nieuwe aandelen Air France-KLM, aangezien KLM zelf sinds de fusie geen nieuwe aandelen meer uitgeeft. Dat zeg ik even voor de fijnslijpers hier. Er is ook geen reden om aan te nemen dat er nieuwe aandelen Air France-KLM worden uitgegeven. Deze discussie loopt nu niet. Sowieso ga ik niet vooruitlopen op dergelijke situaties. Ik ontraad de motie op stuk nr. 450 dus.

De voorzitter:

De motie op stuk nr. 451.

Minister Heinen:

Dan kom ik op de motie op stuk nr. 451, ook ingediend door de heer Van der Lee. Ook die zou ik willen ontraden. Ik wil er wel expliciet bij zeggen dat ik niet wil en kan speculeren over of vooruitlopen op eventuele besluitvorming over aandeelhouderschap van KLM, ook omdat dit beursgevoelige informatie betreft voor Air France-KLM. "De groep", moet ik dan zeggen. Momenteel wordt het aandeelhouderschap van KLM geëvalueerd. Dit betreft een reguliere evaluatie van het aandeelhouderschap die elke zeven jaar voor alle deelnemingen wordt uitgevoerd. Die evaluatie wordt naar verwachting na de zomer afgerond en naar de Kamer gestuurd. Ik hecht eraan om zo expliciet te benoemen dat ik echt vind dat we het hier in de Kamer niet moeten hebben over het wel of niet aankopen van aandelen, omdat dit koersen beïnvloedt. Ik wil echt een oproep doen om enige terughoudendheid toe te passen. De motie ontraad ik.

De voorzitter:

De motie op stuk nr. 451 is ontraden.

Minister Heinen:

De motie op stuk nr. 452 is van mevrouw Inge van Dijk. Daar hebben we in het commissiedebat uitvoerig over gesproken. Ik snap vanzelfsprekend de intenties van de indiener. Ik moet er wel bij zeggen dat, zoals ik ook in het commissiedebat heb aangegeven, het strategisch grondbeleid de verantwoordelijkheid is van de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening. Op basis van een eerder aangenomen motie-Gabriëls werkt de minister aan de contouren van een integrale Nationale Grondbank. We hebben het even nagezocht: de Kamer wordt hier medio '25, dus dat is elk moment, over geïnformeerd door de minister van VRO. Als hiervoor uiteindelijk een deelneming wordt overwogen, dan moet natuurlijk dat afwegingskader worden doorlopen. Daar zullen we dan verder met de Kamer over spreken. Ik zou eigenlijk willen zeggen dat de motie nu ontijdig is. Ze is nu aan mij gericht en dit ligt primair bij de minister van VRO.

De voorzitter:

Formeel is dat een verzoek aan mevrouw Inge van Dijk of ze de motie wil aanhouden. De vraag is of ze daartoe bereid is. Ik geef ruimte voor één interruptie.

Mevrouw Inge van Dijk (CDA):

Ik wil inderdaad één vraag stellen. Ik weet dat die discussie speelt, maar ik ben gewoon bang dat er weer een brief komt waarin staat hoe we het zouden kunnen doen, zonder dat er nagedacht is over de vraag hoe we dat gaan betalen en wat de mogelijkheden zijn. Dan zijn we weer een hele tijd verder voor er überhaupt een besluit over genomen kan worden.

Minister Heinen:

Ik zit even hardop te denken. Ik heb daar begrip voor en begrijp het ook. Tegelijkertijd zou ik de discussie wel in de goede volgorde willen voeren en niet nu al vooruit willen lopen op die discussie. Mijn oordeel is: ontijdig. Volgens mij is dat een nieuwe formele appreciatiecategorie.

De voorzitter:

Formeel verzoekt u mevrouw Van Dijk tot het aanhouden van de motie. Als ze daar niet toe bereid is, is de motie ontijdig.

Op verzoek van mevrouw Inge van Dijk stel ik voor haar motie (28165, nr. 452) aan te houden.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

De motie op stuk nr. 453.

Minister Heinen:

De motie op stuk nr. 453 is van de heer Idsinga en gaat over het stoppen met de voorbereiding van de verkoop van de Volksbank. Daar heeft de heer Idsinga natuurlijk al vaker toe opgeroepen. Nieuw is volgens mij dat hij er als argument nu ook een opinieonderzoek bij haalt. Ik vind het een novum dat we op basis van opinieonderzoek strategische staatsdeelnemingsbesluiten gaan nemen. Ik zou ook deze motie echt willen ontraden. Ik wil er wel bij zeggen dat ik de in de motie gelegde link tussen het sluiten van kantoren en het voorgenomen besluit om voor te bereiden op privatisering niet erken. De bank moet op zichzelf financieel gezond worden. Daarnaast hebben we een discussie over privatisering. Dat besluit is nog niet genomen. Ik heb eerder aangegeven dat ik de bank wel heb gevraagd om voorbereidingen daarvoor te treffen, zodat het besluit uiteindelijk genomen kan worden. Natuurlijk gaan we het daar nog uitvoerig met de Kamer over hebben.

De voorzitter:

De motie op stuk nr. 453 is ontraden.

Minister Heinen:

Ik zou de heer Idsinga willen vragen om de motie op stuk nr. 454 aan te houden, omdat deze discussie momenteel nog loopt. Ik begrijp de overweging en ook het verzoek van de heer Idsinga. Tegelijkertijd zitten wij nu echt midden in een fase waarin wij kijken naar wat de interesse in de markt is voor investeringen in TenneT. Ik wil daar voorzichtig over communiceren. Ik ga de Kamer daar wel over informeren. Dat doe ik zodra het kan uiteraard publiekelijk, maar het zal ook deels vertrouwelijk moeten zijn. Als er nieuwe ontwikkelingen zijn, zal ik de Kamer daar in ieder geval over informeren. Ik denk dat dit deels vertrouwelijk moet, omdat dit echt grote investeringsbeslissingen zijn en alles wat ik hierover zeg ook weer invloed heeft op eventuele prijzen. Ik zou dus aan de heer Idsinga willen vragen om deze motie aan te houden. Ik begrijp wel heel goed wat de heer Idsinga bedoelt met de motie.

De voorzitter:

Meneer Idsinga, bent u daartoe bereid?

De heer Idsinga (NSC):

Ja, ik ben bereid 'm aan te houden, want ik begrijp deze belangrijke overweging. Ik zou wel graag een richting qua tijd van de minister willen horen, wanneer hij denkt dat ik de motie zou kunnen indienen.

Minister Heinen:

U kunt 'm natuurlijk elk moment in stemming brengen. Ik denk uw Kamer hier vrij snel over te kunnen informeren, maar ook hier heb enige terughoudendheid omdat dit natuurlijk een delicaat proces is. U krijgt in ieder geval voor de zomer nadere informatie over dit proces.

De voorzitter:

Op verzoek van de heer Idsinga stel ik voor zijn motie (28165, nr. 454) aan te houden.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

De motie op stuk nr. 455.

Minister Heinen:

Er zijn nog drie moties, alle drie ingediend door mevrouw Teunissen. Kortheidshalve wil ik alle drie de moties ontraden, tot verrassing van mevrouw Teunissen.

De voorzitter:

De moties op de stukken nrs. 455, 456 en 457 zijn ontraden.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Ik schors de vergadering voor enkele ogenblikken. Daarna zal de Kamer verdergaan met het Verantwoordingsdebat.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven