15 Zoönosen en dierziekten

Zoönosen en dierziekten

Aan de orde is het tweeminutendebat Zoönosen en dierziekten (CD d.d. 02/02).

De voorzitter:

Aan de orde is het tweeminutendebat Zoönosen en dierziekten. Het commissiedebat vond plaats op 2 februari jongstleden. Inmiddels is de minister van Volksgezondheid aangeschoven. Fijn dat u bij ons bent. We hebben zes sprekers van de zijde van de Kamer. De eerste is mevrouw Vestering van de fractie van de Partij voor de Dieren. Zij heeft zoals iedereen twee minuten spreektijd. Het woord is aan haar.

Mevrouw Vestering (PvdD):

Dank u wel, voorzitter. Onder wilde vogels is er sprake van een vogelgrieppandemie. Ondanks de Europese verplichting om vogelgriepslachtoffers in het wild weg te halen neemt de minister van LNV nog altijd niet zijn verantwoordelijkheid. Waarom niet, vraag ik de minister.

Ondertussen muteert het virus en springt het mogelijk al over van zoogdier op zoogdier, zoals recent in een Spaanse nertsenfokkerij. Ondertussen vermoeden wetenschappers dat 3.400 zeeleeuwen die in Peru zijn gestorven aan vogelgriep elkaar hebben besmet. Mensen zijn ook zoogdieren en ook mensen raken besmet, zoals een 11-jarig meisje in Cambodja dat vorige maand overleed en een 9-jarig meisje dat in Ecuador twee maanden terug op de ic werd opgenomen. Zorgwekkend, zegt de Wereldgezondheidsorganisatie. De minister van VWS deelde deze zorgen. Bij ziekenhuizen, GGD's en het RIVM liggen draaiboeken klaar voor als het misgaat. Maar wat is het draaiboek van de minister van VWS als hij op een dag een briefje krijgt toegeschoven waarin staat dat de eerste Nederlander is besmet met vogelgriep? Gaat de 1,5 meter afstand dan weer gelden? Mogen we dan nog familie bezoeken in verpleeghuizen of niet? Worden scholen dan gesloten? Kortom, liggen er scenario's klaar voor wat de minister gaat doen als het virus muteert naar een van mens op mens overdraagbaar virus?

Deskundigen waarschuwen al jaren voor de varkenshouderij, omdat varkens gevoelig zijn voor zowel de menselijke griep, de varkensgriep als de vogelgriep. Het varken zou een gevaarlijke schakel kunnen zijn in het overdraagbaar maken van het vogelgriepvirus van mens op mens. Er loopt nu een pilot om virussen in de varkenshouderij te monitoren. Denkt de minister van LNV dat hij volledig zicht kan krijgen op alle virussen die rondgaan bij de 16 miljoen varkens die er jaarlijks worden gefokt, gebruikt en gedood?

Voorzitter, tot slot één motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat deskundigen al twintig jaar aandringen op het verminderen van de pluimveedichtheid om de risico's van het vogelgriepvirus te verminderen;

constaterende dat de minister van LNV hier nu aan tafel met de pluimveesector over spreekt in het kader van het landbouwakkoord;

overwegende dat er een plan moet liggen voor het geval deze gesprekken niet leiden tot de gewenste uitkomst;

verzoekt de regering te komen met een plan van aanpak voor het verminderen van de pluimveedichtheid en het verminderen van het aantal pluimveebedrijven in risicogebieden,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Vestering.

Zij krijgt nr. 267 (29683).

Heel goed, dank u wel. Dan gaan we luisteren naar de heer Tjeerd de Groot van D66.

De heer Tjeerd de Groot (D66):

Voorzitter. Vorige week kregen wij van de minister het bericht dat er nu vaccins zijn die waarschijnlijk goed gaan werken. Dat is goed nieuws. Daar hebben we, samen met de VVD, al twee jaar op zitten duwen en het gaat nu gebeuren. Het kan altijd sneller, maar ik begrijp ook dat de minister door alle procedures heen moet.

Ik wil aandacht vragen voor het volgende. Er zijn heel veel vrijwilligers die op zaterdagmiddag, of wanneer dan ook, met de dierenambulance uitrukken om kadavers op te halen dan wel om stervende vogels uit hun lijden te verlossen met behulp van een dierenarts. Ik wil hier mijn waardering voor die mensen uitspreken, want het is gewoon fantastisch dat zij dat doen. Ik zou de minister en het kabinet willen oproepen om te laten zien dat zij dat waarderen. Feitelijk zitten ze voor een dubbeltje op de eerste rang. Het zijn vrijwilligersorganisaties. Ze vragen kleine bedragen. Ik zeg er dus bij dat het heel simpel moet worden gemaakt. De uitvoeringskosten moeten niet groter zijn dan de regeling.

Toch heb ik in dit verband de volgende motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het ruimen van kadavers door vrijwilligers een cruciale bijdrage levert aan het voorkomen van verspreiding van vogelgriep naar stallen, wilde zoogdieren en mensen;

overwegende dat het vernietigen van de kadavers niet goed geregeld is en vaak op kosten gaat van vrijwilligersorganisaties, evenals kosten voor dierenartsen;

van mening dat de overheid een belangrijke verantwoordelijkheid heeft om mens en dier tegen ziektes te beschermen;

overwegende dat er vanuit overheden nog geen sprake is van communicatie naar burgers om mensen te waarschuwen, er geen landelijk telefoonnummer is en de beloofde app er nog steeds niet is;

overwegende dat de NVWA helemaal niets meer doet aan het ophalen van zieke wilde vogels;

overwegende dat de kosten voor de vrijwilligersorganisaties hoog zijn, maar afgezet tegen de ruimingskosten voor commerciële houderijen verwaarloosbaar zijn;

overwegende dat effectieve ruiming bijdraagt aan besparing in het Diergezondheidsfonds;

verzoekt de regering de kosten voor dierenartsen en beschermingsmaterialen te financieren uit het Diergezondheidsfonds,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Tjeerd de Groot.

Zij krijgt nr. 268 (29683).

De heer Tjeerd de Groot (D66):

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan mevrouw Van der Plas van de fractie van BBB.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Dank u wel.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat overwinterende ganzenpopulaties enorm uit de hand gelopen zijn, waarbij populaties winterganzen tezamen volgens Sovon sinds 1975 bijna vertienvoudigd zijn;

constaterende dat deze ganzen vogelgriep met zich meebrengen en in Nederland gevestigde pluimveehouderijen kunnen besmetten met vogelgriep;

constaterende dat deze ganzen vogelgriep met zich meebrengen en Nederlandse inheemse (beschermde) vogelsoorten kunnen besmetten met vogelgriep;

constaterende dat deze vogelgriep zeer schadelijk is en veel dierenleed met zich meebrengt voor het Nederlandse pluimvee en voor andere wilde Nederlandse (beschermde) vogelsoorten;

verzoekt de regering onderzoek te doen naar hoeveel ganzen kunnen worden geschoten zonder dat dit in al te grote mate schade aanricht aan de overwinterende ganzenpopulaties,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van der Plas.

Zij krijgt nr. 269 (29683).

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat er in de provincies al jaren een moratorium op de uitbreiding van de geitenhouderijen ligt;

overwegende dat dit veel onzekerheid met zich meebrengt voor de betrokken ondernemers;

overwegende dat hierdoor investeringen in innovaties, dierenwelzijn en milieu stilliggen;

verzoekt de regering om in gesprek te gaan met de provincies om te bekijken welke concrete stappen gezet kunnen worden om het moratorium op een voor de volksgezondheid verantwoorde manier te beëindigen en daar gezamenlijk een datum aan te verbinden, zodat er weer perspectief komt voor deze sector,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van der Plas.

Zij krijgt nr. 270 (29683).

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan mevrouw Beckerman van de SP.

Mevrouw Beckerman (SP):

Voorzitter. Goedenavond, wederom. We zitten midden in een erge uitbraak van de vogelgriep. Recent bleek dat er nu een onverwachte stijging van de zeer besmettelijke variant onder kokmeeuwen is, vooral in Nederland. Er is eigenlijk iets bizars aan de hand. Wanneer bij een pluimveehouder vogelgriep wordt aangetroffen, dan treedt er direct een protocol in werking en wordt het bedrijf geruimd. De schade wordt dan vergoed vanuit het Diergezondheidsfonds. Maar als wilde dieren ziek zijn of besmet gevonden worden, dan is het eigenlijk waardeloos geregeld. De vraag blijft staan: waarom nemen we dit virus niet serieus genoeg? Veel dierenambulances en vrijwilligers zitten met de handen in het haar. Waarom laat u dierenhulpverleners nog steeds opdraaien voor de kosten? Hoe kunt u zorgen dat hun veiligheid beter geregeld wordt? Waar blijft het toegezegde landelijke telefoonnummer? Er moet duidelijkheid en financiële ondersteuning komen, juist ook omdat die wilde dieren evengoed een bedreiging zijn. Daarom de volgende motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat er grote zorgen zijn over de verspreiding van vogelgriep;

constaterende dat de aanpak van besmette dieren bij pluimveehouders strak geregeld is, maar de aanpak van besmette wilde dieren niet;

voorts constaterende dat het cruciaal is dat ook bij besmette wilde dieren juist gehandeld gaat worden om verspreiding en onveiligheid voor mensen zo goed mogelijk te beperken;

verzoekt de regering:

  • -een voorlichtingscampagne te starten zodat breed bekend wordt hoe om te gaan met besmette wilde dieren;

  • -te komen tot een structurele vergoeding voor dierenhulpverleners;

  • -de veiligheid van dierenhulpverleners te verbeteren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Beckerman.

Zij krijgt nr. 271 (29683).

Mevrouw Beckerman (SP):

Dank u wel.

De voorzitter:

Dan gaan we luisteren naar de heer Van Campen van de VVD.

De heer Van Campen (VVD):

Voorzitter, dank u wel. De heer De Groot verwees er al naar: al twee jaar lang pleiten wij ervoor om ervoor te zorgen dat er nou eindelijk eens een keer een vaccin komt tegen dit vogelgriepvirus. In die twee jaar tijd hebben vele boeren en veel dieren te maken gehad met ruimingen; ruimingen die een enorme impact hebben op het boerenbedrijf. Het is dan ook goed nieuws dat de minister vorige week aangaf dat er twee vaccins beschikbaar en effectief lijken te zijn en dat het kabinet ermee aan de slag gaat om ervoor te zorgen dat deze vaccins uiteindelijk kunnen worden ingezet. Ik deel de oproep van collega De Groot van D66 dat dit zo snel mogelijk moet gebeuren. Als die ruimingen, die zo'n grote impact hebben, onnodig zijn, dan moeten we ervoor zorgen dat we ze kunnen voorkomen. Vaccinatie is daar een weg naartoe.

Voorzitter. Ik zeg daarbij: vaccinatie alleen gaat niet helpen. Naast vaccinatie moet wat de VVD betreft ook ervoor gezorgd worden dat de handelsbelemmeringen tegen vaccinatie worden weggenomen. We hebben er niets aan als Nederland hierin alleen optreedt in een interne Europese markt. Dit moet je gezamenlijk doen met andere Europese lidstaten. De scepsis, het wantrouwen dat er is in veel landen en in veel sectoren tegen gevaccineerd vlees en gevaccineerde eieren, zal moeten worden weggenomen. Daarom heb ik in maart vorig jaar een motie ingediend die de regering verzocht om de handelsbelemmeringen in kaart te brengen: waar hebben we het nou eigenlijk over? Ik begrijp dat er op het gebied van wet- en regelgeving op zich geen belemmeringen zijn, maar wat zijn die handelsbelemmeringen dan wel, vroeg deze motie. De motie vroeg ook een plan van aanpak te formuleren om die handelsbelemmeringen te slechten, ervoor te zorgen dat ze worden weggenomen en de Kamer daar voor vorig zomerreces over te informeren. Ik had dan ook gehoopt dat in de brief waarin de minister vorige week dat goede nieuws verkondigde ook de uitwerking van deze motie stond beschreven. Ik zou de minister willen vragen hoe hij deze motie alsnog gaat uitvoeren en hoe hij de Kamer hierover blijvend zal informeren.

Dank u, voorzitter.

De voorzitter:

De laatste spreker van de zijde van de Kamer is de heer Graus van de fractie van de PVV, met "sch".

De heer Graus (PVV):

Dank u wel, meneer de voorzitter. Ik heb een motie en nog een vraag. Ik begin even met het oplezen van de motie. Deze motie heb ik eigenlijk al klaarliggen vanaf de begroting, maar toen kreeg ik een toezegging, waardoor ik deze motie niet heb ingediend. Maar nu ga ik 'm alsnog indienen, omdat er niks mee gebeurd is.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

verzoekt de regering om een pilot met het prijswinnende Piglets Treatment System van Twan Claessens uit Leunen ten behoeve van veterinaire regie, toezicht, controle, handhaving, "track, trace en recalls" van boer tot winkel,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Graus, Van der Plas, Van Haga en Bisschop.

Zij krijgt nr. 272 (29683).

De heer Graus (PVV):

Het gaat eigenlijk hetzelfde als net, bij de motie die mevrouw Van der Plas mede namens ons heeft ingediend over de familie Van Gorp. Die bedenken iets. Het zijn boeren die bezig zijn met innovaties en die worden eigenlijk gewoon om zeep geholpen. De banken steunen ze niet en de regering steunt ze niet. Dat is hetzelfde met die Twan Claessens uit Leunen. Kijk, het is een varkensboer die weet waar hij over spreekt. Die bedenkt iets waar de NVWA heel enthousiast over is, want het heeft ook te maken met recalls. Sorry voor de Engelse termen, trouwens. Daarom heb ik ze tussen haakjes gezet. Je komt er vaak niet onderuit. Ik heb er zelf altijd een hekel aan. De NVWA is enthousiast, iedereen is enthousiast. De boeren zijn enthousiast. Je kan echt van de big tot de winkel alles traceren, ook als het gaat om antibioticumgebruik en dat soort dingen allemaal. Dus hier zitten we allemaal op te wachten. Dan zegt de regering: we gaan met die mensen in gesprek. Ik wil weten wanneer dat gaat gebeuren. Daar had ik graag een toezegging gehad. Dan kan ik de motie aanhouden, als stok achter de deur.

Dan mijn laatste vraag. De minister zou onderzoeken hoe FarmerFriendly betrokken kon worden in het landbouwakkoord. Ook die boeren, die dat bedacht hebben, hebben niks meer gehoord. Het is heel raar dat juist de jongens die zo met de toekomst bezig zijn van de boeren in Nederland eigenlijk een beetje genegeerd worden. Ik kan dat eigenlijk niet goed begrijpen.

Gezegende avond verder.

De voorzitter:

Van hetzelfde. Ik schors vijf minuten en dan gaan we luisteren naar de beide ministers.

De vergadering wordt van 22.11 uur tot 22.22 uur geschorst.

De voorzitter:

Het woord is aan minister Kuipers.

Minister Kuipers:

Dank u wel. Ik heb één vraag te beantwoorden. Dat is de vraag van mevrouw Vestering of er scenario's klaarliggen voor het geval dat de vogelgriep naar mensen overslaat en tot een humane uitbraak leidt. Het antwoord is ja. Daar zijn draaiboeken en richtlijnen voor. Structuren van detectie, surveyance, respons en zorg zijn er. We kunnen wat dat betreft snel opschalen door de versterkte structuur van adviseren, besluitvormen en uitvoeren die is opgezet tijdens de coronapandemie. Daarnaast werken wij voor verdere versterking met de beleidsagenda pandemische paraatheid. Daar zitten ook extra verantwoordelijkheden in van VWS die wettelijk zijn geamendeerd in de eerste tranche van de Wpg, die wij hopelijk binnenkort kunnen bespreken in de Eerst Kamer.

Ter info overigens, nog aanvullend. U noemde een casus. Het Deskundigenberaad Zoönosen is opnieuw om een advies gevraagd met betrekking tot de huidige stand van zaken. Ik zal de Kamer daarover half april informeren.

De voorzitter:

Prima. Dank u wel. Dan gaan we luisteren naar minister Adema.

Adema:

Dank u wel, meneer de voorzitter. Ik heb een aantal vragen te beantwoorden en ik heb een aantal moties te appreciëren. Ik begin bij de vragen. Allereerst de vraag van mevrouw Vestering: waarom neemt de minister niet zijn verantwoordelijkheid met betrekking tot vogelgriep? Ik heb al eerder aangegeven dat ik de situatie onhoudbaar acht en dat ik daarom juist wil komen met een intensiveringsplan vogelgriep. Dat ontvangt u in april, zoals u weet. De aanpak van vogelgriep wordt dus geïntensiveerd met allerlei maatregelen. Ik herken dus het beeld dat u schetst niet. Ik neem mijn verantwoordelijkheid. Ik heb bijvoorbeeld ten aanzien van de wilde vogels — dat is ook een punt dat u aansneed — het initiatief genomen voor een landelijke werkgroep vogelgriep bij wilde vogels. Ik werk samen met terreinbeheerders, met Natuurmonumenten, landschappen en provincies, met als heel goed voorbeeld — daar ben ik een beetje trots op, dat begrijpt u — de provincie Frieslân.

Mevrouw Vestering (PvdD):

De minister vraagt om toch wat duidelijkheid te geven over waarom ik er niet tevreden over ben dat de minister zijn verantwoordelijkheden niet oppakt als het gaat om inderdaad het weghalen van vermoedelijk zieke dieren in het wild die waarschijnlijk vogelgriep hebben. Dat is een verantwoordelijkheid van de minister. Die is door Brussel aan ons opgelegd. We zien dat de minister dat overlaat aan de terreineigenaren. Wat mij betreft neemt de minister dan zelf geen verantwoordelijkheid. Ziet de minister dat zelf ook zo?

Adema:

Nee, dat zie ik niet zo. Het weghalen van vogels is aan de terreinbeheerders zelf. Dat geldt voor de actie om de vogels op te ruimen en voor de kosten daarvan. Dat zijn de afspraken die we hebben gemaakt en die ga ik niet wijzigen. Kijk hoe de provincie Friesland het aanpakt. Die neemt allerlei maatregelen op een hele goede manier. Dat is een goed voorbeeld van hoe het kan werken. Dat voorbeeld neem ik graag mee richting de andere provincies. Dat is de aanpak waar we voor hebben gekozen.

Voorzitter. Mevrouw Vestering had nog een andere vraag, over het zicht op alle virussen die rondgaan in de varkenssector. Het is niet efficiënt en niet effectief om zicht te krijgen op alle virussen die rondgaan in de varkenssector. Dat is ook niet nodig. De pilot die wordt uitgevoerd, heeft in beginsel als doel om zicht te krijgen op de relevante virussen. Als resultante van deze pilot verwacht ik een advies om een monitoringssysteem te kunnen opzetten voor deze relevante virussen. Dat advies wacht ik af voordat ik een monitoringssysteem ga opzetten. Dat is ook in het debat aan de orde geweest.

De heer Van Campen van de VVD vroeg naar de handelsbelemmeringen. Hij refereerde aan een motie die hij heeft ingediend waarin hij ons verzoekt om die handelsbelemmeringen weg te nemen. Ik begrijp die vraag. In het stappenplan vaccinatie, dat u vorig jaar van mijn ambtsvoorganger heeft ontvangen, wordt ook ingegaan op de handelsbelemmeringen. Er worden ook maatregelen genomen met betrekking tot die handelsbelemmeringen. Het is natuurlijk van belang om de gevolgen van de handelsbelemmeringen voor gevaccineerde producten, dieren of in dit geval eieren, te voorkomen of te minimaliseren. Ik heb hier in de afgelopen weken met de pluimveesector over gesproken. Ik heb ook gesproken met de CEO's van alle retailbedrijven in Nederland. Daar heb ik dit ook aan de orde gesteld. Zij zien ook geen belemmeringen voor de Nederlandse afzet in het kader van de pilot.

Het is Europees toegestaan dat producten van gevaccineerde dieren worden afgezet. Maar we hebben natuurlijk wel altijd te maken met eisen van marktpartijen. Daarnaast hebben we ook nog de derde landen, buiten Europa. Het kan voorkomen dat zij geen producten van Nederland willen afnemen. Op al deze vlakken werken we intensief samen met marktpartijen en ook heel nadrukkelijk met andere landen om ervoor te zorgen dat dit soort knelpunten zo veel mogelijk worden weggenomen. Ik heb nog even de tijd, want de pilot gaat straks van start. Voordat er grootschalig wordt gevaccineerd, zijn we wel weer even verder. Maar hier moet natuurlijk oog voor zijn. We werken samen met landen en marktpartijen om te voorkomen dat er handelsbelemmeringen zijn voor gevaccineerde producten.

De voorzitter:

Heel kort.

De heer Van Campen (VVD):

Ik heb inmiddels wel een beetje door hoe het gaat. Er is een motie ingediend, waarna er een brief komt en de motie afgedaan is. Dan is het klaar. Maar de gedachte die mijn motie in zich had, was: werk doorlopend aan het slechten en wegnemen van die handelsbelemmeringen. Ik wil de minister vragen om bij ieder moment waarop hij de Kamer informeert over die vaccins, ook oog te hebben voor de stappen die nodig zijn om de handelsbelemmeringen weg te nemen. Het eerstvolgende moment is blijkbaar in april. Ik wil de minister vragen om voortdurend mee te nemen welke stappen het kabinet zet in Europees verband en richting derde landen om de handelsbelemmeringen weg te nemen. Is de minister bereid om dat doorlopend te blijven doen?

Adema:

Ik was daar al toe bereid, meneer Van Campen, dus dit is geen nieuwe toezegging of iets dergelijks. Zoals ik al zei, is het nadrukkelijk aan de orde geweest in het stappenplan. Het komt ook nadrukkelijk aan de orde in het intensiveringsplan. We blijven hierop inzetten om ervoor te zorgen dat de handelsbelemmeringen worden weggenomen of worden geminimaliseerd.

De voorzitter:

Afrondend.

De heer Van Campen (VVD):

Ik concludeer dat dat in de meest recente brief van de minister niet is gebeurd. Laten we met elkaar concluderen dat dat niet de bedoeling was. Bij de eerstvolgende informatiemomenten zou ik toch graag willen dat de minister de Kamer hierover blijft informeren. Als hij dat kan toezeggen, dan ben ik gerustgesteld.

Adema:

Ik zal in de reguliere informatie die over de vogelgriep naar de Kamer gaat, hierover blijven informeren. Maar nogmaals, in alle aanpak van de vogelgriep zitten natuurlijk ook de handelsbelemmeringen ten aanzien van het vaccineren.

Dan nog even de heer Graus van de PVV: hoe kan FarmerFriendly betrokken worden in het landbouwakkoord? U refereert aan een toezegging die ik heb gedaan. Ik ga alsnog weer contact opnemen met deze organisatie. Het is niet zo dat alle partijen die betrokken zijn bij de landbouw, betrokken zijn bij het landbouwakkoord, maar als zij goede ideeën hebben, hoor ik die graag van hen; die wil ik graag meenemen.

De voorzitter:

De heer Graus, kort, puntig.

De heer Graus (PVV):

Dank voor deze nieuwe toezegging, maar die hele grote groep boeren zit al niet aan de eerste tafel. Dat is al erg, maar nu komen ze met een heel mooi systeem waar iedereen enthousiast over is. Daarom wil ik graag weten wanneer dat gesprek plaats gaat vinden, want we zijn inmiddels al een paar maanden verder. Kan de minister dus een concretere toezegging doen?

Adema:

Nogmaals, de heer Graus refereert aan de onderhandelingen over het landbouwakkoord. Zoals ik zei, zitten niet alle partijen aan tafel bij de onderhandelingen over het landbouwakkoord. Dat kan ook niet, want het is al een hele grote groep; dat hebt u waarschijnlijk wel vernomen in de media. Maar ik heb u toegezegd dat ik graag wil dat de plannen die zij specifiek hebben, bij mij onder de aandacht worden gebracht, zodat ik ze eventueel kan inbrengen bij het landbouwakkoord.

De heer Graus (PVV):

Nogmaals dank daarvoor, maar ik kan gewoon niet begrijpen dat mensen zonder leden wel aan die tafel zitten en mensen met meer dan 10.000 leden niet. Ik kan dat ook niet uitleggen aan onze achterban, maar ik hoop echt dat de minister vlug in gesprek gaat en FarmerFriendly betrekt bij het landbouwakkoord.

Adema:

Ja.

Meneer de voorzitter, dan ga ik naar de moties.

De voorzitter:

Ik zou de minister willen vragen dat kort en puntig te doen, want we lopen al een uur achter op het schema. Als hij dus kort en bondig door de moties gaat, graag.

Adema:

De motie op stuk nr. 267 ontraad ik.

De voorzitter:

Dan de motie …

Adema:

Ik moet er toch even iets van zeggen. We gaan in het intensiveringsplan preventie vogelgriep een specifieke maatregel nemen voor pluimveedichte en waterrijke gebieden. Dat plan komt in april naar de Tweede Kamer, maar u vraagt hier ook om het verminderen van de pluimveedichtheid. Daar kan ik niet in meegaan.

Dan ga ik naar de kosten van het Diergezondheidsfonds. Dat is de motie op stuk nr. 268 van de heer De Groot van D66, die verzoekt om de kosten voor dierenartsen en beschermingsmateriaal te financieren uit het Diergezondheidsfonds. Laat ik allereerst opmerken dat ik grote waardering heb voor het werk van al die vrijwilligers die in het veld bezig zijn om de dieren op te ruimen. Ik heb al eerder aangegeven dat het opruimen van vogels in de eerste plaats een aangelegenheid is van de eigenaar of beheerder van de grond. Wij hebben wel een landelijke structuur opgezet. Daar voel ik me ook verantwoordelijk voor. We hebben de werkgroep Vogelgriep in wilde vogels opgericht. We leveren ook financiële middelen voor die landelijke structuur, maar financiële steun voor kosten die regionale en lokale partijen maken, past daar niet bij. Nogmaals, ik vraag weer aandacht voor het voorbeeld Fryslân. We kijken af en toe natuurlijk wel naar mogelijkheden om te helpen. Ze hebben ook eenmalig beschermingsmiddelen, pbm's, gekregen, maar ook dat is niet structureel; dat is eenmalig aan hen verstrekt. Die motie wordt dus ontraden.

Dan de motie op stuk nr. 269 van mevrouw Van der Plas. Die valt onder de verantwoordelijkheid van de minister voor Natuur en Stikstof. Wij hebben geprobeerd contact te zoeken. Ik kan hier geen adequaat antwoord op formuleren zonder haar inbreng. Ik vraag u de motie aan te houden voor een ander debat of in een ander debat in te dienen. Anders moet ik de motie op dit moment helaas ontraden.

De voorzitter:

Dan is die bij dezen ontraden.

Adema:

Dan de motie op stuk nr. 270 over het moratorium op geitenhouderij. Deze discussie hebben wij vaker gehad. Wij wachten echt op de uitkomsten van het onderzoek. Die zijn echt nodig voordat we echt stappen kunnen zetten. Ik moet deze motie dus ontraden.

Dan ga ik naar de motie op stuk nr. 271, de motie van mevrouw Beckerman over een voorlichtingscampagne, structurele vergoeding voor dierenhulpverleners en verbetering van de veiligheid voor dierenhulpverleners. Ik heb zojuist al iets gezegd over de veiligheid. In de landelijke werkgroep Vogelgriep in wilde vogels werken wij overigens ook heel nadrukkelijk aan de landelijke communicatie. Ook de Stichting DierenLot is daar bijvoorbeeld bij betrokken. Over een structurele vergoeding heb ik al iets gezegd. En de veiligheidsknelpunten adresseren we ook in de landelijke werkgroep.

De voorzitter:

Een vraag nog van mevrouw Van der Plas.

Adema:

Ik ontraad dus de motie.

De voorzitter:

De motie is ontraden; heel goed. Mevrouw Van der Plas, kort.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Strenge voorzitter, hoor. Mijn vraag gaat over de motie over de geitenhouderijen. Daar hebben we het inderdaad in het debat ook over gehad. Het onderzoek wordt in januari, of tenminste begin 2024, verwacht. Als ik de motie dan zo aanpas dat er direct met de provincies wordt gesproken over het opheffen, nee, het al dan niet opheffen van het moratorium zodra het onderzoek afgerond is?

Adema:

Ik wou net zeggen: u kent blijkbaar de uitkomst van het onderzoek al! Op het moment dat er een onderzoek ligt, zullen we ons daar eerst een oordeel over moeten vormen, maar vanzelfsprekend wordt over de uitkomsten van het onderzoek gecommuniceerd met de provincies. Waar dat concreet toe leidt, kan ik op dit moment natuurlijk nog niet zeggen. We moeten echt eerst het onderzoek afwachten.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Dat begrijp ik, maar ik geloof dat er al vijf VGO-onderzoeken zijn geweest, dus onderzoeken veehouderij en gezondheid omwonenden, en dat het causale verband gewoon elke keer maar niet wordt aangetoond. Natuurlijk, ik heb geen glazen bol dus ik weet niet wat er uit het onderzoek komt, maar de geitenhouderij moet natuurlijk wel een keertje duidelijkheid hebben. Dat is niet alleen omdat ze gewoon zelf door willen met hun boerderij, maar ook omdat de investeringen, bijvoorbeeld in dierenwelzijn, en de maatregelen voor diergezondheid of milieu allemaal stilstaan. Dat willen we natuurlijk ook niet. Dat is ook niet helemaal de bedoeling.

Adema:

Ik begrijp heel goed de oproep van mevrouw Van der Plas om duidelijkheid te geven omdat de geitenhouderssector daar al lang op wacht, maar het gaat hier om volksgezondheidsrisico's. Daar kunnen we geen risico's mee nemen. Dat betekent dat we echt het onderzoek moeten afwachten dat eind 2024 klaar is. Dat heeft ook te maken met de covidproblematiek. Er hebben zich in eerste instantie weinig mensen aangemeld voor het onderzoek. Dat weet u; daar hebben we het over gehad. En of het uiteindelijk leidt tot risicoverminderende maatregelen na het onderzoek, moeten we echt op dat moment bekijken.

De voorzitter:

Ja, dus de motie blijft gewoon ontraden. Dank u wel.

Adema:

Ontraden.

Dan de laatste motie. Dat is de motie op stuk nr. 272 van de heer Graus, met de suggestie over het Piglets Treatment System van Twan Claessens uit Leunen ten behoeve van veterinaire regie, toezicht, controle, handhaving, track, trace, recalls enzovoorts van boer tot winkel. Ik dank u allereerst voor het actief meedenken en voor deze interessante suggestie. Het zou een oplossing kunnen betekenen. Als ik de motie zo mag uitleggen dat ik nu niet een pilot toezeg maar wel in gesprek ga om te kijken wat de mogelijkheden zijn om ermee aan de slag te gaan, wil ik 'm oordeel Kamer geven. Anders moet ik 'm ontraden. We starten namelijk niet zonder meer een pilot op.

De voorzitter:

Ja is voldoende, meneer Graus. De heer Graus gebaart dat dat goed is, zie ik. Bij dezen. Dan is de motie oordeel Kamer.

Adema:

Dank u wel, voorzitter. Dat was het.

De voorzitter:

Everybody happy.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Dinsdag stemmen wij over de moties. We danken minister Adema en wensen hem een prettige avond verder. Ik schors voor een enkel ogenblik.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven