21 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Mag ik wat meer stilte in de zaal? Aan de orde is de regeling van werkzaamheden. Mag ik iets meer stilte in de zaal? Dank u wel.

Ik deel aan de Kamer mee dat de fractie van BIJ1 bij de stemmingen op 22 september jongstleden geacht wenst te worden voor de motie-Van der Plas (36200, nr. 55) te hebben gestemd en tegen de motie-Van der Plas (36200, nr. 56).

Op verzoek van de aanvrager stel ik voor het dertigledendebat over koopkracht van de agenda af te voeren.

Ik deel aan de Kamer mee dat de tijdelijke commissie Corona tot haar ondervoorzitter heeft gekozen het lid Paul.

Ik stel voor toestemming te geven aan de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken voor het houden van een notaoverleg met stenografisch verslag op donderdag 20 oktober 2022 van 14.30 uur tot 16.00 uur over de voortzetting van de behandeling van de initiatiefnota van de leden Dassen en Omtzigt over wettelijke maatregelen om de integriteit bij bewindspersonen en de ambtelijke top te bevorderen (36101).

Ik stel voor te voegen aan de agenda het tweeminutendebat Gasmarkt en leveringszekerheid (CD 15/09), met als eerste spreker het lid Thijssen van de PvdA.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Dan geef ik nu het woord aan de heer Klaver van GroenLinks voor zijn verzoek. Ik bedoelde: verzoeken. Het zijn er inderdaad twee.

De heer Klaver (GroenLinks):

Voorzitter. Ik heb twee verzoeken. Om te beginnen zou ik graag voor vanavond 18.00 uur een brief van de minister-president willen ontvangen waarin hij duidelijk maakt wanneer de nieuwe minister van Landbouw wordt aangesteld. Het heeft nu echt lang genoeg geduurd. De problemen in het land zijn groot. Er moet gewoon snel een nieuwe minister komen. Ik zou dus graag een procesbrief willen over wanneer wij de nieuwe minister kunnen verwachten.

De voorzitter:

Ik geleid dit door naar het kabinet. Ik zie dat daar geen bezwaar tegen is, dus dat gaan we op die manier doen.

Dan uw tweede verzoek.

De heer Klaver (GroenLinks):

Voorzitter. Vorige week werd duidelijk dat Johan Remkes op 5 oktober met zijn advies komt. Ik wil graag een debat aanvragen over dat advies voor direct na ommekomst van dat advies, in ieder geval met de minister-president en de minister van Buitenlandse Zaken. Om daar nog even bij stil te staan, het volgende. We zijn hier in de zomer voor teruggekomen. Toen is er geconcludeerd dat er geen eenheid van kabinetsbeleid is. Maar voordat we echt verder kunnen, moet dat geconstateerd worden. Dus hij moet er zeker bij zijn.

De voorzitter:

Dank u wel. We gaan horen of daar steun voor is.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Zeker steun. Ik neem aan dat ook de minister voor Stikstof daarbij is.

De heer Klaver (GroenLinks):

Als vanzelfsprekend.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Dat wilde ik graag even horen.

De voorzitter:

Deze aanvulling is vrij cruciaal volgens mij, dus dat gaan we zo doen.

De heer Tjeerd de Groot (D66):

Geen steun, voorzitter.

De heer Omtzigt (Lid Omtzigt):

Voorzitter, steun voor de aanwezigheid van de minister van Buitenlandse Zaken. Ook steun voor een debat. Maar ik zou dat wel een paar dagen daarna doen, want ik zou graag nog een toelichting willen hebben van de heer Remkes in de Kamer. Hij kan dan gewoon ergens in een commissiezaal vertellen wat hij voorstelt. Een week later kunnen we dan het debat voeren.

De heer Kops (PVV):

Steun.

De heer Van Campen (VVD):

Voorzitter, geen steun. Het is volgens mij goed dat de heer Remkes eerst zijn bevindingen presenteert, dat we daarna een appreciatie ontvangen van het kabinet en dat we daarna het debat vooral met de minister voor Natuur en Stikstof voeren. Dus geen steun voor het verzoek van de heer Klaver.

De heer Ceder (ChristenUnie):

Geen steun, voorzitter.

De heer Bontenbal (CDA):

Voorzitter, geen steun. Ik sluit me aan bij de woorden van de heer Van Campen van de VVD.

De heer Stoffer (SGP):

Steun.

De heer Dassen (Volt):

Steun, ook namens mevrouw Simons.

De heer Ephraim (Groep Van Haga):

Steun. Ik volg de lijn van de heer Omtzigt, namelijk: we kijken het een paar dagen aan enzovoort.

Mevrouw Vestering (PvdD):

Voorzitter, wij steunen uiteraard dit verzoek.

De heer Dekker (FVD):

Steun, voorzitter.

De heer Eppink (JA21):

Ook steun.

De heer Van Baarle (DENK):

Steun voor het verzoek.

Mevrouw Den Haan (Fractie Den Haan):

Steun voor een debat, maar wat mij betreft hoeft de minister van Buitenlandse Zaken daar niet bij te zijn.

Mevrouw Piri (PvdA):

Volledige steun voor dit verzoek.

Mevrouw Beckerman (SP):

Steun.

De voorzitter:

Er is geen meerderheid voor uw verzoek, meneer Klaver.

De heer Klaver (GroenLinks):

Ik zou het graag op de lijst laten zetten als dertigledendebat. Ik begrijp héél goed de wens van de coalitie dat de minister van Buitenlandse Zaken er niet bij is, maar ik kan u vertellen dat die gewoon gaat aansluiten als dit debat er komt. Er is geen eenheid van kabinetsbeleid. Dat moet hier in deze zaal bediscussieerd worden. We komen hier dus op terug.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel. We zetten het in ieder geval op de lijst.

Dan de heer Kops van de PVV voor zijn aanvraag.

De heer Kops (PVV):

Voorzitter. Als er verkiezingen naderen, gaan CDA'ers ineens …

De voorzitter:

Iets meer stilte in de zaal. De heer Kops heeft het woord.

De heer Kops (PVV):

Als er verkiezingen naderen, gaan CDA'ers ineens dingen zeggen die de mensen in het land al jarenlang zeggen. Zo heeft minister De Jonge gezegd dat de huidige bevolkingsgroei ontwrichtend is en niet te huisvesten valt, en dat het migratiesaldo omlaag moet. Dat is natuurlijk zo, maar het is ook hypocriet, want de grenzen staan nog altijd wagenwijd open. Daarom graag een debat hierover met de minister voor Volkshuisvesting, want we hebben een asielstop nodig en woningen voor onze eigen mensen.

De heer Omtzigt (Lid Omtzigt):

Voorzitter, volledige steun hiervoor. Maar dan zou ik inderdaad ook graag willen weten of dit het kabinetsstandpunt is of niet. Ik zou dus van de minister-president willen weten of hij vindt dat het bevolkingsbeleid ontwrichtend is. Het gaat mij om precies die zin. Is hij het daarmee eens of is hij het daar niet mee eens?

De heer Ephraim (Groep Van Haga):

Steun. Net zoals net maait de heer Omtzigt weer het gras voor mijn voeten weg.

De heer Van Baarle (DENK):

Voorzitter. Ik wil er toch voor waken dat we hier elke keer een debat gaan houden over een interview van een CDA-bewindspersoon. Aanstaande donderdag is er een commissiedebat Wonen. Daar zit de desbetreffende minister bij en dan kunnen we het er prima met hem over hebben.

De heer Boulakjar (D66):

Voorzitter. Inderdaad is er aanstaande donderdag een commissiedebat. Geen steun voor dit verzoek.

De heer Ceder (ChristenUnie):

Voorzitter. We hebben over twee dagen een debat met minister De Jonge. Daarbij kan de heer Kops aansluiten. Dat weet hij volgens mij ook. Geen steun dus.

De heer Eerdmans (JA21):

Ik ben het ermee eens. Ik ben er ook voor. Ik ben er inderdaad ook benieuwd naar of Hugo de Jonge namens het hele kabinet sprak. Die vraag had ik als mondelinge vraag ingediend. Die is afgewezen. Ik weet niet of dat het verzoek van de heer Omtzigt was, maar mogen wij een brief ontvangen namens de premier of namens het hele kabinet over de vraag of dit een solo-opmerking van minister De Jonge was of dat dit inderdaad wordt gedragen — dat hoop ik maar — door het hele kabinet?

Mevrouw Den Haan (Fractie Den Haan):

Geen steun. Het kan bij het commissiedebat.

De heer Peter de Groot (VVD):

Hetzelfde. Geen steun, aanstaande donderdag is het commissiedebat.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Steun voor het verzoek.

Mevrouw Beckerman (SP):

Voorzitter. Het is wel bijzonder hoe CDA-ministers steeds via de krant een ander standpunt innemen dan de rest van het kabinet. Ik ben nu wel heel erg benieuwd hoe dit zich verhoudt tot het standpunt van het kabinet. Wellicht is het goed om gewoon direct een brief te vragen en om het dan te bespreken bij het debat van donderdag.

De voorzitter:

Geen steun dus voor het debat, maar wel voor de informatie.

De heer Dassen (Volt):

Mede namens mevrouw Simons: geen steun. Het kan bij het debat donderdag.

De heer Dekker (FVD):

Steun.

De heer Nijboer (PvdA):

Voorzitter. Ik ben er wel voorstander van dat we plenair wat meer fundamentele debatten voeren. Ik heb een heel andere invalshoek dan de PVV, maar ik steun het debat wel.

De heer Bontenbal (CDA):

Voorzitter, geen steun. Het kan bij een commissiedebat. Ik vind het wel heel mooi om te zien dat de interviews van CDA-bewindspersonen zo goed gelezen worden.

De heer Stoffer (SGP):

Voorzitter. Wij zouden graag een brief krijgen voordat het debat van donderdag plaatsvindt. Geen steun dus voor dit debat, maar wel voor de brief en voor het betrekken van de inhoud bij het debat donderdag.

Mevrouw Maatoug (GroenLinks):

Ook geen steun voor het debat, wel steun voor de brief.

De heer Wassenberg (PvdD):

Geen steun.

De voorzitter:

Er is geen meerderheid voor uw verzoek, maar er is wel behoefte aan informatie. Wij zullen de verzoeken doorgeleiden richting het kabinet.

De heer Kops (PVV):

Jazeker, voorzitter. Ik heb wel steun van 30 leden, dus ik wil het toch graag nog even op de lijst zetten. De brief van de minister ontvangen we dan graag voor aanvang van het debat aanstaande donderdag. Dank u wel.

De voorzitter:

Dat gaan wij zo doorgeleiden. Dank u wel, meneer Kops.

Dan geef ik het woord aan mevrouw Agema van de PVV.

Mevrouw Agema (PVV):

Dank u wel, voorzitter. Volgens mij staat er op de lijst met dertigledendebatten al een debat over de ambulancedienst. Ik zou mijn collega's graag willen voorstellen om daar een meerderheidsdebat van te maken, omdat het Amsterdamse VUmc het hele afgelopen weekend geen ambulances kon ontvangen. Datzelfde geldt vanaf oktober voor het LangeLand Ziekenhuis. De situatie wordt dus ernstiger. Daarom zou ik er graag in een meerderheidsdebat over spreken en dan ook op korte termijn.

De heer Stoffer (SGP):

Steun.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Steun.

Mevrouw Leijten (SP):

Wij steunden de eerste aanvraag en wij steunen deze ook.

Mevrouw Maatoug (GroenLinks):

Steun.

Mevrouw Den Haan (Fractie Den Haan):

Steun.

De heer Ephraim (Groep Van Haga):

Steun, mede namens JA21 en Forum.

De heer Mohandis (PvdA):

Voorzitter, steun.

Mevrouw Paulusma (D66):

Geen steun. We hebben op 9 november een commissiedebat Acute zorg en daarin zou het prima kunnen.

De heer Omtzigt (Lid Omtzigt):

Steun namens Volt, de Partij voor de Dieren, BIJ1 en mezelf.

Mevrouw Van den Hil (VVD):

Geen steun.

Mevrouw Van den Berg (CDA):

Geen steun.

De heer Ceder (ChristenUnie):

Geen steun. In november is er een commissiedebat waarin dit prima past.

De heer Kuzu (DENK):

Voor de compleetheid: steun.

De voorzitter:

Er is geen meerderheid voor uw verzoek.

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter. Dit is weer een debatverzoek met steun van de voltallige oppositie. Misschien moeten we daar eens een aparte categorie van maken binnen de dertigledendebatten.

De voorzitter:

Dank u wel.

De heer Mohandis van de PvdA.

De heer Mohandis (PvdA):

Voorzitter, dank u wel. Er zijn inmiddels, voor het reces maar ook vorige week, twee moties aangenomen met de oproep om iets te doen tegen de torenhoge energierekeningen, waarmee in ieder geval sportverenigingen maar ook andere publieke voorzieningen te kampen hebben. Er is vandaag een procesbrief binnengekomen die iets zegt over het proces van hoe deze moties mogelijk uitgevoerd gaan worden. Maar de nood is enorm. De berichten over sportverenigingen en zwembaden die dreigen om te vallen stromen binnen, dus wij willen eigenlijk een debat, ook aangezien het onderwerp dit jaar naar de Kamer gaat komen. Wij willen alvast een debat aanvragen, omdat dit wezenlijk is voor onze sociale infrastructuur in Nederland.

Mevrouw Leijten (SP):

Voorzitter, de SP steunt de aanvraag van dit debat. We hebben er ook schriftelijke vragen over gesteld. Ik zou hier ook willen zeggen dat we in de stukken die we hebben gekregen, gewoon hebben gezien dat het 1,8 miljard kost en dat het kabinet dat bewust niet heeft gedaan omdat daarvoor zogenaamd geen dekking zou zijn, ook al weet het dat deze maatschappelijke ontwrichting gaat plaatsvinden. Dus het lijkt me heel erg wezenlijk om dat debat spoedig te voeren. Anders hoort het misschien bij de AMvB een groot onderdeel te worden, maar dan zijn de antwoorden op die Kamervragen wel echt nodig.

De heer Rudmer Heerema (VVD):

Voorzitter. We hebben voor de zomervakantie een motie van de heer Mohandis aangenomen. We hebben een motie aangenomen van de heer Heerma. Deze minister heeft vandaag een procesbrief gestuurd waarin ze zegt er snel op terug te komen. Dat wordt november. Dat vind ik veel te laat. Dat zal ik haar laten weten. Maar volgens mij vinden we allemaal dat hier iets moet gebeuren. Dan vind ik het onlogisch om deze minister drie, vier uur lang in deze bankjes te laten zitten, terwijl ze het in die tijd ook kan organiseren. Dus ik steun de aanvraag niet, want ik vind dat ze aan de slag moet om het te organiseren.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Nou, voor mij is het niet of-of, maar en-en. Dus: én ze moeten aan de slag, én we moeten een debat. Ik zou het debat dan ook wel graag iets breder willen trekken, namelijk over de toekomst van Nederland, met alles wat dreigt om te vallen, ook ondernemers, bakkers, slagers, noem maar op, want dat heeft een hele grote ontwrichtende werking op de maatschappij. Maar steun voor het verzoek.

De heer Kuzu (DENK):

Voorzitter. Dit gevaar ligt dan op de loer: dan wordt het zo'n breed verhaal dat het punt dat de heer Mohandis wil maken ondergesneeuwd raakt. Vanwege de acuutheid zou ik willen voorstellen dat we dit gaan behandelen bij het WGO Sport.

Mevrouw Van der Laan (D66):

Het is een ontzettend belangrijk onderwerp. We wachten op een reactie van de minister. Ik stel voor om dat te betrekken bij het WGO Sport, dus geen steun voor deze aanvraag.

Mevrouw Maeijer (PVV):

Van harte steun, voorzitter.

De heer Eerdmans (JA21):

Wij volgen deze berichten ook op de voet en wij steunen dit van harte.

De heer Omtzigt (Lid Omtzigt):

Steun, voorzitter. Ik wou nog expliciet zeggen dat ik het excuus van de VVD om hier geen debat over te voeren, heel origineel vind, want dan hoeven we nooit meer een debat te voeren als de minister ermee bezig is.

De voorzitter:

Maar u steunt in ieder geval het debat?

De heer Omtzigt (Lid Omtzigt):

Ja.

De heer Ceder (ChristenUnie):

Voorzitter. Er zijn een aantal moties die uitgevoerd moeten worden. Wat mij betreft moet dat snel, maar ik zou geen steun willen geven aan een debat. Het kan ook bij het WGO.

De heer Dassen (Volt):

Namens BIJ1, Partij voor de Dieren en Volt: steun.

Mevrouw Den Haan (Fractie Den Haan):

Het kan wat ons betreft bij het WGO Sport.

De heer Ephraim (Groep Van Haga):

Steun, mede namens Forum voor Democratie.

Mevrouw Maatoug (GroenLinks):

Ook vanuit GroenLinks van harte steun.

De voorzitter:

Er is geen meerderheid voor uw verzoek.

De heer Mohandis (PvdA):

Ik heb het nu vooral vanuit de sport benaderd, maar het speelt zeker ook bij culturele onderwerpen. Gezien de urgentie van het onderwerp wil ik het laten noteren als dertigledendebat. Ik heb meegeteld. Ik hoop dat we echt iets concreets krijgen voor het WGO, want als we het hoe nog gaan bespreken in het WGO, zijn we helaas al wat zwembaden armer in Nederland.

De voorzitter:

Dank u wel. We zetten het in ieder geval op de lijst.

Dan geef ik het woord aan mevrouw Marijnissen van de SP voor haar verzoek.

Mevrouw Marijnissen (SP):

Dank u wel. Ik wil graag een hoofdlijnendebat aanvragen over de zeggenschap die we hebben over publieke voorzieningen. Dit doe ik naar aanleiding van onder andere de Algemene Beschouwingen, waarin het al even ging over de energiemarkt, maar ook naar aanleiding van twee interviews met bewindspersonen afgelopen weekend. Minister Van Gennip had het bij Buitenhof over de doorgeschoten marktwerking op de arbeidsmarkt. Minister De Jonge heeft in dat licht zaken gezegd over wonen. Volgens mij is het goed om een hoofdlijnendebat te voeren over onze publieke voorzieningen, de marktwerking en onze democratische zeggenschap daarover, en dan echt breed, dus van zorg tot wonen en van energiemarkt tot vervoer.

De voorzitter:

We gaan kijken of daar steun voor is. Mevrouw Maatoug, GroenLinks.

Mevrouw Maatoug (GroenLinks):

In de Miljoenennota staat het. We hebben er tijdens de APB over gesproken. Als we het echt menen, moeten we iets gaan doen. Dus van harte steun vanuit GroenLinks.

De heer Ceder (ChristenUnie):

Voorzitter, wij willen graag een debat steunen, maar zouden dan wel graag eerst een brief willen hebben van het kabinet over de planning. Ik kan me voorstellen dat, als dat aan het begin van volgend jaar is, je dan een debat voert. Als het langer duurt, moet je het misschien anders doen, maar ik zou wel eerst een brief willen hebben. Maar dat er een debat moet komen, lijkt me goed.

De voorzitter:

U steunt in ieder geval ook het debat, na ommekomst van de brief.

De heer Ceder (ChristenUnie):

Ja, maar wel aan de hand van de planning van het kabinet, die ik wel graag snel zie.

De heer Romke de Jong (D66):

Voorzitter, mijn fractie volgt volledig de woorden van de heer Ceder.

De heer Dassen (Volt):

Ook namens BIJ1, steun.

De heer Ephraim (Groep Van Haga):

Steun.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Steun.

De heer Azarkan (DENK):

Voorzitter. Die marktwerking is inderdaad vaak doorgeschoten. We horen nooit hoe we dan wat terugkrijgen. Goed voorstel. Steun, mede namens de leden Gündoğan en Den Haan.

De heer Dekker (FVD):

Van harte steun.

De heer Omtzigt (Lid Omtzigt):

Van harte steun. Misschien is het een kansloze actie, maar ik zou wel voor het debat van het kabinet willen horen of het daar zelf toevallig ook nog een opvatting over heeft. Er is heel veel misgegaan met de marktwerking. Dit is niet eenvoudig, dus daarom ook een hoofdlijnendebat. Maar ik zou het wel fijn vinden om een brief van twee kantjes te krijgen over of het zelf de opvatting heeft dat er iets moet veranderen of niet.

De heer Wassenberg (PvdD):

Steun van de Partij voor de Dieren.

De heer Heinen (VVD):

Voorzitter. Bij de APB is vorige week een motie op dit thema ingediend, volgens mij door de heer Segers. Het kabinet komt dus nog met een reactie. Ik wil voorstellen om die reactie af te wachten. Daar kan ook het verzoek van mevrouw Marijnissen in meegenomen worden. Dan kunnen we kijken met wie we het debat voeren. Dit raakt namelijk aan zo veel aspecten. Het lijkt mij goed als het kabinet daar eerst op reflecteert en dat we dan kijken met wie we het debat voeren.

De voorzitter:

Maar u steunt wel een debat?

De heer Heinen (VVD):

Ja, maar het verzoek is gelijk gericht op een debat met de minister-president. Het lijkt mij goed om eerst de brief af te wachten en te kijken bij wie in het kabinet dit vooral neerslaat, en om dan te kijken met wie van het kabinet we het debat voeren.

De voorzitter:

Ja, met wie. Maar u steunt wel een debat?

De heer Heinen (VVD):

Ik steun de brief voor een debat, ja.

De voorzitter:

Nee, nog even terugkomen, meneer Heinen.

Mevrouw Marijnissen (SP):

Nog één keer.

De voorzitter:

Ja, nog één keer. Steunt u het debat?

De heer Heinen (VVD):

Ja. Voorafgaand een brief en dan kunnen we bepalen met wie we het debat doen.

De voorzitter:

Kijk! Dan heeft u een meerderheid, mevrouw Marijnissen.

Mevrouw Marijnissen (SP):

Ik heb het gehoord.

De voorzitter:

Maar wel na een brief. We zullen kijken wanneer die brief er kan zijn.

Mevrouw Marijnissen (SP):

Dat lijkt mij verstandig.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Marijnissen.

Dan geef ik het woord aan mevrouw Piri van de PvdA.

Mevrouw Piri (PvdA):

Voorzitter. Op 6 en 7 oktober komen Europese regeringsleiders bijeen in Praag voor een informele bijeenkomst, om te spreken over belangrijke onderwerpen, waaronder Oekraïne, energie en de relatie met de buurlanden van de Europese Unie. Vandaar mijn verzoek om, zoals gebruikelijk is met een officiële Europese Raad, voorafgaand met de minister-president een debat in te plannen. Ik doe dit verzoek mede namens de heer Sjoerdsma van D66.

De heer Kuzu (DENK):

Voorzitter, steun vanuit de fractie van DENK, evenals van de Fractie Den Haan en mevrouw Gündoğan.

De heer Jasper van Dijk (SP):

Ja, ook steun.

De voorzitter:

De heer Omtzigt steunt het ook, zie ik.

De heer Van Wijngaarden (VVD):

Steun, voorzitter.

De voorzitter:

De heer Dekker van Forum van Democratie? Ja. De heer Wassenberg steunt het ook. De heer Ephraim steunt …

De heer Ephraim (Groep Van Haga):

Steun.

De voorzitter:

Het CDA steunt het ook, zie ik. De PVV steunt het ook. De heer Dassen ook, denk ik.

De heer Dassen (Volt):

En mevrouw Simons steunt het ook.

De voorzitter:

Mevrouw Simons steunt het ook. GroenLinks steunt het ook, de heer Stoffer steunt het ook en mevrouw Van der Plas steunt het ook. Bingo! U heeft een meerderheid voor uw verzoek.

Mevrouw Piri (PvdA):

Top!

De voorzitter:

Dan kijk ik naar mevrouw Leijten, voor haar verzoek.

Mevrouw Leijten (SP):

Voorzitter. Op 16 februari dienden de fracties van D66 en de ChristenUnie een wijziging van het Reglement van Orde in. Dat is in het voorjaar besproken. Vier partijen hebben deelgenomen aan de schriftelijke bespreking: VVD, D66, het CDA en de SP. Nu staat het voor komende donderdag in eerste termijn op de agenda met veertien sprekers. Ik verwacht dat het onderwerp breder zal zijn dan enkel de uitbreiding van het Reglement van Orde. Ik denk dat dat onoverkomelijk is. Maar het lijkt de SP-fractie wel wenselijk dat we dit debat in één keer afronden. Ik heb hierover contact gezocht met de indieners. Zij zijn dat niet van mening. Maar ik wil het toch voorleggen aan de Kamer. Omdat de wijziging van het Reglement van Orde, waar het debat over gaat, niet heel ingewikkeld is voor onze eigen beraadslaging dan wel voor de beantwoording, zou ik willen voorstellen dat we bijvoorbeeld donderdagochtend starten met het debat en dat we het donderdagavond afronden, zodat we er volgende week over kunnen stemmen.

De voorzitter:

Dank u wel. Ik kijk of er voor dit voornemen steun is van de collega's. Omdat het een initiatiefwet is, is het altijd belangrijk, afhankelijk van de uitkomst, dat ik contact zoek met de initiatiefnemers, om te kijken wat mogelijk is. Maar we gaan eerst even luisteren of er steun is voor het verzoek.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Natuurlijk wil ik dit verzoek steunen. Maar er staan wel twee andere best belangrijke plenaire debatten op de agenda, namelijk over de krapte op de arbeidsmarkt en over personeel in verpleeghuizen. Daar zit ik dus wel een klein beetje mee. Die moeten dan weer naar achteren, terwijl die ook heel dringend zijn. Ik zou dus willen voorstellen dat in ieder geval een van die twee debatten dan wel kan blijven staan dan wel wordt verplaatst, zodat we niet alle twee de debatten hoeven te verplaatsen.

De voorzitter:

Maar steunt u het verzoek wel?

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Ik steun het debat. Zeker, zeker.

De heer Martin Bosma (PVV):

Ik heb mevrouw Van der Plas weleens logischer horen denken. Je kunt niet zes debatten op één dag voeren. Het zijn heel belangrijke debatten die nu op de agenda staan, over de krapte op de arbeidsmarkt, de zorg — dat is een belangrijk onderwerp — dus ik stel voor om daar verder geen wijzigingen in aan te brengen.

De heer Sneller (D66):

Daar ben ik het mee eens. Er staan nu zestien sprekers. Als het een verzoek is van de initiatiefnemers om daar zorgvuldig over na te denken en dan een beantwoording te geven, dan is het volgens mij goed gebruik en verstandig om dat te honoreren. En ik zie ook de urgentie niet.

De heer Wassenberg (PvdD):

Daar ben ik het mee eens. Het is ook goed gebruik dat de initiatiefnemers uitgebreid de tijd krijgen om de vragen te beantwoorden die in de eerste termijn gesteld worden. Ik zou het dus liever niet op die donderdag doen, dus het liefst volgende week. Geen steun.

De voorzitter:

Dus geen steun.

De heer Stoffer (SGP):

Voor ons speelt dat ook. Wij respecteren de tijd die de initiatiefnemers graag willen hebben om er daarna over na te kunnen denken, dus daarom geen steun.

De heer Van Wijngaarden (VVD):

Geen steun, voorzitter. Gewoon in delen en niet in één geheel.

De heer Ephraim (Groep Van Haga):

Ik sluit me aan bij de vorige sprekers.

Mevrouw Sylvana Simons (BIJ1):

Ik sluit me aan bij de heer Wassenberg, mede namens Volt.

Mevrouw Piri (PvdA):

Mede namens GroenLinks denk ik dat het belangrijk is wat de initiatiefnemers hiermee willen, dus geen steun voor dit verzoek.

De heer Van Baarle (DENK):

Nee, voorzitter, geen steun, omdat dan andere belangrijke inhoudelijke onderwerpen moeten wijken voor een onderwerp waarbij wij als Kamer weer met onszelf bezig zijn. Dat vind ik geen goed signaal.

De heer Ceder (ChristenUnie):

Voorzitter, ik sluit me daarbij aan. Geen steun.

De heer Dekker (FVD):

Uit praktische overwegingen geen steun.

De heer Omtzigt (Lid Omtzigt):

Steun voor het voorstel, voorzitter.

De heer Bontenbal (CDA):

Geen steun.

De voorzitter:

Er is geen meerderheid voor uw verzoek. De conclusie is dus dat we de agenda laten zoals die is.

Mevrouw Leijten (SP):

Ja, dat is prima. Ik wil daar nog wel aan toevoegen dat het verzoek juist voortkomt uit het feit dat we het nu opgesplitst, meerdere keren, over onszelf gaan hebben terwijl we ook andere debatten kunnen voeren. Ik had me ook kunnen voorstellen dat we zouden zeggen, zoals mevrouw Van der Plas zei: er staan ook andere belangrijke debatten, dus dan doen we het wellicht volgende week in één keer. Maar het zou dus de voorkeur van de SP-fractie hebben om bij dit debat de beraadslaging in één keer af te ronden. Jammer dat daar geen steun voor is.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan gaan we luisteren naar de heer Eppink, JA21.

De heer Eppink (JA21):

Voorzitter. De moord op Mahsa Amini heeft geleid tot een golf van protesten in Iran. Die golf breidt zich uit over vele Iraanse steden, zoals Teheran, Mashhad, Qom, Tabriz, Isfahan en Shiraz. Onze minister van Buitenlandse Zaken heeft in New York hierover al een onderhoud gehad met de Iraanse minister van Buitenlandse Zaken. Het lijkt me nuttig om een plenair debat te houden over de Iraanse protesten met onze minister van Buitenlandse Zaken om te zien hoe we de grove schendingen van mensenrechten in Iran kunnen stoppen.

Dank u.

De voorzitter:

Dank u wel. We gaan kijken of daar steun voor is.

De heer Jasper van Dijk (SP):

Voorzitter. Een land waarin een vrouw wordt gedood omdat ze haar hoofddoek niet goed draagt, is pervers en weerzinwekkend. Ik steun het debat dan ook van harte, maar ik wil ook heel graag van het kabinet weten welke maatregelen het gaat nemen tegen dit weerzinwekkende regime.

De heer Kuzu (DENK):

Mijn fractie staat pal achter de vrouwen die demonstreren voor hun zelfbeschikkingsrecht. Als ze niet veilig zijn in hun eigen land, zijn ze ook altijd van harte welkom in Nederland. Toch, meneer Eppink?

De heer Eppink (JA21):

Zeker.

De voorzitter:

En u steunt een debat, neem ik aan? Het was op zich een interessante uitwisseling, maar u steunt het debat?

De heer Kuzu (DENK):

Voorzitter. Ik zou het graag willen bespreken bij het eerstvolgende commissiedebat RBZ, want dat is vrij snel.

De voorzitter:

Oké. Geen steun voor een debat, maar wel via een commissie.

De heer Kuzu (DENK):

Dat zei ik mede namens mevrouw Den Haan.

De heer Sjoerdsma (D66):

Voorzitter. Steun aan al die dappere vrouwen in Iran. Steun ook voor dit debat. Wel zal mijn fractie, als er eerder een commissiedebat is, dit daar opbrengen, omdat haast hier geboden is.

De heer Brekelmans (VVD):

Volgens mij vinden wij dit thema allemaal heel belangrijk. Maar er is binnen twee weken een groot mensenrechtendebat, waar het prima in zou passen. Ik vind het wel belangrijk dat het kabinet voor die tijd alle schriftelijke vragen beantwoordt die zijn gesteld. Heel veel partijen hebben hier namelijk vragen over gesteld. De heer Van Dijk stelde net ook de vraag wat het kabinet hiertegen doet. Wat is de reactie hierop? Als we die antwoorden hebben, kunnen we daar over twee weken over spreken.

De voorzitter:

Dus in ieder geval geen steun voor een apart debat.

Mevrouw Piri (PvdA):

Mede namens GroenLinks heb ik gisteren aan de minister, die gesproken heeft met zijn Iraanse counterpart in New York, gevraagd om dat verslag zo snel mogelijk naar de Kamer te sturen. We willen weten wat de inzet is van Nederland. Als het het snelst is om dat plenair te doen, dan steunen wij dat debat.

De heer Stoffer (SGP):

Steun, voorzitter. Maar mocht de optie die de heer Brekelmans opperde ook prima passen, dan staan wij daar ook voor open.

Mevrouw Agnes Mulder (CDA):

We zagen vreselijke berichten over hoe er met vrouwen wordt omgegaan in Iran. Ik denk dat het heel erg goed past om dat te bespreken in het mensenrechtendebat en anders bij de RBZ-Raad. Dat zijn de eerstvolgende debatten waarin we het hier snel over kunnen hebben.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Steun voor het debat. Ik sluit me volledig aan bij wat de heer Van Dijk hierover zei.

De heer Omtzigt (Lid Omtzigt):

Steun voor het debat, voorzitter. Ik zou graag willen weten wat Nederland in EU-verband in het VN-vrouwenrechtencomité doet. Daar is Iran lid van. Landen bespreken daarin onderling hoe het met de vrouwenrechten gaat in de lidstaten.

De voorzitter:

Dank u wel.

De heer Omtzigt (Lid Omtzigt):

Is Nederland bereid om er in EU-verband voor te zorgen dat Iran daarin besproken wordt? Als het daarin niet besproken wordt, waar dan wel?

De voorzitter:

Dank u wel. U steunt ook een debat.

De heer Ceder (ChristenUnie):

Voorzitter. Het is verschrikkelijk wat daar gebeurt. Steun voor een debat. Ik geef wel mee dat we inderdaad over twee weken een commissiedebat hebben. Als dat sneller is, dan heb ik er de voorkeur voor om het dan te doen in plaats van te wachten op een later debat, vanwege de urgentie.

De heer Dekker (FVD):

Geen steun voor een apart debat.

Mevrouw Sylvana Simons (BIJ1):

Als het kan, zo snel mogelijk, of dat nu in een commissie of plenair is. We spreken onze steun uit namens Volt, de Partij voor de Dieren en, vanzelfsprekend, BIJ1.

De voorzitter:

Er is geen meerderheid voor uw verzoek, maar de collega's hebben wel aangegeven het te willen betrekken bij onder andere het mensenrechtendebat en het debat over de RBZ-Raad. Er is ook een verzoek om informatie. Dat zullen we doorgeleiden naar het kabinet.

De heer Eppink (JA21):

Misschien mag ik vragen om dit thema bij de eerstvolgende gelegenheid te bespreken?

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Eppink.

Dan geef ik tot slot het woord aan de heer Bosma. Altijd een uitsmijter!

De heer Martin Bosma (PVV):

U verwacht weer te veel van mij, voorzitter!

U heeft een goed geheugen. U zult zich vast het debat van 7 juli kunnen herinneren, dat wij hadden met minister Dijkgraaf en staatssecretaris Uslu over de vermeende belangenverstrengeling van de voorzitter van de NPO. We kwamen niet heel ver, want beide bewindspersonen zeiden in reactie op heel veel vragen: er komt een rapport van de ADR, dus laten we daar even op wachten. We hebben toen staande die bijeenkomst afgesproken om later verder te gaan. Hedenochtend is dat mooie rapport tot ons gekomen. Het is licht verbijsterend. Ik doe hier eigenlijk geen verzoek. Er staan hier heel veel mensen klaar om te juichen of om de wave voor mij in te zetten. Dat ben ik gewend, zeker van de collega van DENK. Maar mijn voorstel is gewoon om het weer in te boeken, om datgene waar we mee bezig waren weer in de agenda te zetten. Het is dus geen nieuwe aanvraag. Ik vraag om het oude debat zo snel mogelijk voort te zetten.

De voorzitter:

Ik snap dat u dat vindt, maar ik kijk voor de zekerheid toch nog even naar de collega's. Wordt dit gesteund of heeft iemand daar bezwaar tegen? We gaan gewoon iedereen even af.

De heer Van Strien (VVD):

Het geheugen van de heer Bosma is inderdaad altijd heel goed. Alleen, hij vergeet een klein ding. We hebben toen afgesproken dat we een debat zouden hebben na ommekomst van het rapport van de ADR én van het Commissariaat voor de Media, juist omdat we wilden voorkomen dat we weer een half debat zouden houden. Dus ja, ik ben het met hem eens. Steun voor het debat en om door te pakken, maar dan wel onder de voorwaarden die we voor het zomerreces bespraken: na ommekomst van beide rapporten, die hopelijk zo snel mogelijk onze kant op komen.

De heer Van Baarle (DENK):

Voorzitter, helaas geen wave in de richting van de heer Bosma. Mede namens GroenLinks en mevrouw Den Haan geen steun voor dit verzoek.

De heer Stoffer (SGP):

Onvoorwaardelijke steun, voorzitter.

Mevrouw Leijten (SP):

Voorzitter. Er is inderdaad afgesproken dat we het debat zouden vervolgen als de beide rapporten er zouden zijn. Laten we via deze regeling dus tot spoed manen om dat ADR-rapport te krijgen. Dan kan het goed afgesloten worden.

De voorzitter:

Het commissariaatrapport.

Mevrouw Leijten (SP):

Ja, sorry, het commissariaatrapport.

Mevrouw Piri (PvdA):

Voorzitter, ik had het niet beter kunnen zeggen dan mevrouw Leijten.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Daar ben ik het ook mee eens, maar het is natuurlijk heel raar als mensen geen steun geven voor het voortzetten van het debat. Daar kun je toch alleen maar steun voor geven? Ik vind dat een beetje vreemd. Maar goed, ik steun het, want het lijkt me heel normaal dat je een debat voortzet.

De heer Omtzigt (Lid Omtzigt):

Ik steun de lijn van de SP en de PvdA. En inderdaad, deze regeling is op zich een klein beetje overbodig, want we zouden het debat gewoon voortzetten.

De heer Wassenberg (PvdD):

Dat vind ik ook. Steun.

De heer Dekker (FVD):

Ja, steun ook.

De heer Ephraim (Groep Van Haga):

Steun.

De heer Sjoerdsma (D66):

Voorzitter, steun. Maar wel even voor de duidelijkheid: nu heeft de heer Bosma het over de voortzetting van het debat, maar volgens mij gaan we een nieuw debat voeren.

De voorzitter:

Zo hebben we dat ... Ik zal het zo even concluderen.

De heer Eerdmans (JA21):

Steun, voorzitter.

De heer Dassen (Volt):

Ik sluit me aan bij de woorden van mevrouw Leijten.

Mevrouw Werner (CDA):

Inderdaad ook steun voor het debat. Je zou het liever zien samen met het rapport van het Commissariaat voor de Media, maar als dat nog maanden gaat duren, dan moeten we dat gewoon bespoedigen. Dus steun.

De heer Ceder (ChristenUnie):

Voorzitter, steun, op voorwaarde dat beide rapporten er wel al zijn.

De voorzitter:

We hebben inderdaad afgesproken dat er opnieuw een debat aangevraagd zou worden. Een aantal collega's hebben aangegeven dat ze het debat ook steunen. Daar is een meerderheid voor, maar wel na ommekomst van beide rapporten. Een van de rapporten is er. Het rapport van het commissariaat is er nog niet. Wij gaan informeren wanneer dat rapport er is en, zoals mevrouw Leijten zei, tot spoed manen.

De heer Martin Bosma (PVV):

Maar het commissariaat gaat zich baseren op dit rapport, dus voor hetzelfde geld — zoals net gezegd werd door de collega van het CDA — gaat het nog maanden duren. Dat moet niet de bedoeling zijn.

De voorzitter:

De meerderheid is gekoppeld aan de beschikbaarheid van beide rapporten, maar er is wel een meerderheid voor.

Daarmee zijn we aan het einde gekomen van deze regeling van werkzaamheden. Ik schors de vergadering voor een enkel moment. Dan wordt er van start gegaan met een aantal tweeminutendebatten.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven