17 Ontwikkeling inzake de tarieven van tolken en vertalers

Aan de orde is het tweeminutendebat Ontwikkeling inzake de tarieven van tolken en vertalers (29936, nr. 63).

De voorzitter:

Aan de orde is het tweeminutendebat Ontwikkeling inzake de tarieven van tolken en vertalers. Ik heet de minister van Justitie en Veiligheid van harte welkom. Ik heet ook de Kamerleden welkom. Ik doe een beroep op de Kamerleden: probeer het, als het even kan, zo kort mogelijk te houden. We hebben 30 tweeminutendebatten in korte tijd, dus beperk u, als het kan, tot het indienen van de moties, en mogelijk een of twee vragen aan de minister. Ik zal dadelijk ook aan de minister vragen om, als het kan, zo kort mogelijk de vragen te beantwoorden en de moties te appreciëren. Ik geef als eerste het woord aan de heer Van Nispen, namens de fractie van de SP.

De heer Van Nispen (SP):

Voorzitter. De tolken en vertalers zijn cruciaal in onze rechtsstaat, maar worden al jaren uitgeknepen, met veel te lage tarieven. Ze zijn overgeleverd aan de grillen van de markt, maar marktwerking gaat deze problemen niet oplossen. Eigenlijk moeten we de multinationals ertussenuit gooien en de tolken en vertalers rechtstreeks vanuit de overheid opdrachten verstrekken en eerlijk belonen.

Voorzitter. Maar voor vandaag dien ik de volgende moties in.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de gemiddelde duur van tolkdiensten bij rechtbanken kort is, waardoor met name gerechtstolken getroffen worden door de lage tarieven van tolkdiensten en de recente plannen van de minister hier geen oplossing voor bieden;

verzoekt de regering het minimumuurtarief van de gerechtstolken te verhogen en de voorrijkosten niet af te schaffen, om er zo voor te zorgen dat er voldoende gekwalificeerde gerechtstolken beschikbaar zijn, nu en in de toekomst,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Nispen.

Zij krijgt nr. 66 (29936).

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat er geen voorstellen liggen om ook maar enigszins tegemoet te komen aan de te lage tarieven van de vertalers, en dat opdrachtgevers nu bijvoorbeeld het lettergrootte kunnen verkleinen om het aantal regels kunstmatig laag te houden;

verzoekt de regering om zo spoedig mogelijk een aanvullend onderzoek op de vertaalmarkt uit te voeren en daarbij ook te kijken naar de situatie in andere landen met als doel objectief vast te stellen hoe een redelijke vergoeding voor vertalers kan worden bereikt,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Nispen.

Zij krijgt nr. 67 (29936).

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat organisaties die verplicht zijn om tolken en vertalers op C1-niveau af te nemen in maar liefst 18% van de gevallen uitwijken naar tolken en vertalers van een lager niveau;

overwegende dat dit dus jaarlijks om vele duizenden zaken gaat, waarbij het risico groot is dat niet de wenselijke kwaliteit wordt geleverd;

verzoekt de regering met voorstellen te komen voor hoe op korte termijn de afname van tolken en vertalers op C1-niveau kan en zal toenemen en de Kamer hierover te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Nispen.

Zij krijgt nr. 68 (29936).

De heer Van Nispen (SP):

Voorzitter. Het zijn slechts zeer bescheiden voorstellen die ik hier doe vandaag, maar ik kijk ook naar draagvlak en politieke realiteit. Ik doe een beroep op de collega's, want gerechtstolken en gerechtsvertalers verdienen het om een eerlijke vergoeding te krijgen. Dat is van belang voor onze rechtsstaat.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Van Nispen. Ik wilde het woord geven aan de heer Ellian, maar hij schudt van nee. De tweede en laatste spreker van de zijde van de Kamer zal dan de heer Sneller zijn. Hij spreekt namens de fractie van D66.

De heer Sneller (D66):

Ik heb één motie, voorzitter.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat gerechtstolken een bijzondere positie innemen, omdat de lengte van de tolkdiensten die zij verlenen bij rechtbanken vaak relatief kort is;

overwegende dat door deze specifieke kenmerken gerechtstolken bovengemiddeld benadeeld worden door het niet langer vergoeden van de voorrijkosten;

verzoekt de regering in het licht van hun bijzondere positie bij het uitschrijven van de aanbesteding voor gerechtstolken het inschrijftarief zodanig te verhogen en de voorwaarden dusdanig aan te passen dat het schrappen van de voorrijkosten geen nadeel meer oplevert voor de gerechtstolken,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Sneller en Ellian.

Zij krijgt nr. 69 (29936).

Dank u wel, meneer Sneller. Ik hoor dat de minister drie minuten nodig heeft. We wachten nog even tot de moties komen. Dat zal niet heel lang meer duren. Als ik schors tot 16.25 uur, dan hebben we drieënhalve minuut; dat moet ruim voldoende zijn.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

De voorzitter:

De minister had geen drieënhalf minuten nodig, maar slechts twee minuten. Ik geef het woord aan de minister van Justitie en Veiligheid voor haar appreciatie van de moties.

Minister Yeşilgöz-Zegerius:

Dank u wel, voorzitter. Het waren overzichtelijke moties. We hebben lang gesproken over dit onderwerp, en terecht. Ik begrijp ook waarom deze moties zijn ingediend. Ik zie de heer Sneller niet, maar hij luistert vast mee.

Ik begin met de moties van de heer Van Nispen. In de eerste motie van de heer Van Nispen, de motie op stuk nr. 66, wordt gevraagd het minimumtarief anders in te richten dan we nu hebben gedaan. De heer Van Nispen weet dat ik die motie ga ontraden. Zijn andere twee moties, de motie op stuk nr. 67 en de motie op stuk nr. 68, krijgen allebei oordeel Kamer. Die vragen om het uitvoeren van een gedegen onderzoek naar de vertaalmarkt en om ons heen te kijken naar andere landen. Dat lijkt mij echt een goed idee. Dat geldt ook voor het op korte termijn komen met voorstellen om de afname van C1-niveau-tolken te voorkomen en dat aantal te laten toenemen, en de Kamer hierover te informeren. Ik maak nu een rommeltje van het dictum van zijn motie, maar dat dictum is wel heel overzichtelijk. Die motie krijgt dus zeker oordeel Kamer.

De voorzitter:

De heer Van Nispen heeft daar nog een vraag over? Even kijken, de motie op stuk nr. 66 is in elk geval ontraden en de beide andere moties van de heer Van Nispen krijgen oordeel Kamer. De heer Van Nispen.

De heer Van Nispen (SP):

Ik constateer inderdaad dat de moties op stuk nr. 67 en op stuk nr. 68 oordeel Kamer krijgen. Dat stel ik op prijs. Ik hoop dat de collega's daar dan ook voor stemmen. Maar ik heb wel een vraag over de motie die is ontraden. Ik vind dat toch teleurstellend. De minister weet volgens mij inmiddels prima hoe die markt in elkaar zit. Het is helaas een markt van gerechtstolken. De gerechtstolken is in feite onrecht aangedaan. Al die jaren hebben zij een veel te lage vergoeding gekregen. De verhoging die de minister heeft voorgesteld, pakt voor heel veel tolken goed uit, maar voor gerechtstolken absoluut niet, omdat zij slechts een halfuurtje kunnen tolken op een rechtbank, als het meezit. De stijging van het tarief komt voor hen dus niet aan, omdat tegelijkertijd de voorrijkosten worden afgeschaft. Er is verschil tussen de betaling die per minuut plaatsvindt, met uitzondering van het eerste halfuur. Kortom, de optelsom makend, gaan zij er 35% op achteruit. Dat is natuurlijk onacceptabel. Deze motie probeert daar iets aan te doen. Ik begrijp niet goed waarom deze motie vanwege het grote belang van de gerechtstolken in onze rechtsstaat niet oordeel Kamer krijgt.

Minister Yeşilgöz-Zegerius:

Ik begrijp de problematiek die wordt aangekaart. Ik wilde net de overstap maken naar de motie op stuk nr. 69, waarin dezelfde problematiek wordt aangehaald. Die motie wilde ik oordeel Kamer geven, waarbij ik denk dat die dichter ligt bij de elementen die wij met elkaar hebben afgesproken, waarvan ik weet dat de heer Van Nispen een deel deelt en een deel niet. Dat weet ik. Daarom zei ik ook dat we dit uitvoerig hebben besproken, maar dat ik denk dat we er niet helemaal uitkomen. Door de motie op stuk nr. 69 het oordeel Kamer te geven, hoop ik ook voor een deel tegemoet te komen aan wat de heer Van Nispen beoogt.

De voorzitter:

Nog een opmerking of vraag van de heer Van Nispen.

De heer Van Nispen (SP):

Dat zou ook een mooie stap kunnen zijn. Dus dat is goed. Maar dan nog zijn we er nog lang niet. Dan is het reparatiewerk van iets wat eigenlijk al die jaren verkeerd is gegaan. Dat komt mede door de marktwerking. Wat mij opvalt — en daarmee rond ik deze vraag af — is dat de marktwerking in de antwoorden van de minister gepresenteerd wordt als een oplossing voor alles. Maar die tolk of vertaler moet het als een kleinduimpje opnemen tegen de multinationals. Dat is geen doen. De marktwerking gaat niet werken op dit terrein. We weten ook dat de marktwerking niet moet. Dat bleek uit het advies van de parlementair advocaat. Ik roep de minister echt op om na dit debat het zomerreces te gebruiken om dit te laten bezinken en om in gesprek te gaan met de mensen die hier in groten getale op de publieke tribune zitten, om ervoor te zorgen dat de marktwerking uit het systeem gesloopt wordt. De marktwerking zorgt voor geldverspilling en voor oneerlijke behandeling van de tolken en vertalers. Alstublieft, minister, doe daar wat aan.

Minister Yeşilgöz-Zegerius:

Ik heb al gesprekken gehad. Die blijf ik ook graag voeren. Het is een heel belangrijke beroepsgroep voor onze samenleving en voor onze rechtsstaat, als fundering voor de rechtsstaat. Ik begrijp ook heel erg goed waarom wij op dit moment dit debat hebben en waarom deze moties worden ingediend. Het gaat uiteindelijk om het inkomen van deze mensen en van een veel grotere groep. Dat is ook heel belangrijk.

Ik hoop dat ik de heer Van Nispen in voorgaande debatten heb kunnen laten zien dat ik niet een soort van blind vertrouwen heb dat het allemaal wel goed komt. Ik denk dat de stappen die we zetten verstandige stappen zijn, maar we zullen met elkaar blijven monitoren en goed in de gaten blijven houden wat de uitwerking van de stelselherziening is. Daar zijn we allemaal zelf bij. Ik weet dat de heer Van Nispen, maar ook de aanwezige woordvoerders van andere partijen ons daar scherp op zullen houden. Om die goede resultaten uit de monitoring te kunnen halen, is het wel belangrijk dat we nu kunnen doorgaan met het afronden van de aanbestedingsprocedures zodat we die stappen vooruit kunnen zetten. En we zullen het op die manier met elkaar in de gaten houden. Nogmaals, ik hoop door op de motie op stuk nr. 69 oordeel Kamer te geven het ongemak wat er specifiek bij deze tolken was, enigszins te kunnen wegnemen.

De voorzitter:

Dank.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Ik dank de minister van Justitie en Veiligheid. Ik dank de Kamerleden. Ik dank de mensen op de publieke tribune. Ik schors de vergadering voor een enkel moment en dan gaan we zo meteen verder met de behandeling van de Voortduringswet artikelen 2c en 4 Wvb.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven