11 Toerisme

Aan de orde is het VAO Toerisme (AO d.d. 07/03).

De voorzitter:

Wij hebben zes deelnemers, van wie er vier gaan spreken. De eerste spreker van de zijde van de Kamer is de heer Von Martels van het CDA. Hij heeft zoals iedereen twee minuten spreektijd. Het woord is aan hem.

De heer Von Martels (CDA):

Dank u wel, voorzitter. Tijdens het AO Toerisme heb ik helaas niet het debat aan kunnen gaan met de staatssecretaris omdat ik verhinderd was om aanwezig te zijn, maar de honneurs zijn voortreffelijk waargenomen door mijn collega Van den Berg. Dat heeft echter wel geleid tot één motie van mijn kant. Die wil ik hierbij graag naar voren brengen.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het toerisme in Nederland dusdanig aan het toenemen is dat op sommige plekken negatieve neveneffecten ontstaan en toename van toeristen niet als gewenst wordt gezien;

constaterende dat veel andere steden en regio's juist zitten te wachten op meer toerisme in verband met het stimuleren van de regionale economie;

overwegende dat de provincie Overijssel het initiatief wil nemen voor een nationale toerismetop, waarin in ieder geval het Rijk, de provincies en de toeristische sector samen bekijken hoe de groeiende stroom van binnen- en buitenlandse toeristen beter gespreid kan worden over de verschillende toeristische regio's in Nederland;

overwegende dat de staatssecretaris van EZK heeft aangegeven graag in te gaan op deze uitnodiging;

verzoekt de regering om de door de provincie Overijssel voorgestelde toerismetop mede te faciliteren zodat diverse stakeholders, met behoud van ieders verantwoordelijkheid, kunnen werken aan een gezamenlijke aanpak op het gebied van toerismespreiding met als doel om onder andere de rolverdeling, de taakverdeling en het beleid te concretiseren;

verzoekt de regering tevens om proactief een faciliterende rol op zich te nemen om toerismespreiding te bevorderen;

verzoekt de regering voorts om middels een jaarlijkse toerismebrief de Kamer te informeren over de gezamenlijke inspanningen van het Rijk, lagere overheden en stakeholders ter bevordering van toerismespreiding,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Von Martels en Paternotte. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 68 (26419).

Dank u wel. Een lekker korte en puntige motie. Daar houden wij van.

De heer Von Martels (CDA):

Bedankt voor het compliment.

De voorzitter:

De heer Paternotte.

De heer Paternotte (D66):

Voorzitter. Vanavond heeft de gemeenteraad van Amsterdam de paardenkoets verboden in die stad. Daarmee is de cirkel van de geschiedenis eigenlijk wel rond, want de stad die gebouwd is voor paard en wagen, verbiedt datzelfde vervoermiddel omdat er te veel mensen met vliegtuig, bus en trein naar die stad toe komen. Dat is niet het enige verbod. De afgelopen jaren heeft Amsterdam al nieuwe hotelvergunningen, de bierfiets, nieuwe Nutellawinkels en de bierwaterfiets verboden. Dat komt omdat die stad tegen zijn grenzen aan loopt, terwijl de rest van Nederland nog best zit te wachten op meer toeristen. Daarom zou ik zo meteen graag aan de staatssecretaris het actieplan Nederland is meer dan Amsterdam willen aanbieden, dat wij gemaakt hebben, met daaraan gekoppeld een aantal ideeën voor de spreiding van het toerisme in Nederland. Twee daarvan heb ik al in moties vervat.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het toerisme in Nederland groeit als kool;

overwegende dat toeristische hotspots als Volendam, Giethoorn en de Amsterdamse binnenstad tegen de grenzen van hun capaciteit aanlopen;

overwegende dat talloze plekken in Nederland graag willen profiteren van het aantrekkende toerisme op een wijze passend bij hun eigen belangen en identiteit;

overwegende dat steden, regio's en andere stakeholders een behoefte zien aan regie ten behoeve van meer effectieve spreiding van het toerisme;

verzoekt de regering de prestatieafspraken van het NBTC zodanig te herzien dat deze voor het buitenlands vakantietoerisme ondersteunend zijn aan spreiding in samenwerking met de toerismebureaus van de verschillende steden en regio's,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Paternotte en Von Martels. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 69 (26419).

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het Holland Travel Ticket (HTT) een belangrijk instrument is om toeristen eenvoudig door Nederland te laten reizen;

constaterende dat het HTT naast online portals alleen op Schiphol en in Amsterdam verkrijgbaar is;

constaterende dat het HTT vooral aantrekkelijk is voor één dag reizen;

overwegende dat het HTT moet bijdragen aan spreiding van toerisme en dus makkelijker verkrijgbaar moet zijn en vooral aantrekkelijk dient te zijn voor meerdaagse reizen door Nederland;

verzoekt de regering om in overleg met vervoerders en de toeristische sector te bevorderen dat het HTT een meerdaagse variant krijgt welke breed verkrijgbaar is in Nederland,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Paternotte, Wörsdörfer, Von Martels en Graus. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 70 (26419).

Dan de heer Van der Lee van de fractie van GroenLinks.

De heer Van der Lee (GroenLinks):

Dank u wel, voorzitter. Een korte motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de regering momenteel werkt aan het ontwerp van een landelijke aanpak voor de regulering van vakantieverhuur van woningen via digitale platforms;

verzoekt de regering de regeling zo vorm te geven dat deze zowel ruimte biedt voor lokaal maatwerk als doelmatige digitale handhaving op een maximaal aantal te verhuren dagen mogelijk maakt,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Van der Lee en Paternotte. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 71 (26419).

De heer Graus van de fractie van de Partij voor de Vrijheid ziet af van zijn spreektijd. Meneer Moorlag van de Partij van de Arbeid, het woord is aan u.

De heer Moorlag (PvdA):

Voorzitter. In 1973 had het kabinet-Den Uyl als motto: spreiding van kennis, macht en inkomen. In deze tijden kan daaraan worden toegevoegd: spreiding van toerisme. Want dat is zo langzamerhand evenzeer noodzakelijk. De heer Paternotte onderstreepte het al, evenals de heer Von Martels. Hij pleit voor facilitering van de toerismetop. De PvdA vindt het beleid van de staatssecretaris goed en vindt de toerismetop, georganiseerd door Overijssel, ook goed. Maar is dit wel goed genoeg? Dat is de zorg bij de PvdA. Zo'n toerismetop moet niet ontaarden in een vuurpijl die wordt afgestoken en "poef" zegt, waarna er weer duisternis intreedt. Naar de smaak van de Partij van de Arbeid moet die worden gevolgd door een meer programmatische aanpak naar analogie van de Retailagenda. Daarom de volgende motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de sector toerisme van grote economische betekenis is, maar gezien de grenzen van de groei om meer spreiding vraagt;

verzoekt de regering onderzoek te doen naar de mogelijkheden voor een programmatische aanpak, naar analogie van de Retailagenda, ten behoeve van de groei en spreiding van toerisme,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Moorlag en Van der Lee. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 72 (26419).

De laatste spreker van de zijde van de Kamer is de heer Wörsdörfer van de fractie van de VVD.

De heer Wörsdörfer (VVD):

Dank u wel, voorzitter. Tijdens de vergadering heeft de VVD-fractie een lans gebroken voor een integrale aanpak, met als werktitel: Nederland toeristenland. Want wat kunnen wij hier mooie dingen laten zien! Maar daarvoor moet wel worden samengewerkt, zowel landelijk als regionaal, met overheden, marktpartijen, marketingbureaus en andere stakeholders, zodat de verhalen, de combinaties en investeringen op elkaar kunnen worden afgestemd. Dan kun je ook werken aan spreiding van toeristen om de druk op al te gezellig drukke plekken wat te verminderen. Een brede aanpak is dus nodig. De staatssecretaris leek in het debat te suggereren dat niet zo nodig te vinden. Maar volgens mij komen we precies daar waar de VVD voor pleitte: eerst een toerismetop met alle betrokkenen, daarna terugkoppeling aan de Kamer in een brief, met daarin onvermijdelijk verdere ideeën tot samenwerking en onderlinge afstemming. De VVD kijkt daar zeer naar uit.

Overigens ben ik zo vrij de staatssecretaris de suggestie te doen om de ingediende moties over de toerismetop gewoon over te nemen, want volgens mij vragen die precies om wat zij had toegezegd in het debat.

De voorzitter:

Een adviesje voor de staatssecretaris. Tot zover de inbreng van de zijde van de Kamer. Ik schors een enkel ogenblik.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

De voorzitter:

Het woord is aan de staatssecretaris.

Staatssecretaris Keijzer:

Dank u wel, voorzitter. Ik heb vijf moties. De motie van Von Martels en Paternotte op stuk nr. 68 gaat over het faciliteren van de toerismetop die voorgesteld is door Overijssel en het jaarlijks informeren van de Kamer. Ik laat het oordeel over deze motie aan de Kamer. Het initiatief van de provincie Overijssel van een toerismetop wil ik graag vanuit mijn departement ondersteunen. Ik wil met provincies, gemeentes en ondernemers, ieder vanuit zijn eigen rol, vorm en inhoud geven aan de HollandCity-strategie. Op deze manier zullen we de spreiding van toerisme bevorderen, zodat zo veel mogelijk regio's kunnen profiteren van het groeiende toerisme. De faciliterende rol die u daarbij van mij vraagt, vul ik op uw verzoek dan ook graag in. Ik zal de Kamer jaarlijks informeren over het beleid en de acties die rond het thema toerismespreiding in ons land spelen.

Dan kom ik bij de motie van de heer Paternotte en de heer Von Martels op stuk nr. 69. Deze motie verzoekt de regering de prestatieafspraken van het NBTC te herzien. Mijn inzet en die van het NBTC zijn gericht op het spreiden van toeristen over heel Nederland en gedurende het hele jaar. Het werk moet ook in dit licht worden beoordeeld. Ik ben met het NBTC in overleg om te kijken of de huidige prestatieafspraken hierbij een belemmering zijn. Als dat zo is, gaan we op zoek naar een oplossing. Daarbij wil ik wel benadrukken dat het NBTC een brede taak heeft in de promotie van Nederland. Daarbij hoort bijvoorbeeld ook het aantrekken van zakelijke bijeenkomsten en congressen. De prestatieafspraken moeten de hele breedte van het werk omvatten. Maar daar zit de spreiding van toerisme zeker in. Als de heer Paternotte zijn motie zo bedoelt, kan ik het oordeel over deze motie aan de Kamer laten.

De heer Paternotte (D66):

Daarom had ik inderdaad "vakantietoerisme" erin gezet. Congressen aantrekken is natuurlijk iets heel anders. Maar als het doel inderdaad is dat het nu gaat om het spreiden van vakantietoeristen over Nederland, dan begrijpt u mij helemaal goed.

De voorzitter:

Prima.

Staatssecretaris Keijzer:

Dan kom ik bij de motie-Paternotte c.s. op stuk nr. 70, waarin de regering verzocht wordt in overleg met vervoerders en de toeristische sector te bevorderen dat het Holland Travel Ticket een meerdaagse variant krijgt welke breed verkrijgbaar is in Nederland. Het openbaar vervoer in ons land is een kwestie van vraag en aanbod. Aan de ene kant is het aan de toeristische sector om aan te tonen of aan te laten tonen dat er een markt is voor een meerdaagse landelijke kaart. Anderzijds moeten vervoerders in het openbaar vervoer een product ontwikkelen en een prijs bepalen voor zo'n meerdaagse kaart. Het ministerie van I en W kan als lid van het Nationaal Openbaar Vervoer Beraad het verzoek inbrengen om samen met de toeristische sector te kijken naar de mogelijkheden van een meerdaagse kaart die goed verkrijgbaar is. We vragen de toeristensector en de vervoersbedrijven om hier samen in op te trekken. Het ministerie van I en W en mijn ministerie zullen het gesprek tussen partijen stimuleren en faciliteren om nieuwe constructieve stappen te zetten. Vervoerders gaan vervolgens zelf over de ontwikkeling van de producten en de prijsstelling. Met deze interpretatie laat ik het oordeel over deze motie aan de Kamer.

De motie van de heer Van der Lee en de heer Paternotte op stuk nr. 71 verzoekt de regering om de landelijke regulering van vakantiehuur van woningen via digitale platforms op een bepaalde manier vorm te geven, namelijk met ruimte voor lokaal maatwerk en doelmatige digitale handhaving. Ik laat het oordeel over deze motie aan de Kamer. Onder leiding van Binnenlandse Zaken worden er momenteel gesprekken over dit onderwerp gevoerd. De motie sluit daarbij aan en is ondersteuning van beleid.

Dan kom ik bij de motie van de heer Moorlag en de heer Van der Lee op stuk nr. 72. Daarin wordt de regering verzocht om voor de sector toerisme een programmatische aanpak te gaan voeren die gelijk is aan die bij de Retailagenda. Ik ontraad deze motie. Ik heb grote ambitie, gezien de schoonheid van de vele plekken die wij in Nederland hebben. Maar de invulling daarvan is uitgebreid aan de orde geweest tijdens het algemeen overleg en sluit ook beter aan bij de woorden van de eerste motie die vandaag is ingediend.

Dank u.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Prima. Dinsdag stemmen wij over de moties. Op verzoek van de staatssecretaris schors ik even tien minuten.

De vergadering wordt van 20.45 uur tot 20.56 uur geschorst.

Naar boven