6 Vragenuur: Vragen Maij

Vragen van het lid Maij aan de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, bij afwezigheid van de minister van Buitenlandse Zaken, over de toenemende gewelddadigheden in Macedonië tussen gewapende groepen en de politie. 

Mevrouw Maij (PvdA):

Voorzitter. De situatie in Macedonië, een land midden op de Balkan, is precair. Twee weken geleden kwam het in Kumanovo tot een gewelddadige uitbarsting waarvan de oorzaak nu nog onbekend is. Sinds dit weekend wordt er massaal gedemonstreerd door voor- en tegenstanders van de regering. In de Russische media wordt al gezinspeeld op een nieuw Maidan, waarbij volgens die media het Westen, de VS, de schuld krijgt van de instabiliteit in het land. 

Vandaag zijn de Macedonische premier Groejevski en zijn politieke tegenstrever, de oppositieleider Zajev, in het Europees Parlement. Dat is in elk geval een positief teken. Er wordt gesproken. De enige oplossing moet een politieke oplossing zijn. Dat schrijft ook de regering in het verslag van het schriftelijk overleg van de Raad Algemene Zaken (RAZ): het belangrijkste is om te voorkomen dat de situatie escaleert en om een oplossing te vinden voor de politieke crisis. Nederland heeft een bijzondere positie in relatie tot Macedonië. Er is een langjarige samenwerking met Macedonië op het gebied van ontwikkelingssamenwerking en politieke hervormingen. In 2001, bij de vorige crisis, waren drie Nederlanders betrokken bij het zoeken naar een oplossing. 

Daarom stel ik de volgende vragen. Ten eerste: wat is de appreciatie van de regering van de situatie en de politieke crisis? Daarbij gaat het niet alleen om de politieke ruzie van dit moment, maar vooral ook om de dieper liggende oorzaken daarvan, het ingebakken wantrouwen. Ten tweede: hoe kan Nederland met zijn kennis van het land en vanuit zijn bijzondere relatie met Macedonië, ook gezien de situatie in 2001, de bestaande band tussen Nederland en Macedonië gebruiken om een rol te spelen in het oplossen van de crisis? Ten derde: welke stappen worden er vanuit Brussel gezet? Heeft de regering zicht op de gesprekken tussen de vier politieke leiders? Ik denk daarbij ook aan de Albanese minderheidspartijen. Die gesprekken hebben gisteren plaatsgevonden onder leiding van de EU- en de VS-ambassadeur, maar de eerste resultaten daarvan waren in elk geval niet zo positief. 

Minister Ploumen:

Voorzitter. Ik dank mevrouw Maij voor het feit dat zij aandacht vraagt voor de precaire situatie in Macedonië. Het kabinet is net als mevrouw Maij zeer bezorgd over de ontwikkelingen. Die zorg heeft zich de afgelopen tijd alleen maar verdiept, want we zien een trend waarin de onafhankelijke rechtspraak en de mediavrijheid ingeperkt worden en waarin de relaties tussen regering en oppositie zich verder verharden. We zien ook dat de regering zich bedient van praktijken waarvan een ordentelijke regering geen gebruik zou moeten maken, zoals corruptie, selectieve rechtspraak en verkiezingsfraude. Dat draagt allemaal bij aan het vergroten van de zorgen die we hebben. In de Raad van april zijn er al ernstige zorgen geuit over deze situatie. Collega Koenders heeft gisteren tijdens de Raad in Brussel ook aandacht gevraagd voor de situatie in Macedonië. Hij heeft gevraagd om een diepgaand debat over Macedonië in de Raad. Gisteren is dit dus kort aan de orde geweest. 

De rol van Nederland, voortkomend uit de speciale band die we met Macedonië hebben, is dus vooral gericht op het agenderen en monitoren van de situatie. Het Europees Parlement en de Commissie spelen nu een bemiddelende rol. Die rol willen wij ook graag bij hen laten; wij zouden die niet willen doorkruisen. Het is echter duidelijk dat wij dit met misschien wel meer dan gewone belangstelling volgen. Ik zeg tegen mevrouw Maij dat wij in het verslag van de Raad van gisteren nadrukkelijk zullen ingaan op de wijze waarop dit ter sprake is gekomen en de vraag hoe in de Raad door anderen, bijvoorbeeld de Hoge Vertegenwoordiger, de situatie geapprecieerd wordt. 

Mevrouw Maij (PvdA):

Ik dank de minister voor het antwoord en voor het agenderen in de Raad. Macedonië is natuurlijk ook een kandidaat-lidstaat van de Europese Unie. Het is goed om daarover een diepgaand debat te hebben. Macedonië was niet altijd het zorgenkindje van de Balkan. Er was zelfs een tijd dat Macedonië een van de beste meisjes van de klas was bij hervormingen, politieke en economische hervormingen, en het bieden van perspectief aan de bevolking, het beteugelen van de toch wel endemische corruptie en de georganiseerde misdaad. Er werd een relatie met de Albanese minderheid gelegd, maar het perspectief vloeit langzaam weg. Het perspectief op Europees lidmaatschap komt ook niet dichterbij. De verantwoordelijkheid daarvoor ligt uiteraard in de eerste plaats bij de regering van Macedonië, maar de politieke leiders kunnen ook wel een steuntje in de rug van de Europese Unie gebruiken. Daarom is het belangrijk welke inzet van de Commissie gevraagd gaat worden. Welke inzet vraagt Nederland van de Commissie in de komende periode om ervoor te zorgen dat Macedonië vanuit de Europese Unie wel beter wordt gesteund? 

Ik vraag dit ook omdat nog los van die problemen met de Albanese minderheid, er toch ook een beetje lastige relatie met de buurlanden is. Het is niet behulpzaam dat de naam — "Macedonië" of "Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië"— en de geknakte geschiedenis van het land en van de regio ook geclaimd wordt door buurlanden, door Griekenland en Bulgarije. In de wandelgangen heb ik weleens een officiële vertegenwoordiger van deze landen horen zeggen dat Macedonië als land eigenlijk helemaal niet bestaat en een gekunstelde constructie is. Uiteraard moet Macedonië met de buurlanden in het reine komen en tot overeenstemming komen over de naam en de gedeelde geschiedenis, maar dat mag nooit de noodzakelijke hervormingen ten behoeve van economische, politieke en sociale herstructurering in het land tegenhouden. Dit is een onderdeel van de toetredingsonderhandelingen. Die doen er wel toe en die moeten nu veel meer een vliegwiel krijgen. 

Ik vraag de minister hoe Griekenland en Bulgarije worden aangesproken op die rol. Vervolgstappen om de onderhandelingen met Macedonië over toetreding te beginnen worden steeds tegengehouden en hierdoor ontbreekt het perspectief. De Macedonische regering kan zich zo in de slachtofferrol wentelen en de broodnodige ingezette hervormingen lopen volledig vast. Dat is een groot risico in een regio met zo'n temperamentvolle geschiedenis. 

Minister Ploumen:

Op drie punten wil ik een korte reactie geven. Wat wil Nederland dat de Europese Commissie doet? Wij ondersteunen de oproep die Commissaris Hahn heeft gedaan, specifiek gericht op de gebeurtenissen in Kumanovo, om daar de autoriteiten en gemeenschapsleiders aan te sporen om samen te werken. Hij heeft ook ertoe opgeroepen — en die oproep ondersteunen wij natuurlijk — om op een objectieve en transparante wijze de gebeurtenissen daar te onderzoeken. Escalatie moet, zoals mevrouw Maij al zei, voorkomen worden. 

Voorzitter, ik hoor mezelf amper … 

De voorzitter:

Ik vraag iedereen in de zaal en in de wandelgangen om iets minder geluid te produceren. 

Minister Ploumen:

Hartelijk dank, voorzitter. 

Ik kom bij het tweede punt. Het is niet alleen gericht op wat wij willen dat de Commissie doet naar aanleiding van de gebeurtenissen in Kumanovo, maar ook breder. Wij willen Commissaris Hahn met nadruk vragen om een actieve ondersteunende rol te spelen in het bij elkaar brengen van de partijen. Het is duidelijk dat er een politieke oplossing moet komen. Het is ook duidelijk dat dit niet al te lang moet blijven liggen. Wij vinden dat voor de binnenlandse politieke stabiliteit van Macedonië van belang, maar hechten natuurlijk ook aan de democratische en rechtsstatelijke principes die — dit is een overgang naar het derde en laatste punt — ook een rol spelen in het toetredingsproces. 

Wat er ook verder gebeurt in de relatie met de buurlanden, wij zouden tegen Macedonië willen zeggen dat het in de eerste plaats van belang is dat de hervormingen doorgaan omdat Macedonië dat zelf zou moeten willen, omdat het het land en zijn burgers zeer veel goeds gaat brengen. De naamskwestie mag daarbij wat ons betreft geen roet in het eten gooien, hoewel wij wel zien dat dit ingewikkeld is. De VN heeft een proces afgesproken om met verschillende partijen te spreken. Dat is een beetje een processie van Echternach, maar er is wel een proces voor. Dat willen wij met kracht ondersteunen. Maar nogmaals, wij roepen Macedonië op om de noodzakelijke hervormingen om intrinsieke redenen te willen. 

De voorzitter:

Dank voor uw antwoorden en voor uw komst naar de Kamer. 

Hiermee is er een einde gekomen aan het vragenuur. 

Naar boven