6 Vragenuur

Vragen van het lid Biskop aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het bericht "Diplomafraude bij Landstede".

De heer Biskop (CDA):

Voorzitter. In de Stentor van 4 juni konden we lezen over een al wat oudere zaak, namelijk het verstrekken van diploma's op ondeugdelijke gronden door het roc Landstede. Een en ander is eerder aan het licht gekomen en heeft geleid tot ontslag van een docent en een onderzoek door de Inspectie van het Onderwijs. Het systeem heeft gewerkt, zou je zeggen. De vraag is wel of er sprake is van een incident of dat er signalen zijn dat een dergelijke handelwijze zich breder heeft verspreid. Is de minister het met mij eens dat de beroepspraktijkvorming een essentieel onderdeel is van de opleiding en dus een essentieel onderdeel is van de diplomaverstrekking? De inspectie constateert dat de diploma's niet op deugdelijke gronden zijn afgegeven. Wat betekent dit? Worden de diploma's ingetrokken? Komt er een reparatietraject?

In dezelfde krant kunnen we lezen dat een bestuurder van het roc Landstede zegt dat men moest kiezen tussen twee kwaden. Men kon de studenten in strijd met de toezeggingen van één docent toch op stage sturen, of hun een diploma verstrekken op basis van eerder verworven stage-ervaringen en schoolprestaties. De bestuurder heeft gekozen voor het laatste en zegt erbij dat ze wisten dat ze in strijd met de wet handelden. Hoe beoordeelt de minister deze handelwijze? Wat gaat zij hieraan doen?

Minister Van Bijsterveldt-Vliegenthart:

Voorzitter. Ik dank de geachte afgevaardigde voor zijn vraag. Het is een terechte vraag. Laat een ding helder zijn: datgene wat er is gebeurd op het roc Landstede, kan niet. Toen deze signalen naar buiten kwamen, is de inspectie daarom direct gestart met een onderzoek. De inspectie heeft het hele examengebeuren rondom de twee ICT-opleidingen doorgenomen. Zij heeft vastgesteld dat er zaken niet klopten met betrekking tot de bpv en het ontbreken van die ervaring. Het diploma is dus op ondeugdelijke gronden verstrekt. Ook in andere onderdelen van de examenprocedure was een aantal zaken niet op orde. De school heeft vervolgens een waarschuwingsbrief van mij gekregen en moet voor 1 juli aanstaande de boel op orde hebben. Anders wordt de licentie ingetrokken, zoals ik dat het afgelopen jaar bij zeventien opleidingen heb gedaan.

De heer Biskop vraagt of dit een incident is of dat we dit specifieke punt rond de bpv breder moeten zien. Het is bekend dat er soms zaken niet op orde zijn in onderdelen van de examinering, bijvoorbeeld omdat er niet dekkend wordt getoetst. Dat gebeurt. Dan kom ik vervolgens met mijn gele kaarten of eventueel mijn rode kaarten. Hier was sprake van het ontbreken van een onderdeel, of het niet formeel geven van een vrijstelling voor dat onderdeel. Dat laatste gebeurt, volgens de inspectie, zelden. Normaal gesproken wordt een diploma gewoon verstrekt op basis van de onderdelen die ook daadwerkelijk in het onderwijs aanwezig waren. De inspectie doet zeer geregeld onderzoek naar de examens. Er vindt jaarlijks een breed onderzoek plaats. Daarbij worden alle instellingen bezocht en aselect worden er twee opleidingen uitgehaald die heel goed worden bezien op dit punt. Er wordt ook gekeken naar die zaken die reeds zwak waren.

De heer Biskop (CDA):

Voorzitter. Wij kennen deze minister als een lik-op-stukminister. Als iets niet deugt, springt zij er meteen in. Het examengebeuren was helemaal doorgenomen. Het bleek niet alleen de bpv te zijn. Dat kunnen wij op de website van de Stentor lezen. Iemand geeft daar aan dat de docent die de tentamens was kwijtgeraakt, iedereen maar een acht had gegeven en dat een vak dat compleet was overgeslagen, na protesten uiteindelijk toch een zeven opleverde op het diploma. Ik denk dat dit voor deze minister aanleiding moet zijn om eens opnieuw te kijken naar de hele administratieve afhandeling van de examens.

In hetzelfde artikel in de Stentor wordt ook gewag gemaakt van het niet geven van voldoende lesuren. Er zou 450 uur gegeven moeten worden, maar er is nog geen 350 uur gegeven. Wat gaat de minister daarmee doen?

Minister Van Bijsterveldt-Vliegenthart:

Voorzitter. Ik wil even het punt van de examens afronden. Er is bij deze opleiding breder gekeken dan alleen naar de examens en niet alleen naar dit specifieke onderdeel. Inderdaad is daarbij gebleken dat ook andere zaken niet op orde waren. Dat is de basis geweest voor mijn waarschuwingsbrief en daarop wordt men op 1 juli opnieuw beoordeeld.

Er wordt elk jaar een themaonderzoek gedaan over de onderwijstijd. Ik zei dat net bij de examens, maar ik bedoelde de onderwijstijd. Elke instelling wordt bezocht en aselect worden er twee opleidingen uitgehaald waarop diep wordt ingegaan. Ook de administratie wordt onderzocht. Er wordt gesproken met de leerlingen om te toetsen of wat gezegd wordt ook daadwerkelijk waar is. Dan wordt er gekeken of het klopt.

Bij deze opleiding is naar aanleiding van het signaal over de lesuren gesproken met de leiding. Er is onderzoek gedaan. Het is duidelijk dat in de administratie bepaalde zaken niet in orde waren. Vervolgens is geconstateerd dat een en ander niet voldoende was. Ik heb in februari een brief gestuurd waarin ik kenbaar gemaakt heb dat ik een half miljoen terugvorder omdat deze punten niet op orde zijn.

De heer Biskop (CDA):

Voorzitter. Zo ken ik de minister: lik op stuk, gewoon geld terugvragen.

De minister heeft nog geen antwoord gegeven op mijn vraag wat er gebeurt met de diploma's van de leerlingen die dit kennelijk op ondeugdelijke gronden gekregen hebben. Kennelijk miste niet alleen het bpv. Worden die diploma's ingetrokken en vindt er een reparatietraject plaats?

De voorzitter:

Een kort antwoord, mevrouw de minister.

Minister Van Bijsterveldt-Vliegenthart:

Voor deze opleidingen komt er inderdaad een reparatietraject.

De heer Elias (VVD):

Voorzitter. Er is nog één vraag blijven liggen. Er is een bestuurslid dat vorige week nog heeft gezegd: wij hebben in strijd met de wet gehandeld, maar ik vind onze keuze verdedigbaar, ook nu nog.

Wat moet er met zo'n bestuurder gebeuren?

Minister Van Bijsterveldt-Vliegenthart:

Voorzitter. Laat ik helder zijn. Ik verwerp een dergelijke uitspraak. Ik vind dat er altijd goed en conform de regels gehandeld moet worden. Dat is de reden dat de inspectie direct contact heeft opgenomen met de instelling. Ik zal ook tegen deze bestuurder zeggen dat dergelijke uitspraken niet kunnen. Op de eerste plaats kan het gewoon niet en ten tweede heeft het een zeer slechte voorbeeldwerking als dit gezegd wordt door iemand die in het onderwijs werkt.

De heer Klaver (GroenLinks):

Voorzitter. Staatssecretaris Zijlstra zei in verband met de toestanden bij Inholland over diploma's die eigenlijk niet verstrekt hadden moeten worden, dat er ook een fout in het systeem zat. Als dit kan gebeuren bij InHolland, kan het overal gebeuren, aldus de staatssecretaris. Waar zit volgens de minister de fout in het systeem als het gaat om verstrekking van diploma's in het mbo?

Minister Van Bijsterveldt-Vliegenthart:

Voorzitter. Ik ben dit echt goed nagegaan bij de inspectie. De inspectie is ervan overtuigd dat dit soort zaken echt niet breed voorkomt.

Bij de bve-sector is sprake van een heel andere situatie dan bij Inholland. Allerlei onderdelen van de bve-sector worden wel jaarlijks in beeld gebracht door de inspectie, bijvoorbeeld de onderwijstijd en de onderwijskwaliteit voor wat de examens betreft. Dit laat echter onverlet dat wij er buitengewoon scherp op moeten zijn en dit gedag echt moeten afkeuren.

De voorzitter:

Ik dank de minister voor de beantwoording.

Minister Van Bijsterveldt-Vliegenthart:

Graag gedaan, voorzitter.

Naar boven