7 Vragenuur

Vragen van het lid Klaver aan de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de vergevorderde plannen van het kabinet om te bezuinigen op mensen met een uitkering.

De heer Klaver (GroenLinks):

Voorzitter. Na het advies van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid in 2006 is iedereen ervan overtuigd dat de sociale zekerheid er niet alleen is om te verzekeren, maar vooral om te verheffen, behalve dan deze staatssecretaris. Hij gaat niet meer uit van het individu, maar van het gezin. De bijstand wordt namelijk gekoppeld aan het gezinsinkomen en keuzevrijheid wordt ondergeschikt gemaakt aan zijn bezuinigingsdoelstelling. Dit kabinet zet een stap terug in de tijd, naar de tijd dat kinderen nog voor hun ouders moesten zorgen en niet konden ontsnappen aan armoede. Dit kabinet maakt armoede weer erfelijk.

Met de bezuinigingen zegt het kabinet de arbeidsparticipatie te willen bevorderen, maar het effect zal juist averechts zijn. Kinderen gaan niet meer werken als hun verdiensten op de bijstand van hun ouders worden gekort en alleenstaande ouders gaan niet meer werken als deeltijdwerk onhaalbaar wordt gemaakt. Blijkbaar gelooft de staatssecretaris hier wel in. Daarom heb ik een aantal vragen.

Hoeveel meer ouders en kinderen denkt de staatssecretaris aan het werk te krijgen door de toets op het huishoudinkomen? Op basis van welke veronderstelling komt de staatssecretaris tot deze aanmaning? Hoeveel meer alleenstaande ouders denkt de staatssecretaris uit de bijstand aan het werk te krijgen als hij structureel 16 mln. bezuinigt op een regeling die hen economisch zelfstandig moet maken?

Tot slot. Als de staatssecretaris de ambitie heeft om het aantal mensen in de bijstand te verminderen, waarom bezuinigt hij dan op echte oplossingen, namelijk de re-integratie- en participatiebudgetten van gemeenten?

Staatssecretaris De Krom:

Voorzitter. De ambitie van dit kabinet is om zo veel mogelijk mensen aan het werk te krijgen. Wij willen dat mensen meedraaien in onze samenleving en niet wegdraaien in een uitkering. Wij vinden het ook sociaal onaanvaardbaar als mensen thuis op de bank zitten terwijl ze heel goed kunnen werken.

Als mensen kunnen werken, moeten ze dat ook. Niet alleen omdat dat sociaal wenselijk is, maar ook omdat het economisch en financieel noodzakelijk is. Er zijn op dit moment 130.000 vacatures in Nederland en de komende jaren krijgen wij door de vergrijzing en de ontgroening te maken met een structurele krapte op de arbeidsmarkt. Straks hebben wij dus gewoon iedereen nodig.

Dat betekent dat wij het sociaal stelsel ook activerender moeten maken. Vorige kabinetten hebben de eerste stappen al gezet, overigens met veel succes. Je zag de instroom in een aantal regelingen immers aanzienlijk dalen en de uitstroom naar werk stijgen. Op die weg gaan wij door.

In het regeerakkoord is afgesproken dat er een toets op het gezinsinkomen voor de bijstand wordt ingevoerd. De gedachte daarachter is dat wij de sociale zekerheid reserveren voor degenen die deze ook echt nodig hebben. Als ouders en meerderjarige kinderen er zelf voor kiezen om bij elkaar te wonen, dan vind ik het vanuit die gedachte heel redelijk om opeenstapeling van uitkeringen of van lonen en uitkeringen binnen één samenwonend gezin met meerderjarige kinderen te willen voorkomen.

Heel veel mensen in dit land moeten heel hard werken om al die centjes voor onze sociale zekerheid bij elkaar te verdienen. Het is mijn taak om ervoor te zorgen dat deze centjes ook terechtkomen bij degenen die het echt nodig hebben. Waarom zou de samenleving moeten betalen voor een gezin waarvan de leden gezamenlijk al voldoende inkomsten hebben? Ik ben nu met de uitwerking van de maatregelen bezig. De heer Klaver heeft gevraagd naar de feiten en cijfers. Zodra wij het wetsvoorstel bij de Kamer indienen, zal ik de Kamer uiteraard uitvoerig inlichten over alle feiten, cijfers en consequenties.

De heer Klaver heeft verder een vraag gesteld over de re-integratiebudgetten. Volgens mij had GroenLinks zelf ook een aanzienlijke besparing op de re-integratiebudgetten in zijn verkiezingsprogramma staan. Als wij het beter en veel effectiever organiseren, kunnen wij veel meer maatwerk leveren. Daarom ben ik ervan overtuigd dat het mogelijk is. Ik heb de laatste maanden heel veel gesprekken gevoerd, ook met mensen op de werkvloer. Het geluid daar is eigenlijk hetzelfde.

De heer Klaver (GroenLinks):

De staatssecretaris zegt dat heel veel mensen er zelf voor kiezen om bij elkaar te blijven wonen, terwijl de staatssecretaris net zo goed als ik weet dat de woningmarkt op slot zit en dat de keuze van jongeren om op zichzelf te gaan wonen, niet zomaar te maken is, zeker niet in de Randstad. De staatssecretaris zegt dat hij bij de uitwerking van deze wet met verdere cijfers komt. Feit blijft dat het is uitgelekt en dat heel veel mensen nu ongerust zijn geraakt. Ik kan mij niet voorstellen dat de staatssecretaris geen indruk heeft van het effect op de arbeidsparticipatie van mensen die nu in de bijstand zitten. Hoever gaat dat omhoog? Ik vind dat mensen er recht op hebben om dat te weten. Ik kan mij niet aan de indruk onttrekken dat de staatssecretaris er alles aan doet om deze wet over de verkiezingen van morgen te tillen.

Laat ik het anders formuleren. Als uit de berekeningen van de staatssecretaris blijkt dat de arbeidsparticipatie op geen enkele wijze gediend is met de toets aan het huishoudinkomen, is de staatssecretaris dan genegen om het voorstel terug te trekken?

Staatssecretaris De Krom:

De conclusie van de heer Klaver, dat wij het over de verkiezingen zouden tillen, laat ik graag voor zijn rekening. Dit wetsvoorstel is ingewikkeld. Ik wil dit met de nodige zorgvuldigheid behandelen. We zijn druk met de voorbereiding bezig. De heer Klaver zal het begrijpen als ik zeg dat ik niet kan reageren op uitgelekte stukken. Dit lijkt mij niet zorgvuldig, ook niet tegenover de Kamer. Ik wil dat wij deze problematiek in de volle breedte kunnen bespreken. De heer Klaver kan niet van mij verwachten dat ik ga reageren op uitgelekte voorstellen. Het gaat mij om de gedachte erachter. Als mensen kunnen werken, moeten ze ook echt gaan werken. Wij moeten de sociale zekerheid reserveren voor diegenen die het echt nodig hebben. Dat is de lijn waarin ik geloof en waarin dit kabinet gelooft.

De heer Klaver (GroenLinks):

De staatssecretaris eindigt zijn betoog met de opmerking dat we ervoor moeten zorgen dat mensen ook echt gaan werken. Daar was mijn vraag op gericht: denkt de staatssecretaris dat met de toets op het huishoudinkomen meer mensen gaan werken? De staatssecretaris zegt nu dat hij daar niet op gaat reageren, omdat het uitgelekte stukken betreft. Het is een feit dat de stukken uitgelekt zijn. Heel veel mensen in de bijstand zijn nu hartstikke ongerust. Wat gaat er gebeuren voor de mensen die nu in de bijstand zitten in deze situatie en die er volgens de plannen van de staatssecretaris € 800 op achteruitgaan? Ik vind dat deze mensen recht hebben op een fatsoenlijk antwoord. Ik vraag de staatssecretaris ook om een antwoord op mijn vraag. Als blijkt dat de toets op het huishoudinkomen geen enkele bijdrage levert aan het bevorderen van de arbeidsparticipatie van mensen in de bijstand, is de staatssecretaris dan genegen om deze toets op het huishoudinkomen terug te trekken en samen na te denken over de vraag hoe we de arbeidsparticipatie wel kunnen vergroten? Daarin ben ik de partner van de staatssecretaris.

Staatssecretaris De Krom:

Wij moeten mensen die in een uitkering zitten, niet afschrijven. Wij moeten mensen niet van hun verantwoordelijkheid ontslaan. Als je dat doet, neem je mensen niet serieus. Daar gaat dit kabinet van uit. Wij zullen dit op een zorgvuldige manier doen. Wij zullen dit in een wetsvoorstel neerleggen en dit te zijner tijd bij de Kamer indienen. Dan kunnen wij het hele debat over dit wetsvoorstel gaan voeren. De heer Klaver kan niet van mij verwachten dat ik ga reageren op uitgelekte stukken.

De heer Klaver (GroenLinks):

De staatssecretaris praat volgens mij recht wat krom is. Hij maakt armoede weer erfelijk.

Staatssecretaris De Krom:

Het verschil tussen de heer Klaver en mij is dat hij vooral bezig is met het behoud van uitkeringen, terwijl ik vooral bezig ben om mensen naar werk te krijgen. Dat is de kern van de discussie.

Naar boven