Aan de orde is het spoeddebat over de benoeming van de voorzitter van de Europese Commissie en de opvolging van de Nederlandse eurocommissaris.

De heer Van Baalen (VVD):

Voorzitter. Misschien bewijst mijn aanwezigheid hier dat een dubbelmandaat mogelijk is, maar laat ik mij richten op de kern van de zaak. In Amerikaanse romans heet het "who done it?", ofwel: wie heeft het gedaan? Wie heeft in Warschau uiteindelijk gezegd: Manuel Barroso moet blijven, hij moet herbenoemd worden voor een tweede termijn? Is dat J.P. Balkenende, CDA-politicus, die zijn EVP-collega Barroso graag herbenoemd ziet? Of is dit een standpunt van de Nederlandse regering en heeft daar gesproken de premier aller Nederlanders, J.P. Balkenende? Ik wil hierover graag duidelijkheid. Ik wil tevens vragen of staatssecretaris Timmermans bij zijn mening blijft. Toen Berlusconi zei dat Barroso moest blijven, zei de staatssecretaris namelijk: dat is prematuur, het is onjuist om dit nu op te brengen. Geldt dat dan ook voor wat de minister-president heeft gezegd? In het Verdrag van Lissabon – ik ben er volledig van op de hoogte dat dit nog niet is geratificeerd, het is nog niet door de Ieren goedgekeurd en dus is het nog niet in werking getreden – staat: eerst Europese verkiezingen en dan wordt gesproken over de benoeming van een nieuwe Commissievoorzitter. Laten wij dit dan ook in de geest van Lissabon doen. Ik wil dus van de Nederlandse regering weten of de steun voor herbenoeming van Barroso een Nederlands regeringsstandpunt betreft of niet.

In de media zie ik tegenwoordig ook allerlei speculaties gedaan worden door woordvoerders als de heer Blom of viceminister-president Bos dat de Partij van de Arbeid nog wel een aantal heel goede opvolgers voor mevrouw Kroes als eurocommissaris heeft. Ik begrijp dat het CDA ook een heleboel goede opvolgers heeft, maar zullen wij niet eerst na de Europese verkiezingen kijken wie de nieuwe president van de Commissie moet worden? Zullen wij dan ook niet kijken wie benoemd of herbenoemd moet worden? Ik wil van de Nederlandse regering horen dat ook de mogelijkheid dat mevrouw Kroes wordt herbenoemd nog volledig open is.

De heer Blom (PvdA):

Ik sla aan op één zinnetje: "in de geest van Lissabon". Volgens mij is het Verdrag van Lissabon nog niet geratificeerd door een aantal landen. Volgens mij is er nog een referendum in Ierland. Volgens mij geldt op dit moment het Verdrag van Nice. Mijnheer Van Baalen, u gaat mij toch niet vertellen dat de VVD al op voorhand wil dat er dingen gebeuren voordat er een verdrag in werking is getreden?

De heer Van Baalen (VVD):

Nee, ik vind – ik refereer hierbij aan een uitspraak van staatssecretaris Timmermans – dat wij moeten handelen in de geest van wat is afgesproken bij het Verdrag van Lissabon, los van de vraag of dat nu wet is. Staatssecretaris Timmermans vond dat Berlusconi voortijdig had gereageerd door te zeggen: Barroso moet blijven. Ik vraag de regering of zij niet vindt dat de premier, in welke kwaliteit dan ook, voor zijn beurt gesproken heeft. Tevens vraag ik of dit het Nederlandse regeringsstandpunt is.

De heer Blom (PvdA):

Even ter verduidelijking. Vindt u nu wel of niet dat er stappen moeten worden genomen voor het Verdrag van Lissabon daadwerkelijk een feit is? Ik zou dat namelijk een wonderlijke positie van de VVD vinden.

De heer Van Baalen (VVD):

Ik heb net gerefereerd aan de uitspraken van de staatssecretaris voor Europese Zaken. Ik heb gerefereerd aan het feit dat de Nederlandse Staten-Generaal, net als de Nederlandse regering, gezien het feit dat Lissabon in Nederland geratificeerd is, vindt dat eerst Europese verkiezingen gehouden moeten worden en dat pas daarna gekeken moet worden naar de voorzitter van de Commissie. Ik vraag dus of de regering dat vindt en of zij meent dat de heer Balkenende als CDA-politicus heeft gesproken of als premier. Is de uitspraak dat Barroso moet blijven een regeringsstandpunt?

Mevrouw Thieme (PvdD):

Vindt de heer Van Baalen het niet één grote farce om te stellen dat pas een voorzitter moet worden benoemd nadat de Europese verkiezingen hebben plaatsgevonden? Er is geen sprake van enig democratisch gehalte bij de benoeming van welke eurocommissaris of welke voorzitter dan ook, dus wat maakt het eigenlijk uit of je het ervoor of ernaar doet? Het is toch sowieso een grote baantjesjagerij? Het heeft helemaal niets te maken met de democratie.

De heer Van Baalen (VVD):

Mevrouw Thieme jaagt gelukkig geen baantjes na. Daar ben ik heel blij om, maar zij weet ook dat het Europees Parlement uiteindelijk de kandidaten hoort, dus ook de kandidaat-voorzitter van de Europese Commissie, en al of niet instemt met zijn benoeming. Dat betekent dat het relevant is als er een bepaalde meerderheid is in het Parlement. Het is relevant om bij het aanzoeken van een nieuwe of een zittende voorzitter van de Commissie te kijken naar de samenstelling van het Europees Parlement.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Dan vraag ik mij af waarom de heer Van Baalen zich er zo druk over maakt of een CDA-, een PvdA- of een VVD-persoon of wie dan ook de voorzitter van het hele Europese bestel wordt. Uiteindelijk gaat het Europees Parlement erover. Dus waarover maken wij ons nu dan druk als het wel aan het Europees Parlement zou liggen, wat absoluut niet het geval is.

De heer Van Baalen (VVD):

Het Europees Parlement kan afwijzen. Met Butiglioni is dat gebeurd. Het gaat nu echter om de positie van de Nederlandse regering over de herbenoeming van Barroso. Ik heb dat aangegeven. Verder wil ik niet horen wie de Nederlandse eurocommissaris wordt. Ik wil horen dat de zaak open ligt. Als de regering zegt: daarover zeggen wij niets, dan zeg ik: dan had u uw mond moeten houden, ook over Barroso.

De heer Van der Staaij (SGP):

Ik begrijp dat de heer Van Baalen nu de lijn voorstaat dat je helemaal niet over personen moet spreken, ook als het gaat om de persoon die door Nederland als commissaris wordt voorgedragen. Is dat de nieuwe lijn van de VVD-fractie? In het debat dat wij vijf jaar geleden voerden was de boodschap van het VVD-fractie een helder "kies Kroes".

De heer Van Baalen (VVD):

Ja. De VVD-fractie is niet de regering. Zo is het nu eenmaal. Dat kan ik ook niet helpen. Dat betekent dat de Nederlandse regering een positie inneemt over wie zij voordraagt als commissaris en ook of zij steun verleent aan de zittende Commissievoorzitter of iemand anders die voorzitter van de Commissie moet worden. Natuurlijk hebben fracties daarover een mening. Die mogen zij vrij uiten. Ik vind het verstandig dat de regering onderhandelt naar welbevinden en ook naar portefeuille. Maar nogmaals: eerst de verkiezing van het Europees Parlement, dan praten over de voorzitter. Dan kun je ook nog in die smoke filled rooms kijken of er in de onderhandelingen over het voorzitterschap voor Nederland een goede deal te maken is. Dit betekent dat ik overweeg moties in te dienen, mochten de antwoorden van de regering niet bevredigend zijn, maar dat zal blijken.

De voorzitter:

Ja. U hebt een tweede termijn. Ik denk dat u onze interrupties hier zult gaan missen. Mijnheer Ormel, u hebt er nog een. Dat mag daar niet.

De heer Ormel (CDA):

Ik heb gewacht op het einde van het betoog van de heer Van Baalen. Uiteindelijk heeft de VVD-fractie dit spoeddebat aangevraagd. Ik begrijp nu dat de kernvraag van de heer Van Baalen luidt: komt de steun aan de heer Barroso van de aanvoerder van het CDA of van de regering? Ik begrijp dat de heer Van Baalen zelf druk is met campagnevoeren, en dat al een tijdje, maar is hij op de hoogte van de brief van de regering van 27 januari jongstleden, ondertekend door de minister-president en de minister van Financiën, waarin klip en klaar staat dat er steun is voor de kandidatuur van de heer Barroso?

De heer Van Baalen (VVD):

Daarom wil ik weten hoe de uitspraken van de staatssecretaris voor Europese Zaken over Berlusconi's steun daarmee te rijmen zijn. Nogmaals, ik wil klaarheid van de regering. Die dient die klaarheid te geven. Zo niet, dan zal ik moties indienen.

De heer Pechtold (D66):

Voorzitter. Voordat ik begin: het viel mij op dat vijf jaar geleden de Voorzitter met het volgende begon: "Ik maak u erop attent dat de minister-president, gezien zijn verplichtingen hedenavond, uiterlijk om 19.00 uur moet vertrekken. Moge ik u vragen met mij daar rekening mee te houden?" Ik dacht: sommige zaken veranderen ook nooit, maar ik weet niet naar welk programma die minister-president moest.

Voorzitter. Eindelijk een debat en nog wel een debat over de macht van en in Europa. Als het aan de PvdA-fractie lag, hadden wij niet gedebatteerd over de aanstelling van de belangrijkste posten in Europa. De PvdA-fractie houdt benoemingen liever in de achterkamer. Europa moet dichter bij de burger. Europa moet eerlijker communiceren. Dat zijn mooie woorden, maar als zij de kans krijgt, neemt de PvdA het zelf niet zo nauw. Het CDA en de PvdA zeggen tegen de Nederlandse burgers: stemt u eerst maar, dan hoort u later wel hoe wij de echt belangrijke beslissingen in Europa gaan nemen, want dat is voor de burger allemaal veel te ingewikkeld; breek daar het hoofd maar niet over.

Guy Verhofstadt vergeleek op het laatste D66-congres treffend de benoemingsprocedure voor de voorzitter van de Europese Commissie met de benoeming van een nieuwe paus. Het eerste wat de kardinalen in koor roepen, is: deze mag niet te katholiek zijn.

De benoeming van Barroso was vijf jaar geleden al een zwak compromis. De leider mocht vooral geen al te stevig figuur zijn. Dat is gelukt. Afwezig was Barroso tijdens de economische en financiële crisis, afwezig bij de Lissabon Agenda, afwezig bij het tegengaan van discriminatie van homo's en vrouwen. Hij steekt geen vinger uit. Daarom de volgende vragen.

  • - Waarom kiest de premier voor deze voorzitter van de Europese Commissie?

  • - Welke verdiensten dicht hij Barroso toe?

  • - Droeg de premier het kabinetsstandpunt uit toen hij op 1 mei 2009 in Warschau zijn steun uitsprak?

Kiezers hebben het recht op helderheid, ook als het gaat om de Nederlandse commissaris. eurocommissaris Kroes wordt door vriend en vijand gerespecteerd. Zij hield haar hoofd koel toen lidstaten met staatssteun hun banken en autoproducenten overeind probeerden te houden. In Seattle, waar Microsoft is gevestigd, is zij gevreesd. Bovendien bezet zij een zeer belangrijke post. Met eurocommissaris Kroes hebben wij een ijzersterke troef in handen. Waarom speelt het kabinet deze troef niet ondubbelzinnig uit? Mevrouw Halsema en ik zijn geen VVD'ers, maar toch steunen wij deze kandidatuur.

Van de PvdA mag het CDA de post van mevrouw Kroes claimen. Minister Verhagen vindt zelfs dat het CDA daar recht op heeft. Hij zei deze week: een fatsoenlijke portefeuille is voor het CDA al genoeg. Ik neem aan dat een fatsoenlijke portefeuille geen zware portefeuille is. Zetten wij in op de portefeuille Meertaligheid? Het is geen grap, die bestaat echt. Gaan wij daarvoor een CDA'er benoemen? Als er maar een CDA'er op zit. Maar dan, wij hebben het meegemaakt, tovert minister Bos plotseling vier uitstekende PvdA-kandidaten uit de hoed. Het lijkt wel een spelletje kwartetten: mag ik van jou een burgemeester van de G4, dan krijg jij van mij een eurocommissaris. Zo speelt het kabinet spelletjes over het Nederlandse belang in Europa. Openbaar, ho maar! Welke portefeuilles vindt het kabinet van belang voor Nederland? Aan welke eisen moet de Nederlandse eurocommissaris voldoen?

De heer Blom (PvdA):

De heer Pechtold staat in het begin van zijn betoog als een opgewonden standje zijn mening te geven over de achterkamertjespolitiek waardoor mevrouw Kroes als eurocommissaris is benoemd. Wie zat er vijf jaar geleden ook al weer in het kabinet?

De heer Pechtold (D66):

Ik was toen in Wageningen als burgemeester. Vijf jaar geleden stond hier een echt opgewonden standje. Dat was nadat de voorzitter de vraag had gesteld of wij voor zeven uur klaar wilden zijn. Dat was de heer Bos. Hij zei: "Waarom voeren wij dit debat vandaag. Er is de afgelopen weken, maanden en jaren veel over gesproken door politici. Ik en vele anderen die hier vandaag aanwezig zijn, hebben geroepen dat het over moet zijn met de beslissingen in de achterkamertjes als die ook in de openbaarheid kunnen worden genomen. Dat gepraat is ons menens." Ik kan zo nog wel even doorgaan.

Vijf jaar geleden was ik burgemeester in Wageningen. De vicepremier sprak toen vanaf deze plaats over achterkamertjes. De heer Bolkestein en mijn fractie waren er helder over. Mevrouw Kroes en mijn fractie waren en zijn er helder over. Omdat u Rotterdam niet bij de premier had gemeld en de heer Aboutaleb daar nu zit, moet kennelijk iets worden terugbetaald. Wij dreigen straks Meertaligheid te krijgen als portefeuille in Europa. Dat mag de kiezer aan de vooravond van de Europese verkiezingen weten.

De heer Blom (PvdA):

Het is een fantastisch wollig antwoord, maar de heer Pechtold geeft geen antwoord op de vraag. Welke partij zat er vijf jaar geleden in het kabinet?

De voorzitter:

Het is misschien wel een moeilijke vraag.

De heer Pechtold (D66):

Mijn partij en daar is dus een heel goede eurocommissaris uitgekomen: Kroes! En geen D66'er! Nu dreigen we dadelijk Verburg of Van der Hoeven op Meertaligheid te krijgen. Nee, het moet maar duidelijk zijn. Ik zeg het niet nog een keer, want ik heb nog veel meer citaten van die Bos!

De voorzitter:

Wat een emotie allemaal!

De heer Ormel (CDA):

Voorzitter. Het is goed dat we de dag voor de Europese verkiezingen over Europa spreken. Het CDA is voor een sterke Europese Unie die de grote gezamenlijke problemen aanpakt. Virussen, criminelen, illegale immigranten en veranderingen van het klimaat zijn niet te stoppen door een grote kaasstolp over Nederland te zetten en ons daarin te verschuilen tegen de boze buitenwereld. Hoe hoger de opkomst, des te duidelijker laten we zien dat onze burgers belang hechten aan een krachtig Nederland in een sterke Europese Unie.

Maar laten we de huid niet verkopen voordat de beer geschoten is en processen in de juiste volgorde doorlopen. Eerst verkiezingen, dan onderhandelen voor een zware post in de Europese Commissie en daarna de personele invulling. Nu een debat is ontijdig en onverstandig. Het is de afgelopen kabinetten gelukt om excellente Nederlanders benoemd te krijgen op zware internationale functies. De laatste twee uitstekende eurocommissarissen mevrouw Kroes en de heer Bolkestein zijn voorgedragen door kabinetten waarvan VVD en D66 deel uitmaakten. Destijds was er kennelijk geen bezwaar tegen de gevolgde procedure.

De heer Van Baalen (VVD):

Voorzitter. Het gaat er heel eenvoudig om – nu de heer Ormel het woord "ontijdig" in de mond neemt – of het niet ontijdig is om Barroso te steunen voor herbenoeming, zoals de minister-president heeft gedaan. Ik vraag hem ook in welke kwaliteit hij denkt dat de minister-president dat heeft gedaan, als partijpoliticus of als premier.

De heer Ormel (CDA):

Ik constateer dat het kabinet een brief heeft gestuurd naar de Kamer op 27 januari, waarin staat dat het kabinet van mening is dat Barroso moet doorgaan met zijn werk. Ik constateer ook dat de heer Balkenende als partijleider op het EPP-congres in Warschau de kandidatuur door de andere lidstaten, de andere EPP-leden van de heer Barroso heeft gesteund.

De heer Van Baalen (VVD):

Maar vindt u de scheiding die u maakt de juiste? De premier is toch altijd de premier?

De heer Ormel (CDA):

Daarom begin ik ook met de woorden van de premier namens de Nederlandse regering. Sterker nog, ik denk dat de brief naar aanleiding van vragen van collega Sap van GroenLinks vrij duidelijk was. Ik herinner u aan uw eigen woorden, toen u vorig jaar al een pleidooi hield om nota bene de heer Zalm tot voorzitter van de Europese Commissie te laten benoemen. Vorig jaar al! In een artikel van Het Financieele Dagblad stelde de heer Van Baalen niet alleen de kandidatuur van de heer Zalm voor als voorzitter, maar tegelijkertijd ook van mevrouw Kroes als eurocommissaris. Twee liberalen in één commissie. Het wordt steeds beter.

De voorzitter:

Dit gaat allemaal van uw tijd af!

De heer Van Baalen (VVD):

U heeft toch wel door dat ik niet namens de regering spreek? Dat is u toch bekend, hoop ik?

De heer Ormel (CDA):

Ja, dat is mij zeer bekend en niet alleen mij. Ik denk dat het ganse land dat gelukkig weet!

De voorzitter:

Dank u wel!

De heer Ormel (CDA):

Voorzitter. Mevrouw Kroes is dankzij uitstekend werk van de minister-president benoemd op een belangrijke post in de Europese Commissie, niet door megafoonpolitiek maar door stille diplomatie. Als Kamer moeten wij de regering daar dan ook de mogelijkheid toe bieden. De CDA-fractie verwacht veel van de minister-president en zal oordelen als het resultaat bekend is.

Ik kan het toch niet nalaten om met de woorden van de lijsttrekker van de VVD in Het Financieele Dagblad te spreken: het maken van een voortijdige keuze dient geen enkel Nederlands belang. Nederland moet op Europees niveau in de wandelgangen schaken, alle opties zo lang mogelijk open houden, alternatieven achter de hand houden en steun aan kandidaten van andere lidstaten zo duur mogelijk verkopen. Dat is de taak van de minister-president. Spoeddebatjes zoals dit zijn aardig voor thuisconsumptie, maar kunnen contraproductief werken voor het Nederlandse belang.

De heer Van Baalen (VVD):

U moet niet alleen goed lezen, maar u moet het even tot u door laten dringen. Dus om geen voortijdigheid te hebben, om maximaal te kunnen onderhandelen, spreek je niet nu je steun uit aan Barroso. Daar wacht je even mee tot de Europese verkiezingen zijn geweest. Dan zijn de verhoudingen in het Europees Parlement bekend. Pas daarna ga je behoedzaam te werk. Dat is niet gebeurd. Dank dat u Het Financieele Dagblad goed hebt gelezen; dat moet u vaker doen.

De heer Ormel (CDA):

Dank u wel voor deze laatste wijze les van u in de Kamer, want zo zie ik dat toch wel, collega Van Baalen.

De heer Van der Staaij (SGP):

Mevrouw de voorzitter. Ik heb de afgelopen tijd het genoegen gehad om deel te nemen aan diverse campagnebijeenkomsten in het kader van de verkiezingen van het Europees Parlement. Ik ben, eerlijk gezegd, niet een burger tegengekomen die zich druk maakte over de aanstellingsprocedure voor eurocomissarissen of voor de voorzitter van de Europese Commissie. Wel kwam ik burgers tegen met vragen als: waar bemoeit Europa zich nu precies wel en niet mee, wat kost de Europese Unie en wat levert het op? Dat zijn thema's die bij burgers leven, heb ik gemerkt, en niet de aanstelling van eurocommissarissen. Die relativerende opmerking wilde ik wel even maken, juist omdat er werd gezegd dat wij per se voor de verkiezingen dit debat moesten voeren.

Enigszins bevreemdend of paradoxaal is hoeveel gewicht er wordt toegekend aan de positie van de Nederlandse eurocommissaris, terwijl wij aan de andere kant zien dat vanaf 2014 iedere lidstaat de eigen eurocommissaris verliest. Mijn fractie vindt dat een verkeerde ontwikkeling. Zij vindt de personele verbinding tussen de lidstaten en de Commissie heel nuttig. Wel stel ik vast dat een overgrote meerderheid van de Tweede Kamer dit relativeerde en zonder problemen akkoord ging.

Wat de Nederlandse eurocommissarissen betreft hebben wij te maken met artikel 213 van het EG-verdrag. Dat artikel stelt bekwaamheid en onafhankelijkheid voorop. Die vereisten verdragen zich simpelweg niet met een benoeming waarin partijpolitiek de boventoon voert of met een gepolitiseerd debat over een benoeming. Mijn fractie voelt er ook helemaal niets voor. De regering doet een voordracht en de Tweede Kamer kan dit achteraf controleren. Het ligt niet in de rede om verantwoordelijkheden van regering en parlement op oneigenlijke wijze te vermengen. Ik denk dat het bovendien ook risicovol is om het al in het openbaar over allerlei personen en de voor- en nadelen daarvan te hebben. Mijn fractie wil de eigenstandige rol van de regering respecteren evenals de rol van de Raad, de rol van de nieuwe voorzitter van de Europese Commisssie en de rol van het Europees Parlement. Daar komt praktisch bij dat ik niet weet welke portefeuille Nederland wil proberen binnen te halen. Het lijkt mij logisch dat eerst helder wordt welke portefeuille wij graag zouden willen bezitten en dat vervolgens de beste kandidaat daarbij wordt gezocht. Ik weet dat er ook sprake is van een wisselwerking, dat het voordragen van een kandidaat gebeurt in overleg met de beoogde commissievoorzitter. Dat is een complex traject dat vooral een primaire taak voor de regering geeft en niet voor de Kamer. Ik ben wel benieuwd naar het profiel van de eurocommisaris dat het kabinet voor ogen staat en wanneer Nederland met de voordracht komt.

Wat de voorzitter van de Commissie betreft nog het volgende. Premier Balkenende heeft meerdere malen aangeduid dat de huidige voorzitter Barroso zijn karwei zou mogen afmaken. Ik vraag mij in het verlengde van wat de heer Van Baalen stelde af of het niet wat voorbarig is om je daar nu al over uit te laten, omdat het zodanig is vormgegeven dat de voorzitter pas wordt verkozen nadat de verkiezingen voor het Europees Parlement hebben plaatsgevonden. Past het in die gang van zaken niet dat wij eerst de verkiezingen hebben en daarna pas spreken over de personen die deze posten moeten bezetten? Hoe verhoudt zich daarmee dat er nu al door het kabinet een standpunt publiek wordt gemaakt?

Voorzitter. Ik sluit af. Ik wens de premier en de regering veel succes met het inbrengen van een zo sterk mogelijke kandidaat. Laat het een kandidaat zijn die beseft dat het gaat om Europa dat zijn grenzen kent en zich bovendien tot kerntaken beperkt.

De heer Van Bommel (SP):

Voorzitter. eurocommissarissen horen onafhankelijk te opereren van de lidstaten waar ze vandaan komen en het belang van de Europese Unie te dienen. Het is regeringen verboden om eurocommissarissen te beïnvloeden. Zo staat het in de verdragen. Toch praten wij over de volgende eurocommissaris als was het van het grootste nationale belang. Het kabinet streeft naar het bemachtigen van een zware portefeuille voor de Nederlandse eurocommissaris. De vraag is natuurlijk wat dat, afgezien van prestige voor de persoon zelf, voor bijdrage levert aan de invloed van Nederland in Europa. Volgens mij helemaal niets en zo hoort dat ook. Ik krijg graag een reactie van het kabinet.

Wie in de kranten de discussie tussen partijen volgt, kan zien dat het bij de verschillende fracties niet om het nationale belang gaat en al helemaal niet om het Europese belang. In plaats daarvan gaat het om ordinair partijbelang en baantjesjagerij. Opnieuw tonen enkele partijen zich meester in het spel van de achterkamertjespolitiek en partijpolitieke benoemingen. De VVD doet dat openlijk met als inzet om opnieuw de VVD'er Neelie Kroes benoemd te krijgen. Anders dan bij de vorming van Paars II, toen de VVD'er Frits Bolkestein zijn eurocommissariaat kon ritselen, heeft de VVD nu geen sterke onderhandelingspositie. Exit Neelie Kroes dus.

Hoe zit het met de Partij van de Arbeid? Minister Bos zegt vier kandidaten te hebben voor de post van Nederlandse eurocommissaris. Staatssecretaris Timmermans zegt daarentegen dat partijpolitieke kleur geen rol hoort te spelen. Mogen wij daaruit concluderen dat de kandidaten van Bos niet allemaal PvdA'ers zijn? Kan de PvdA daar duidelijkheid over verschaffen of de staatssecretaris? De premier heeft zijn steun uitgesproken voor een tweede termijn van Commissievoorzitter Barroso. PvdA-woordvoerder Blom beweert in de Volkskrant daarentegen dat de premier hier niet namens het kabinet sprak. Namens wie sprak de minister-president dan wel? Overigens sprak Blom in de Volkskrant uit dat de voorzitter een sociaaldemocraat moet worden. Ook hier is de politieke kleur belangrijker dan kwaliteit.

Bij de benoeming van commissarissen moet het alleen gaan om algemene bekwaamheid en onafhankelijkheid. Zo staat het ook in de verdragen. Wat de SP-fractie betreft hoort deze discussie dus niet in de Kamer thuis. Wij horen een heel andere discussie te voeren. Nu heeft de Commissie als enige in de EU het recht om wetsvoorstellen in te dienen, het recht van initiatief. Zowel het democratisch gekozen Parlement als de vertegenwoordigers van de lidstaten hebben dat recht niet. De Europese Commissie is ook geen democratisch orgaan en eurocommissarissen worden via een tweetrapsprocedure gekozen. Het is dus vlees noch vis. Daar moeten wij van af. De Commissie hoort een puur uitvoerend orgaan te zijn. Dan past het ook niet om te praten over individuele benoemingen van ambtenaren, want dat zijn het in feite.

De Europese Commissie hoort uit te voeren wat haar is opgedragen. Wij hebben er geen behoefte aan om dit bureaucratische orgaan verder te politiseren. Partijen in deze Kamer die dat wel proberen en het belang van de benoeming van de Nederlandse eurocommissaris vergroten, zouden ook de laatste logische stap moeten zetten en pleiten voor een democratisch gekozen Commissie. Doen zij dat niet, dan moeten zij op hun schreden terugkeren en ons voorstel steunen voor een puur uitvoerende Europese Commissie.

Heeft de SP dan niets te zeggen over het profiel van de nieuwe eurocommissaris? Toch wel iets. Wij zijn absoluut tegen de verlenging van het mandaat van mevrouw Kroes. Als zij de afgelopen weken iets heeft laten zien, dan is het dat zij niet de hardwerkende ambtenaar is die zij zou moeten zijn. Zij is in de campagne al weken het uithangbord van de VVD. Zij laat zien dat het marktdenken in de EU nog springlevend is. Dan toch liever de saaie, onbekende ambtenaar die goed is in het uitvoeren van wat hem is opgedragen en die vooral geen partijpolitieke ambities heeft.

De heer Van Baalen (VVD):

Het interessante is dat mevrouw Kroes zich in de afgelopen verkiezingscampagne volstrekt op de achtergrond heeft gehouden. Zij wilde haar werk tot de laatste dag voortzetten. Wij hopen dat die laatste dag over vijf jaar zal zijn.

De heer Van Bommel (SP):

Volgens mij las ik vorige week in de krant nog uitspraken van mevrouw Kroes in verkiezingsdebatten. Zij heeft daar dus wel degelijk een rol in gespeeld. Dat heeft zij niet gedaan als eurocommissaris, maar als lid van de VVD.

De heer Van Baalen (VVD):

In dat debat in de Melkweg – daar doelt u op – heeft mevrouw Kroes uitgelegd wat haar werk was. Zij heeft geen enkele voorkeur voor een partij uitgesproken. Zij heeft mensen niet gevraagd om op de VVD te stemmen. Dat moet u gewoon erkennen.

De heer Van Bommel (SP):

Voorzitter ...

De voorzitter:

Nee, ik sluit deze discussie.

De heer Van Bommel (SP):

De discussie over mevrouw Kroes is gesloten. Dank u wel.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Mevrouw de voorzitter. De regering wekt de indruk dat zij streeft naar een Nederlandse afgevaardigde in de Europese Commissie. Alsof dit ook maar op enigerlei wijze zou kunnen bijdragen aan de directe belangen van Nederland. Dit is een zeer oneigenlijke voorstelling van zaken en niets anders dan kort voor de verkiezingen zand in de ogen strooien van de kiezer. Het EEG-verdrag zegt immers letterlijk dat de leden van de Commissie hun ambt volledig onafhankelijk uitoefenen in het belang van de Gemeenschap, Bij de vervulling van hun taken vragen noch aanvaarden zij instructies van enige regering of enig ander lichaam.

Daarnaast is het overduidelijk dat het gaat om een politieke benoeming, een beloning voor bewezen diensten zoals eerder de heer Bolkestein en mevrouw Kroes ten deel viel. De wens van D66 om een helder profiel op te stellen, klinkt alleszins redelijk, maar een dergelijk profiel zou de indruk kunnen wekken dat het de Kamer is die de beste kandidaat benoemt. Dat recht hebben wij helemaal niet en dan moet ook niet die suggestie worden gewekt.

De feitelijke situatie is dat er bij de benoeming van een nieuwe eurocommissaris sprake zal zijn van vriendjespolitiek. Zelfs als de gedroomde kandidaat met het objectief gezien beste cv zich zou aandienen, maar de kandidaat in kwestie is geen lid van CDA. PvdA of VVD, is het uitgesloten dat hij het zou kunnen worden. Dat is merkwaardig. Kan het kabinet toelichten of geschikte kandidaten die lid zijn van bijvoorbeeld de PVV, de SP, D66, de ChristenUnie, de SGP of de PvdD in aanmerking kunnen komen voor de functie en of zij een eerlijke kans zouden krijgen? Zo niet, hoe denkt het kabinet deze oneerlijke selectieronde dan aan de kiezers uit te leggen?

Er is al eerder kritiek geweest op de baantjesjagerij die zich afspeelt tussen het handjevol Nederlanders dat lid is van een politieke partij en dan ook nog alleen tussen de mensen die lid zijn van het CDA, de PvdA of de VVD. Mensen die elkaar de bal toespelen op het punt van invloedrijke en goedbetaalde banen horen niet bij een tijd waarin burgers zich walgend afwenden van graaigedrag en vriendjespolitiek.

Hoe kan worden verklaard dat het aantal burgemeesters dat partijen hebben, openlijk wordt meegewogen in de afweging welke partij aan de beurt is om een eurocommissaris te leveren? Verwacht het kabinet dat er iemand in Nederland is die deze politieke stoelendans een verheffende bezigheid vindt of die van mening is dat dit de politiek dichter bij de burgers zal brengen? De dramatisch lage opkomst die voor morgen wordt verwacht, is mede te wijten aan de benoemingsspelletjes zoals wij die vandaag bespreken. Een kabinet dat niet op zoek is naar de best beschikbare kandidaat maar hooguit naar de best beschikbare partijgenoot van de grootste coalitiefracties laat daarmee tevens zien lak te hebben aan de scepsis van de burgers.

Als Europa al een banenmachine zou zijn, dan zou dat over banen voor burgers moeten gaan die nu worden getroffen door de crisis. Niet een banenmachine voor politieke baantjesjagers die elkaar de bal toespelen. Om in bavianentermen te spreken: de hoogste positie op de rots wordt door velen gewenst. Het zijn echter nogal primitieve achtergronden die de uiteindelijke keuze lijken te bepalen.

Dat geldt ook voor de voorzitterspositie. Staatssecretaris Timmermans en PvdA-lijsttrekker Berman noemen de heer Barroso kleurloos en zwak, terwijl hun partijgenoot Blom Barroso wel een tweede termijn ziet invullen omdat hij niets verkeerds heeft gedaan. De christendemocraten willen dat Barroso doorgaat en de PvdA wil dat de christendemocraten een eurocommissariaat gunnen aan de PvdA. Handjeklap en vriendjespolitiek.

Als je de mens leert kennen, ga je vanzelf van dieren houden, zeker in Europees verband. Europa subsidieert elke melkkoe voor een bedrag van meer dan € 2 per dag terwijl de helft van de bevolking van minder dan de helft moet rondkomen.

De voorzitter:

Dat komt vanavond aan de orde.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Europa dumpt nog steeds zuivel en vlees in ontwikkelingslanden en ontwricht lokale markten. Als wij Europa laten besturen door partijtijgers in plaats van door deskundigen, zal daar weinig verandering in komen, vreest mijn fractie. Verder blijf ik van mening dat er een einde moet komen aan de bio-industrie in heel Europa, te beginnen in Nederland.

De heer Blom (PvdA):

Mevrouw Thieme doet een aantal boude beweringen. Hoe komt zij aan die wijsheid?

Mevrouw Thieme (PvdD):

Dat heeft te maken met opvoeding, onderwijs, hier en daar wat levenservaring en een kritische blik naar het Europa van tegenwoordig waaruit blijkt dat het een ondemocratisch log apparaat is dat in stand wordt gehouden door partijen als die van de heer Blom.

De heer Blom (PvdA):

Ik doelde op de uitspraken van mevrouw Thieme over hoe "blijkbaar" baantjes worden verdeeld binnen de PvdA en de coalitie. Ik wil weleens weten waar ze die wijsheid vandaan haalt; ik kan me er namelijk helemaal niets bij voorstellen.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Dan denk ik toch dat u het hele debat van vandaag heb gemist. Er wordt hier namelijk gewoon onderhandeld en duidelijk gemaakt wie welk commissariaat moet krijgen en welke politieke signatuur die persoon heeft. Daar gaat het helemaal niet om in Europa; in Europa zou het moeten gaan om de bestgekwalificeerde kandidaat, maar hier gaat het over twee liberalen in de Europese Commissie. Het moet gaan om een uitvoerend orgaan, waarin gewoon de beste kandidaat moet plaatsnemen. Maar u gaat mee in de discussie over welke partij nu aan de beurt is; dat kunnen we allemaal lezen in de krant. De kiezer is niet gek, meneer Blom.

De heer Blom (PvdA):

U kunt dat allemaal lezen in de krant, wat betekent dat uw verhaal is gebaseerd op artikelen die in de krant hebben gestaan. U hebt niets geverifieerd, u hebt niet met mij gepraat, niet met de staatssecretaris, niet met partijgenoten van mij. Het spijt me, maar u beweert dingen die nergens op slaan.

Mevrouw Thieme (PvdD):

U vindt het kennelijk heel jammer dat ik niet vaker met u praat. Ik wil dat best doen; dan kan ik u ook wat meer uitleggen over de bio-industrie, en over hoe dramatisch Europa daarvoor is. Maar we hebben het allemaal kunnen lezen: de brief over de voorkeur van de minister-president voor welke voorzitter, en dat die voorkeur helemaal te maken heeft met het christendemocratisch gehalte van die persoon, maar niets met de beste persoon op de juiste plek.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Voorzitter. Ik ben invaller in dit debat, maar ook ik vind dit geen fraaie vertoning. Het is één dag voor de verkiezingen voor het Europees Parlement. Misschien is er nog een burger die via Politiek24 naar dit debat zit te kijken. Die ziet dan dat het een dag voor die verkiezingen weer gaat over de poppetjes, terwijl het, als we in het Nederlandse parlement praten over Europa, over de inhoud zou moeten gaan. Waarom moet je gaan stemmen voor Europa? Ik zou zeggen: om de economische crisis, de voedselcrisis, maar ook de klimaatcrisis gezamenlijk in Europa op te lossen; om te zorgen voor vrede en veiligheid; om te zorgen voor een sociaal en duurzaam Europa, waarin een frisse wind waait en we op een sociale en duurzame manier met elkaar aan de slag kunnen gaan.

Maar wat doen we hier? Toch een beetje ver plassen met de wind tegen. Ik vind het ook een smerige vergelijking en vroeg me net af of ik het wel zo zou moeten noemen, maar het kwam echt zo in me op. We zitten een beetje te pokeren om personen en de kaarten worden halfslachtig achtergehouden. Laat ik na deze kritische opmerking dan mijn tijd gebruiken om in deze kwestie rondom personen de kaarten van GroenLinks heel helder op tafel te leggen. De kandidaten vliegen ons om de oren, zij het niet per se hun namen: minister Bos heeft immers vier goede kandidaten, het CDA heeft kandidaten en, zo zou ik tegen mevrouw Thieme willen zeggen, ook GroenLinks heeft wellicht kandidaten.

Over mevrouw Kroes wil ik nog het volgende opgemerkt hebben. De GroenLinksfractie vindt haar een stoere vrouw; een stoer wijf zou ik eigenlijk willen zeggen. Ik bedoel dat echt heel positief en dat zal zij ook wel begrijpen. Altijd als ik haar zo pittig zie opkomen voor emancipatie, vind ik haar stoer, vind ik dat ze dat goed doet. Een GroenLinkser mag dat best weleens zeggen van een VVD'er, als die als goede Nederlandse kandidaat goed werk heeft verricht in Europa. Van ons mag ze dan ook best doorgaan; dat is voor ons geen taboe. Maar ik heb begrepen dat er, als het om mededinging gaat, een hoge ambtenaar uit Nederland komt en het vervolgens allemaal heel ingewikkeld wordt om op die post ook een eurocommissaris te leveren.

Als we het er toch over hebben, zou ik de staatssecretaris en de minister-president – we hebben dus hoog bezoek in vak-K! – een andere tip willen meegeven. Dat doe ik in alle openbaarheid, dit is geen achterkamertje; we staan hier namelijk in het Nederlandse parlement.

De voorzitter:

Maar nog maar zeven seconden ...

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Ja, voorzitter. Wij willen de beste persoon op de juiste plek. Zou het dan niet aardig zijn om voor de milieucommissaris te gaan? En als het dan allemaal zo werkt en vind ik dat niet zo fijn, als het dan per se iemand van CDA, PvdA of VVD moet zijn, wil ik daarvoor ook wel een suggestie doen: de heer Wijffels zou misschien ook een heel goede kandidaat zijn. Misschien kan de minister-president hem er eens over bellen. Kortom, voorzitter, wij willen geen achterkamertjespolitiek. Wij willen dat het Verdrag van Lissabon wordt uitgevoerd en er na de verkiezingsuitslag gewoon gekeken wordt in het Europees Parlement wie de voorzitter moet worden. Voor het benoemen van de eurocommissaris moeten wij de beste persoon sturen zodat wij de meeste kans maken, wat GroenLinks betreft op de milieuportefeuille.

Mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie):

Voorzitter. Wij zouden het haast vergeten, maar morgen is het vooral de beurt aan de kiezer om zich uit te spreken over wie de Nederlandse zetels mag bezetten in het Europees Parlement. Na de verkiezingen die de komende dagen in alle lidstaten van de Europese Unie zullen plaatsvinden, is het de beurt aan de regeringsleiders om te onderhandelen over een nieuwe Europese Commissie. Ook voor de Nederlandse commissaris geldt dat het kabinet hierover onderhandelt. De werkelijkheid doet anders vermoeden heb ik het idee, nu in allerlei interviews en debatbijeenkomsten buiten de Kamer uitspraken worden gedaan over de vraag of het een feestje voor de sociaaldemocraten of voor de christendemocraten moet gaan worden.

Maar goed, wij staan hier vandaag en ik maak graag gebruik van het moment om aan te geven welk profiel de ChristenUnie voor ogen heeft voor een nieuwe Nederlandse eurocommissaris. Wat de ChristenUnie betreft, wordt er hoog ingezet op duurzaamheid. De mededingingsportefeuille is een mooie portefeuille, maar is het niet tijd voor duurzaamheid? Wij denken aan een groene portefeuille, bijvoorbeeld op het terrein van energie, milieu, landbouw of handel. Deze portefeuilles bieden de kans om in deze tijd van crisis niet alleen te denken aan economische oplossingen maar de noodzakelijke breedte in de richting van duurzaamheid op te zoeken. Met zo'n portefeuille kan het kabinet zoeken naar iemand die gehoor durft te geven aan het appel van Antwerpen, waar een gedurfde beleidsinzet wordt gevraagd op elk niveau, waarbij terughoudendheid ten aanzien van de materiële consumptiegroei gepaard gaat met gedurfde plannen voor een hernieuwde technologische inzet ten bate van zowel de solidariteit als de duurzaamheid. Dit mede ter voorbereiding van de noodzakelijke herziening van de Lissabonakkoorden en de naderende Klimaattop in Kopenhagen. Een duurzame, Europese Commissie biedt hoop voor een serieuze voortrekkersrol van Europa op het gebied van klimaat en milieu. Een duurzame commissie, die milieu en duurzaamheid niet slechts koppelt aan het laten voortduren van het eigen comfortabele bestaan maar juist ook de koppeling weet te maken met ontwikkelingslanden en de vele mensen die daar in armoede leven en nog het meest de gevolgen van klimaatverandering voelen.

Pas na het bemachtigen van een portefeuille volgt de discussie over het poppetje. Ook voor dit profiel zou ik tot slot wat suggesties willen doen. Christelijk-sociaal lijkt ons een goed alternatief voor christendemocratisch of sociaaldemocratisch waar nu zoveel over gekibbeld wordt. De ChristenUnie ziet bovendien graag dat opnieuw een vrouw wordt voorgedragen.

De heer Pechtold (D66):

In Europa werkt u samen met de SGP. Vertegenwoordigt u het standpunt van de hele fractie?

Mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie):

Ik sta hier niet namens de Europese fractie te spreken maar namens de Nederlandse ChristenUniefractie.

De heer Pechtold (D66):

U werkt in Europa samen met de SGP en de commissarissen hebben uiteindelijk te maken met de fracties daar. Ik vind het fantastisch dat u zegt: de ChristenUnie gaat voor een vrouw. Wij doen dat ook; wij hebben zelfs de naam genoemd. Ik ben zo benieuwd – hij blijft maar zitten – wat de SGP daarvan vindt en of u mede namens die lijst praat.

Mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie):

Ik spreek namens de Tweede Kamerfractie van de ChristenUnie. De heer Van der Staaij heeft het woord gevoerd en u kunt hem daarop bevragen. Ik doe een suggestie, ook uit respect voor het werk van commissaris Kroes. Daaruit is ook gebleken hoe goed het was om destijds een vrouw voor te dragen.

De voorzitter:

Het is duidelijk dat de heer Van der Staaij geen aandrang voelt om te reageren.

De heer Van der Staaij (SGP):

Voorzitter. Het is een wat merkwaardige procedure om via mevrouw Wiegman van de ChristenUnie te horen wat de SGP ervan vindt. Laat ik er dit van zeggen: ik heb in mijn termijn bewust geen voorkeur voor een geslacht genoemd.

De heer Pechtold (D66):

Dat het een open mogelijkheid is, is revolutionair!

De heer Van Bommel (SP):

Waarom wilt u afwijken van de procedure in de verdragen? De verdragen gaan uit van algemene bekwaamheid en onafhankelijkheid. Sekse speelt daarbij geen rol. U spreekt nu wel een voorkeur uit. Vindt u dat het kabinet die voorkeur ook moet uitspreken of is dit gewoon een proefballonnetje dat verder door de wind wordt weggedragen?

Mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie):

Nee, op deze manier maakt u mijn opmerking toch zwaarder dan zij is. Ik geef alleen een goede suggestie. Ik refereer aan wat er in het verleden is gebeurd bij de voordracht van commissaris Kroes. Ik denk dat dit een succes is geweest. Het zou ontzettend mooi zijn als een vrouw deze positie weer kan bekleden. Daar gaat het om, niet meer en niet minder.

De heer Van Bommel (SP):

Spreekt u nu een oordeel uit over het geslacht van de commissaris die daar door Nederland is neergezet of over de bekwaamheid van de commissaris?

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Die kunnen heel goed samengaan, hoor.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Wiegman. Mevrouw Van Gent, u moet niet voorzeggen.

Mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie):

Het lijkt nu net alsof er een soort tegenstelling wordt neergezet. Dat is niet mijn bedoeling. Het enige wat ik doe, niet meer en niet minder, is zeggen: het zou mooi zijn als het opnieuw een vrouw kan zijn. Het moet echter uiteraard gaan om een bekwame vrouw, die zeer goed gekwalificeerd is, onafhankelijk is en voldoet aan alle criteria.

De voorzitter:

Deze vrouw geeft het woord aan mevrouw Van Gent.

Mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie):

Het is aan de vrouwen.

Staatssecretaris Timmermans:

O, op die fiets!

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Ik steun u daarin, mevrouw Wiegman. Ik heb een naam genoemd, maar er zijn natuurlijk talloze andere namen te noemen. Kruip vooral niet terug in uw schulp, want wij hebben een punt. De old boys moeten namelijk wat verder kijken dan hun neus lang is. Dus mijn complimenten en succes met de SGP.

Mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie):

Dank u.

De heer Blom (PvdA):

Voorzitter. Ik vind het tot nu toe een enigszins wonderlijk debat. Dat komt omdat dit debat gaat over een of twee banen in Brussel, terwijl de verkiezingen van morgen gaan over duizenden banen in Nederland en misschien wel over miljoenen banen in Europa. Daar ligt volgens de PvdA toch echt de prioriteit en niet bij de vraag wie de Nederlandse eurocommissaris wordt en ook niet bij de vraag wie voorzitter wordt van de Europese Commissie. Ons motto, niet alleen voor de verkiezingen van morgen maar ook voor de eerstkomende paar jaar, is: werk, werk en nog eens werk. Daar zou het om moeten gaan en niet om twee baantjes.

In tegenstelling tot wat sommige voorgaande sprekers vinden, zijn wij niet de partij van de baantjesjagers. Integendeel.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Dat is goed nieuws. Kan ik dus aannemen dat de PvdA nu afziet van haar claim op die eurocommissarispost?

De heer Blom (PvdA):

Ik heb een verrassing voor u. Er is nooit een claim geweest.

Mevrouw Thieme (PvdD):

O, wat er in de krant staat, is dus allemaal gelogen?

De heer Blom (PvdA):

Dat hebt u helemaal goed. Als u doelt op het artikel dat het ANP heeft gepubliceerd over de verdeling van de commissariaten, kan ik u zeggen dat dit op louter nonsens is gebaseerd. Als er al met een ingewijde is gesproken, is dat volgens mijn informatie de wethouder van Juinen geweest.

Mevrouw Thieme (PvdD):

U zegt dus dat de PvdA deze post niet hoeft?

De heer Blom (PvdA):

Ik zeg dat dit voor ons op dit moment helemaal geen prioriteit heeft. Het interesseert mij nu helemaal niet. Wat mij interesseert, zijn alle problemen van economische aard die op dit moment in Nederland en Europa aan de orde zijn. Mij interesseert dat mensen hun baan kunnen kwijtraken en dat er een sterke Europese Commissie moet komen die de economie in Europa weer op gang moet brengen. Daar legt de PvdA haar prioriteit, niet bij de baantjes.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Wij spreken hier inderdaad niet op wethouder Hekkingniveau, maar ik stel mijn vragen aan u, want ik wil het helder krijgen. Hebben de PvdA-fractie en de sociaaldemocraten in Europa nog geen mening over de eventuele herbenoeming van de heer Barroso?

De heer Blom (PvdA):

Nee, daar heb ik nog geen enkel idee over. Dat interesseert mij op dit moment ook helemaal niet. Banen in Europa interesseren mij, niet het baantje van de heer Barroso, maar banen voor de hardwerkende mensen in de industrie die hun baan dreigen kwijt te raken. Voor alle mensen die in onzekerheid verkeren, zijn de Europese verkiezingen heel belangrijk. Daarom is het belangrijk dat er sterke Europese commissariaten en een sterke Europese Commissie komen. Daarom zit ik namelijk in de politiek, niet om de heer Barroso in het zadel te houden. Ik vind het belangrijk om voor alle banen te zorgen die mensen op dit moment dreigen kwijt te raken.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Ik wil het nog even checken. U windt zich op, en dat vind ik goed als het om banen gaat. Dat ben ik met u eens. Moet ik het dan zo begrijpen, dat u niet alleen namens uzelf spreekt, maar namens de hele PvdA-fractie, dat u de lijn van de sociaaldemocraten in Europa doorzet, namelijk dat de herbenoeming van de heer Barroso nu nog helemaal niet aan de orde is, dat u zich kunt voorstellen dat het wellicht niet de beste keuze is – dat vinden wij namelijk – en dat je een en ander gewoon conform het Verdrag van Lissabon zou moeten laten plaatsvinden?

De heer Blom (PvdA):

U luistert slecht; de baan van de heer Barroso interesseert mij helemaal niet op dit moment.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Dat vind ik te gemakkelijk, want als u zegt: het interesseert mij niet, dan hoeft u geen antwoord te geven. Maar u bent politicus genoeg om te begrijpen dat het toch wel even interessant is om antwoord te geven op deze precieze vraag van mij.

De voorzitter:

Dank u wel.

De heer Blom (PvdA):

De PvdA vindt het belangrijk dat wij staan voor banen in Europa, voor al die hardwerkende mensen die hun baan dreigen kwijt te raken.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

U duikt, en dat moet u niet doen. Geeft u nu gewoon antwoord op mijn vraag.

De voorzitter:

U moet niet het woord nemen als ik al "tot slot" heb gezegd.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Mijn excuses, voorzitter, maar mijnheer Blom moet wel antwoord geven.

De heer Blom (PvdA):

U hebt in uw eigen termijn een aantal voorstellen gedaan voor de benoeming van een eurocommissaris. Ik zeg: dat interesseert mij op dit moment helemaal niet. Wat mij interesseert, zijn al die banen in Europa.

De voorzitter:

Dank u wel. Dat punt hebt u gemaakt.

De heer Blom (PvdA):

Wij krijgen morgen eerst verkiezingen. Laten wij die nu eens afwachten. Laten wij de regering de kans geven om ervoor te zorgen ...

De voorzitter:

Mijnheer Blom!

De heer Blom (PvdA):

... dat er een goede eurocommissaris komt. Van welke statuur die is, interesseert mij niet, als hij maar zorgt voor banen.

De voorzitter:

Wat mij interesseert is, dat u stopt met praten, als ik "mijnheer Blom" zeg.

Het woord is aan de heer Van der Staaij.

De heer Van der Staaij (SGP):

De heer Blom zegt: laten wij lekker die verkiezingen afwachten. Vijf jaar geleden wilde de PvdA-fractie dat uitdrukkelijk niet. Toen vond zij de achterkamertjescultuur een heel belangrijk probleem. Het moest allemaal heel anders met de benoeming; er werden moties over ingediend. Is dat nu allemaal niet aan de orde en bent u intussen tevreden over de manier waarop de eurocommissaris wordt aangesteld, anders dan vijf jaar geleden?

De heer Blom (PvdA):

Ik ben natuurlijk nooit helemaal tevreden. Er zijn natuurlijk altijd verbeteringen te bedenken, en ik vraag daarom aan het kabinet hoe de Kamer een grotere betrokkenheid kan krijgen bij de benoeming van een eurocommissaris. Maar wie dat dan wordt en van welke politieke statuur deze is, vind ik volstrekt onbelangrijk. Echt hoor, het gaat mij meer om banen in zijn algemeenheid dan om dat ene baantje.

De heer Van der Staaij (SGP):

Vijf jaar geleden gaf uw fractie aan, de achterkamertjespolitiek een groot probleem te vinden. Dat bleek uit allerlei onderzoeken: wij moeten het niet alleen over de inhoud hebben – dat is ook belangrijk – maar vooral ook over de aanstellingswijze, want daar is van alles mee mis en het moet echt anders. Vindt u dat nu nog steeds of niet? Of is uw positie op dit punt afhankelijk van de vraag of u in de regering of in de oppositie zit?

De heer Blom (PvdA):

Volgens mij zit ik tegen een muur aan te praten. Het interesseert mij op dit moment helemaal niet. Waar het mij om gaat, is werk in Europa. Dat vind ik belangrijk. Hoe die ene eurocommissaris er komt, vind ik veel minder belangrijk dan al die banen die op dit moment op het spel staan door de economische crisis. Dat u dit belangrijk vindt, snap ik, maar ik vind die andere banen veel belangrijker.

De heer Van Bommel (SP):

De woordvoerder van de PvdA staat hier een buitengewoon ongeloofwaardig, maar vooral schijnheilig toneelstukje op te voeren. Toen de Volkskrant ernaar vroeg, wilde u wel op de kwestie ingaan, mijnheer Blom, maar nu vindt u alle banen die verloren dreigen te gaan, veel belangrijker. Dat vindt iedereen hier veel belangrijker, maar daar gaat dit debat helaas niet over. Dit debat gaat onder andere over uitspraken die u hebt gedaan, uitspraken die uw partijleider Bos heeft gedaan en uitspraken die uw lijsttrekker Thijs Berman heeft gedaan over de heer Barroso. Daar gaat dit debat onder andere over. Kom de Kamer dus niet lastig vallen met schijnheilige praatjes over miljoenen banen die verloren gaan, mede dankzij het beleid van de Partij van de Arbeid in Nederland en Europa. Daar gaat het u helemaal niet om. Het gaat er nu om dat u de vragen wilt ontlopen die terecht aan u worden gesteld. Waarom hebt u zich er wel over uitgelaten, terwijl u nu net doet alsof het niet belangrijk is?

De heer Blom (PvdA):

Ik constateer dat alle sprekers, met uitzondering van mevrouw Thieme – dat moet ik haar nageven – het hebben gehad over banenjagerij. Ik vind dat helemaal geen belangrijk onderwerp. Dat zeg ik u nogmaals. Ik vind het op dit moment helemaal geen belangrijk onderwerp. Het gaat er niet om wie er eurocommissaris wordt. Het gaat erom dat er een sterke eurocommissaris komt, die alles kan doen om de banen in Europa te waarborgen. Daar gaat het mij om. Dat het u om baantjes gaat, verbaast mij sowieso.

De heer Van Bommel (SP):

U hebt daarover uitspraken gedaan, evenals uw partijleider en anderen van de Partij van de Arbeid. Of hebben het ANP, de Volkskrant en Thijs Berman het mis? Iedereen heeft het mis en alleen de heer Blom ziet het goed. Liggen de zaken zo bij de Partij van de Arbeid?

De heer Blom (PvdA):

Ik ga niet over uitspraken van mijn partijgenoot Berman, ik ga hoogstens over mijn eigen uitspraken. De letterlijke vraag die De Volkskrant mij stelde over de uitlatingen van de minister-president inzake de opvolging van Barroso was: vindt u dat de minister-president daar een mening over mag hebben. Toen heb ik gezegd: ja, dat vind ik. De PvdA is namelijk heel erg tolerant. Ik vind dat de minister-president ook als partijleider van het CDA een mening mag hebben, in tegenstelling tot sommige van mijn collega's in de Kamer. Dat blijf ik vinden. Dat was de letterlijke vraag die mij is gesteld en daar heb ik dit antwoord op gegeven.

De heer Van Bommel (SP):

Voorzitter.

De voorzitter:

Nee, mijnheer Van Bommel: tot slot is tot slot.

De heer Pechtold (D66):

Voorzitter. Het gaat niet om baantjes, het gaat om banen. Ik denk mee met de heer Blom. Het gaat om een belangrijke positie. Barroso is de belangrijkste man als het om dat soort zaken gaat in Europa. Kan de heer Blom mij vanaf oktober, toen de Europese crisis ook in de bankenwereld en in de economie uitbrak, een maatregel noemen die Barroso heeft geïnitieerd om banen binnen Europa te behouden?

De heer Blom (PvdA):

Ik kan mij herinneren dat naar aanleiding van het uitbreken van de economische crisis de Europese Commissie in zijn algemeenheid een aantal stappen heeft genomen, terwijl de landelijke regeringen het voortouw hebben genomen om oplossingen te vinden in de economische crisis. Het beste voorbeeld is nog steeds Nederland. Onze minister van Financiën heeft met zeer slagvaardig beleid ervoor gezorgd dat Nederland niet in de grote problemen is gekomen waarin wij terecht hadden kunnen komen. Wat dat betreft, hebben wij het hier heel goed gedaan.

De heer Pechtold (D66):

Voorzitter. De heer Blom zegt hier in een mantra: banen, banen, banen.

De heer Blom (PvdA):

Dat zou u ook eens moeten doen.

De heer Pechtold (D66):

Voorzitter. Mag ik uitspreken?

De voorzitter:

Dit is uw laatste opmerking.

De heer Pechtold (D66):

Nu vraag ik de heer Blom een maatregel te noemen van het afgelopen halfjaar of jaar, waarin Barroso persoonlijk – want daar hebben wij het over – uitblonk in het creëren van banen en de heer Blom kan mij niets noemen. Neem dan Kroes: zij heeft een Amerikaans bedrijf, Microsoft, meer dan 1 md. boete oplegt, om daarmee andere computerfabrikanten, waaronder die in Europa, werkgelegenheid te laten creëren. Mijnheer Blom, u hebt boter op uw hoofd! U kunt mij niets noemen aan kwaliteiten van Barroso. U doet net alsof de positie Kroes niet bestaat en u onderhandelt het een beetje weg. Met u komen er geen banen, en zelfs geen baantjes.

De heer Blom (PvdA):

Bij mijn haardracht is vrij makkelijk aan te tonen dat ik geen boter op mijn hoofd heb. Volgens mij gaat het debat daar ook niet over. Ik ben het met u eens dat mevrouw Kroes het uitstekend heeft gedaan. Dat ben ik met u eens.

De heer Van Baalen (VVD):

Voorzitter. Ik begrijp iets niet. De heer Blom zegt: het gaat mij om banen en niet om baantjes. Ik ben het met de heer Pechtold eens dat het niet om baantjes gaat, maar om belangrijke banen. Waarom zegt dan staatssecretaris Timmermans: ik ontken dat het CDA de eurocommissaris mag kiezen? Blijkbaar is het voor hem van belang. Hij is PvdA-lid. De politieke leider van de PvdA zegt: ik heb meerdere kandidaten. De heer Blom zelf heeft zich, zoals de heer Van Bommel heeft geciteerd, in De Volkskrant uitgelaten en zijn collega Thijs Berman, de PvdA-lijsttrekker in de Europese verkiezingen, heeft in de Melkweg afgelopen vrijdag gezegd: ik steun de herbenoeming van Kroes. Waar staat de PvdA? Niemand weet het. Weet u het zelf, mijnheer Blom?

De heer Blom (PvdA):

In ieder geval bewijzen al die uitspraken dat wij zeker niet partijpolitiek bezig zijn, maar dat wij gaan voor een goede oplossing.

De heer Van Baalen (VVD):

Het betekent dat het bij u gewoon een chaos is.

De voorzitter:

Mijnheer Blom, u rondt uw betoog af.

De heer Blom (PvdA):

Voorzitter. Ik was klaar.

De heer De Roon (PVV):

Voorzitter. Vanmiddag is het weer een rondje politiek straatvechten geblazen in verband met de verdeling van politieke banen. Europese topbanen wel te verstaan. Wie is vanmiddag de beste straatvechter en wie komt er vanmiddag het slechtste uit? Want daar gaat het natuurlijk om in dit debat dat zo nodig moest plaatsvinden, één dag voor de verkiezing van het Europees Parlement. Dat moet vanwege de duidelijkheid, aldus VVD-eurolijsttrekker Van Baalen, want het CDA is laf over eurocommissaris Kroes. Einde citaat. Het is waar. Het CDA had overduidelijk geen zin in dit debat vlak voor de verkiezing van het Europees Parlement. Het CDA heeft daar weinig baat bij en zo vlak voor een verkiezing kan er ineens nog van alles gebeuren, waardoor het uit de hand loopt. Ik doel op het gegeven dat vanmiddag bekend is geworden: een CDA-kandidaat voor het Europees Parlement, mevrouw Rena Netjes, heeft laten weten dat zij het EP in wil voor de islam. Mevrouw Netjes had dat niet vermeld op haar eigen website voor haar kandidatuur voor het EP. De vraag of dat netjes was, moet het CDA zelf maar beantwoorden. In ieder geval heeft mevrouw Netjes haar inzet voor de islam bij haar CDA-kandidatuur voor het Europees Parlement alleen kenbaar gemaakt in een interview op de islamwebsite al-yaqeen.com. Nu zal deze CDA-doctoranda in de Arabische taal wel weten wat zij doet, maar ik wil haar toch een beetje helpen om aan haar streven wat meer bekendheid te geven. Moslims en dimi's van Nederland, opgelet: zij is nummer dertien op de kandidatenlijst van het CDA en gaat dus in het Europees Parlement voor de islam.

Het CDA kon het verwijt van lafheid dat de heer Van Baalen die fractie heeft gemaakt, uiteraard niet zo maar over zijn kant laten gaan, en verklaarde daarom gisteren geen enkel bezwaar te hebben tegen het vandaag te houden debat. De heer Van Baalen zelf is in ieder geval op dit punt wel duidelijk geweest. Mevrouw Kroes, toevallig ook van de VVD, moet volgens hem eurocommissaris blijven. Om dat te bereiken, moet de minister-president dat als eis inzetten bij de onderhandelingen over de opvolging van Barroso. Nadat er nog wat namen van CDA- en PvdA-gegadigden voor het Eurocommissariaat waren rondgestrooid en in de publiciteit het bericht kwam bovendrijven dat het CDA de eurocommissaris mocht leveren, wilde ook GroenLinks wel eens weten wat nu eigenlijk de inzet van het kabinet was met betrekking tot mevrouw Kroes. De regering is vervolgens gevraagd om dat in een brief duidelijk te maken. Op zo'n vraag wilde de minister-president uiteraard geen antwoord geven, dus mocht de staatssecretaris voor Europese Zaken in een briefje aan de Kamer even uitleggen hoe de benoemingsprocedure volgens het EG-verdrag is. Volgens dat verdrag komt er eerst een voordracht van de volgende Voorzitter van de Europese Commissie en wordt er pas daarna gesproken over de verdeling van de commissariaatsbaantjes. Zo staat het in artikel 214 van het EG-verdrag. Dat is een papieren werkelijkheid, maar het is de vraag of het ook een politieke werkelijkheid is. Ik hoor op die vraag graag een reactie van de minister-president.

De voorzitter:

De leden die daarin geïnteresseerd zijn, kunnen bij mij de telling van hun bijdrage komen checken.

Minister Balkenende:

Voorzitter. Ik dank de leden voor hun inbreng in eerste termijn. Ik zal mijn betoog splitsen in een deel over de Voorzitter van de Europese Commissie en een deel over de Nederlandse Europees commissaris. De staatssecretaris zal ingaan op de punten die hem meer regarderen.

De termijn van de Europese Commissie verstrijkt dit jaar. Na de Europese verkiezingen zal men onmiddellijk beginnen met het proces van de benoeming van de toekomstige Commissievoorzitter. De benoeming van de Europese Commissie en haar Voorzitter zal dit jaar ingewikkelder zijn dan normaal, omdat onzeker is welk verdrag van toepassing is. Is het Verdrag van Nice van toepassing, of het Verdrag van Lissabon? Pas nadat het Ierse referendum in september of oktober is gehouden en het ratificatieproces is afgerond, zal duidelijk zijn of de benoeming onder het bestaande Nice of het nieuwe Lissabon kan plaatsvinden. Zoals bekend, is de inzet van het kabinet dat het Verdrag van Lissabon in werking treedt. Wij vinden het van belang dat gedurende de overgang tussen de beide verdragen zo veel mogelijk sprake is van continuïteit. Ook andere lidstaten spannen zich hiervoor in. Het is dan ook goed dat tijdens de bijeenkomst van de Europese Raad van 18 en 19 juni een nieuwe Commissievoorzitter zal worden voorgedragen aan het Europees Parlement. Nederland heeft steun uitgesproken voor de huidige Commissievoorzitter Barroso. In mijn brief van eind januari heb ik de Kamer geschreven dat het kabinet het belangrijk vindt voor Europa dat de heer Barroso zijn werk kan voortzetten. De heer Ormel verwees naar deze brief, die is ondertekend door mij en door de minister van Financiën.

Het Europees Parlement stemt uiteindelijk over de benoeming. In het Verdrag van Lissabon staat dat de Europese Raad met gekwalificeerde meerderheid van stemmen een kandidaat voordraagt bij het Europees Parlement met inachtneming van de verkiezingen van het Europees Parlement en na passende raadpleging. Deze woorden staan niet in het Verdrag van Nice. Ik kom hierop straks nog even terug, want wat er gebeurt na de Europese verkiezingen is niet onbelangrijk. Het Europees Parlement heeft de wens uitgesproken om bij de voordracht van de nieuwe Commissievoorzitter zo veel mogelijk in de geest van het Verdrag van Lissabon te handelen. Wij vinden het met andere lidstaten van belang om aan die wens tegemoet te komen. Dat versterkt immers de legitimiteit van de nieuwe Commissievoorzitter. Dat betekent dat het Europees Parlement geraadpleegd zal worden tussen de Europese verkiezingen en de Europese raad van 18 en 19 juni en dat bij de voordracht rekening zal worden gehouden met de verkiezingsuitslag. De benoeming van de Commissie komt pas daarna aan de orde. De beoogde Commissievoorzitter zal consultaties met de lidstaten starten over de samenstelling van de nieuwe Commissie en de invulling daarvan. Het is de bedoeling om zo snel mogelijk na het Ierse referendum de voltallige Commissie voor te dragen aan het Europees Parlement.

Dit wat betreft de algemene situatie. Wat gaat er gebeuren na de verkiezingen, de consultaties, de voordracht aan de Europese Raad? Er is een concrete vraag gesteld. De minister-president was aanwezig in Warschau bij een congres van de Europese Volkspartij. Daar is een duidelijke voorkeur uitgesproken voor de heer Barroso. Ik zat daar natuurlijk als politiek leider van het CDA. Tegelijkertijd ben ik minister-president, maar het betrof een uitspraak van de EVP, daar in Warschau. Als u mij vraagt wat ik eerder heb gezegd, dan verwijs ik naar de brief van eind januari. Ik heb toen als minister-president en niet als politiek leider van het CDA of als lid van de EVP gezegd dat ik vind dat Barroso moet doorgaan. Ik spreek daarmee namens het kabinet. Laat daarover geen misverstand bestaan. Waarom vinden wij dat? Dat vinden wij omdat wij uitstekende ervaringen hebben met de heer Barroso. Er is het afgelopen jaar intensief samengewerkt en het lijkt mij goed dat de heer Barroso daarmee kan doorgaan. Is dat een zekerheid? Dat zal moeten blijken na de consultatie, na de Europese verkiezingen, maar onze positie is dezen is helder. Er is een onderscheid tussen mijn brief van eind januari en latere uitlatingen en het congres in Warschau. Uiteindelijk is helder wat daar is gebeurd. Ten slotte merk ik op dat bijvoorbeeld sociaaldemocratische regeringsleiders zullen kiezen voor de heer Barroso. Dat is het krachtenveld.

De heer Van Baalen (VVD):

Vindt de minister-president het achteraf gezien, gegeven ook dat hij in de geest van Lissabon wil acteren, niet onverstandig om niet eerst de Europees Parlementsverkiezingen af te wachten en pas dan te kijken hoe meerderheden kunnen ontstaan? Is het niet verstandig om pas dan een keuze te maken of in ieder geval steun uit te spreken? Hij heeft zichzelf nu vastgenageld. Er is voor de heer Barroso geen enkele reden om aardig te zijn voor Nederland: hij heeft de steun immers al gekregen. Ook in het onderhandelingscircuit over de Nederlandse eurocommissaris, de portefeuille en de persoon valt eigenlijk geen enkele invloed meer uit te oefenen. Barroso zit er al en mag blijven van het CDA en van de Nederlandse regering. Er is dus slecht onderhandeld.

Minister Balkenende:

Ik heb in de afgelopen jaren vaker dit soort geluiden vanuit deze Kamer gehoord, terwijl wij megaresultaten binnenhalen. Waarom hebben wij gekozen voor een duidelijke stellingname ten aanzien van Barroso? Dat is op basis van de contacten en de ervaringen van het afgelopen jaar. Wat zou de positie van Nederland zijn geweest als ik de lijn van de heer Van Baalen had gevolgd? Wij zouden het enige land zijn geweest dat in dit stadium een voorbehoud maakt ten aanzien van de heer Barroso. Denkt de heer Van Baalen dat dat onze positie ten goede zou komen? Het enige land dat twijfel zaait? Wanneer ik daar de opmerking van de heer Pechtold in de richting van de heer Barroso bij optel, dan verzwakt dat onze onderhandelingspositie zeer.

De heer Van Baalen (VVD):

Als ik de minister-president goed beluister, ga ik ervan uit dat hij met de heer Barroso al eens in een door rook gevulde kamer heeft gesproken en dat hij dus al iets heeft binnengehaald voor Nederland. Dat is een reden om die steun te verlenen. Wachten zou immers slecht zijn. Wat heeft de minister-president binnengehaald?

Minister Balkenende:

ik heb helemaal niets binnengehaald. Ik zal ook uitleggen waarom. De heer Barroso heeft tegen iedereen te kennen gegeven dat hij eerst heeft af te wachten wat de Europese verkiezingen zullen opleveren, hoe het ervoor staat met een eventuele voordracht, hoe de stemming in het Europees Parlement zal verlopen. Pas dan komt de zaak van de samenstelling van de Commissie aan de orde. Hij heeft zich in geen enkele richting uitgelaten over een post en dat is ook zeer correct. Dat kun je niet doen. Ik heb wel aangegeven dat ik de ervaringen met deze Commissievoorzitter het afgelopen jaar heb gewaardeerd. Ik heb waardering voor de directe contacten en voor het samenspel. Ik zie niet graag dat deze goede contacten onder druk komen te staan. Heb ik hiermee iets nieuws gedaan? Nee, want ik geef aan dat er in het krachtenveld brede steun is voor de heer Barroso, dat is voor iedereen waarneembaar. Ik verzeker de leden van de Kamer dat ik er alles aan zal doen om een zo zwaar mogelijke portefeuille binnen te halen. Daar zal ik straks iets over zeggen bij de Nederlandse eurocommissaris.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Het is natuurlijk altijd interessant te melden dat je in dit krachtenveld goed hebt samengewerkt, dat je intensieve contacten met elkaar onderhoudt en dat je eigen onderhandelingspositie niet verzwakt. Dat begrijp ik. Het is evenwel een cruciale vraag wat dat allemaal gaat opleveren, wat die intensieve contacten, de samenwerking en het goede contact hebben opgeleverd. Ik wil geen personen beschadigen, maar de heer Balkenende heeft Barroso al weer de hemel in geprezen. Ik vind echter dat op hem nog wel het nodige is aan te merken. Ik kijk bijvoorbeeld naar de sociale insteek, het groen, de maatschappelijke steun en de positie van Europa. De heer Pechtold spreekt terecht over de mensenrechten. Ik heb een waslijst bij mij, maar die zal ik maar niet opnoemen. Ik zie wel graag dat de minister-president daar inhoudelijk op ingaat. Mijn stelling is dat Europa fris en nieuw elan nodig heeft en niet iemand die er al jaren zit en waarvan onze conclusie is dat hij misschien wel goede contacten heeft, maar te vaak achterover leunt als hij zou moeten handelen. Ik krijg daar graag een reactie op.

Minister Balkenende:

Dit zo horende, vraag ik mij af of dat de positie van Nederland ten goede komt. Ik vind overigens dat er nog wel wat op de argumentatie van mevrouw Van Gent is af te dingen.

Er is gevraagd waar Barroso was bij de economische crisis. De heer Barroso heeft in dat kader voorgesteld dat elk land 1,5% van het nationaal inkomen zou moeten besteden aan stimulering. Hij was dus niet afwezig, maar wij hebben toen aangegeven dat wat wij deden voor de financiële sector, de automatische stabilisatoren en de budgettaire steun in samenhang zou moeten worden bekeken. Wie heeft in de Europese Raad en daarbuiten steeds gezegd dat wij ervoor moesten zorgen dat sprake was van een goed werkende Europese markt en dat wij niet moesten kiezen voor de weg van het protectionisme? Wie vond dat wij de Europese verdragen overeind moesten houden? Dat was Barroso! Wie heeft voorgesteld een project van 5 mld. vanuit Europa te doen bovenop wat de lidstaten doen met de stimuleringsmaatregelen? Dat was Barroso! En dan vraagt mevrouw Van Gent waar de voorzitter van de Commissie is? Op die manier doen wij hem geen recht.

Nog iets anders. Ik heb intensief met Barroso samengewerkt toen het ging om het klimaatpakket. De Europese Commissie heeft daar geweldig veel aan gedaan. Neem de energiemaatregelen en de discussie over energie. Daar heeft de Europese Commissie veel aan gedaan. Ik spreek dus met waardering over het werk van de Commissie en haar voorzitter. Ik wil daar geen enkel misverstand over laten bestaan. Ik vind op basis van onze goede ervaringen dat er reden is voor steun aan de heer Barroso. Daarom heb ik begin van dit jaar ook aangegeven, toen hij tegenover mij werd uitgespeeld, dat ik hem steunde. Dat is ook in het belang van Nederland.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Even iets over de economische crisis. De voorzitter van de Commissie kwam pas met zijn voorstel na aandringen van de lidstaten. Toen kwam hij pas in actie. Vervolgens heeft hij weinig klaargespeeld. Mijn informatie is wat dat betreft wel degelijk juist. Ik ben daar niet zo van onder de indruk.

Ik zal het anders stellen. De heer Balkenende zegt dat zijn contacten met de voorzitter van alles en nog wat hebben opgeleverd, maar wat zit er dan verder voor Nederland in? Je kunt wel een beetje praten over duurzaam en sociaal, maar ik heb de minister-president nog niet gehoord over mensenrechten. Het gaat om concrete resultaten. Ik verzoek de minister-president ook in te gaan op mijn stelling dat wij een fris geluid nodig hebben, iemand die met nieuw elan als voorman of voorvrouw iets maakt van Europa. Dat heeft Barroso, met alle respect, gewoon te weinig in zich gehad. Het is de vraag of het er straks, als hij met de hakken over de sloot overgaat, wel in zit.

Minister Balkenende:

Ik ben blij dat mevrouw Van Gent deze vraag stelt. Neem het thema van het klimaat en de voorbereidingen voor Kopenhagen. Wij kunnen veel van de Commissie zeggen, maar niet dat zij niet buitengewoon actief is in het werken aan een goede voorbereiding van de klimaatconferentie. Neem het vaststellen van criteria en het ervoor zorgen dat de lasten redelijk tussen de Europese landen worden verdeeld. Daar heeft de Europese Commissie een goede rol bij vervuld. Neem het nadenken over de energievoorziening in de toekomst. De Europese Commissie speelt daar een belangrijke rol in. Ik wil dat graag genoemd hebben.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Neem het Verdrag van Lissabon. Wij gaan morgen stemmen voor Europa. Er komt een nieuw Europees Parlement. In dat verdrag, dat wij hebben geratificeerd, staat dat het Europees Parlement een belangrijke adviserende rol in dit soort benoemingen moet krijgen. Dat gooit u gewoon weg, doordat u al van te voren een deal heeft gesloten. Ik heb daar bezwaar tegen.

Minister Balkenende:

Ik vind het jammer dat u dat zegt. Ik stelde zojuist dat de Nederlandse regering goed heeft geluisterd naar de wens van het Europees Parlement om bij deze benoeming te handelen in de geest van het Verdrag van Lissabon. Dat betekent concreet dat het voorzitterschap van de Europese Raad zich na de Europese verkiezingen zal vergewissen van opvattingen binnen het Europees Parlement. Daarmee doen wij recht aan het gevoel van het Europees Parlement dat er consultaties zullen plaatsvinden. Dat heeft niets te maken met achterkamertjes. De Kamer mag best weten dat ik een groot voorstander ben van het continueren van het werk van de heer Barroso. Dat mag ik ook zeggen.

Wat gaat er gebeuren? Er zal eerst een consultatie zijn met het Europees Parlement. Daarna zal er een voordracht komen van de kant van de Europese Raad. Vervolgens zal gestemd worden door het Europees Parlement. Deze procedure is glashelder en transparant.

Voorzitter: Van Beek

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Dan is het zo dat wij wel gaan consulteren. Maar wat er ook uit de consultatie komt, Barroso moet het worden. Want daarover hebt u al een deal gesloten.

Minister Balkenende:

Wie stemt over de Commissievoorzitter? Wie bepaalt dat? Dat is niet de Europese Raad. Wij dragen voor. Dat is het Europees Parlement.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Als het in de achterkamertjes door een aantal voormannen en wellicht een enkele vrouw al gedeald is, dan heb je vervolgens geen poot om op te staan. Ik wil dus gewoon van u de heldere uitspraak dat de uitslag van de consultatieronde belangrijker is dan de deal en dan de uitspraken die u nu al over Barroso hebt gedaan. Anders is het gewoon fake en een lege huls. Eén dag voor de verkiezingen moeten we toch niet willen dat dat beeld blijft bestaan, minister-president?

Minister Balkenende:

Ik maak groot bezwaar tegen het doen alsof er sprake is van het doordrukken in achterkamertjes. De besluitvorming over de voorzitter van de Europese Commissie wordt gedaan door het Europees Parlement en men stemt bij meerderheid van stemmen. Dat heeft niets te maken met het feit dat ik een voorkeur heb. Dat heeft te maken met het feit dat de Europese Raad volgens de procedure een voordracht doet nadat een consultatie heeft plaatsgevonden bij het Europees Parlement. Degene die besluit is niet de Europese Raad maar het Europees Parlement.

De heer Pechtold (D66):

Ik denk dat weinig mensen er nog wat van snappen.

Minister Balkenende:

Hoe komt dat dan?

De heer Pechtold (D66):

Nou, dat komt onder andere omdat u al drie weken dit debat aan het uitstellen bent. Ja! Nou u weer.

Minister Balkenende:

Nee, want dat bepaalt het parlement.

De heer Pechtold (D66):

Nee, nee, u hebt twee verzoekjes naar de Griffie gemaild of het op een ander moment kon. Wij moesten u gisteren met stoom en kokend water bij Knevel & Van den Brink van vanavond weghouden zodat u hier vanmiddag kon zijn.

Minister Balkenende:

Ach ...

De heer Pechtold (D66):

U vraagt: aan wie ligt dat? U probeert te suggereren dat ik dat ben. Nee, u bent al drie weken dit debat aan het uitstellen!

Nu naar de inhoud. Dan snappen de mensen het weer. U zegt: Barroso. Dat hebt u als CDA'er in Warschau gezegd, dat hebt u in de brief van januari namens de regering gezegd, maar u hebt er voor Nederland niks voor teruggekregen, zo zei u. Zojuist refereerde u er even aan dat u dat mede wilde doen om niet uitgespeeld te worden tegen Barroso. U refereerde daarmee aan iets wat ik u een halfjaar geleden vroeg: maakt u de termijn hier af? Bent u beschikbaar voor een Europese positie? Een halfjaar geleden wilde u daar geen antwoord op geven. Maar nu deze steun van u als leider van het CDA en als leider van het kabinet zo duidelijk is, kunt u vandaag ook heel helder aangeven dat u uw werk in Nederland afmaakt.

Minister Balkenende:

Ik maak mijn werk in Nederland af. Dat heb ik steeds aangegeven. Wat eerder dit jaar speelde, was natuurlijk het voorstel van de Europese Commissie. Ik heb gezegd dat ik niet eens in beeld wilde komen. Dat is ook de reden geweest waarom ik geen enkel misverstand heb laten bestaan toen mijn naam werd genoemd: het is niet aan de orde.

De heer Pechtold (D66):

Dat is voor de goede verstaander een ander verhaal dan dat van een halfjaar geleden, denk ik. Maar dit is helder. De minister-president geeft aan – en ik waardeer hem erom – dat hij zijn werk zal afmaken zolang dit kabinet van hem zit. Dat is goed om te horen. Maar waarom zet u in op Barroso nu hij zo weinig gepresteerd heeft? U noemde richting mevrouw Van Gent wat hij voor de economie heeft betekend. Nee, dat was het Europees Parlement. Waar was hij toen de homorechten binnen Europa aan de orde waren? Dit kunt u niet onderbouwen. Is er nou echt niet een betere voorzitter te vinden die dit soort zaken wel krachtig aanpakt in de komende jaren?

Minister Balkenende:

U en ik verschillen in de waardering van het werk van de Commissievoorzitter. Ik heb gesproken over het thema energie, over het thema milieu en over de economie. Ik kan nog veel meer dingen noemen. Ik vind het eigenlijk jammer dat in het Nederlandse parlement op deze manier over het werk van de Commissievoorzitter wordt gesproken, al is dat uw goed recht. Dat mag u doen. Ik heb er goede ervaringen mee. Wij hadden het in de afgelopen tijd over het miljard terug voor Nederland. Bij de Europese Commissie heb ik daar gehoor voor gevonden. Ook heb ik gehoor gevonden toen wij het hadden over de vraag hoe wij uit de moeilijke fase na het referendum moesten komen. Wat kunnen wij doen om een oplossing te vinden? Een wijzigingsverdrag? Ik heb een goed oor gevonden bij de Europese Commissie toen wij het hadden over de vraag hoe wij Kopenhagen moeten voorbereiden. Ik heb steeds goed kunnen samenwerken met de Commissie. Op basis van al die ervaringen ben ik tot mijn oordeel gekomen. Daar mag de heer Pechtold anders over denken. Dit is mijn visie.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Ik beleef een déjà vu. In 2005 zei de minister-president ook dat ons land het zich niet zouden kunnen veroorloven om nee te zeggen tegen de Europese grondwet. Nu zou ons land het zich niet kunnen veroorloven om als enige land nee te zeggen tegen Barroso. Het argument om te kiezen voor een voorzitter zou moeten zijn dat hij goed is en dat hij de crisis integraal bekijkt. Barroso heeft dat niet gedaan. Hij is daarmee gediskwalificeerd. Het enige argument dat de minister-president hanteert, is dat Nederland niet kan achterblijven en moet meegaan met de rest van Europa. De mensen die tegen een Europese grondwet hebben gestemd, hebben Nederland juist opgeroepen om een eigen koers te varen. Zij hebben Nederland uitgedaagd om te durven kiezen voor kwaliteit en niet mee te gaan met de massa in Europa. Waarom gaat de minister-president nu wel mee met de massa, door zijn keuze voor Barroso?

Minister Balkenende:

Ik ontzeg mevrouw Thieme haar mening niet. Maar de consequentie van onze opstelling zou zijn dat wij als enigen de positie van de heer Barroso niet veilig stellen. Ik vraag mij af of dit ten goede komt aan de positie van Nederland. Ik betwijfel dit zeer. Ik ben ook blij dat wij ons niet zo hebben opgesteld.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Nederland wil dappere leiders. Nederland wil mensen die kiezen voor een andere koers. We hebben het in het debat over de kredietcrisis vaak gehad over een paradigmaverandering. Dit betekent ook dat iemand moet beginnen met het aanstellen van nieuwe leiders. We willen een fris elan met een andere visie. Barroso past hier niet in. Ik vind dit een gemiste kans voor Nederland.

Minister Balkenende:

Op dit punt verschillen we van mening.

Ik ben toegekomen aan het tweede deel van mijn inbreng. Dat betreft de Nederlandse commissaris. Nadat de beoogde voorzitter van de Commissie is aangewezen, zal deze vermoedelijk vrij snel met het Europees Parlement in contact te treden om zich een idee te vormen van de wensen voor de nieuwe Commissie. Tevens zal hij met de lidstaten in contact treden voor informeel overleg over de verdeling van de portefeuilles. Wij zullen dit contact opzoeken. Voor alle lidstaten geldt dat deze contacten verkennend van aard zijn. Immers, pas na het Ierse referendum zal duidelijk zijn of er een Commissie van 27 zal zijn en of er een Hoge Vertegenwoordiger voor het Externe Beleid, tevens vicevoorzitter van de Commissie zal zijn, of dat onverhoopt onder Nice een besluit moet worden genomen over de verkleining van de Commissie. Pas nadat dit duidelijk is, zal de Raad de lijst van kandidaat-Commissieleden kunnen vaststellen en deze ter goedkeuring voorleggen aan het Europees Parlement.

Wanneer het kabinet de Nederlandse kandidaat aan de Commissievoorzitter zal kunnen voordragen, hangt af van het verloop van de contacten met de Commissievoorzitter en andere lidstaten. Ik wil hierover niet te veel speculeren. Er moet op basis van ontwikkelingen in augustus en september zorgvuldig worden gemanoeuvreerd. De Kamer zal begrijpen dat dit een ingewikkeld onderhandelingsproces is. Er zijn verschillende posten in het spel. Alle lidstaten hebben wensen en in de regel meerdere geschikte kandidaten. Dat geldt ook voor Nederland. De ervaring leert dat voor de vervulling van de posten naast kennis en kunde ook gekeken wordt naar bijvoorbeeld geografische spreiding en naar de verdeling tussen grote en kleine landen. Er zal sprake zijn van delicate onderhandelingen met de nieuwe Commissievoorzitter. De Kamer kan er evenwel zeker van zijn dat wij zullen inzetten op een zware portefeuille en dat wij daarvoor de beste Nederlandse kandidaat zullen voordragen.

Ik heb goed geluisterd naar de inbreng van de Kamer vanmiddag. Sommigen laten zich inhoudelijk uit over de aard van de portefeuille, bijvoorbeeld milieu of duurzaamheid. Sommigen hebben hun voorkeur voor een vrouw uitgesproken. Ik laat mij vandaag niet uit over de kandidaten, over het profiel van de kandidaten en over de portefeuilles. De heer Pechtold heeft gevraagd wat behoorlijke portefeuilles zijn. De onderhandelingen zijn buitengewoon ingewikkeld. Ik heb ze al vele keren moeten en mogen meemaken. Maar het spel moet subtiel worden gespeeld. We moeten aanvoelen wat tot de mogelijkheden behoort. Zo is het de vorige keer ook gegaan. Daarom ga ik helemaal niet speculeren over wat een wenselijke portefeuille zou zijn, wie daarvoor in aanmerking komen of welke politieke kleurde positie krijgt. Ik doe dat niet. De heer Van der Staaij heeft het volkomen terecht gezegd: de regering regeert en de Kamer controleert. Dat is de goede lijn. Natuurlijk luisteren we naar wat in de Kamer wordt gezegd. Dat is de inbreng van de Kamer waar de heer Blom op doelde. Maar de regering heeft wel een eigen verantwoordelijkheid. Dit zeg ik ook op basis van eerdere ervaringen.

De voorzitter:

Ik geef de heer Pechtold gelegenheid tot een laatste interruptie.

De heer Pechtold (D66):

Voorzitter. De reden voor de premier om nu al, wat mij betreft prematuur, steun voor Barroso uit te spreken, werd gevormd door de prestaties van de afgelopen vijf jaar. Die waren goed. Wat vindt de premier van de prestaties van commissaris Kroes?

Minister Balkenende:

Mevrouw Kroes heeft goed geopereerd.

De heer Pechtold (D66):

Waarom prolongeren we niet een commissaris die het goed heeft gedaan?

Minister Balkenende:

De volgorde is dat wij ons eerst inzetten voor de zwaarst mogelijke portefeuille die wij kunnen krijgen en dat wij vervolgens kijken welke persoon daar het beste bij past. Ik laat mij niet uit over een zittende Europees commissaris of over andere kandidaten.

De heer Pechtold (D66):

Dat is toch een rare volgorde? Als je nu een alom, niet alleen in Nederland, maar tot in Seattle gevreesde commissaris hebt, een van de meest zichtbare op de zwaarste portefeuilles, dan heb je toch een ijzersterke kaart? Ik vind de man/vrouwdiscussie minder belangrijk, maar in dezen is die misschien ook nog belangrijk, omdat Nederland daarmee laat zien dat het een ijzersterke vrouw heeft zitten die voor de huidige post door zou kunnen, en voor mijn part voor een nog zwaardere post. Volgens mij bestaat er niet eens een zwaardere post. Dat is dan toch het belangrijkste? Dan ga je toch niet eerst strijden voor een post en dan pas kijken of je een kandidaat hebt? Het is toch het diplomatieke evenwicht van die twee? Dat hebben wij de vorige keer goed gedaan. Prolongeer dat dan! Ik zou uw eigen argumentatie over Barroso willen aanhalen om de termijn van Kroes ook te kunnen verlengen.

Minister Balkenende:

Op dit punt verschil ik met de heer Pechtold van mening over welke strategie wijs is. Hij zegt: schreeuw van de daken dat de huidige commissaris door moet op dezelfde functie.

De heer Pechtold (D66):

Sluit u het uit?

Minister Balkenende:

Ik sluit geen personen of portefeuilles uit. Ik begeef mij alleen niet in de vraag wat de meest wenselijke portefeuille voor Nederland is. Noch laat ik mij uit over de persoon of over de politieke kleur. Dat doe ik niet omdat het buitengewoon ingewikkelde onderhandelingsprocessen zijn.

De heer Pechtold (D66):

Dan hebben VVD en D66 dit debat inderdaad prematuur aangevraagd! Wij dachten door de uitlatingen van CDA'ers en PvdA'ers dat het voor Kroes een gelopen race was. U zegt nu dat u niet uitsluit dat u Kroes prolongeert en dat Nederland op die zware portefeuille blijft inzetten. Dan heb ik de heer Bos met "vier kandidaten" en de heer Verhagen met "het moet een CDA'er worden" allemaal verkeerd begrepen. Het kabinetsstandpunt is dat ook Kroes gewoon mee kan doen, zelfs voor de huidige portefeuille. Dat is nieuws. Dat is fantastisch nieuws!

Minister Balkenende:

Ik heb gezegd dat dit een ingewikkeld onderhandelingsproces wordt. Ik zal hierin mijn verantwoordelijkheid nemen. Ik loop niet vooruit op welke portefeuille of welke persoon dan ook.

Mevrouw Thieme (PvdD):

De minister-president zegt dat het een buitengewoon ingewikkelde procedure is. Dat komt doordat partijen als die van de minister-president het zo ingewikkeld maken door er een politiek spel van te maken. Als wij gewoon zouden kiezen voor eurocommissarissen op basis van hun capaciteiten, zonder politieke kleur, en de Commissie gewoon een uitvoeringsorganisatie zou zijn van de Europese Unie, dan hadden wij dit gesteggel met politieke kleuren helemaal niet gehad. Waarom kiezen wij niet voor een ander soort Commissie, zodat die partijpolitieke spelletjes tot het verleden behoren? Dan begrijpen mensen echt waar Europa over gaat.

Minister Balkenende:

De discussie over een ander type Commissie is onlangs gevoerd rondom het Verdrag van Lissabon. Er is gekozen voor de invulling van het werk van de Commissie. U kunt het daarmee oneens zijn, maar die keuze is gemaakt. Uw andere punt betreft de kandidaten. Ik heb nadrukkelijk gezegd dat ik mij niet uitlaat over politieke kleur of portefeuilles. Dat zal blijken in de onderhandelingen die de komende tijd vorm en inhoud zullen krijgen. Ik wil dat op een volstrekt verantwoorde manier doen. Ik begeef mij niet in allerlei speculaties over personen of portefeuilles.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Die exercitie zou ik ook helemaal niet met u willen doen, maar die ingewikkeldheid rondom de benoeming heeft toch alles te maken met politieke kleur? Of zijn er andere moeilijkheden waardoor het zo lastig is om een eurocommissaris aan te stellen? Dat heeft toch alles te maken met politieke spelletjes? Dat kunt u toch ook niet anders dan beamen?

Minister Balkenende:

U hebt mij daar in ieder geval nooit op kunnen betrappen en zo zit ik er ook niet in.

Staatssecretaris Timmermans:

Voorzitter. Het begin van het betoog van mevrouw Van Gent was mij uit het hart gegrepen. Over 15 uur gaan de stembussen open en dan moeten mensen een keuze maken over de koers die Europa naar hun mening moet varen in de komende jaren. Er zijn zeer grote vraagstukken aan de orde. De vraag is of de Europese Unie met 500 miljoen mensen in staat is om haar maatschappelijk model overeind te houden in het geweld van 1,2 miljard Chinezen en 1,2 miljard Indiërs. Dat is een van de fundamentele vragen die aan de orde zijn.

Ik zal niet beweren dat een debat op dit moment over dit vrij beperkte onderwerp daar afbreuk aan doet, maar het is wel enigszins wrang dat wij het tot dit onderwerp beperken. Dat neemt niet weg dat het onderwerp van belang is ook voor de keuzes die in Europa gemaakt worden. Het is mij iets te gemakkelijk als bijvoorbeeld de heer Van Bommel over de Commissie spreekt alsof het geen politiek orgaan is. De Commissie is in hoge mate een politiek orgaan. De samenstelling van de Commissie en de door haar gekozen richting hebben politieke consequenties voor de koers die Europa neemt. Immers, de Commissie – de heer Van Bommel heeft daar kritiek op – heeft het recht van initiatief in de Europese Unie. Het is dus wel politiek.

Mevrouw Thieme heeft het volstrekt bij het verkeerde eind, en zij maakt er ook absoluut een karikatuur van door te zeggen: ja, politieke voorkeuren, dat is baantjesjagerij et cetera. Nee, de samenstelling van de Commissie, de balans in de Commissie, heeft in hoge mate een politieke impact op de koers die Europa kiest. Wij hebben het dus niet over kleinigheden.

Het is van belang dat Nederland zijn positie in de discussie nauwkeurig bepaalt. Vandaar dat de minister-president nadrukkelijk aangeeft: die ruimte moeten wij hebben en u zult ons op het resultaat beoordelen.

De heer Van Baalen heeft gevraagd hoe het zit met mijn uitspraken indertijd naar aanleiding van de uitlatingen van minister-president Berlusconi meteen na afloop van de Europese Raad in juli vorig jaar. Ik heb toen gezegd dat die ontijdig, veel te vroeg waren, omdat wij daar nog niet aan toe zijn. Dat was een halfjaar voordat wij in de Europese Raad van december hebben afgesproken dat wij in juni, tijdens de komende Europese Raad, een oriëntatie zouden geven van wie de nieuwe Commissievoorzitter zou kunnen worden. Dat was een jaar eerder, vorig jaar zomer, nog niet aan de orde. Vandaar mijn uitlatingen.

Ik geef een indicatie van hoe dit in andere politieke families verloopt. Ik mag de Partij van de Arbeid vertegenwoordigen in de sociaaldemocratische politieke familie, die ook een ontmoeting heeft aan de vooravond van Europese Raden. Daar is op een gegeven moment met name door de sociaaldemocratische regeringsleiders het initiatief genomen, samen met de sociaaldemocratische fractie in het Europees Parlement, om de vraag voor te leggen hoe wij dit zouden gaan doen: zullen wij ons gaan verzetten tegen de persoon Barroso of zullen wij in de dynamiek tussen mogelijk verlengen – afhankelijk van de uitslag van de Europese verkiezingen – en de politieke invulling die hij met zijn nieuwe Commissie wil geven, met hem de discussie aangaan over de politiek die deze Commissie zal voeren. Die keuze hebben de sociaaldemocraten op dat moment gemaakt. De minister-president heeft al aangegeven dat de sociaaldemocratische regeringsleiders hun steun hebben uitgesproken voor voortzetting van de ambtstermijn van de heer Barroso. Er ontstaat dan het speelveld zoals geschetst door de minister-president. In dat kader moet ook de positie worden bezien die door de Nederlandse regering is ingenomen op 26 januari van dit jaar, in de brief die de heer Ormel noemde. Dat is de tijdlijn van mijn uitlatingen.

De heer Van Bommel (SP):

Deze staatssecretaris heeft zich in het verleden in deze Kamer kritisch uitgelaten over Commissievoorzitter Barroso. Ook de lijsttrekker van de Partij van de Arbeid voor het Europees Parlement, Thijs Berman, noemt Barroso een visieloze man, die geen tweede termijn verdient. Binnen de PvdA was er dus lange tijd eenstemmigheid over het optreden van Barroso. Wat mij nu zo benieuwt, is wanneer voor de staatssecretaris het keerpunt is gekomen. Wanneer was hij ineens wel tevreden over Barroso? Wanneer verdiende Barroso ineens wel een tweede termijn?

Staatssecretaris Timmermans:

Mijn kritiek op Barroso heb ik geuit namens de Nederlandse regering en niet namens de PvdA. Midden vorig jaar, rond de Europese Raad, was de Nederlandse regering op een aantal punten ontevreden over het werk van de Commissie, waar Barroso leiding aan geeft. Het is logisch dat je het niet altijd eens bent met wat de Commissie doet. De woorden van de heer Berman zijn voor zijn eigen rekening. Hij is lijsttrekker van de PvdA, ik sta hier namens het kabinet. En voor het kabinet is tussen de zomer van vorig jaar en nu de prestatie van Barroso aanzienlijk verbeterd. Zeker in de aanpak van de crisis – de minister-president is daarop al ingegaan – is de samenwerking met de heer Barroso uitstekend geweest. Hier wordt terecht alom het werk van mevrouw Kroes geroemd, maar zij kan dat doen omdat haar voorzitter, de heer Barroso, haar daarvoor de ruimte geeft. Die Commissie geeft haar de ruimte om haar werk te doen. Het Europese systeem van concurrentiebewaking, van het beperken van de staatssteun, van het in stand houden van de EMU-regels loopt butsen en deuken in de crisis op, maar staat nog overeind dankzij het goede werk dat de Commissie onder leiding van de heer Barroso heeft vervuld.

De heer Van Bommel (SP):

Dan kunnen wij in ieder geval vaststellen dat er een groot verschil van opvatting is tussen de beoordeling van deze staatssecretaris met PvdA-achtergrond en de lijsttrekker van de PvdA, die er toch ook heel erg dicht bovenop zit. De heer Berman noemt Barroso een visieloze man, maar de staatssecretaris gaat de heer Berman er wel weer mee opzadelen.

Staatssecretaris Timmermans:

Als sociaaldemocraten hebben wij op Europees niveau afgesproken dat wij met de heer Barroso een gesprek zullen voeren over de koers die hij met zijn nieuwe Commissie gaat kiezen. Die koers moet wat ons betreft socialer en meer op werkgelegenheid en op het bieden van garanties voor goede regelgeving voor de financiële sector gericht zijn. De PvdA is daar volledig bij betrokken, zowel via de heer Bos als via mijzelf. In overleg met de nieuwe Commissievoorzitter zal deze koers door sociaaldemocraten op Europees niveau worden uitgezet. Je kunt kiezen voor twee smaken. Je kunt zeggen: die man moet weg, wij willen een ander. Je kunt ook zeggen: hij mag blijven zitten, maar dan willen wij met hem bereiken dat hij zijn beleid meer in lijn brengt met wat wij wensen. Door de sociaaldemocraten zijn daar op Europees niveau afspraken over gemaakt. Ik kan mij voorstellen dat de heer Pechtold zich heel sterk maakt voor een liberale kandidaat voor de Commissie. Hij heeft wel gewezen op de samenwerking tussen de ChristenUnie en de SGP, maar hij heeft er niet bij verteld dat een stem op D66 een stem op Van Baalen is. Dat had hij ook nog wel even kunnen vermelden.

De heer Van Bommel (SP):

De staatssecretaris zegt: wij gaan met Barroso praten over de koers die hij gaat varen. Thijs Berman zit er dicht bovenop en zegt dat de man geen visie en dus ook geen koers heeft. Maar de staatssecretaris heeft al wel besloten dat hij mag blijven. De staatssecretaris besluit eerst dat hij mag blijven en wil daarna gaan praten over de koers.

Staatssecretaris Timmermans:

Of Barroso gekozen wordt tot nieuwe voorzitter van de Commissie is een zaak van het Europees Parlement. Het Europees Parlement met, naar ik voor hem hoop, de heer Van Baalen in het midden zal daarover een besluit nemen. Dat is de juiste gang van zaken. De regeringsleiders zullen er een voordracht voor doen. De uitslag van de verkiezingen zal daarin een factor zijn. Inmiddels hebben de meeste regeringsleiders – als ik mij niet vergis zijn het alle regeringsleiders – een duidelijke positie ingenomen, maar de verkiezingen zullen er een rol in spelen. Ik kan daar verder niets aan toe- of afdoen.

De heer Van Baalen zal zich herinneren dat hij en ik vijf jaar geleden hebben gezegd dat de minister-president hierin verkeerd opereerde, want hij had gewoon met een naam moeten komen. Dat zou de beste manier van onderhandelen zijn. De minister-president heeft dat indertijd gelogenstraft. De heer Van Baalen en ik hebben toen moeten erkennen dat de minister-president met de benoeming van mevrouw Kroes op die portefeuille goed gescoord had. Dat hadden wij twee, de heer Van Baalen en ik, toen niet verwacht. De PvdA zei vijf jaar geleden dat het op een andere manier moest. Als er 26 landen zijn die het op deze manier doen en je zou als Nederland in je eentje een andere procedure volgen, dan boek je niet het optimale resultaat voor Nederland in de combinatie van de best mogelijke portefeuille met de best mogelijke persoon. Dat is de situatie van dit moment. Daar zal de Nederlandse regering onder leiding van de minister-president, die de gesprekken met de nieuwe Commissievoorzitter zal voeren, inzet op plegen. Het is uiteraard aan de Kamer om het resultaat te beoordelen.

De heer Ormel (CDA):

Ik heb nog een vraag aan de staatssecretaris. De minister-president heeft zojuist duidelijk de procedure geschetst die zal plaatsvinden na de Europese verkiezingen. Er wordt een voordracht gedaan, waarover het Europees Parlement oordeelt. Dan gaat het naar de Europese Raad van 18 en 19 juni. Is dit dan al het nieuwe Europees Parlement? Dat wordt namelijk pas op 14 juli geïnstalleerd. De consultatie zal dus plaatsvinden na de Europese verkiezingen, maar met het oude Europees Parlement. Klopt dat?

Staatssecretaris Timmermans:

Dat klopt. De Europese Raad kan dus niet verder gaan dan het bereiken van een politieke consensus over dit onderwerp. Juridisch zal een en ander afhankelijk zijn van de procedure die vervolgens met de Commissiebenoeming wordt gevolgd. Daarover heeft het Europees Parlement in de huidige samenstelling een opvatting, namelijk dat we moeten handelen in de geest van het Verdrag van Lissabon. We moeten nog maar afwachten of het Europees Parlement in de nieuwe samenstelling diezelfde opvatting heeft. Dat is echter geheel het prerogatief van het Europees Parlement en dat moeten we daar ook laten.

De voorzitter:

Ik wil naar een heel snelle tweede termijn. Er is een verandering in de sprekersvolgorde, omdat twee sprekers naar een ander overleg moeten. De heer Van Baalen voert als eerste het woord.

De heer Van Baalen (VVD):

Voorzitter. De minister-president heeft duidelijk geschetst wat hij heeft kunnen bereiken met zijn vroegtijdige steun voor de herbenoeming van Barroso als Commissievoorzitter. Dat is een heel dikke nul; dat is niets, heeft hij gezegd. Als deze procedure leidt tot herbenoeming van mevrouw Kroes, zodat zij op de stoel blijft waarop zij thuishoort, zal ik de eerste zijn om lof uit te spreken over de minister-president. Ik wil echter toch wat meer zekerheid. Daarom dien ik de volgende motie in.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de regering voortijdig haar steun heeft uitgesproken voor de herbenoeming van de heer Barroso als voorzitter van de Europese Commissie;

overwegende dat de regering hiermee in strijd handelt met het in de Staten-Generaal geratificeerde Verdrag van Lissabon (te weten artikel 17, lid 7 (TEU));

verzoekt de regering, deze steun opnieuw te bezien in het licht van de uitkomst van de Europese verkiezingen en mede afhankelijk te stellen van het behoud van een zware Nederlandse post in de Europese Commissie, waarvoor de huidige eurocommissaris Kroes een reële optie is en blijft,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Van Baalen en Pechtold. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 428(21501-20).

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Voorzitter. Uit de motie blijkt dat de heer Van Baalen en de heer Pechtold hier ook al bijna één fractie vormen, maar dat even terzijde.

Ik dank de bewindslieden voor hun beantwoording, maar mij moet wel iets van het hart. De minister-president schetst dapper de formele procedure bij de benoeming van een Commissievoorzitter, maar zegt vervolgens dat de informele procedure veel belangrijker is, met dealen en wheelen en namedropping – in dit geval van de naam "Barroso" – vooraf. Met alle respect voor wat hij heeft gedaan; de heer Barroso is niet de beste man op deze plek. Ik wil geen personen beschadigen, maar het kan echt beter. Wij vinden hem een van de meest passieve voorzitters in jaren waar het sociaal en groen beleid betreft. Wij vinden het belangrijk dat Europa serieus genomen wordt en dienen daarom de volgende motie in over de procedure voor de benoeming van de Commissievoorzitter.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat Nederland het Verdrag van Lissabon heeft geratificeerd;

constaterende dat daarin een nieuwe procedure voor het benoemen van een Europese Commissie is vastgelegd, waarin een duidelijke rol voor het Europees Parlement is vastgelegd en er meer recht wordt gedaan aan de Van Gentuitslag van de parlementsverkiezingen;

overwegende dat de benoeming van de commissievoorzitter weer lijkt plaats te vinden in achterkamertjes;

draagt de regering op, er in de Europese Raad voor te pleiten bij de benoeming van de Commissie te handelen in de geest van het Verdrag van Lissabon en de daarin omschreven procedure te volgen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Van Gent, Van Baalen, Pechtold en Thieme. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 429(21501-20).

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Deze indieners vormen een verrassende combinatie, maar soms is dat helemaal niet erg, zeg ik tegen de heer Pechtold.

De minister-president zegt dat hij wat betreft de eurocommissaris niet vooruit gaat lopen op welke portefeuille of persoon dan ook. In eerste termijn heb ik al gezegd dat er een probleem ligt bij de positie mededinging. Daar schijnt alweer een deal gesloten te zijn met een hoge ambtenaar die daar komt te werken waardoor de post mededinging niet meer beschikbaar is. In dat geval treedt plan B in werking, zoals de minister-president ook zal begrijpen. Dan kun je heel wel uitkomen op een milieucommissaris omdat Nederland zich heel vaak afhankelijk opstelt als het gaat om het groene beleid van Europa. Ik zou daar opheldering over willen krijgen.

Het gaat hier steeds een beetje over de vraag wie bij wie zit in de Europese fracties. Dat is heel interessant en soms zijn het de meest verrassende combinaties. Ik kan echter iedereen hier verzekeren dat als je op GroenLinks stemt je gewoon voor de groene fractie in het Europees Parlement stemt.

Mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie):

Voorzitter. Ik dank de leden van het kabinet voor hun antwoorden. Ik constateer dat dit debat verschillende winstpunten heeft opgeleverd. Ook de D66-fractie is ervan overtuigd geraakt dat het debat prematuur is en het kabinet heeft in ieder geval de mogelijkheid gehad helder uiteen te zetten wat de te volgen procedures zijn. Het heeft daarbij aangegeven zo veel mogelijk in de geest van Lissabon te gaan handelen.

Het kabinet heeft ook aangegeven te hebben geluisterd naar de wensen van de Kamer. Ik zou zeggen: neem die ter harte. Ik plaats er ook de volgende oproep aan het kabinet bij: laat uw groene en duurzame hart spreken tijdens alle onderhandelingen die volgen. Namens de ChristenUniefractie wil ik de leden van het kabinet daarbij veel wijsheid toewensen.

De heer De Roon (PVV):

Voorzitter. Ik dank de bewindslieden voor hun beantwoording. Niet dat wij daarmee veel zijn opgeschoten, maar ik dank hen in ieder geval voor hun komst en voor het feit dat zij hebben uitgelegd dat zij ons om allerlei redenen nog niets willen vertellen.

Heeft dit debat wat opgeleverd? Zeker wel. In de eerste plaats is weer eens bevestigd dat baantjesverdeling een belangrijk tijdverdrijf is voor de CDA-, VVD- en PvdA-elite. Voor de D66- en GroenLinkselite is het een belangrijk tijdverdrijf om daar zo veel mogelijk een punt van te maken. Een fraaie vertoning, maar niet heus. Het beeld dat de mensen in het land vaak hebben dat het in de politiek om baantjesjagerij gaat, is vandaag weer eens bevestigd. De PVV-fractie heeft eerder voorgesteld om het aantal eurocommissarissen – nu 27 stuks à € 180.000 per jaar – te reduceren tot één. Eentje is genoeg. Als dat een Nederlander wordt, is dat fantastisch, maar dan het liefst een die niet eurofiel is. Wij ontnemen de politieke elite daarmee een flink deel van hun gehakketak over topbanen, maar dat moet dan maar.

Het tweede resultaat van dit debat is dat wij heel helder hebben gekregen dat het CDA het niet alleen in Nederland, maar in heel Europa wil opnemen voor de islam. Het tot nu toe onbekende CDA-duoraadslid uit Amsterdam Rena Netjes is met dat streven vanaf vandaag op de politieke kaart gezet. Ik wens het CDA nog heel wat meer van dit soort kandidaten.

Minister Balkenende:

Voorzitter. Ik zeg de leden die het woord hebben gevoerd in tweede termijn, dank voor hun inbreng. Het is misschien goed om even terug te komen op wat de heer Van Baalen zei. Het is volkomen terecht dat de heer Barroso in dit stadium geen enkele toezegging doet. Als ik ervoor zou kiezen dat hij door moet gaan als Commissievoorzitter, is het volkomen terecht dat op grond daarvan geen enkele prestatie wordt geleverd. Gesteld dat de Commissievoorzitter nu een bepaalde toezegging zou doen, is wat mij betreft zijn gezag feitelijk weg, want hij behoort het zo niet te doen.

Bij dit soort benoeming is uiteraard altijd sprake van lobbywerk. Wat is er de afgelopen tijd gebeurd? De heer De Hoop Scheffer is secretaris-generaal van de NAVO geworden. Mevrouw Kroes heeft een zware portefeuille gekregen. De heer Kok is twee keer voorzitter geweest van de High Level Group in het kader van de Lissabonstrategie. De heer Rem Koolhaas is lid geworden van de reflectiegroep. De heer Ruding was lid van de commissie-De Larosière, die te maken had met de financieel-economische architectuur. Nederland heeft het goed gedaan, maar het is ook een kwestie van weten hoe je contacten moet leggen.

U kunt ervan overtuigd zijn: ik zal mij maximaal inzetten voor de best mogelijke portefeuille voor Nederland en voor de best mogelijke persoon op die plaats. Maar juist omdat het zo'n ingewikkeld vraagstuk is, past de grootst mogelijke prudentie. Die heb ik vandaag ook geprobeerd naar voren te brengen.

Er zijn enkele moties ingediend. In de motie van de heer Van Baalen staat dat de regering in strijd handelt met het door de Staten-Generaal geratificeerde Verdrag van Lissabon. Als je aangeeft wat je voorkeur is, heeft dat niets te maken met handelen in strijd met. Je kunt het ermee oneens zijn, dat mag, maar het is geen handelen in strijd met. Mede op deze grond ontraad ik de motie dan ook. Het verzoek aan de regering staat overigens ook haaks op het betoog dat ik hier zelf heb gehouden.

Mevrouw Van Gent heeft geconstateerd dat ook informele lijnen van groot belang zijn. Zij sprak verder over de post mededinging en heeft een opmerking gemaakt over het feit dat een hoge ambtenaar zou zijn benoemd. Wij weten allemaal dat dat bepaalde consequenties kan hebben. Dat zal moeten blijken. Zij heeft daaraan verbonden het verzoek om te komen tot een post die te maken heeft met milieu en duurzaamheid. Ik neem daar kennis van.

In de motie-Van Gent c.s. staat dat in het nieuwe Verdrag van Lissabon een duidelijke rol voor het Europees Parlement is vastgelegd en dat er meer recht zal worden gedaan aan de uitspraak van de parlementsverkiezingen. Er wordt gesproken over achterkamertjes. In de motie wordt de regering opgedragen om er in de Europese Raad voor te pleiten, bij de benoeming van de Commissie te handelen in de geest van het Verdrag van Lissabon en de daarin omschreven procedure te volgen. Ik ontraad deze motie, niet alleen vanwege de toonzetting en vanwege het feit dat het Verdrag nog moet worden geratificeerd, maar ook omdat wij hebben aangegeven dat wij feitelijk handelen in de geest van het nieuwe verdrag, totdat er sprake is van consultatie van het Europees Parlement. Ik heb geen behoefte aan deze motie, maar ik wil haar ook ontraden.

Hiermee ben ik gekomen aan het eind van mijn opmerkingen in tweede termijn. Ik zeg de leden van de Kamer nogmaals dank voor hun inbreng vandaag.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Ik stel voor om deze twee moties toe te voegen aan de stemmingslijst van hedenavond.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Ik dank de minister-president en de staatssecretaris voor hun bijdragen aan het debat.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven