Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Op verzoek van het lid Van der Burg stel ik voor, haar motie op stuk 31700-XVIII, nr. 54, opnieuw aan te houden. Dit betekent dat de in de artikel 69, tweede lid, genoemde termijn van twee maanden voor deze motie opnieuw gaat lopen.

Op verzoek van de CDA-fractie benoem ik in de vaste commissie voor Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer het lid Pieper tot plaatsvervangend lid in de bestaande vacature.

Ik stel voor, toestemming te verlenen tot het houden van wetgevings- c.q. notaoverleg met stenografisch verslag op:

maandag 15 juni 2009

  • - van 10.00 uur tot 17.00 uur van de vaste commissie voor Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer over het klimaatbeleid;

maandag 29 juni 2009

  • - van 10.00 uur tot 15.00 uur van de vaste commissie voor Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer over vergunningverlening, toezicht en handhaving op het terrein van de regelgeving van VROM.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Teeven.

De heer Teeven (VVD):

Voorzitter. Ik vraag u om het verslag van het algemeen overleg over tbs-onderwerpen van vorige week op de agenda te plaatsen.

De voorzitter:

Ik zal het VAO toevoegen aan de agenda.

Het woord is aan de heer Bosma.

De heer Bosma (PVV):

Voorzitter. Er is 15 mln. verdwenen bij het kunstfonds BKVB. Ik wil daarover dolgraag een spoeddebat voeren met de minister.

De heer Ten Broeke (VVD):

Voorzitter. Normaal gesproken, steunen wij een dergelijk verzoek graag, maar ik kan mij ineens voorstellen dat wij geen antwoorden zullen krijgen in dat spoeddebat, als er internationale opsporingsverzoeken liggen waaraan de minister geacht wordt mee te werken. Het is misschien verstandiger om het onderzoek en de schriftelijke antwoorden even af te wachten en vervolgens een debat aan te vragen.

De heer Van der Ham (D66):

Ik steun dat verzoek graag. Ik heb schriftelijke vragen gesteld over de ins en outs en de gevolgen. Het is verstandiger, de minister om een brief te vragen. Daarna kunnen wij er altijd nog een debat over voeren.

De heer Van Leeuwen (SP):

Ik ben het eens met het voorstel van de heer Ten Broeke.

De voorzitter:

Ik zie dat dit ook geldt voor mevrouw Van Vroonhoven.

Mijnheer Bosma, u hebt geen steun voor een debat.

De heer Bosma (PVV):

Ik heb het niet gehaald en dat is jammer. De argumentatie van de heer Ten Broeke klopt natuurlijk niet. Strafrechtelijk gezien, begrijp ik dat wij over van alles niet kunnen praten. Het gaat echter over de cultuur van de kunstsubsidies en daar kunnen wij helaas te weinig over praten.

De voorzitter:

Ik zie dat leden hierop willen reageren en dat is precies de reden waarom ik niet wil dat de heer Bosma zich in de inhoud gaat verdiepen.

Het woord is aan de heer Madlener.

De heer Madlener (PVV):

Voorzitter. Wij hebben vorige week een belangrijk debat gevoerd over de piraterij. Dagelijks lopen onze koopvaardijschepen ernstig gevaar in die gevaarlijke wateren bij Somalië. Ik vraag daarom om een brief. Ik heb op verzoek van de minister een motie aangehouden, zodat hij kon nagaan of hij de door ons gevraagde inzet van mariniers op schepen waar kan maken. Dat mag echter geen zes weken duren. Ik wil graag voor aanstaande dinsdag 10.00 uur een brief van de minister waarin hij aangeeft of hij ons verzoek zal uitvoeren om mariniers op schepen te plaatsen, zodat ik kan overwegen om mijn motie alsnog in stemming te brengen.

De voorzitter:

Wij zullen het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Van Gerven.

De heer Van Gerven (SP):

Voorzitter. Ik wil graag een spoeddebat met de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de situatie van Orbis te Sittard/Geleen. Vandaag blijkt uit het antwoord op vragen dat de minister niet zal proberen om een eventueel faillissement te voorkomen. Vandaar een spoeddebat.

Mevrouw Sap (GroenLinks):

Voorzitter. De fractie van GroenLinks steunt dit verzoek, omdat er in de beantwoording van de minister ook een aantal onduidelijkheden zit waarover wij hem graag bevragen.

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter. De minister schrijft dat het niet gek zou zijn als er een faillissement dreigt. Voor ons is dat wel te gek en daarom steunen wij het verzoek om een spoeddebat.

De voorzitter:

Mijnheer Van Gerven, u hebt steun voor een spoeddebat. Ik zal proberen, het debat morgen te plannen. Ik sta drie minuten spreektijd per fractie toe.

Het woord is aan mevrouw Sap.

Mevrouw Sap (GroenLinks):

Voorzitter. Afgelopen vrijdag hebben wij de brief van de ministers van Financiën en van Economische Zaken over de kredietverlening binnengekregen. Ik wil naar aanleiding daarvan een spoeddebat met beide bewindspersonen aanvragen, mede naar aanleiding van berichtgeving in de Volkskrant van gisteren over de stagnerende kredietverlening bij de ING.

De voorzitter:

In de tekst die ik voor mij heb liggen, staat alleen de minister van Financiën. U noemt nu een tweede minister, zo begrijp ik.

Mevrouw Sap (GroenLinks):

Ja, ik wil graag een debat met beide bewindspersonen.

Mevrouw Blanksma-van den Heuvel (CDA):

Voorzitter. De CDA-fractie steunt het verzoek om een spoeddebat. Ook wij willen heel graag dat de minister van Economische Zaken bij dit spoeddebat aanwezig is.

De heer Tony van Dijck (PVV):

Ook wij steunen het verzoek.

De heer Elias (VVD):

Wij steunen het ook, graag met beide ministers.

Mevrouw Verdonk (Verdonk):

Ik steun het verzoek, maar ik heb geen behoefte aan de aanwezigheid van de minister van Economische Zaken. De minister van Financiën is hier al twintig keer voor onder handen genomen, dus graag alleen de minister van Financiën.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Steun voor het verzoek. Het wordt hoog tijd. Wij hadden al voor het reces verzocht om bij het algemeen overleg ook de minister van Financiën aanwezig te laten zijn. Toen werd dat door de regeringsfracties nog overbodig geacht. Bij dezen dus toch een debat met zowel de minister van Economische Zaken als de minister van Financiën.

Mevrouw Koşer Kaya (D66):

Voorzitter. Ook van mijn fractie steun voor het verzoek en graag een debat met beide ministers, ook vanwege het feit dat beiden andere uitlatingen hierover hebben gedaan.

De voorzitter:

Mevrouw Sap, u hebt een ruime meerderheid voor dit verzoek. Wij zullen het debat gaan plannen. Ik zal proberen het morgenavond te houden.

Mevrouw Sap (GroenLinks):

Het zou heel fijn zijn als het deze week nog kan.

De voorzitter:

Ik ga mijn best doen.

Het woord is aan de heer De Roon.

De heer De Roon (PVV):

Voorzitter. De staatssecretaris van Justitie heeft vandaag aangekondigd dat zij van plan is om maar liefst acht gevangenissen te sluiten. Ik vind dat een heel slecht plan dat snel van tafel moet. Ik wil dan ook daarover met haar een spoeddebat voeren. Dat is mijn verzoek.

Mevrouw Van Velzen (SP):

Voorzitter. Ik deel de verontrusting van de PVV. Ik wil daarom gewoon een goed debat voeren. Wat mij betreft zou dat een plenair debat moeten zijn, met normale spreektijden. Mocht daarvoor geen meerderheid zijn, dan kom ik daar nog op terug.

De heer Anker (ChristenUnie):

Voorzitter. Het gaat over een masterplan waarvoor wij normaal de tijd zouden nemen en waarover wij misschien zelfs nog een schriftelijke ronde zouden hebben. Ik wil dit onderwerp echt doorverwijzen naar de procedurevergadering, om daar te bespreken hoe wij dit grote, veelomvattende plan op een fatsoenlijke manier gaan behandelen. Ik wil niet op basis van een berichtje op teletekst een spoeddebat houden.

De heer Jager (CDA):

Voorzitter. Ook de CDA-fractie denkt er zo over. Wij moeten dit zorgvuldig behandelen. Het plan is net binnen. Morgen is de procedurevergadering. Daar kan de behandeling worden vastgesteld. Ook wij hechten eraan dat hierover ten spoedigste een debat wordt gevoerd. Wat ons betreft wordt dat een gewoon, regulier debat waarin wij inhoudelijk op alle aspecten kunnen reageren

Mevrouw Bouwmeester (PvdA):

Ook de PvdA-fractie hecht aan een debat, maar dan wel een zorgvuldig debat. Morgen is er een procedurevergadering. Laten wij dan in alle rust bespreken hoe wij dit debat op een zorgvuldige wijze kunnen voeren.

De heer Teeven (VVD):

Voorzitter. De VVD-fractie hecht aan een inhoudelijk goed debat. Wij moeten dat volgende week ook zeker houden. Er is echter nog iets anders aan de hand. De staatssecretaris stuurt een onzinbrief naar de Kamer, waarin staat dat de geweldscriminaliteit daalt. Ik deel de mening van de heer De Roon daarover. Dus steun van de VVD-fractie voor het spoeddebat.

Mevrouw Verdonk (Verdonk):

Voorzitter. Ook steun mijnerzijds. De staatssecretaris heeft het overigens zelf naar buiten gebracht in een interview. Dit in reactie op de opmerking van de collega van de ChristenUnie.

De voorzitter:

Mevrouw Van Velzen, er is al voldoende steun.

Mevrouw Van Velzen (SP):

Ik steun dan ook het spoeddebat. Ik stel voor om een debat op hoofdlijnen te houden, want slechte plannen moet je snel de kop indrukken.

De voorzitter:

U hebt voldoende steun, mijnheer De Roon. Ik weet niet of ik het voor elkaar krijg, maar ik ga proberen om het morgen nog te plannen.

De heer De Roon (PVV):

Ik zou dat heel erg op prijs stellen, want het is heel belangrijk dat dit snel van tafel gaat.

De voorzitter:

Dat snap ik. Daarbij gelden dan spreektijden van drie minuten per fractie. Dat geldt ook voor het vorige vastgestelde spoeddebat.

Het woord is aan mevrouw Peters.

Mevrouw Peters (GroenLinks):

Voorzitter. Ik verzoek om een brief van de staatssecretaris voor Europese Zaken en de minister-president over de inzet van het kabinet rond de Nederlandse eurocommissaris naar aanleiding van het bericht dat overeengekomen is dat het CDA de eurocommissaris mag leveren, en dat met het oog op het te houden spoeddebat over het voorzitterschap van de Europese Commissie.

De voorzitter:

Wij zullen het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Fritsma.

De heer Fritsma (PVV):

Voorzitter. Ik wil graag een spoeddebat met de minister en de staatssecretaris van Justitie over het feit dat Somalische piraten in Nederland worden berecht, dat zij dit ervaren als een fantastische vakantie en dat zij onlangs ook hebben aangegeven graag in Nederland te willen blijven, met hun hele familie nota bene. Dit is een groot probleem, temeer nu wij weten hoe moeilijk het is om zelfs criminele vreemdelingen uit Nederland te verwijderen. Er is dus alle reden om hierover zo snel mogelijk te praten.

De heer Van de Camp (CDA):

Mevrouw de voorzitter. De CDA-fractie heeft geen behoefte aan een spoeddebat. Verschillende elementen die de heer Fritsma noemt, zijn al gewisseld en wij hebben morgenmiddag een algemeen overleg met de staatssecretaris. Ik stel voor om dit onderwerp aan de agenda van dat overleg te voegen.

De voorzitter:

Dat gaat over asiel, begrijp ik.

De heer Van de Camp (CDA):

Exact.

Mevrouw Verdonk (Verdonk):

Voorzitter. Ik heb ook geen behoefte aan een spoeddebat. Vorige week hebben wij dit gewisseld met de minister en de staatssecretaris. Die trekken zich er toch helemaal niets van aan, voor hen maakt het helemaal niets uit dat dit de eerste mensen zijn die asiel aanvragen en dat er nog velen zullen volgen. Laten wij dus eens stoppen met een praatfabriek te zijn.

De heer De Krom (VVD):

Morgen spreken wij al drie uur met de staatssecretaris van Justitie over asielbeleid. Dat lijkt mij een heel goede mogelijkheid, dus ik steun dit verzoek niet.

De heer Van Dam (PvdA):

Voorzitter. Het blijft nog altijd beter om piraten in Nederland te berechten dan om ze vrij te laten. Vorige week hebben wij hierover uitgebreid gesproken, inclusief de gevolgen die dit zou kunnen hebben voor asiel en dat soort dingen. Dat is toen overigens ook al door de regering ontkracht, maar dat kan mooi morgen besproken worden tijdens het AO.

De voorzitter:

Het gaat hier echt om de voorstellen die gedaan worden en niet om inhoudelijk commentaar.

De heer Anker (ChristenUnie):

Voorzitter. Ik denk ook niet dat het bij het AO over asiel thuishoort, maar dat het een kwestie is van internationale criminaliteit. Ik heb geen behoefte aan een spoeddebat omdat hier vorige week al een spoeddebat over is gehouden.

Mevrouw Peters (GroenLinks):

Voorzitter. Volgens GroenLinks moet het niet gekker worden: wij gaan hier niet debatteren over uitlatingen van Somalische piraten.

Mevrouw Van Velzen (SP):

Ik stel mij zowel inhoudelijk als procedureel achter het standpunt van de PvdA-fractie.

De heer Fritsma (PVV):

Ik wil hier toch even op reageren ...

De voorzitter:

Nee, mijnheer Fritsma.

De heer Fritsma (PVV):

Ik mag hier wel op reageren.

De voorzitter:

U mag alleen samen met mij vaststellen dat u geen steun hebt voor een spoeddebat.

De heer Fritsma (PVV):

Ik wil het volgende naar voren brengen: verschillende woordvoerders hebben aangegeven dat deze kwestie besproken kan worden tijdens het AO van morgen. Dat AO gaat echter over Europese asielvoorstellen. Dat gaat dus over alles behalve over Somalische piraten. Het is volkomen misplaatst om dit morgen te bespreken in dat AO. Bovendien verdient dit onderwerp natuurlijk een aparte behandeling en wel hier in de plenaire zaal.

De voorzitter:

Dank u, mijnheer Fritsma.

De heer Fritsma (PVV):

Dat mensen zich niks aantrekken van de uitlatingen van Somaliërs, van Somalische criminelen, van piraten vind ik schandalig. Deze mensen hebben gezegd dat zij hier op vakantie zijn, dat zij hier willen blijven ...

(geroffel op bankjes)

De voorzitter:

Dank u wel.

Het woord is aan mevrouw Kant.

Mevrouw Kant (SP):

Voorzitter. Een paar weken geleden heb ik hier namens bijna alle fractievoorzitters verzocht om een debat met de minister-president over de toekomst van de sociaaleconomische orde. Het verzoek was om dit half mei te houden. Dat is het nu. Ik begrijp dat de agenda problematisch is, maar ik zou toch willen verzoeken om het zo snel mogelijk te agenderen.

De voorzitter:

Bij debatten – dit is gewoon informatie – bepaalt een Kamermeerderheid het tijdstip. Bij spoeddebatten ligt het in mijn handen. In zo'n geval probeer ik te kijken wat de mensen het beste uitkomt en wat de agenda aan mogelijkheden biedt. Dat bracht ons tot de huidige agendering.

Mevrouw Kant (SP):

Voorzitter. Ik heb nog geen agendering gezien. Het enige dat ik weet, is dat ik dit verzocht heb namens bijna alle fractievoorzitters.

De voorzitter:

Dat is correct.

Mevrouw Kant (SP):

Namens de overgrote meerderheid van de Kamer was het verzoek dus om half mei het debat te voeren.

De heer Rutte (VVD):

Voorzitter. Ik wil het pleidooi van mevrouw Kant onderstrepen. Het lijkt mij belangrijk dat wij dat debat snel voeren, zodat tegen de achtergrond daarvan andere debatten over de verdere aanpak van de economische crisis kunnen plaatsvinden. Hoe eerder, hoe beter. Ik zou zeggen: zo snel mogelijk.

De voorzitter:

Ik ga een nieuwe ronde doen. Wij zijn daarmee aan het eind gekomen van deze regeling van werkzaamheden.

Wij gaan nu stemmen. Ik krijg net de informatie dat onze geliefde collega Van der Ham vlak voor de aanvang van de vergadering een motie heeft gewijzigd. Hij gaat het gewijzigde dictum voordragen bij het desbetreffende agendapunt, zodat de leden weten waar zij voor of tegen stemmen.

Naar boven